Tag archief YouTube

doorEduard

36: Google City Experts, de Google reviews, Google Helpouts en nieuws over Yelp. Comment marketing en video marketing.

ReputatieCoaching Podcast aflevering 36!

ReputatieCoaching PodcastHallo en hartelijk welkom bij dé Nederlandstalige podcast die je helpt om jezelf en/of je bedrijf prominent op de kaart te zetten. Ik geef je tips en adviezen waarmee je meer business kunt doen door op de juiste manier aan je reputatie te werken, je online vindbaarheid te verbeteren en het optimaliseren van je website voor gebruikers en zoekmachines.

Vanwege het mooie weer zou je verwachten dat het nu een rustige periode is, zonder veel toevoer van interessant of relevant nieuws. Echter, zo weinig nieuws als ik vorige week had, zoveel heb ik nu. Het was gewoon lastig om te kiezen!

Google gaat in een rap tempo door met vernieuwingen en uitbreidingen. Afgelopen week is er veel nieuws verschenen over onder andere Google City Experts, de Google reviews, Google Helpouts (ja, je hoort het goed: geen Hangouts, maar “Helpouts”) en gratis Google Internet in Starbucks. Als tweede bedrijf op de lijst, volgt Yelp. Ook daarover las ik een paar interessante artikelen, die ik graag met je wil delen.

Nog meer potentiële spraakverwarringen: als derde heb ik afgelopen week over een nieuwe vorm van marketing gelezen, namelijk “comment marketing”. Tenslotte heb ik nog een paar handige video marketing tips.

Mijn naam is Eduard de Boer –bekend als de ReputatieCoach– en ik ben je host voor vandaag!

Voordat ik overga op de onderwerpen van vandaag even twee dingen. Als eerste: de vorige podcast bevatte allemaal klikjes en tikjes. Er stond blijkbaar iets verkeerd ingesteld op m’n audioapparatuur. Maar vandaag krijg je weer een klikloze opname, zoals je die van mij gewend bent. En als tweede: eerder deze week zijn de ReputatieCoaching Podcast video’s van juli 2013 online gekomen. Deze kun je ook bekijken in het YouTube-kanaal, dat je kunt vinden op: www.youtube.com/reputatiecoaching.

Google City Experts

Yelp heeft de Yelp Elite, een groep speciale Yelpies die uiterst frequent reviews posten van gelegenheden die zij bezoeken. Het lijkt er nu op alsof Google Yelp gaat nadoen. Een paar dagen geleden heeft Google in New York het Google City Experts programma gelanceerd. Dit is bestemd voor mensen die tenminste 50 reviews hebben gepost, waarvan maar liefst 5 in één maand.

Net als de Yelp Elite krijgen de Google City Experts ook bepaalde privileges en uitnodigingen voor bijzondere gelegenheden en evenementen. Ik heb nog geen Nederlandstalige content hierover kunnen vinden, maar in de show notes vind je de link naar de Engelstalige pagina’s. En de show notes kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/36.

Op dit moment is het programma actief in de volgende steden: Austin (USA), Birmingham (UK), Chicago, Edinburgh, Londen, New York, Portland (OR), Phoenix, Raleigh-Durham, San Francisco en Sydney. Google zegt dat ze hoopt dat ze binnenkort meer steden kan toevoegen.

Mogelijk is dit één van de acties van Google om het aantal reviews voor bedrijven op Google+ Lokaal op te krikken, want dat lijkt nog niet zo’n vlucht te nemen, als op Yelp of Foursquare. Zodra er nieuws bekend wordt gemaakt over het resultaat van dit programma, zal ik het zeker laten weten.

Google+ Lokaal verificatie kan weer per telefoon

Toevallig liep ik er dit weekend tegenaan: ik kwam erachter dat de Google+ Lokaal pagina van Wijsman en Koster Tandartsen in Apeldoorn nog niet was geverifieerd. Dus ging ik naar de desbetreffende pagina en klikte op “Deze pagina beheren”.

Lang geleden kon je ook pagina’s per telefoon verifiëren, maar dat is op een gegeven moment door Google uitgeschakeld. Ik denk dat er teveel misbruik van werd gemaakt. Vanaf dat moment kon je pagina’s alleen nog maar per briefkaart verifiëren. Dat duurde soms weken. Daar heb ik diverse bedrijven soms wel mee geholpen.

Maar nu zag ik dat je je bedrijf weer kunt claimen via de telefoon:

Google reviews vernieuwd

In podcast 34 vertelde ik je dat de vijf sterren reviews terug zijn in Google. Dat is een hele vooruitgang. Als je links en rechts op Internet onderzoek doet, dan lopen de meningen over het effect van de review sterretjes behoorlijk uiteen.

Aan de ene kant staan mensen die verwachten dat het niet veel effect zal hebben op de CTR, ofwel de Click-Through-Rate, terwijl anderen er wel een hoge verwachting van hebben. Ik behoor bij de tweede groep, want ik heb het sterke vermoeden dat het visuele aspect van de review sterretjes echt leidt tot een hogere CTR.

Maar Google is nu weer een stapje verder gegaan. In plaats van dat je naar de Google+ Lokaal bedrijfspagina gaat, als je op het aantal reviews klikt, komt er nu een soort van overlay over het scherm, waarin de reviews worden getoond.

Hieruit blijkt dat Google er op uit is om de gebruiker echt binnen de zoekmachine te houden. Want als je op het sluit-kruisje klikt, dan zie je de originele pagina met de lokale resultaten weer.

In de show notes heb ik een voorbeeld van deze overlay opgenomen.

Eerder dit jaar heeft Google het review filter ook al iets minder strak afgesteld, waardoor minder reviews worden afgekeurd en dus meer reviews worden gepubliceerd.

Als je dit combineert met het nieuws over de Google City Experts en de verandering van het tonen van de review sterretjes, lijkt alles erop te wijzen dat Google nu echt vaart wil gaan maken met het verzamelen van reviews.

Dit moet jou als het goed is er nu helemaal toe bewegen om echte reviews op Google+ Lokaal te gaan verzamelen. Want als Google er zo’n waarde aan gaat hechten, dan kun jij als ondernemer dat beter ook maar doen. Want voordat je het weet gaan je concurrenten harder dan jij en begin je met een achterstand, die je niet meer 1-2-3 kunt inlopen.

Gratis Google Internet in Starbucks

Google wil liefst van alle Internetters weten, waar zij heen surfen, hoelang zij welke content consumeren etc. Dat is natuurlijk ook de hoofdreden, dat Google in een aantal Amerikaanse steden druk bezig is met het uitrollen van supersnel Internet. Zo wordt in een aantal steden al Gigabit Ethernet aangeboden voor US$120 per maand. Deze dienst hoeven we volgens mij voorlopig nog niet in Nederland te verwachten.

Maar doordat Google aansluitingen op deze supersnelle netwerken biedt voor op zich een schappelijke prijs, kunnen zij precies het surfgedrag van alle aangesloten Internetters volgen. En op basis van die gegevens kunnen zij dan de zoekresultaten nog verder verbeteren, want zij zien tenslotte al het Internetverkeer!

Welnu, inmiddels gaat Google weer een stuk verder. Met Google Fiber heeft Google voornamelijk alleen inzicht in het verkeer van Amerikaanse Internetters. Maar eerder deze week maakte Google bekend dat ze gratis WiFi gaat bieden in alle 7.000 Starbucks vestigingen in de Verenigde Staten. Als je het artikel op het weblog van Google leest, dan zegt het bedrijf dat ze het Internet sterker, groter en sneller wil maken, evenals overal en universeel toegankelijk.

Het geval wil dat Starbucks ook een favoriete plek is voor veel buitenlanders die in de USA zijn, om een kop koffie te drinken, terwijl ze hun e-mail scannen of Facebook updaten etc. Ook dit verkeer krijgt Google dan te zien en zo kunnen ze hun zicht op het surfgedrag van niet-Amerikanen ook vergroten.

Natuurlijk verhoogt Google dan ook meteen de snelheid. Die zal factor tien tot honderd hoger liggen dan nu.

Ter informatie, voor het geval je binnenkort naar de VS gaat: het SSID van het WiFi netwerk is al bekend, namelijk: “Google Starbucks”.

Matt Cutts over on eigenlijk gebruik van TLD’s

En wederom is Matt Cutts van Google voor de camera gaan zitten om een verhaal te vertellen. Dit keer gaat het over het gebruik van TLD’s, ofwel “Top Level Domains”. Dat is het laatste stukje van een domeinnaam, dus bijvoorbeeld .nl, .com, .org, .net, .eu, .tv, .cc, .cn enzovoorts.

Heel lang geleden hadden deze TLD’s bepaalde betekenissen. Zo was toen “.com” bestemd voor commerciële bedrijven, “.org” voor non-profit organisaties, “.net” voor netwerkproviders en natuurlijk “.nl” voor websites van Nederlandse origine. Inmiddels is dat allemaal een beetje vervaagd.

https://www.youtube.com/watch?v=yJqZIH_0Ars

De vraag in de video komt voort uit het feit dat gemakkelijk te onthouden domeinnamen, eindigend op “.com” steeds schaarser en duurder worden. De vraag is of je bijvoorbeeld .cn, .cc of .io domeinnamen mag gebruiken, die –op de keeper beschouwd– zijn bestemd voor andere landen of gebieden.

Matt Cutts zegt hierover dat deze domeinnamen eigenlijk bestemd zijn voor het betreffende land en als je content aanbiedt die niet voor het desbetreffende land bestemd is, je dus dat TLD misbruikt.

Er zijn wel algemene TLD’s, die je volgens Google mag gebruiken, zoals .io (wat eigenlijk voor de Indische Oceaan bestemd is). Dus als je een Nederlandstalige site op een domeinnaam, eindigend op .io aanbiedt, is dat geen probleem.

Als je meer wilt lezen en precies wilt weten welke top level domeinen je wel algemeen mag gebruiken, dan verwijs ik je naar de link naar Googles “Domeinen voor geotargeting”, die je ook in de show notes kunt vinden.

Google Helpouts

Ik heb het natuurlijk al een paar keer gehad over Google Hangouts. Dat is de gratis dienst van Google, waarmee ze eigenlijk voor een deel concurreren met Skype, GotoWebinar, GotoMeeting en andere online telefonie- en vergaderdiensten. Dus daar wil ik het nu even niet verder over hebben.

Maar de geruchten gaan, dat Google bezig is met een betaalde variant hierop te ontwikkelen, met de naam “Google Helpouts”. Dit kwam ik op het spoor via een artikel op TechCrunch, waarvan je de link kunt vinden in de show notes.

Het zou op dit moment intern in Google worden getest en als het live gaat biedt het een soort van marktplaats, waarmee bedrijven en individuen hun kennis en diensten commercieel kunnen aanbieden via video. Zo zou je dan bijvoorbeeld een betaalde taalcursus, kookles of reputatiecoaching consult kunnen afnemen. Ook op dit moment zie je op Google Hangouts al mensen gratis talencursussen geven.

Volgens de bron zal het platform een goede zoekfunctie bevatten, zodat mensen snel en eenvoudig voor hen relevante Hangouts of Helpouts kunnen vinden. En Google zou Google ook niet zijn, als ze hier ook meteen een reviewsysteem aan koppelen.

Het lijkt mogelijk dat je als aanbieder van online videodiensten een agenda kunt bijhouden, waarin je kunt aangeven wanneer je beschikbaar bent voor een sessie.

Wie weet wordt dit het eerste product of de eerste dienst die bedrijven straks via hun Google+ Lokaal pagina kunnen aanbieden. Want je kunt erop wachten dat Google haar Google+ Lokaal platform voor bedrijven commercieel wil gaan maken. Het is en blijft tenslotte een bedrijf dat ook voor de aandeelhouders liefst steeds meer winst maakt.

Het is nog niet bekend wanneer het live gaat en of het dan ook meteen in Nederland beschikbaar zal zijn. Dat zal de toekomst ons leren.

Yelp: 59% van alle zoekpogingen nu mobiel

Het was eventjes stil rond Yelp. Maar inmiddels heeft Yelp bekendgemaakt dat het bedrijf over het tweede kwartaal een klein verlies heeft geleden van net iets minder dan één miljoen Amerikaanse dollars. Het positieve was wel dat de financiële resultaten maar liefst 69% waren gegroeid ten opzichte van het tweede kwartaal van vorig jaar.

Nog wat statistieken van Yelp:

  • Het aantal unieke bezoekers per maand bedraagt nu 108 miljoen
  • Het aantal actieve lokale business accounts is 51.400
  • 59% van alle zoekpogingen komen vanaf mobiel

In deze statistieken die eerder deze week werden vrijgegeven, vielen me twee zaken op: allereerst het aantal “actieve lokale business accounts”. Ik heb gven gezocht wat dat was, maar kon er verder niet echt wat over vinden. Wellicht is dit het aantal bedrijven dat op Yelp adverteert. Ik weet het echter niet zeker.

Maar wat opvallender is, is het aantal zoekpogingen dat vanaf een mobiel apparaat komt. Dat is inmiddels gestegen tot 59%! Ook hier zie je weer een teken dat mobiel al maar belangrijker wordt en echt de toekomst heeft.

Als laatste nieuwtje over Yelp, werd gemeld dat de integratie met Qype voorspoedig verloopt. Qype was tot oktober 2012 een serieuze concurrent van Yelp. Op dat moment heeft Yelp het bedrijf Qype overgenomen en is het op dit moment bezig om de gegevens van Qype te integreren. Volgens Yelp heeft het inmiddels de Qype-gegevens van Ierland, Italië en Spanje geïntegreerd en staat Frankrijk als volgende land gepland om te integreren.

4 soorten reviews die het Yelp review filter triggeren

Verder kwam ik een leuk rapport van de Harvard Business School tegen, getiteld “Fake It Till You Make It: Reputation, Competition, and Yelp Review Fraud”. Het rapport is geschreven door Michael Luca en Georgios Zervas. In de show notes heb ik een link naar het rapport voor je opgenomen.

Zoals je van een wetenschappelijk rapport mag verwachten is het niet gemakkelijk te lezen. Wel zijn er een paar interessante conclusies in het document te lezen ten aanzien van reviews:

  1. Restaurants verwerven vaker frauduleuze reviews, als ze (nog) niet zoveel reviews hebben.
  2. Restaurants die recentelijk slechte reviews hebben gekregen wenden zich vaker in positieve review fraude
  3. Ketens van restaurants hebben minder vaak frauduleuze reviews dan onafhankelijke restaurants
  4. Bedrijven met geclaimde pagina’s posten beduidend vaker frauduleuze 5-sterren reviews
  5. 1- en 5-sterren reviews worden vaker gefilterd dan de reviews met tussenliggend aantal sterren.
  6. Kortere reviews worden vaker gefliterd, dan langere reviews.
  7. Reviews van reviewers die af en toe of slechts één keer iets posten, worden ook sneller gefilterd.
  8. Reviews van accounts zonder profielfoto hebben ook een grotere kans om gefilterd te worden.

Tot zover over Yelp. Dan over op een ander interessant onderwerp, waar ik afgelopen week het één en ander over las wat ik graag met je wil delen, namelijk “Comment Marketing”. En nee, ik bedoelde niet “Content Marketing”.

Comment marketing

Maar wat is dan “comment marketing”, hoor ik je vragen? Nou, dat is simpelweg het reageren op blogberichten, ofwel: reacties posten. In principe kan iedereen het, maar dat wil nog niet zeggen dat het eenvoudig is.

De meeste bloggers en Internet marketeers zien het posten van reacties als een tactiek om extra links naar hun eigen site te krijgen, maar maken er niet ten volle gebruik van als echte marketing techniek.

Echte comment marketing is het delen van waardevolle meningen en gedachten om zo de discussie aan te zwengelen, of gaande te houden, of juist een andere wending te geven. Het reageren op blogberichten geeft mensen niet alleen een indruk van jou en waar je voor staat, maar stelt je ook in staat om jezelf echt te profileren en te onderscheiden van de meute om zo maanden of zelfs jaren mensen te prikkelen meer van jouw content te lezen.

Goede strategie
Net als zoveel andere vormen van marketing, helpt het ook bij comment marketing als je een goede strategie hebt. En een strategie begint met het vaststellen van je doelen en bepalen op welke blogs je wilt reageren.

Bepaal doelen en websites
Wil je je profileren als thoughtleader, of ben je bijvoorbeeld meer geïnteresseerd in verkeer naar je eigen site? En het ideale blog om op te posten, is eentje waar frequent nieuwe, verse content wordt gepubliceerd. Zoek eens op Google, Bing of de social media naar blogs waar jij zou kunnen reageren.

Als je verkeer naar je site wilt, is het belangrijk dat je sites zoekt, waar je een rechtstreekse link naar jouw site krijgt. Als je via een profiel op die site gaat, is het aantal kliks naar jouw site veel lager.

Vergeet niet: als je eenmaal begint met comment marketing, dan moet je de sites geregeld en regelmatig bezoeken om te zien of er nieuws is. Eventueel kun je je ook abonneren op de RSS-feeds van de desbetreffende sites, zodat je automatisch nieuwe content te lezen krijgt, zodra het is gepubliceerd.

Organiseer je inspanningen
Het ordentelijk reageren op weblogs is een activiteit die zeker vruchten af kan werpen, maar ook eentje die extra tijd van je gaat vergen. Organiseer je werk daarom. Zoals ik al zei: als je nog geen RSS reader hebt, waarin je RSS-feeds van diverse sites volgt, registreer je dan bijvoorbeeld bij Feedly. Dat is in ieder geval de RSS-reader die ik gebruik. En meld daar alle RSS-feeds aan, die je netjes in folders indeelt, bijvoorbeeld per topic.

Idealiter plan je ook elke dag een stukje tijd in je agenda om op je favoriete blogs te reageren. Voor goede comment marketing is het essentieel dat je snel reageert, nadat nieuwe content is gepubliceerd.

Meld je aan bij Gravatar
Maak ook een account aan bij Gravatar.com en upload daar een goede, recente foto van jezelf. Registreer bij Gravatar ook al je andere social media accounts en e-mailadressen. Maar denk erom dat je voor comment marketing één en hetzelfde e-mailadres gebruikt.

Het voordeel van je registreren bij Gravatar, is dat veel weblogs automatisch de foto’s van mensen die reageren, ophalen van Gravatar. Zo creëer je een stuk personal branding.

Begin daarna met reacties posten.

Wat niet doen?

  • Laat geen algemene reacties achter, zoals “Goed artikel!” of andere nietszeggende reacties. Dat lijkt snel op spam en zal in een aantal gevallen ook niet eens door het spamfilter komen.
  • Wees geen eenheidsworst, maar durf eens de chargeren. Doe dat echter wel met respect en wees erop voorbereid, dat je je standpunt zult moeten verdedigen.
  • Post geen reactie, zonder eerst het artikel aandachtig te lezen en er zeker van te zijn dat je het begrijpt.
  • Ga ook niet plomperloren je link posten, tenzij de link echt relevant is voor de discussie en je reactie. Anders wordt dit vaak gezien als zelfpromotie en wordt de post niet eens toegelaten.
  • Negeer anderen die op jouw reactie reageren niet! Want zo zet je jezelf duidelijk op de kaart en laat je zien dat je serieus bent in je comment marketing en het niet alleen doet om links te verzamelen.

Wat dan wel doen?

  • Schrijf waardevolle en zinnige reacties. Zorg ervoor dat je echt iets te melden hebt en iets bijdraagt aan de conversatie.
  • Wees niet bang om een andere mening uit te dragen of in discussie te gaan. Daar is het medium juist ook voor. Bovendien helpt dit mensen jou te herkennen.
  • Wees ook eens grappig: niet elke reactie hoeft per se serieus te zijn. Toepasselijke humor bij een artikel is eigenlijk altijd leuk.
  • Connect met anderen. Comment marketing is een soort achtergestelde vorm van marketing die nog door niet veel mensen wordt gepraktiseerd. Dus je vindt snel gelijkgestemden.

Meten = weten
Al het voornoemde heeft niet echt veel nut, als je niet meet of je inspanningen zin hebben. Ik snap ook dat het puur meten van je reputatievergroting op basis van jouw comment marketing niet goed mogelijk is, maar je kunt via Google Analytics wel controleren of je door je reacties op de diverse blogs verkeer naar jouw site krijgt.

Zo kun je ook zien of het zin heeft om ermee door te gaan. Besef dat mensen in eerste instantie niet zo snel naar je site zullen doorklikken. Pas als ze je vaker gaan tegenkomen, zijn ze eerder geneigd om (vaak uit nieuwsgierigheid) toch eens een kijkje op jouw site te nemen.

Blijf jezelf verbeteren
Blijf jezelf en je proces verbeteren. Besef dat “Eén zwaluw nog geen zomer maakt” en je dus niet te snel moet denken dat je acties geen effect ressorteren. Een reputatie opbouwen kost echt tijd.

Ga op basis van je meetresultaten steeds je proces en je reacties verder verbeteren. Leer van je fouten, kijk wat werkt en wat niet werkt. Bekijk tevens eens de blogs van de mensen die ook reageren en zie of je daar weer nieuwe sites kunt vinden, waar je verder kunt met je comment marketing. Mocht je na een aantal reacties nog steeds geen resultaat zien van je inspanningen op een bepaalde site, wees dan ook niet bang om die site te schrappen en je te richten op sites die wel het gewenste resultaat opleveren.

Zo kom ik van de comment marketing op een andere vorm van marketing terecht, waar ik zelf al wel veel mee bezig ben, namelijk videomarketing.

Videomarketing tips

Soms kom ik wel eens handige tips tegen en die sla ik dan op om op een later moment eens te noemen. Zo kom ik ook op de volgende paar tips voor videomarketing.

De eerste tip helpt je om te voorkomen dat anderen gaan denken dat je zit te spammen, als je een aantal video’s hebt gemaakt en deze in één keer uploadt. Soms heb ik een enorme inspiratie en maak ik op één dag wel eens 4 of meer instructievideo’s. Als ik die allemaal achter elkaar uploadt naar YouTube, dan verschijnen ze in no-time achter elkaar op YouTube, Google+ etc. Dat kan snel worden beschouwd als spammen.

Om dat te voorkomen heb ik mijn standaardinstellingen op YouTube aangepast, dat alle video’s die ik upload, initieel als “privé” worden aangemerkt. Dat geeft mij twee voordelen. Als eerste worden de video’s niet meteen gezien door de abonnees van mijn YouTube channel en de mensen in wiens cirkels ik zit op Google+, omdat ze onzichtbaar blijven. Ik kan ze dan zelf handmatig online zetten als het mij uitkomt, qua planning van mijn contentmarketing.

Een tweede voordeel is dat je ze dan ook gepland online kunt laten verschijnen. Dat heb ik bijvoorbeeld met de laatste paar ReputatieCoaching podcast video’s gedaan. Die heb ik iets meer dan een week geleden geüpload, maar die verschenen gepland online, op verschillende dagen.

Zo lijkt het voor de zoekmachines er ook meer op, alsof je geregeld en regelmatig nieuwe content publiceert, hetgeen altijd beter is dan in één keer een bulk online te zetten. In de show notes heb ik een video hierover opgenomen, die ik heb gevonden op www.RealSEO.com.

Dat is overigens een site die ik je van harte kan aanraden, als je meer wilt weten over videomarketing, want die site heeft dat als enige aandachtsgebied.

En dan de tweede en tevens laatste tip voor vandaag. Dit is een gouden tip, als je je video’s echt wilt laten scoren in YouTube. Dit is ook het “geheime” recept van de hoge scores van mijn video’s in zowel de zoekresultaten op YouTube, als algemeen op Google.

YouTube doet namelijk wel een poging om jouw spraak te herkennen, maar dat gaat vaker fout dan goed. En omdat dat dat het enige is, wat Google of YouTube hebben om met jouw video in verband te brengen, krijg je bij een belabberde ondertiteling ook een belabberde positie in de zoekresultaten.

Als je een video uploadt of al online hebt staan waarin wordt gesproken, upload dan ook een correcte transcriptie ten behoeve van de ondertiteling.

Om dit bij een video te doen, klik je in het menu “Videobeheer” onder de video op “Bewerken”. Klik dan boven in het scherm op “Ondertiteling” en kies “+ Een nieuwe track toevoegen”. Kies “Ondertitelingsbestand of transcriptie uploaden”. Daarna krijg je de mogelijkheid om een simpele copy/paste uit bijvoorbeeld een Word document te doen.

Daarna gaat YouTube aan de slag met het plaatsen van jouw ondertiteling op de juiste plaatsen in de video. Dat hoef jij dus niet eens te doen. Geef je ondertiteling een goede naam (bij voorkeur met één of twee zoekwoorden erin) en markeer de andere ondertiteling als “inactief”. Zo voorkom je dat de verkeerde ondertiteling wordt gebruikt om gebruikers naar jouw video te leiden.

Mocht je een video ook op anderstalige delen van je site willen gebruiken en is de audio niet in de desbetreffende taal, voeg dan ook een ondertiteling in die taal toe. Dat helpt je dan ook bij het extra ranken met die video in de zoekresultaten voor de gewenste taal.

Ik ben me ervan bewust dat dit bij een langere video een flinke belasting is op je tijd, want je moet de hele video aflopen en alles intypen. Maar geloof me, het is echt de moeite waard. Doe maar eens een experiment en laat mij de resultaten weten.

Met deze videomarketing tips kom ik dan weer aan het einde van de podcast van vandaag. Ik had eigenlijk nog veel meer topics voor je gepland, maar die bewaar ik voor een apart artikel of een volgende podcast. Anders wordt deze podcast wel heel erg lang.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.

En je kunt rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 36 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:

doorEduard

33: Linkbuilding, guest posting, einde Google Latitude, reviews met sterren, Google grappen en Easter Eggs

ReputatieCoaching PodcastReputatieCoaching Podcast aflevering 33!

Hallo en hartelijk welkom bij dé bekendste Nederlandstalige podcast over reputatiemanagement en reputatiecoaching, het verbeteren van je online vindbaarheid en optimalisatie van je website voor zoekmachines.

Ik waarschuw je alvast op voorhand: vandaag heb ik een boel topics die zijn gerelateerd aan Google. Als eerste onderwerp in deze podcast heb ik iets anders: een recent voorbeeld uit de praktijk, dat bedrijven nog aan foute linkbuilding doen. Dan is een logisch vervolg wat Matt Cutts onlangs over linkbuilding heeft gezegd. Via linkbuilding kom ik daarna op guest blogging en hoe je dat het beste kunt doen. En na Google Reader is het nu einde Google Latitude. Ook zijn de 5-sterren reviews terug in Google en ik heb een leuk stuk als het verhaal achter Google. Als laatste sluit ik af met een paar Google grappen en Easter eggs.

Mijn naam is Eduard de Boer –bekend als de ReputatieCoach– en ik ben je host voor vandaag!

Linkbuilding… Je zou denken dat de meeste mensen nu toch wel weten dat je niet overal maar links moet vragen en dan zeker niet meteen teruglinken naar alle sites, die naar jouw site linken.

Linkbuilding in een ander perspectief

Daarom was ik afgelopen week ook erg verbaasd, toen ik op mijn Allround Fotografie mailaccount een mailtje kreeg van een niet nader te noemen trouwsite met de volgende inhoud (ik citeer):

Beste Trouw Ondernemer,

We willen u graag op de hoogte brengen van een wijziging in de bedrijvengids van puntje-puntje-puntje…

U heeft uw bedrijf ingeschreven in onze bedrijvengids en presenteert uw bedrijf hierin. Naast deze bedrijvengids op onze website heeft elke trouwwebsite van onze bruidsparen ook een kopje met Trouwgids en hierin is de bedrijvengids nogmaals opgenomen. Uw website staat dus gelinkt op honderden actieve websites!

Ondanks dat de kosten voor onze trouwwebsite stijgen, willen we de bedrijvengids graag gratis houden. We willen alleen graag op uw steun rekenen in de vorm van een linkje terug naar onze website. Natuurlijk vinden we het ook leuk als u onze website onder de aandacht brengt in een nieuwsbericht of een linkje op de homepage van uw website.

Binnen 2 maanden controleren wij opnieuw alle inschrijvingen in onze bedrijvengids. Bedrijven die geen retourlink op hun site hebben geplaatst, moeten wij helaas uit onze bedrijvengids verwijderen. Mocht u al een linkje geplaatst hebben dan zijn we daar uiteraard erg blij mee en hoeft u geen verdere acties te ondernemen.

Wij rekenen op uw begrip en hopen dat nog veel potentiële klanten uw bedrijf via onze website mogen vinden!

Met vriendelijke groet,

bla bla bla…

Ik heb hierop een reactie gestuurd, waarin ik schreef dat het vandaag de dag niet erg handig is om op deze manier backlinks te verzamelen, met nog wat meer achtergrondinformatie, toelichting enzovoorts. Daarop kreeg ik als antwoord terug:

Vriendelijk dank voor de mail. Maar wat ons betreft is een linkje terug nog altijd beter dan geen link terug.

Wij zijn niet alleen afhankelijk van onze positie in Google, maar vooral ook van mensen die via andere websites binnen komen. Zonder linkje op andere websites hebben we dus minder bezoekers.

Tja, deze opvatting zag ik niet aankomen… Zelf heb ik nog linkpagina’s op enkele sites. Die zijn organisch gegroeid en deels historisch inderdaad ook als gevolg van zogenaamde “reciprocal links”. Op de meeste sites heb ik vanwege alle negatieve berichtgeving over wederzijdse links, deze ook al een tijd geleden verwijderd. Op een aantal andere sites heb ik ze “nofollow” gemaakt.

Maar wat ik wel altijd deed, was meten hoevaak er op bepaalde links werd geklikt. Nu was dat op alle sites niet bijzonder vaak. Een paar losse kliks per maand en meer was het niet.

Wat ik me afvraag: natuurlijk heb jij Google Analytics draaien en kun jij in je statistieken ook zien vanaf welke sites je verkeer krijgt. Dat doe je onder “Verkeersbronnen” → “Bronnen” → “Verwijzingen”.

Waar ik erg benieuwd naar ben, hoe mensen tegenwoordig omgaan met links-pagina’s en het klikken daarop. Daarvoor heb ik in de show notes een kleine enquête met drie vragen opgenomen. Je doet me een plezier, door binnen 10 seconden deze drie vragen te beantwoorden:

  1. Surf jij tegenwoordig nog vaak naar de “links”-pagina van een bedrijfswebsite om te kijken wat je daar vindt? Zelf doe ik dat niet meer, maar dat kan aan mij liggen. Dus laat eens weten of jij nog wel naar “links”-pagina’s surft om vanaf daar door te klikken.
  2. Hoe vaak klik je gemiddeld , op links die je op een “links”-pagina ziet?
  3. Of je zelf nog een links-pagina hebt omwille van de backlinks die je daardoor van andere partijen krijgt.

Nadat je de vragen hebt beantwoord, kun je ook meteen zien wat andere lezers en luisteraars van de ReputatieCoaching website en podcast op deze vragen hebben geantwoord.

Je vindt de show notes met deze bliksemenquête op www.reputatiecoaching.nl/33.

Hier verder op voortbordurend: als jij meer dan 5.000 bedrijven op je site hebt staan en elk bedrijf heeft een backlink naar jouw site en je krijgt gemiddeld 1-2 unieke bezoekers per maand vanaf één website, dan krijg je dus wel zo’n 10.000 extra unieke bezoekers. Deze getallen zijn gewoon geëxtrapoleerd, maar laat het eens 8.000 zijn, dan zijn het er nog veel!

Dus, als je een groot aantal bedrijven op je site hebt staan en je door bijvoorbeeld moordende concurrentie of illegale linkbuilding door je concurrenten niet goed scoort in de organische resultaten, dan is dit mogelijk een aardige manier om links te krijgen.

Ik zou dan alleen wel vragen of de webmasters in kwestie naar jouw site willen linken met een “nofollow” tag, om het risico op penalties door Google te minimaliseren. Want stel dat om welke reden dan ook anderen stoppen met het linken naar je site en je helemaal niet meer in de organische resultaten van Google bent te vinden, dan heb je alsnog een probleem.

Als je dan nog meer verkeer van andere sites naar jouw site wilt trekken, dan zou ik ook een affiliate programma beginnen. Zeker als je dat ordentelijk opzet, dan denk ik dat je in elk geval nóg meer verkeer naar je site trekt, en dat je geen negatieve aandacht trekt van de zoekmachines.

Linkbuilding en guest blogging volgens Matt Cutts van Google

Maar wat vinden de zoekmachines dan van linkbuilding? Dat is een vraag die veel mensen bezighoudt. En door de nevelen die het fenomeen “linkbuilding” op dit moment omhullen, durft bijna niemand meer te linken, laat staan nog guest-posts te schrijven voor andere sites…

Eric Enge van Stone Temple Consulting heeft Matt Cutts van Google kunnen interviewen over links, linkbuilding en wat nu wel en niet mag. In de blauwe infobox onderaan de show notes vind je de link naar dit artikel. Het is erg lang, dus ik ga het hier niet helemaal herhalen of vertalen. Wel wil ik een paar antwoorden en reacties van Matt Cutts uit dit interview aanhalen:

  1. Linkbuilding is niet illegaal en dus gewoon toegestaan door Google.
  2. Links in persberichten worden klaarblijkelijk zo goed als niet meegenomen om de ranking van een site te verbeteren. Maar als bloggers en journalisten op basis van persberichten hun eigen artikelen gaan schrijven met links naar een bepaalde site, dan tellen die links wel degelijk mee. Zo groeit de ranking van de site waar naartoe wordt gelinkt.
  3. Het is altijd beter je publiek via meerdere kanalen te benaderen. Als je bijvoorbeeld je publiek alleen met Google bouwt en benadert, is dat lang niet zo krachtig als wanneer je een variëteit aan social media en kanalen gebruikt.
  4. Google wordt al maar beter, naarmate meer tijd verstrijkt. Zo wordt zij ook beter in het onderscheiden van mensen met autoriteit op het web. Dat zijn mensen die vaak worden geciteerd en waarnaar de meeste mensen luisteren, als deze iets te melden hebben.
  5. Content syndication (dat is het hergebruiken van bestaande content) is zeker een goede manier voor het vergroten van je reputatie, of om verkeer naar je site te krijgen. En een link opnemen naar het bron artikel kan ook nooit kwaad.
  6. Hoe meer signalen je aan Google kunt geven dat jij de auteur bent van een artikel en daarmee werkelijk de eerste die het heeft gepubliceerd, hoe gemakkelijker het is voor de zoekmachines om dit artikel ook daadwerkelijk aan jouw online reputatie toe te schrijven.
  7. Guest posting van een enorm sterk, origineel artikel waar iedereen over praat en waar overduidelijk veel werk in is gaan zitten om te publiceren is zeker een goede en ook valide manier om jezelf beter op de kaart te zetten en om links naar je site te krijgen. Vooral als dit artikel op een site met een hoge mate van autoriteit wordt gepubliceerd.
    Maar helaas is de meerderheid van de guest posts alleen te doen om backlinks en vaak van relatief lage kwaliteit. Ook worden die berichten op veel sites gepost.
  8. Interviews kunnen een fantastische manier zijn om aandacht te creëren voor je brand, zowel het geven van interviews als het afnemen ervan.
  9. Volgens Matt Cutts zijn links nog steeds de beste manier om te bepalen hoe populair een bepaald stuk content is en mogelijk in een later stadium ook social signals en authorship. Google streeft naar een ideale wereld, waarin zoekmachines precies doen, wat jij intuïtief verwacht: jou het beste antwoord geven op je vraag.

Verder las ik ook een artikel over Guest Blogging op Search Engine Land. In het artikel wordt verwezen naar twee video’s van John Mueller van Google, waarin hij zegt dat je het beste links in artikelen kun opnemen met een “nofollow”-tag, zeker als deze artikelen worden gebruikt als guest posts voor link building.

Dat is ook het algemene advies van Google: als je naar een artikel linkt met linkbuilding in het achterhoofd, dan moet je de link als “nofollow” definiëren. Maar als je een artikel schrijft zonder deze intentie, dan is het helemaal geen probleem om rechtstreeks en zonder de “nofollow” tag te linken.

In de show notes op www.reputatiecoaching.nl/33 heb ik een video van Matt Cutts opgenomen uit oktober 2012, waarin hij ook hierop in gaat.

Website kortstondig niet bereikbaar? “Geen probleem!”, zegt Google

Ik ben er nog niet met Google. Matt Cutts zei recentelijk in een andere video dat Google je niet meteen uit de zoekresultaten verwijdert, in het geval je site tijdelijk (bijvoorbeeld een dag) even niet kan worden gevonden. Ook zul je niet meteen in de zoekresultaten kelderen.

Als je gebruikt maakt van Google Webmaster Tools –euhhh… je hebt jouw site of sites daar toch wel aangemeld?– dan stuurt Google je een berichtje dat ze niet in staat was om je site te benaderen.

Aan de andere kant, als je site langere tijd niet benaderbaar is, dan kan het voorkomen dat je site uit de zoekresultaten verdwijnt. Want Google wil bezoekers tenslotte niet naar sites sturen die al langere tijd niet meer te vinden zijn.

Einde Google Latitude

En podcast 31 schreef ik al dat Google haar Google Reader service had beëindigd. Inmiddels is bekend geworden dat Google 9 augustus stopt met haar dienst “Latitude”. Dit was te lezen op het blog van Google Maps. De aankondiging hiervan werd terloops vermeld op een enkel regeltje in een artikel over de nieuwe Google Maps app voor smartphones en tablets.

Ik acht overigens de kans groot dat je nog nooit van Google Latitude hebt gehoord. Dit was een dienst van Google waarmee je kon bijhouden waar je allemaal was geweest. Ik heb het zelf niet intensief gebruikt, maar heb er wel eens mee geëxperimenteerd.

Op dit moment is de dienst nog operationeel. Omdat ik dit weekend weg ben, heb ik de content voor deze podcast al op vrijdag samengesteld. Vrijdagochtend heb ik eerst onze dochter naar school gebracht, waarna ik met onze nieuwe pup “Bram” naar Dierenartspraktijk “De Driehoek” in Klarenbeek ben geweest voor controle en om hem een prik te laten geven. Dit kun je nazien in de screenshot van Google Latitude van die dag, die ik in de show notes heb opgenomen, om je een idee te geven.

De reden dat Google stopt met “Latitude” is dat het bedrijf wil dat je incheckt bij bedrijven of op bepaalde locaties met behulp van de Google+ app.

5-sterren reviews zijn terug!

In diezelfde blogpost meldt Google ook dat de 5-sterren reviews weer terug zijn, om te beginnen in Google+ Lokaal. Als je daar zoekt naar bedrijven, dan worden de sterren weer vertoond, in plaats van de Zagat-score, waarin je maximaal 30 punten kunt halen.


De verwachting dat ze zouden terugkomen noemde ik al in podcast 25, naar aanleiding van bekendmakingen over onder andere Google Maps, op de Google I/O 2013. De nieuwe Google Maps, die op dit moment nog in bèta is, heeft ze al, evenals nu dus Google+ Lokaal. Nu is het wachten nog op de vermeldingen in de lokale zoekresultaten.

In de herfst van 2011 is Google begonnen met de Zagat-score. Ik denk dat Google sinds die tijd ander klikgedrag heeft waargenomen dan daarvoor, omdat de meeste mensen niet echt leken te reageren op puntenvermelding. Mensen zien overal sterretjes als grafische indicatie voor reviews. Dus verwacht men die ook bij Google.

Google doet dit echt niet voor niets! Mijn voorspelling is dat bedrijven waarbij de sterretjes worden vertoond, vanaf nu langzaamaan ook weer meer bezoekers zullen trekken. En het zal helemaal duidelijk worden, zodra de sterretjes ook zijn teruggekeerd in de lokale zoekresultaten tussen de organische resultaten, als mensen gewoon op Google.nl zoeken.

Ik raad je daarom ook aan om meer aandacht te schenken aan het verwerven van meer reviews op Google+ Lokaal. Want als je er minstens vijf hebt, worden bij jouw bedrijfsvermelding ook de review sterretjes vertoond.

Ga ze niet te snel proberen te werven, maar doe het over de komende paar maanden. Als je 1-2 reviews per maand of zo krijgt, valt het niet op. En wees je ervan bewust dat het zo goed als geen zin heeft om reviews te krijgen van mensen die zich even snel aanmelden voor Google+ en daar vervolgens niets meer mee doen. Die reviews ben je zo weer kwijt, omdat ze worden onderschept door het Google review filter.

Het verhaal achter Google

Google is natuurlijk een bedrijf met daarachter een gigantisch complexe infrastructuur met een enorme processing- en opslagcapaciteit. Om je een idee te geven: het web bestaat uit meer dan 30 triljoen pagina’s. De database waarin Google al deze pagina’s in heeft geïndexeerd en dus in begint te zoeken, zodra jij begint met het intypen van je zoekterm, beslaat meer dan 100 miljoen gigabyte. Stel als je dit omrekent naar harddisks van 1 terabyte, dan heb je dus alleen al 100.000 harddisks nodig. Nou, als je dan beseft dat alle data minstens drie keer is opgeslagen en Google natuurlijk nog veel meer gegevens opslaat…

Heb je dit wel eens in je achterhoofd, als je iets op Google opzoekt en je krijgt meteen de resultaten? En je bent heus niet de enige die op dat moment ergens op de wereld iets opzoekt… Google verwerkte in 2012 per dag meer dan 5 miljard zoekpogingen!

Pfff… de omvang en de complexiteit is in ieder geval groter dan dat ik me kan voorstellen. In mijn zoektocht naar interessant nieuws en leuke weetjes kwam ik ook de animatie van Google tegen, waarvan ik de link in de show notes heb opgenomen. Deze animatie laat heel leuk zien hoe Google werkt en wat er allemaal bij komt kijken om jou per direct de gewenste resultaten te tonen, die je zoekt.

http://www.google.com/intl/en/insidesearch/howsearchworks/thestory/

Ik kan je echt aanraden die animatie eens te bekijken. Hoewel ik best één en ander weet van het mechanisme achter Google, vond ik het ook heel leuk om zo eens te zien.

Daarin kwam ik ook een grafiek tegen, waarin Google laat zien hoeveel sites zij elke maand handmatig als spam beoordeelt. Ook deze grafiek vind je terug in de transcriptie van deze podcast. In de grafiek zie je een blauw gedeelde dat enorm groot is. Dat is de pure spam. De andere kleurtjes zijn andere redenen, waarom content handmatig uit de index is verwijderd. Mogelijke redenen kunnen zijn:

  • Gehackte sites
  • Onnatuurlijke linkpatronen vanaf of naar jouw site
  • Automatisch gegenereerde content
  • Sneaky content speciaal voor zoekmachines
  • “Zinloze” content zonder enige waarde
  • Geparkeerde domeinen
  • Verborgen tekst en/of keyword stuffing

100 miljoen “onveilige content” waarschuwingen per week!

Sinds een tijdje toont Google wanneer je een website dreigt te benaderen die zij als onveilig beschouwt. Misschien heb je het zelf ook wel eens gezien. In de show notes heb ik ook een grafiek opgenomen van het aantal onveilige websites, dat Google per maand vindt:

Toen ik iets meer achtergrondinformatie hierover ging opzoeken kwam ik een artikel tegen, waarin wordt vermeld dat Google op dit moment elke dag zo’n 10.000 onveilige websites vindt. Dit zijn dus sites die proberen de computer van de gebruiker te infecteren met virussen, malware of gewoon proberen je op te lichten.

En hiervoor geeft Google dus waarschuwingen af. Maar liefst 100 miljoen per week!

500 miljoen keer per dag geen flauw idee

Je zou denken dat er voor Google niets nieuws meer onder de zon is, met zo ontzettend veel webpagina’s in de database en zulke immense hoeveelheden processing power en opgebouwde historie…

Nou… Dat valt nog wel tegen. Toen ik verder in Google dook voor deze podcast, las ik op C|Net ook een leuk artikel waarin werd geschreven dat Google 15% van alle zoekpogingen per dag nog nooit eerder heeft verwerkt… Dag in… Dag uit… Dat zijn dus 500 miljoen zoekpogingen per dag, waarbij Google in eerste instantie geen idee heeft waar het over gaat.

In de 15 jaar van haar bestaan is dat dus elke dag zo: 15% van de queries aan Google zijn gewoon nieuw! Dat is ook iets om over na te denken als je iets zoekt. En het bedrijf werkt er dus continu aan om de kennis te vergroten en jou die resultaten te tonen, waarvan het denkt dat je naar op zoek bent. En dat alles binnen een paar microseconden!

Komische aanbevolen zoektermen in Google

Soms kan dit raden door Google ook leiden tot komische resultaten die je niet meteen verwacht, maar vaak na wat meer onderzoek toch gewoon zijn te verklaren.. Als je surft naar www.google.nl en begint met typen, zie je terwijl je typt al resultaten, waarvan Google denkt dat jij naar op zoek bent. Dit zijn de zogenaamde “instant resultaten”.

Deze “instant resultaten” zijn feitelijk op basis van actuele zoektrends, dus recentelijk uitgevoerde zoekpoginen en zoektermen.

Een paar grappige resultaten heb ik met je gedeeld in de show notes… Bijvoorbeeld als je intypt: “Paul de Leeuw”, dan krijg je de als mogelijke resultaten:

  • paul de leeuw
  • paul de leeuw moedermelk
  • paul de leeuw breast
  • paul de leeuw twitter

Als je het nieuws niet hebt gevolgd, dan heb je mogelijk geen idee hoe de mogelijke zoekterm “paul de leeuw moedermelk” hiertussen kan verschijnen. Dan ben je waarschijnlijk niet de enige. Want veel mensen waren de afgelopen anderhalve maand op zoek naar video’s van de tv-uitzending waarin Paul de Leeuw moedermelk uit een borst dronk.

Of als je op zoek bent naar meer religieuze diepgang en achtergrondinformatie over het geloof… En je typt op Google in: “God is een “ (gevolgd door een spatie)… Dan krijg je te zien:

  • god is een schilder
  • god is een werkwoord
  • god is een klootzak
  • god is een konijn

Die derde mogelijke zoekterm komt waarschijnlijk van mensen die een teleurstelling in het leven te verwerken hebben gekregen en het geloof in God in twijfel trekken en dit delen met Google…

Maar hoe komt het nu dat mensen God associëren met een konijn? Iets verder doorzoeken leidt tot een boek op bol.com met als titel: “Toen Goed Een Konijn Was”. Ik denk dus dat mensen die op zoek zijn naar het boek vooral twee zelfstandige naamwoorden hebben onthouden: “god” en “konijn”.

Wanneer je gaat zoeken naar het denkbeeld van Nederlanders over bepaalde nationaliteiten, dan heb ik er nog een paar voor je… Wil je weten hoe de Nederlanders over de Amerikanen, Belgen en Polen denken? Kijk dan maar eens naar de screenshots in de transcriptie, die je kunt vinden op: www.reputatiecoaching.nl/33.

Als je intypt: “polen zijn”, dan kom je uiterst discriminerende zoektermen tegen. Ook bij andere nationaliteiten zie je zulke extreme of nog ergere uitingen.

Google Easter Eggs

Als laatste een paar verborgen grapjes in Google… Wat zogenaamde “Google Easter Eggs”. Soms lijkt het erop als Google programmeurs gewoon even iets anders wilden doen, dan zich bezighouden met zoektechnologie. Ik geef je hieronder een paar grapjes uit Google en haar sites:

Met deze grapjes kom ik vandaag aan het einde van deze Googlecast. Want zo kan ik ‘m toch wel noemen. Ik hoop dat je er wat van hebt opgestoken over de zoekmachine die in velerlei opzichten het leven van een groot deel van de mensheid inhoud geeft. Oeps, ik word te filosofisch! Terug naar de podcast!

Ga zelf ook eens op zoek en laat het me weten als je ook tegen vreemde, verontrustende of bij voorkeur komische zoektermen of Google-grapjes tegenkomt. Je kunt deze achterlaten als een reactie onderaan de show notes.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.

En je kunt rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 33 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:

doorEduard

32: AltaVista exit, mobiele websites in de Fortune 500, Google+, het ReputatieCoaching Podcast Boek en 8 tips voor een succesvolle lokale website

ReputatieCoaching PodcastReputatieCoaching Podcast aflevering 32!

Hallo en hartelijk welkom bij dé bekendste Nederlandstalige podcast over reputatiemanagement en reputatiecoaching, het verbeteren van je online vindbaarheid en optimalisatie van je website voor zoekmachines.

Vandaag is volgens mij de zomer echt begonnen. Ik zit hier op kantoor en het is hier aangenaam warm. Het raam staat open en ik hoor de vogeltjes buiten fluiten.

De podcast van vandaag begin ik met een stukje geschiedenis: AltaVista. Het tweede onderwerp gaat over statistieken van mobiele websites en het derde onderwerp over Google+, gevolgd door reviews op Google+ Lokaal.

En er is weer een kwartaal voorbij, dus heb ik nieuws over het tweede ReputatieCoaching Podcast Boek van 2013. Deze eerste podcast van juli 2013 sluit ik af met een achttal tips voor het maken van een succesvolle lokaal georiënteerde website.

Mijn naam is Eduard de Boer –bekend als de ReputatieCoach– en ik ben je host voor vandaag!

Yahoo! trekt de stekker uit AltaVista

AltaVista was één van de eerste grote zoekmachines. In december 1995 werd deze dienst door moederbedrijf Digital gelanceerd en had toen zo’n 20 miljoen webpagina’s geïndexeerd. Andere zoekmachines uit die tijd, zoals Lycos, Excite en InfoSeek hadden geen idee wat er gebeurde. Eigenlijk was AltaVista de Google van de jaren ‘90.

Digital werd in 1998 gekocht door Compaq, een bekende computerfabrikant uit die tijd. Compaq deed niet echt veel met AltaVista en verkocht het bedrijf een jaar later door aan CMGI, die AltaVista in 2003 verkocht aan Overture.

En Overture werd later in 2003 overgenomen door Yahoo!. Zo werd AltaVista dus uiteindelijk eigendom van Yahoo!.

Google is zo’n drie jaar na de lancering van AltaVista begonnen, in 1998. AltaVista heeft haar voorsprong echter maar drie jaar langer weten vol te houden. Want omstreeks februari 2001 haalde Google concurrent AltaVista in. De ontwikkeling van het zoekverkeer kun je in een grafiek bekijken in de show notes.

Deze show notes zijn na te lezen op www.reputatiecoaching.nl/32. Yahoo! heeft Altavista dus nog een goede 10 jaar laten voortbestaan en inmiddels heeft ze aangekondigd dat op 8 juli aanstaande het licht bij AltaVista uitgaat.

Hoewel AltaVista één van de trendsetters was voor de hedendaagse zoektechnologieën en geruime tijd een geduchte tegenstander was voor alle andere zoekmachines, denk ik dat op 8 juli niet veel mensen erg teleurgesteld zijn, omdat ze hun favoriete zoekmachine missen…


Mobiele website statistieken

Het is al lang bekend dat het mobiele gebruik van zoekmachines enorm groeit en dat binnen niet al te lange tijd het mobiele gebruik zelfs groter zal zijn dan het aantal zoekpogingen vanaf vaste PC’s. Matt Cutts van Google heeft al aangekondigd dat het bedrijf meer aandacht gaat geven aan mobiele technologie en mobiel zoeken.

Wat dus belangrijk is, is dat je als bedrijf een website hebt die ook goed te bekijken is op mobiele apparaten. Hiervoor zijn technologieën als responsive webdesign ontwikkeld. “Wat is responsive webdesign?” vraag je je af? Daarvoor verwijs ik je graag naar de website en dan met name naar podcast 14, waar ik er dieper op inga.

Maar op Search Engine Land las ik dat het bedrijf Pure Oxygen Labs een onderzoek heeft gedaan onder de Fortune 500 bedrijven om te zien in welke mate ze de aanwijzingen van Google goed opvolgen. Het bleek dat 44% van de bedrijven niet eens een specifieke mobiele website heeft en dat 45% wel een aparte mobiele site heeft. Slechts 11% van alle bedrijven gebruikt responsive technologie voor haar website.

Maar, het onderzoek wees nog meer uit. Namelijk van de bedrijven die wél een mobiele site hadden, voldeed 0% aan de eisen en richtlijnen, zoals Google die voor mobiele sites heeft opgesteld.

Het is duidelijk dat 89% van de Fortune 500 bedrijven binnen afzienbare tijd dus het risico lopen dat hierdoor hun posities in de zoekresultaten negatief beïnvloed worden. We zullen het zien…

Start nu met Google+

Google+ is jarenlang door velen verguisd als het “volgende sociale netwerk”, de tegenhanger van Google voor Facebook. Ook hoorde je vaak de opmerking dat “niemand op Google+ zit”. Maar Google+ groeit gestaag door.

Het bedrijf Search Metrics heeft recentelijk Google+ en Facebook met elkaar vergeken. In een artikel op hun site hebben ze een grafiek gepubliceerd, waarin dit werd geïllustreerd. Deze grafiek vind je ook terug in de show notes.

Op dit moment ligt het aantal gebruikers nog ver achter dat van Facebook, maar als je de statistieken extrapoleert, lijkt het erop, dat Google+ omstreeks februari 2016 Facebook voorbij zal streven.

Wat heel markant is, is dat groei van het aantal sociale signalen op Google+ veel groter is, dan die op Facebook. In de periode van januari 2012 tot en met april 2013 is het aantal likes op Facebook gegroeid met 202%, terwijl in dezelfde periode het aantal +1’s met maar liefst 788% is gegroeid.

Facebook heeft naast haar sociale netwerk “Facebook Home”, de aangepaste Android smartphone. Google zal binnenkort Google Glasses echt op de markt introduceren. En Google Glasses zal na de officiële introductie zeer zeker bijdragen tot verdere groei van Google+.

Met Facebook kun je elkaar ook bellen, maar Google+ heeft de Hangouts. Hangouts zijn de opvolger van Google Talk. Hangouts zijn videoconferencing, net als Skype, maar dan beter, mooier en bovenalles: GRATIS! In een Hangout kun je met maximaal 10 mensen tegelijkertijd videovergaderen. Daarnaast heb je Hangouts on Air. Dat zijn live uitzendingen van een Hangout. Ook kun je een Hangout on Air laten opnemen op YouTube en later deze nog eens bekijken. En het mooie is dat het aantal mensen dat een Hangout on Air tegelijkertijd kan bekijken onbeperkt is.

De populariteit van Google Hangouts neemt daarom snel toe. Je ziet nu ook dat zelfs Nederlandse bedrijven “Vraag en Antwoord”-sessies online gaan organiseren voor klanten of andere geïnteresseerden. Zo heeft de bekende Nederlandse Internetmarketeer Karel Geenen binnenkort een drietal “Answers on Air”-sessies met daarin de volgende onderwerpen:

  • Vrijdag 19 juli 2013 – 11.00 uur | Thema: Zoekmachine Optimalisatie
  • Vrijdag 30 augustus 2013 – 11.00 uur | Thema: Zoekmachine Adverteren
  • Vrijdag 20 september 2013 – 11.00 uur | Thema: Content Marketing

Helaas kan ik 19 juli niet, anders had ik de sessie graag bijgewoond. Ben jij nog niet vertrouwd met het fenomeen “Hangouts on Air”, dan kan ik je zeker aanraden om eens op de Answers on Air pagina op de site van Karel Geenen te kijken. De URL naar die pagina kun je vinden in de show notes.

Binnenkort ga ik mijn eerste webinar via Google Hangouts on Air organiseren. Zodra alles daarvoor rond is, laat ik je het in de podcast en op de site weten.

Een andere mooie dienst binnen Google+ waarmee jij als ondernemer je voordeel mee kunt doen, zijn de Google+ Communities. Ik ben daar nog niet echt mee bezig, omdat ik me niet overal tegelijk op kan richten. Ik ben al wel lid van een aantal communities op Google+. Binnen communities communiceren mensen over bepaalde onderwerpen. Je heb niet alleen publieke communities, maar ook besloten communities. Een Google+ community is eigenlijk de moderne variant van de traditionele fora.

Wat ik verder een hele nuttige en bruikbare functionaliteit vind op Google+, zijn de circles of “kringen”. Dit maakt voor mij Google+ een beter zakelijk platform, dan Facebook. Met kringen plaats je je contacten in één of meer groepen. En bij het delen van content kun je aangeven of die content openbaar is, of slechts bestemd voor een bepaalde kring. Zo kun je jouw persoonlijke updates gemakkelijk gescheiden houden van je zakelijke. En als je diverse zakelijke activiteiten hebt, kun je ook meerdere kringen maken om je content alleen aan de relevante mensen te tonen.

Als laatste over Google+: een paar dagen geleden is Google+ 2 jaar geworden. Ter gelegenheid daarvan hebben ze nieuwe follow buttons voor personen en badges voor communities beschikbaar gesteld. Een andere vernieuwing die Google+ heeft doorgevoerd heeft betrekking op het gebruik van foto’s in Google+. Zo is er een nieuwe manier om foto’s tussen albums te verplaatsen, kun je geselecteerde foto’s gemakkelijk downloaden en is het uploaden van foto’s van je computer naar Google+ versneld.

Volgens mij moet dit bij elkaar voor jou nu voldoende reden zijn om nu toch te beginnen met Google+. Als je je dan hebt aangemeld, volg dan ook de Google pagina voor ReputatieCoaching, die je kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/gplus (dat is: “g-p-l-u-s”).

Zijn reviews op Google+ relevant voor je ranking?

In podcast 31 vertelde ik je over de nieuwe functionaliteit die al in de Verenigde Staten in Google Search zit en binnenkort ook in Nederland wordt verwacht: de carrousel. De carrousel verschijnt ook in Amerika nog lang niet bij alle lokale zoekpogingen.

Op de site van Mike Blumenthal, een expert op het gebied van Google+ Local, kun je een overzicht zien van meer dan 300 zoektermen die inmiddels al wèl de carrousel laten zien. De link naar deze lijst staat ook de show notes.

In die carrousel worden dus foto’s vertoond, evenals de Zagat-score en het aantal reviews van een bedrijf. En er wordt altijd geroepen dat je hoger scoort, naarmate je meer reviews voor je bedrijf hebt. Nou, dat staat nog ter discussie…

Op SeoIglooBlog kwam ik een artikel tegen over de relatie tussen het aantal reviews van een bedrijf en de positie op de carrousel. Je zou verwachten dat bedrijven met de meeste reviews (en natuurlijk een hoge Zagat-score) links zouden staan en bedrijven met een mindere score meer naar rechts.

Helaas, dat blijkt toch niet het geval. In de transcriptie kun je een plaatje zien, waarin een bedrijf met meer dan 3000 reviews helemaal rechts staat, terwijl een bedrijf met 511 reviews helemaal links staat.

Dit is overigens niet alleen maar het geval in de carrousel. Ik weet niet of het jou wel eens is opgevallen, maar ook in de lokale zoekresultaten op Google staan bedrijven met meer reviews dan de rest lang niet altijd op de “A”-positie, ofwel bovenaan. Vaak zie je bedrijven met meer dan tien reviews en ook nog eens een hoge Zagat-score, gewoon ergens lager tussen de lokale resultaten. Dat is bevreemdend, want je zou toch verwachten dat een hoge Zagat-score en veel reviews een bedrijf is, waar je juist naartoe zou moeten gaan.

Maar wat veel zwaarder lijkt te worden meegewogen in de positie in de lokale resultaten, is het aantal citations, ofwel bedrijfsvermeldingen, en de sites waarop die bedrijfsvermeldingen staan.

Hetzelfde artikel sluit af met het advies dat je zeker niet moet stoppen met het verzamelen van reviews. Absoluut niet! Reviews zijn juist voor de meerderheid van de Internetgebruikers een graadmeter die de doorslag geeft om wèl of geen zaken te doen met een bedrijf.

Ik wil daar nog drie tips aan toevoegen:

  1. Als je begint het het aanmaken van je lokale Google+ pagina, denk dan goed na over je bedrijfsgegevens en dan met name het “over je bedrijf” stukje. In Google+ mag dat lang zijn, maar op veel andere sites mag dat bij voorbeeld maximaal maar 200 karakters of soms nog minder zijn. Zorg dat je alle beschrijvingen vooraf opstelt en dat je vermeldingen over alle websites heen consistent zijn, qua bedrijfsnaam, adres, postcode, plaats en telefoonnummer.
  2. Spreid je risico en verzamel reviews niet alleen op Google+, maar ook op Yelp, allebedrijvenin.nl en andere sites.
  3. Kopieer/plak alle reviews die over jou en je bedrijf online worden gepubliceerd samen met de namen van de reviews in een document wat je goed bewaart. Mochten er reviews verloren gaan, dan heb jij in elk geval nog de tekst, die je dan gewoon op je website kunt publiceren als een review die je voor je bedrijf hebt ontvangen.

ReputatieCoaching Podcast Boek 2013 #2

De ReputatieCoaching Podcast boeken die al op Slideshare staan, worden ook best goed bekeken. Het Reputatie Boek van 2012 is inmiddels al 98 keer bekeken en het eerste Reputatie Boek van 2013 is 42 keer ingezien. Maar goed, dezelfde boeken staan ook op nog een paar andere sites. Een andere site is bijvoorbeeld docstoc.com. Daar zijn de boeken respectievelijk 86 en 92 keer bekeken. Bovendien zijn de boeken gezamenlijk op issuu.com maar liefst 160x ingezien!

Hiermee wil ik illustreren dat je gemakkelijk met dezelfde content –een tweetal ebooks in dit geval– extra jouw producten en/of diensten onder de aandacht van anderen kunt brengen, zonder dat het je iets hoeft te kosten.

Binnenkort komt trouwens ook weer het ReputatieCoaching Podcast Boek uit. Dat is alweer het tweede boek van 2013 met daarin dus ook de 13 volledige transcripties van alle podcasts van het tweede kwartaal van 2013.

Dit exemplaar kun je meteen na publicatie in je bezit krijgen door je te abonneren op de nieuwsbrief. Het abonneren is heel simpel: surf naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en vul je naam en e-mailadres in. Of nog sneller: klik rechtsboven op elke pagina op de website op de grote Facebook button. Daarmee ben je dan gelijk aangemeld op de nieuwsbrief.

Waarschijnlijk is dit ook het laatste exemplaar in deze vorm c.q. opmaak. Ik denk erover om het ReputatieCoaching Podcast Boek in een wat andere vorm te gaan uitbrengen, een nog beter leesbare vorm… Zodra die ideeën verder zijn uitgewerkt, hoor je er meer over.

En nu ik het toch heb over mijn contentmarketing experiment: langzamerhand krijg ik ook mondjesmaat views op de ReputatieCoaching podcast video’s, die onder andere op YouTube, Dailymotion en Metacafe staan. Let wel: ik zeg “mondjesmaat”! Zo zijn sommige video’s op YouTube inmiddels 14 keer bekeken en andere zo’n 7 keer. Ook zijn er podcast video’s die verder nog door niemand zijn bekeken.

Natuurlijk zou ik het mooi vinden, als die heel vaak zouden worden bekeken. Maar dat is voor mij niet per se de belangrijkste motivatie om die podcast video’s te blijven uitbrengen. De reden daarvoor is, dat ik me in de ogen van Google goed presenteer door middel van verschillende media zoals blogposts en video’s, waardoor Google (hopelijk) mij meer en meer als een autoriteit gaat zien en mijn AuthorRank groter wordt.

En met zoveel video’s op al die videosites, is de content ook gemakkelijker vindbaar voor mensen die op zoek zijn over informatie over reputatiemanagement, reputatiecoaching of Internet marketing.

8 tips voor een succesvolle lokale website

Veel bedrijven zijn lokaal georiënteerd. Daarom is het om te beginnen essentieel dat je website goed scoort in de lokale zoekresultaten. Nu heb ik al heel vaak en veel verteld over wat je er allemaal omheen moet regelen om je site in de lokale zoekresultaten er uit te laten springen. Zo helpt het bijvoorbeeld om met je bedrijfsgegevens vermeld te staan op de volgende websites:

Daarnaast helpt het om je foto’s te geotaggen in Picasa en vervolgens te uploaden naar:

Bovendien moet je ook video’s met je bedrijfsvermeldingen maken en die beschikbaar stellen op:

En tenslotte helpt het ook als je documenten maakt, waarin je je bedrijfsgegevens opneemt, waarna je die documenten uploadt naar sites als:

Er zijn nog veel meer sites, waar je jouw bedrijf moet aanmelden. Gedurende de zomervakantie kom ik met nog meer instructievideo’s voor andere sites, waar jouw bedrijfsvermelding niet mag ontbreken.

Alle voornoemde zaken waren externe factoren die meetellen voor een hogere ranking van jouw site in de lokale zoekresultaten. Maar er zijn ook aspecten die je zelf op je bedrijfswebsite kunt of moet regelen om hoger te eindigen. Ik geef je er acht.

Ten eerste: maak je contactinformatie goed zichtbaar en consistent. Consistentie heb ik het al vaker over gehad: het is van cruciaal belang dat jouw bedrijfsvermeldingen overal hetzelfde zijn. Afgelopen week werd mijn hulp gevraagd bij de vermelding van een fietsenzaak in Oud-Beijerland. Na enig zoeken zag ik dat er twee verschillende adressen voorkwamen in de zoekresultaten. Dat is natuurlijk funest. De desbetreffende fietsenzaak heeft dus wat werk te doen om dat allemaal consistent te maken.

Maak ook je Google+ bedrijfspagina zo compleet mogelijk, dus inclusief de openingstijden die ook weer (natuurlijk) hetzelfde moeten zijn als op je website en elders. Voor het geval je het niet wist: als je geen klanten ontvangt op je bedrijfslocatie dien je dit aan te geven binnen Google+. Dan wordt jouw adres niet vertoond. In Amerika is dit van groot belang, maar vooralsnog ben ik nog geen probleemgevallen tegengekomen van bedrijven die zich niet aan deze regel houden. Maar ik wilde je het toch even vertellen.

Punt twee: heb een goed contactformulier, goede bereikbaarheid en eventueel live chat. Potentiële klanten moeten tenslotte met jou in contact kunnen treden, als zij dat willen. Test af en toe ook je eigen contactformulier om te zien of het nog goed werkt. Ik heb wel eens meegemaakt dat een contactformulier stopte met werken, als gevolg van een WordPress-update. Als je dat dan niet af en toe test, dan ben je dus de pisang en loop je mogelijk veel business mis.

Live chat is lang niet voor elk bedrijf haalbaar, laat staan 24×7. Maar een goede telefonische bereikbaarheid is altijd te realiseren. Zo heb ik voor Allround Fotografie een bedrijf in Utrecht ingehuurd dat 6 dagen in de week de telefoon opneemt, de boodschap aanneemt en deze mij per mail toestuurt. Voorheen had ik de voicemail op ons telefoonnummer. Maar sinds een levend persoon de telefoon opneemt, is het aantal berichten dat we via de telefoon binnenkrijgen vertienvoudigd. Conclusie: mensen spreken vaak geen boodschap in op een voicemail.

Ten derde: Maak je site helder, duidelijk en inzichtelijk, waardoor bezoekers gemakkelijk hun weg kunnen vinden. Als ze te lang moeten zoeken naar relevante content, dan zijn ze voorgoed weg en ben je ze dus kwijt als potentiële klant.

Als mensen gemakkelijk hun weg kunnen vinden, is de kans groot dat zoekmachines dat ook kunnen. Voorheen had je Flash nodig voor mooie effecten, maar tegenwoordig is dat vrijwel niet meer nodig. Vermijd Flash dan ook bij voorkeur.

Punt vier: zorg dat je site op de juiste zoektermen wordt gevonden. Binnenkort kom ik met een special over hoe je de juiste en relevante zoektermen voor je site kunt vinden. Belangrijk is dat je denkt als mens en niet als zoekmachine.

En gebruik ook de juiste multimedia, waar het je boodschap, product of dienst extra kan ondersteunen. De ene keer is het een foto, de andere keer een video. Vergeet niet dat mensen liever plaatjes zien (al of niet bewegend), dan dat ze hele lappen tekst lezen!

Punt vijf: publiceer regelmatig en geregeld nieuwe content op je site. Alleen regelmatig is niet voldoende. Als je namelijk elk jaar op 6 juli een nieuw artikel publiceert, is dat wel regelmatig, maar voor de zoekmachines niet voldoende. Zij willen vaker verse, nieuwe en originele content op je site ontdekken. Zo zien ze dat jij actief bent en daarmee wordt jouw site relevanter dan die van je concurrent die slechts twee of driemaal per jaar iets post.

Houd er rekening mee, dat je gemiddeld zo’n één keer per week of uiterlijk per twee weken iets nieuws moet posten. Als je minder vaak post, dan maken mensen er ook geen routine van om af en toe eens langs te komen om te zien of er iets leuks te lezen is.

Als zesde punt: activeer social media op je site, zodat bezoekers je content snel en gemakkelijk kunnen like’n, delen, +1’s geven en tweeten. Google mag dan weliswaar niet in staat zijn om like’s op Facebook te zien, maar +1’s zien ze zeker en soms zie je ook tweets terug in de Google zoekresultaten, dus die zien ze ook.

Punt zeven: vergewis je ervan dat je site ook mobiel goed te bekijken is. Dit is vandaag al eerder aan bod gekomen en ook in vorige podcasts, dus dat laat ik nu verder even.

Als laatste punt 8: meten, meten, meten. Want meten is weten. Google Analytics is een gratis tool van Google, waarmee je alle voor jou relevante zaken op je website kunt meten en over kunt rapporteren. De resultaten moeten niet je leven gaan beheersen, maar door er een gewoonte van te maken om bijvoorbeeld één keer per week even door je statistieken te lopen, kun je vaak snel zien of er mogelijk iets raars aan de hand is op je site. Zelf kijk ik bijna elke dag even snel naar de individuele statistieken van alle sites om zo een vinger aan de pols te houden.

Daardoor kwam ik er laatst achter, dat ik iets fout had geconfigureerd op de webserver, toen ik aan het sleutelen was om de website sneller te maken. Het bleek dat die verandering wel werkte voor gewone webbrowsers, maar niet voor zoekmachines. Dus doordat ik wat afwijkende statistieken zag, werd ik erop geattendeerd dat er mogelijk iets fout was, hetgeen klopte.

Met deze acht punten kom ik aan het einde van deze podcast.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ons op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.

En je kunt rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 32 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!


Doei!

[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:

doorEduard

30: Instagram doet video, Pinterest tips en Nederlandse taal

ReputatieCoaching PodcastHallo en hartelijk welkom bij de bekendste Nederlandstalige podcast over reputatiemanagement en reputatiecoaching, het verbeteren van je online vindbaarheid en optimalisatie van je website voor zoekmachines.

De podcast van vandaag staat voor een groot deel in het teken van de Nederlandse taal. Maar eerst heb ik wat nieuws voor je uit de diverse media. Het al het nieuws heeft betrekking op foto’s en video.

Mijn naam is Eduard de Boer –bekend als de ReputatieCoach– en ik ben je host voor vandaag!

Het eerste onderwerp vandaag gaat over Instagram en een paar tips voor Pinterest.

Zoals je wellicht weet is Instagram eigendom van Facebook. Instagram gaat sinds een paar dagen concurreren met het inmiddels uiterst populaire Vine van Twitter. Vrijwel iedereen kent Instagram van de vintage uitziende foto’s, die je overal op Internet tegenkomt. En er staan heel veel foto’s op Instagram. Eerder deze week maakte oprichter Kevin Systrom een paar statistieken bekend:

  • Inmiddels zijn er 16 miljard foto’s gedeeld
  • Er worden dagelijks zo’n 1 miljard likes uitgedeeld
  • Er maken al 130 miljoen mensen gebruik van Instagram

Maar terugkomend op de video. Je kunt nu dus met Instagram ook video opnemen en delen. Instagram laat je iets langere video’s maken dan Vine, namelijk maximaal 15 seconden, in plaats van 6 seconden.

Al met al kun je dus concluderen dat de markt voor video nog verder groeit, en video al maar in populariteit toeneemt. En het is overduidelijk dat Facebook dat met deze “move” ook nog eens extra benadrukt.

Dus zou dit voor jou ook een signaal moeten zijn, dat je iets met video moet gaan doen, als dat op dit moment nog niet doet. En je moet er niet te lang mee wachten. Want als je concurrenten al druk aan de gang gaan met video, loop je heel snel een achterstand op, die je niet snel meer kunt inhalen.

Hoewel YouTube video’s vergeven zijn van reclames, maakte Facebook bekend dat we voorlopig geen advertenties of andere commerciële uitingen op Instagram hoeven te vrezen.

Hoelang zou het nu nog duren, totdat Pinterest ook meer aandacht gaat geven aan video? Het is al wel mogelijk om YouTube video’s te pinnen, maar je kunt zelf nog geen video’s uploaden naar Pinterest, hetgeen wel kan met foto’s. We zullen het zien…

8 tips voor het gebruik van Pinterest

Over Pinterest gesproken: ik kwam op Search Engine People een paar goede tips tegen voor het gebruik van Pinterest om daarmee extra verkeer naar je eigen site te creëren.

De eerste tip: “Pin geregeld en regelmatig”. Als je regelmatig een foto pint, zien je volgers met dezelfde regelmaat deze pins op hun bord verschijnen. Door je pins te spreiden in de tijd, voorkom je dat je volgers worden gebombardeerd en vervolgens lange tijd geen nieuwe pins van je zien.

De tweede tip: “Pin je eigen afbeeldingen”. Maar liefst 80% van alle content op Pinterest zijn repins van bestaande afbeeldingen. Als je nu ook eens originele afbeeldingen van je eigen website gaat pinnen, onderscheid je je duidelijk van de rest enbied je goede content voor die 80% van de Pinterest community die zit te wachten om stuff te kunnen repinnen.

“Volg de trends met je pins” is de derde tip. Pin dus wat populair is. Zo lift je extra mee op de trends.

Als vierde: “Maak een business pagina op Pinterest”. Bedrijven die producten verkopen kunnen zo een virtuele etalage maken. Als je dan ook nog eens producten aanbiedt die veelal worden gekocht door vrouwen, ben je spekkoper. Want nog steeds is het grootste deel van de Pinterest-gebruikers van het vrouwelijke geslacht.

De vijfde tip luidt: “Geen link, geen verkeer”. Als je foto’s uploadt van je computer, komen deze rechtstreeks in Pinterest te staan. Men kan ze dan wel bekijken en repinnen, maar als een gebruiker vervolgens op de foto klikt, leidt die nergens naartoe. Voeg dus altijd een link naar iets van jezelf op Internet, waar je de gebruikers naartoe wilt leiden, als je foto’s op Pinterest uploadt. Dan heb ik nog een tip voor je: je kunt de link ook aanpassen, als je een bestaande foto repint. Dat kun je soms handig gebruiken om een beetje extra verkeer naar je site te krijgen.

Tip nummer zes: “Tweet je pins”. Zo laat je je Twitter volgers ook zien wat je pint en vergroot je daarmee je publiek. Ik denk zelf alleen, dat je dit niet te vaak moet doen. Reden is dat mensen je dan mogelijk zullen ontvolgen of je van hun lijsten verwijderen, omdat je kans loopt dat dit wordt gezien als spammen.

De laatste tip luidt: “Gebruik groepsborden”. Die worden al door veel mensen bekeken en zo kun je de populariteit van je eigen materiaal snel laten groeien, evenals je volgers en repins en uiteindelijk mogelijk het aantal bezoekers van je site.

Twee nieuwe instructievideo’s online

Voordat ik in de Nederlandse taal duik, heb ik nog een lokale SEO tip voor je. Eerder deze week heb ik twee nieuwe instructievideo’s online gezet. In de eerste kun je zien hoe je je bedrijf kunt aanmelden op MisterWhat en de andere instructievideo laat je zien hoe je een bedrijfsvermelding aanmaakt op YelloYello.

Vermelding op beide sites worden door de zoekmachines beschouwd als waardevol en dat draagt dan dus bij aan de verbetering van je lokale vindbaarheid.

Beide video’s vind je op de site, maar heb ik voor de volledigheid ook opgenomen in de transcriptie van deze podcast, die je kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/30.

MisterWhat

YelloYello

Kwaliteit van taalgebruik en correcte spelling verslechtert

Eerder deze maand verscheen er een artikel in de Telegraaf met als titel: “Het Nederlands gaat kapot”. Aanleiding hiervoor was het slechte niveau van het eindexamen Nederlands dit jaar. Het intro van het artikel was als volgt:

Het slechte niveau van het eindexamen Nederlands is volgens de deelnemers aan de Stelling van de Dag hét bewijs dat het niet best is gesteld met het onderwijs. Zelfs leerlingen protesteerden tegen het examen.

Hoogleraren Nederlands sloegen van de week alarm over het belabberde niveau van het eindexamen Nederlands. Het bestond uit multiplechoicevragen, die ook nog niet eens eenduidig waren te beantwoorden. De professoren kregen bijval van ouders, docenten en zelfs leerlingen.

Door het multiplechoiceexamen raken studenten heel bedreven in het beantwoorden van meerkeuzevragen, maar dat gaat ten koste van schrijfvaardigheid en de literatuur, zo vinden zij.

Hoewel leerlingen natuurlijk het liefst een zo makkelijk mogelijk examen willen, vonden ze het niveau van het examen ook zelf deze keer onder de maat. „Prijzenswaardig dat leerlingen zich zelf ook druk maken over het niveau van het examen”, zo vonden bijna alle stemmers.

De vraag is of je de oorzaak hiervan moet zoeken in het onderwijs, in de bezuinigingen van de regering of of in iets anders. Veel van de mensen die hebben gereageerd op het artikel denken in ieder geval dat het fout is gegaan bij de invoering van de Mammoetwet op 1 augustus 1968.

In 2006 schreef Trouw al dat zelfs leerkrachten in spé niet meer konden rekenen en een jaar later was in 2007 op nu.nl te lezen dat tweederde van de pabostudenten was gezakt voor de taaltoets. Overigens, de links naar deze artikelen vind je allemaal in de show notes, op www.reputatiecoaching.nl/30.

Taal is continu aan verandering onderhevig en soms moet je ook als blogger even in figuurlijke zin op je vingers worden getikt over de schrijfwijze van bepaalde woorden. Ik vind dat je als blogger je uiterste best moet doen, om zo foutloos mogelijk te schrijven. Natuurlijk kunnen er soms typefouten tussendoor glippen. Maar mijns inziens draagt een foutloze of vrijwel foutloze tekst bij aan een betere reputatie.

Toen ik verder ging zoeken naar een mogelijke relatie tussen correcte spelling of juist taalgebruik en reputatie stuitte ik op een artikel uit het Reformatorisch Dagblad van 17 oktober 2012. De titel van dit artikel luidde “Weren grove taal heeft positieve invloed op reputatie organisatie” en het artikel sluit af met de volgende tekst:

Met enige durf stellen we dat wanneer de kwaliteit van de communicatie verbetert (intern), dit de reputatie van de organisatie versterkt (extern). Medewerkers gedragen zich naar de cultuur en status van het bedrijf. Als een manager respectvol met zijn medewerkers omgaat, nemen zijn medewerkers dit over.

Een goede reputatie werkt als een magneet, goede woorden ook.

Tot zover de tekst uit het artikel.

Correct taalgebruik rankingfactor?

Ik weet het: je ziet geen enkele rode Fiat 500 op straat, totdat je zelf een rode Fiat 500 hebt gekocht. Dan lijkt het er opeens op, of een groot deel van Nederland in een rode Fiat 500 rijdt.

Maar terwijl ik content voor deze podcast verzamelde kwam ik ook een leuk artikel van Jill Whalen tegen op highrankings.com. Dit artikel beschrijft 4 factoren die aan Google een negatief signaal geven over je website:

  1. Expertgehalte
  2. Begrijpbaarheid
  3. Veel overlap in de artikelen
  4. Correctheid

Deze vierde factor is in de context van correct taalgebruik interessant. Je artikel of erger nog, je website, geeft een negatief signaal aan Google, als die bol staat van de spel-, stijl- of grammaticale fouten.

Hoewel Google nooit echt openheid van zaken geeft ten aanzien van haar ranking-algoritme, schrijft ze wel op haar Webmaster Central Blog dat dit mogelijk wordt meegenomen in de beoordeling van content. In een artikel met tips voor het bouwen van kwalitatief goede sites kun je onder het kopje “What counts as a high-quality site?” de vraag lezen:

“Does this article have spelling, stylistic, or factual errors?”

Daarmee kom ik op het interview van deze week…

Opmerking voor de lezers van het artikel

Hieronder zie je alleen mijn vragen die ik tijdens het interview van bijna 20 minuten heb gesteld. Voor de antwoorden verwijs ik je graag naar de daadwerkelijke podcast (de audioversie).

Interview Bea van de Bovenkamp over taal

Toeval bestaat niet. Vorig jaar was ik op het evenement “Golfen tegen Kanker” om foto’s te maken van de deelnemers die daarmee het evenement sponsorden. Aan het einde van de dag was er een verloting, waarbij één van de prijzen mij toen al erg opviel. Dat was namelijk een gratis scan van je website op taal-, spel- en stijlfouten. Die scan was gedoneerd door “Bea teksten en fotografie”.

Ik vernam toen dat Bea zelfs de uitdaging aandurft om je 100% korting te geven, als zij geen enkele fout in je website kan vinden. Dat vond ik toen al een leuke propositie die ook in mijn achterhoofd is blijven hangen.

Afgelopen week was ik bij een bijeenkomst van de BNI in Amersfoort, waar ik Bea wederom ontmoette. We hadden een leuk gesprek en we besloten samen een interview te doen, waarbij de focus ligt op “taal”.

Vandaag heb ik Bea in de show om ons meer te vertellen over het schrijven van teksten en de Nederlandse taal.

  1. Bea, ontzettend leuk dat je bereid bent een interview te geven voor de luisteraars van de ReputatieCoaching podcast. Ik hoop dat ik je zonder fouten heb aangekondigd. Het was in ieder geval een beperkte introductie van de persoon “Bea van de Bovenkamp”, dus daarom geef ik nu graag het woord aan jou. Kun jij de luisteraars iets meer vertellen over jezelf, je achtergrond en hoe je ertoe bent gekomen om teksten te gaan schrijven voor bedrijven en de andere diensten die je aanbiedt?
  2. Fotografie wil ik voor dit interview laten voor wat het is en ik wil me graag richten op taal en tekst. Je schrijft dus teksten voor bedrijven. Ben je in staat over werkelijk alles te schrijven? Ik kan me zo voorstellen dat je moet afhaken, als je bijvoorbeeld wordt gevraagd om een artikel te schrijven over kwantumfysica. Of zou het in zo’n geval meer om het redigeren van de tekst gaan, dan het schrijven? Maar zelfs het redigeren van een complex wetenschappelijk artikel lijkt mij lastig. Of zie ik dat verkeerd?
  3. En dan is er “Waagtaal”. Ik heb op je site gelezen dat je dit in augustus 2012 hebt geïntroduceerd. Ik vind dat je lef hebt om 100% korting te bieden, als een website geheel foutloos is. Kun je iets meer vertellen over “Waagtaal”? Wat is het? Wat voor type opdrachtgevers heb je zoal? En is het alleen voor grote ondernemingen, of kunnen kook leinere bedrijven er baat bij hebben?
  4. Dat klinkt ontzettend interessant en bovenal gewaagd! Ik hoop voor jou dat het niet te vaak gebeurt, maar maak je het wel eens mee dat je een site of artikel treft, dat geheel foutloos is?
  5. Kun jij de luisteraars vertellen wat jouw mening is over het belang van de kwaliteit van webteksten? Waarom is het belangrijk om het aantal fouten te minimaliseren en het liefst tot nul te reduceren? Heeft een site of artikel dat bol staat met fouten volgens jou een negatief effect op de geloofwaardigheid ervan, of kan het van invloed zijn op de reputatie van de schrijver of schrijfster?
  6. Op de middelbare school had ik lang geleden het vak Nederlands. Daar is natuurlijk de basis gelegd voor enerzijds mijn vocabulaire en anderzijds de kwaliteit van mijn schrijven. Daarnaast heb ik altijd een heel goede leermeester gehad aan mijn vader, die een heuse taalpurist is. Hij heeft in het verleden dikwijls mijn teksten gecorrigeerd en daar heb ik dus veel van geleerd. Hij kijkt soms nog wel eens teksten voor mij na. Ook probeert hij mij nog steeds te betrappen op fouten in mijn weblogartikelen, of in de wekelijkse podcast transcripties.
    Ik heb echter het gevoel dat mensen steeds slordiger omgaan met taal, of steeds meer fouten gaan maken. Dit is natuurlijk voor jou een groeiende markt. Maar heb jij een idee, wat daar de oorzaak van is?
  7. Toen de mobiele telefoons nog relatief nieuw waren, ontstond “SMS-taal”. De oorzaak hiervan was deels het beperkte aantal karakters in een SMS-bericht en anderzijds de wens om zo efficiënt mogelijk een boodschap over te brengen. Het lijkt er een beetje op, of dit op de achtergrond is geraakt. Is dat slechts mijn perceptie, of communiceert de hedendaagse jeugd in dit “WhatsApp”-tijdperk met langere berichten?
  8. Taal is natuurlijk continu in beweging. Maar ik zie ook veel verbastering in de taal, waar ik me vaak aan erger. Een tweetal voorbeelden die ik zo snel kan bedenken zijn: “hun” en “zij”, en “me” en “mijn”. Heb jij nog meer van dit soort voorbeelden waar bloggers en andere tekstschrijvers op moeten letten, zodat ze ze kunnen vermijden?
  9. Schrijven is de kunst van het schrappen. Wat zijn nu van die “fluffy” veel voorkomende woorden die je zo goed als altijd kunt schrappen in teksten om ze pakkender te maken?
  10. In het begin van het interview had ik het al even over het proces van het schrijven van teksten en dan met name over voor jou nieuwe onderwerpen. Kun jij met de luisteraars het proces delen, hoe jij te werk gaat met het schrijven van teksten?
  11. Als ik niet zeker weet of een artikel lekker loopt, lees ik het wel eens hardop voor. Dan struikel ik meestal vanzelf over mijn kromme of te lange zinnen. Ik denk dat het komt, doordat ik niet alleen visueel, maar ook auditief georiënteerd ben. Wat kun jij de luisteraars aanraden om de algemene leesbaarheid van hun teksten te verbeteren?
  12. Een aantal luisteraars van de podcast is blogger. Zij publiceren er dus lustig op los. Ik ben ervan overtuigd dat ook zij –net als ik– wel eens last hebben van een blokkade, waardoor ze geen pakkende tekst kunnen schrijven. En heel soms kan alle inspiratie uitblijven en komt er helemaal niets zinnigs op het scherm. Heb jij hier wel eens last van en zo ja, hoe ga jij er dan mee om? Wat doe jij in zo’n situatie?
  13. Je hebt ons al een groot aantal praktische adviezen gegeven om te komen tot betere teksten. Ik heb in ieder geval weer veel geleerd!
    Als allerlaatste vraag: Heb je nog een paar snelle en direct toepasbare tips voor de luisteraars van de podcast die zelf ook teksten schrijven? Bijvoorbeeld: wat zijn de meest gemaakte fouten of is er een manier om de kwaliteit van je eigen teksten zonder al teveel inspanning snel op een hoger niveau te tillen?
  14. OK, nog eentje dan… Je hebt ongetwijfeld op mijn site gekeken en enkele teksten of artikelen kritisch onder de loep genomen. Zou ik in aanmerking komen voor een korting bij een Waagtaal-analyse of moet ik het volle pond betalen? Waar moet ik op letten in mijn teksten?

Dankje Bea, voor alle informatie die je de luisteraars en mij hebt gegeven. Dan stel ik je nu graag in de gelegenheid om jezelf te promoten op het virtuele podium. Vertel de luisteraars waar ze meer informatie over jou kunnen vinden, hoe ze met jou in contact kunnen komen en waarom ze jou moeten inhuren voor het redigeren en corrigeren van teksten. Ga je gang!

Bea, nogmaals dank voor dit interview en oh ja, zien we elkaar dit jaar weer op “Golfen tegen Kanker” op 29 augustus?

Tot zover het interview. Ik hoop dat je ook deze podcast weer wat hebt opgestoken. Ik heb van het interview met Bea veel geleerd ten aanzien van taal, waar ik vanaf nu mijn voordeel mee zal doen. In het verlengde van de stelling: “Schrijven is schrappen”, stop ik nu hier met de content voor de podcast van vandaag.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ons op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.

En je kunt rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 30 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens iedereen de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:

doorEduard

28: Content marketing project, Facebook VIPS, Google Authorship en je moet een expert worden

ReputatieCoaching PodcastHallo en hartelijk welkom bij dé podcast over reputatiemanagement en reputatiecoaching, het verbeteren van je online vindbaarheid en optimalisatie van je website voor zoekmachines. Ook deze week breng ik je weer nieuws en tips, waarmee jij je significant kunt onderscheiden van je concurrenten, om zo meer business naar je toe te trekken.

Mijn naam is Eduard de Boer –bekend als de ReputatieCoach– en ik ben je host voor vandaag!

Het eerste onderwerp vandaag gaat over beveiliging en 2-factor authenticatie. Daarna heb ik wat leuke bevindingen over zoektermen, gevolgd door een toelichting op de voortgang van mijn contentmarketing project. Als derde onderwerp: Facebook fans zijn echte VIP’s op Eindhoven Airport. Volgens Matt Cutts van Google wordt Google Authorship inmiddels meegenomen in de ranking criteria. En vandaag heb ik ook weer een paar leuke lijstjes voor je. De eerste lijst is de lijst met 12 redenen waarom het werk van contentmarketing pas echt begint, als je op de “Publiceer”-knop hebt geklikt. En ik sluit de podcast van vandaag af met 20 redenen waarom je een expert moet worden.

2-factor authenticatie instellen op LinkedIn

Om te beginnen heeft LinkedIn afgelopen week 2-factor authenticatie ingevoerd. Om te voorkomen dat je account wordt gehacked, kun je LinkedIn nu zo instellen, dat je een SMS-je met een 6-cijferige code op je mobiele telefoon ontvangt, als je wilt inloggen. Zo voorkom je dat kwaadwillenden met jouw gegevens kunnen inloggen, als jouw gebruikersnaam en wachtwoord door inspanningen van hackers op virtueel op straat komen te liggen.

Over het instellen van 2-factor authenticatie voor LinkedIn heb ik dan ook meteen een artikel gepubliceerd. Dit artikel werd in korte tijd een aantal keren gelezen en gedeeld op LinkedIn.

Hoewel beduidend minder mensen volgens mij de tool Evernote gebruiken, vind ik het toch de vermelding waard, dat Evernote ook sinds afgelopen week 2-factor authenticatie heeft ingevoerd. Net als bij Twitter en LinkedIn is het niet verplicht, maar als jij Evernote gebruikt voor het opslaan van data waarvan jij niet wilt, dat anderen daar toegang toe hebben, zou ik het zeker instellen. Overigens, de links naar deze artikelen en andere artikelen die ik als bron heb gebruikt voor het samenstellen van deze podcast vind je in de show notes van deze podcast op: www.reputatiecoaching.nl/28.

Mijn ReputatieCoaching Podcast boek 2013

En dan nieuws over mijn contentmarketing project. Zoals ik eerder heb verteld en zoals je ook op het weblog hebt kunnen zien, heb ik van alle podcasts van 2012 en inmiddels ook al van de podcasts van het eerste kwartaal van 2013 video’s gemaakt.

Deze video’s bevatten slechts twee slides: op de eerste slide staan de onderwerpen die ik in de desbetreffende podcast behandel en op de tweede slide staat een wijze spreuk, uitspraak, citaat of andersoortige tekst. Het doel van die tweede slide is om mensen die over het Internet surfen en tegen de video aanlopen, door de tekst getriggerd worden om erop te klikken en de video te bekijken.

reputatie-boek-2012-3d-200x200Van de vijf podcasts van 2012 heb ik inmiddels ook een eBook gemaakt, wat online staat. Ik heb het in PDF op www.reputatiecoaching.nl gepubliceerd en tevens op www.scribd.com, www.issuu.com en www.slideshare.net. Als titel voor het boek van 2012 had ik gekozen: “ReputatieCoaching Podcast Boek 2012”.De blogpost met dat boek is op 28 mei gepubliceerd. Dat is op dit moment dus 11 dagen geleden

En zojuist werd ik aangenaam verrast. Ik ging namelijk eens zoeken op Google op de zoekterm: reputatie boek (dus: reputatie-spatie-boek). Ik zag dat mijn blogpost van 28 mei al op de 8e positie op de voorpagina stond. En dat, terwijl ik nog amper bijzondere ruchtbaarheid eraan had gegeven en dus ook niet echt het boek heb gepromoot. Ik dacht eerst nog dat dit kwam, doordat ik was ingelogd in Google. Want dat geeft vaak vertekende resultaten, omdat Google dan vaker zoekresultaten toont, waar je bijvoorbeeld in het verleden al eens naar hebt gekeken. Maar ook toen ik niet ingelogd was, bleef de blogpost over het boek op de 8e positie staan.

Wat ik de afgelopen dagen ook heb waargenomen is, dat als je in Google zoekt onder het kopje “Video’s” op zoekterm “reputatiemanagement”, de video’s ook goed naar boven komen in de zoekresultaten. Ook als je op YouTube zoekt op “reputatiemanagement”, blijken de video’s goed te scoren.

Zelf vind ik dit een goed resultaat, zeker als je nagaat dat ik pas omstreeks 20 mei ben begonnen met het posten van de eerste podcast video’s. In Google Analytics heb ik nog niet echt kunnen bespeuren dat deze video’s op dit moment al leiden tot extra bezoekers op de site. Ik heb wel een paar kliks gezien, maar dat vond ik nog niet representatief genoeg.

En ook al zouden de video’s niet tot significant meer kliks leiden, ik verwacht in ieder geval dat mijn content en de site www.reputatiecoaching.nl meer autoriteit krijgt en daardoor dus hoogstwaarschijnlijk ook beter in de zoekmachines naar voren zal komen. Dit is geen garantie.
Maar de resultaten stimuleren mij in ieder geval voorlopig om door te gaan met het publiceren van de podcast video’s en de podcast boeken.

Facebook fans echte VIPs op Eindhoven Airport

Mocht het je ontgaan zijn: op frankwatching.nl verscheen een leuk artikel met als titel “Bij Eindhoven Airport zijn Facebook fans echte VIPS”. Dit artikel beschrijft het interview met “Eli Lejeune”, de Marketing Manager van Eindhoven Airport.

Elke maand moeten Facebook fans zich inschrijven, waarna je als inschrijver kans maakt om te worden geselecteerd voor het VIP-programma, als je in die maand vertrekt van Eindhoven Airport. En als je wordt geselecteerd, dan ben je opeens ook een echte VIP op de luchthaven. Je krijgt gedurende je reis een speciaal aangelegde Facebook VIP parkeerplaats, pal bij de ingang. Ook je checkin verloopt via de VIP-balie en je mag gratis à la carte eten in het luchthavenrestaurant. Als klap op de vuurpijl word je ook nog eens snel en moeiteloos langs de veiligheidscontroles geloodst door een medewerker van de luchthaven.

Het initiatief was natuurlijk een experiment voor de luchthaven en het was ook nog nooit eerder vertoond in de wereld. Dus wist de organisatie ook niet wat het kon verwachten. Maar inmiddels wordt het al gezien als een succes.

Zo zie je dat op de meest onverwachte plaatsen in de reisbranche initiatieven worden ontplooid om te “connecten” met de reizigers.
Dankzij alle likes en social engagement van de reizigers die de luchthaven op deze manier verwerft positioneert ze zich ontzettend sterk op de kaart. Ik ben alleen benieuwd of dankzij deze actie nu meer mensen hun vlucht vanaf Eindhoven Airport zullen boeken, in plaats van een andere luchthaven die wellicht dichter in de buurt is.

Helpt rel=”author” met ranking in de zoekresultaten?

In december 2012 heb ik al een instructievideo gemaakt over het instellen van Google Authorship. Als je dit op de correcte wijze hebt geïmplementeerd, verschijnt jouw foto naast de zoekresultaten in Google. Dit zorgt vaak voor meer dan een verdubbeling van het aantal klikken op het desbetreffende artikel.

Alleen was het toen nog niet bekend of Google het principe van authorship ook daadwerkelijk mee nam in de bepaling van de positie in de zoekresultaten. Alle blogs stonden er toen wel bol van en de meningen liepen uiteen. Diverse bekende specialisten op het gebied van SEO zeiden toen dat ze het sterke vermoeden hadden dat het toen nog niet mee werd genomen, maar dat Google het in een later stadium zeker zou gaan meewegen.

Hoewel niemand buiten Google het toen zeker wist, is inmiddels wel vast komen te staan dat Google Authorship voor Google belangrijk is en waarschijnlijk in de toekomst nóg belangrijker wordt.

Drie dagen geleden verscheen er een video van Matt Cutts, waarin de vraag werd gesteld of Google de “rel=author” instelling op websites inmiddels meeneemt in het bepalen van de ranking van zoekresultaten.

Matt antwoordde hier bevestigend op. Hij gaf het voorbeeld dat als de alom bekende autoriteit “Danny Sullivan” iets post op een niet noemenswaardig forum met een lage PageRank score, dit bericht ondanks de lagere PageRank van het forum hoger kan ranken, doordat Danny Sullivan door Google wordt gezien als een autoriteit op zijn vakgebied.

In de video zegt Matt Cutts onder andere:

“I’m pretty excited about the ideas behind rel=author. Basically, if you can move from an anonymous web to a web where you have some notion of identity and maybe even reputation of individual authors, then web spam, you kind of get the benefits for free. It’s harder for the spammers to hide over here and in some anonymous corner.

If Danny Sullivan writes something on a forum or something like that I’d like to know about that even if the forum itself doesn’t have that much PageRank or something along those lines so… so I do expect us to continue exploring that. We might be able to help improve search quality… andI think will continue to look at it to see how to use rel=author in ways that can improve search experience.”

Let wel: het is geen garantie! Ik acht echter de kans ook groot, dat Google steeds minder waarde zal hechten aan inkomende links om te bepalen hoe hoog een pagina moet scoren in de zoekresultaten en dat Google Authorship steeds meer gaat meetellen. In het echte leven (buiten Internet) zie je ook dat mensen die schrijven of vaak anderszins in de media zijn, bekend worden en langzaamaan meer worden gezien als autoriteit of specialist.

12 stappen die je moet doorlopen nadat je een blogbericht hebt gepost

Veel bloggers denken dat hun werk erop zit, als ze op de “Publiceer”-knop hebben geklikt. Je krijgt dan zo’n voldaan gevoel: je leunt achterover in de stoel, ademt eens goed in en uit en je bent trots op het volgende nieuwe artikel wat je hebt gepost.

Ik ga er dan al gemakshalve van uit dat je een uniek, relevant en voor je publiek of markt interessant verhaal hebt geschreven. Want sinds de Penguin updates van Google heeft het toch geen zin meer om waardeloze content omwille van de links te publiceren.

Terwijl je het artikel nogmaals leest en eventueel hier en daar nog een spelfout eruit haalt, denk je alweer aan het volgende artikel, of aan wat je nu kunt gaan doen, omdat je werk erop zit.

FOUT! Als echte content marketeer begint je werk nu pas. Het onderzoek, voorafgaande aan je artikel (of serie artikelen), het schrijven, afbeeldingen erbij zoeken en publiceren was slechts het begin.

Voor het meerendeel van de websites geldt namelijk nog steeds niet het mantra: “Publiceer en de bezoekers komen vanzelf”. Dat is een illusie en is slechts voor enkele bekende websites weggelegd. Dus als jij iets online hebt gepubliceerd, begint jouw contentmarketing pas echt, want daarvoor was het content creatie.

Ik geef je 12 stappen die je eigenlijk moet doorlopen, nadat je een blogbericht online hebt gepost.

  1. Optimaliseer je post met keywords – Meestal doe je keyword onderzoek, voordat je een bericht schrijft. En als je dat al hebt gedaan, is je artikel hoogstwaarschijnlijk al geoptimaliseerd. Maar als je dat niet hebt gedaan, is het aan te raden dat alsnog te doen. Vind de zoektermen die het beste bij je artikel passen. Gebruik die bijvoorbeeld in de meta titel van het bericht, in de meta omschrijving, de H1 titel, de eerste paragraaf en op nog één of twee punten. Ga echter niet je permalink aanpassen, want als je pech hebt is je artikel dan lange tijd niet toegankelijk vanuit de zoekresultaten omdat bijvoorbeeld Google dan nog de oude URL toont.
  2. Maak een paar interne links naar andere posts, waarbij je de trefwoorden als ankertekst gebruikt – Door hier en daar naar andere berichten te linken met zoektermen als ankertekst of linktekst, geef je aan die andere pagina’s waar je naartoe linkt, extra “gewicht”. Zoals je ziet, doe ik dit ook in de podcast transcripties: ik vertel over eerdere artikelen of video’s, terwijl ik er ook naartoe link.
  3. Syndicate je artikel – Dat wil zeggen dat je het bijvoorbeeld automatisch via RSS wereldkundig maakt. Maar je kunt ook handmatig je artikel linken op bijvoorbeeld www.ekudos.nl of www.nujij.nl en andere sites.
  4. Deel je bericht op de sociale media – Dit kan ook geautomatiseerd, met bijvoorbeeld de plugin “Jetpack” voor WordPress, ifttt.com of BuffferApp. Sommige mensen prefereren echter dit handmatig te doen. Dat kan natuurlijk ook.
  5. Vind relevante artikelen op het web en plaats “teasers” naar jouw artikel – Als je een actief lid van een forum of andere online community bent, kun je bijvoorbeeld een link in je signature plaatsen. Of je post een bericht of vraag in een LinkedIn groep, of een Google+ community. Gebruik alle middelen die je ter beschikking staan, zonder teveel de content overal te pushen.
  6. Bookmark je eigen content – Zelf bookmark ik mijn artikelen op onder andere delicious.com, diigo.com, stumbleupon en andere social bookmarking sites. Sommige mensen die ik ken bookmarken ook al hun posts op scoop.it. Wat ik wel vaak doe als ik visuele content in het artikel heb staan, is deze pinnen op Pinterest. Zo heb ik bijvoorbeeld eerder vandaag ook de vier podcast video’s van januari 2013 gepinned op een bord in Pinterest met de titel “ReputatieCoaching en ReputatieManagement podcast”.
  7. Hergebruik je waardevolle content – hier heb ik het eerder in deze podcast ook al over gehad. Mijn experiment loopt op dit moment en de komende tijd zal duidelijk worden of dit de grote impact heeft die ik verwacht, of dat het op een ontgoocheling zal uitlopen. En het is zomaar mogelijk dat ik deze 12 redenen van dit artikel ook omzet in een presentatie, die ik dan weer upload naar Slideshare.
  8. Reageer op andere weblogs – Zelf heb ik hier goede ervaringen mee. Naast dat ik een aantal vaste weblogs volg, zoek ik ook dikwijls nieuwe blogs (of Google+ gebruikers) over de gerelateerde onderwerpen. Daar lees ik dan de berichten en de reacties van de bezoekers van de site. Als er een relevant en voor mij interessant topic tussen zit, reageer ik soms met een aanbeveling, tip of iets dergelijks. Het leuke aan de reacties in veel blogs, is dat je een link naar je eigen site kunt invoeren. Ik doe dit helemaal niet om de ouderwetse backlinks te creëren, maar gewoon om mensen te triggeren om door te klikken naar mijn site of artikel.
  9. Beantwoord vragen op Twitter, in fora of elders – Actief bezig zijn met je eigen marketing is voornamelijk het geven van waardevolle informatie. Het geven van zinnige antwoorden op vragen die mensen stellen helpt met het opbouwen van je online reputatie.
  10. Stuur een samenvatting van je bericht naar je mailing list – Lang niet alle mensen zullen actief de RSS-feed van jouw blog volgen of frequent handmatig jouw site bezoeken. Daarvoor kan je mailing list helpen. Zelf heb ik sinds vorige week ook een mailing list. Je kunt je daarvoor inschrijven op: www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief.
  11. Vraag andere bloggers je bericht te delen – Als je in contact staat met een aantal gelijkgestemde bloggers, kun je hen ook concreet vragen bijvoorbeeld eens in een artikel een link naar jouw blogpost op te nemen, of om het te delen in de social media.
  12. Als het nieuws is, verdient het een persbericht – Er is een tijd geweest dat “persberichten” voor elk wissewasje werden gepubliceerd om zo hoger te kunnen scoren in de zoekmachines. Die tijd is voorbij. Maar niets let je om daadwerkelijk een persbericht uit te brengen, als het serieus nieuws betreft.

Het lijkt een enorme bult zinloos werk als je dit voorgaande leest, zeker als je dit allemaal nog moet doen nadat je een artikel hebt gepubliceerd! Maar geloof me, de voordelen wegen ruimschoots op tegen de tijd die dit kost. En op een gegeven moment kom je ook in de routine: je post automatisch je bericht op Google+ pagina, je geeft het zelf een +1, je deelt het op Facebook, pint één of meer afbeeldingen enzovoorts.

Zie het als een investering: in plaats van maar te kust en te keur links te bouwen naar je site (wat toch al niet meer veel helpt), leg je nu een stevig fundament onder je website met relevante links, de juiste social buzz en sociale betrokkenheid. Als je echt goede content produceert gaan deze stappen gemakkelijk en zullen je ze op den duur echt helpen.

Als jij nog tips hebt voor het promoten van je artikelen, laat ze dan weten. Je kunt reageren onderaan de show notes, die je kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/28, of je kunt op de website direct een voicemail inspreken.

Jarenlang hebben mensen geld kunnen verdienen door sites te bouwen en die door middel van “standaard” SEO-trucjes hoger te laten scoren dan die van de concurrentie. Ook al wisten die mensen amper wat van het onderwerp, waar ze over schreven.

Dit leverde honderdduizenden websites van lage kwaliteit, die ondanks de lage kwaliteit toch steeds de voorpagina’s van de zoekmachines wisten te bereiken. Dankzij de inspanningen van Google in de afgelopen jaren zijn deze sites inmiddels verdwenen uit de zoekresultaten. Soms zijn ze gewoon honderden pagina’s diep nog te vinden, maar soms zijn ze ook keihard uit de database van Google verwijderd.

20 redenen waarom je nu toch echt een expert moet worden

De komende jaren zal er nog meer worden geschud aan de boom van wereldwijde content, waarbij geen enkele site onberoerd zal blijven. Daarom moet je zo snel mogelijk beginnen met het werken aan je online reputatie en om een expert te worden op je vakgebied op een dusdanige manier, dat niet alleen mensen dit zien en bevestigen, maar ook de zoekmachines.

Op CopyBlogger vond ik een lijst met 20 redenen waarom je nu toch echt een expert moet worden. Deze wil ik hier met je delen:

  1. Zoekmachines houden van experts – De algoritmes van de zoekmachines worden aldoor veranderd en verbeterd. Er is één ding wat zeker is: de focus komt meer en meer te liggen op kwalitatief goede content. Op den duur zal alleen kwaliteit nog overblijven.
  2. Niemand bekommert zich om wat je denkt, als je geen expert bent – Dat klinkt mogelijk hard, maar mensen buiten je vrienden- en kennissenkring hechten alleen waarde aan de mening en verhalen van een expert.
  3. Je begrijpt je business beter – Je business kennen is de eerste stap om je bedrijf verder uit te bouwen. Het vereist wel meer, maar dit is toch echt het begin!
  4. Het is eenvoudiger goede content te creëren – Omdat je echt verstand hebt van iets, ben je in staat om zaken vanuit een andere en bovenal originele invalshoek te bekijken. En het wordt eenvoudig, omdat je beduidend meer weet dan je lezers en luisteraars.
  5. Het is eenvoudiger om je activiteiten te focussen en af te bakenen – Doordat je een scherpe kijk hebt op de materie kun je beter bepalen waar je kansen liggen.
  6. Je kunt veranderingen in je markt sneller zien aankomen – Met meer expertise komt meer kennis van de belangrijkste spelers in de markt en de acties die ze hoogstwaarschijnlijk zullen ondernemen. Je kunt niet alles voorspellen, maar dankzij je expertise voorzie jij veranderingen sneller dan anderen en kun jij er alvast op anticiperen.
  7. Je bouwt communities om je heen – Experts trekken nu eenmaal mensen aan die zich graag met de expert vereenzelvigen.
  8. Mensen vertrouwen experts – Mensen zullen sneller jouw mening voor waar aannemen, als jij meer blijkt te weten.
  9. Mensen willen voor je werken – Als je eenmaal bekend staat als een expert trek je sneller slimme en gemotiveerde mensen aan, die een groot verschil kunnen maken voor je business.
  10. Mensen willen van je kopen – Een diepgaande kennis en begrip van jouw specialisatie maakt jou vertrouwd en een autoriteit. Dus zullen mensen sneller geneigd zijn om producten en diensten van je af te nemen. Dit is vooral het geval, als je je expertstatus combineert met hoge ethische standaarden.
  11. De media wil je interviewen – Zowel traditionele media, als de nieuwe media zijn continu op zoek naar nieuwe en originele content voor hun shows. Als jij eenmaal een bekende expert op je vakgebied bent, ben je opeens ook een interessante kandidaat voor interviews.
  12. Andere media willen over je schrijven – Op zoek naar gelegenheden voor het schrijven van gastartikelen op belangrijke sites? Dit is zo’n stuk gemakkelijker als je gezien wordt als een autoriteit op je vakgebied.
  13. Andere experts willen je ontmoeten – Experts trekken experts aan. En dat kan weer leiden tot het aanboren van nieuwe markten, namelijk hun publiek.
  14. Andere experts willen met je samenwerken – Geen enkele expert is op zoek naar een samenwerking met iemand die nagenoeg geen zinnige content produceert.
  15. Het is gemakkelijker om sociale volgers aan te trekken – Dit gebeurt uiteindelijk zelfs als je er geen moeite voor doet. Mensen zullen je social media profielen weten te vinden en met je willen connecten. Natuurlijk gaat dit nóg sneller, als je er energie in stopt.
  16. Je krijgt meer reacties op je berichten – Mensen zullen sneller hun gedachten met je willen delen en een soort van relatie met je willen opbouwen.
  17. Je artikelen krijgen meer links – Ongeacht alle algoritmes en dieren in de Google dierentuin: links van andere sites hebben nog steeds waarde voor SEO. Links die op natuurlijke wijze ontstaan van belangrijke sites geven jouw site nog een grotere boost.
  18. Je bekendheid op de sociale media groeit exponentieel – Steeds meer mensen zullen dagelijks je berichten retweeten, liken en +1’s geven.
  19. Je presentaties zullen meer mensen trekken – Ongeacht of je in ‘real life’ presenteert, of online: je zult meer publiek trekken met je presentaties.
  20. Als expert kun je hogere tarieven vragen – Dit is wat er onder de streep overblijft. Mensen zullen bereid zijn om meer te betalen voor jouw producten en diensten, wanneer jij de expert bent.

Zorg dus dat je een expert wordt en zorg dat je beter kunt onderwijzen dan de anderen. Leer hoe je beter mensen kunt helpen dan de anderen. Stop met het veinzen dat je een expert bent en word een echte expert die vertrouwen oproept en oprecht mensen helpt. Zo bouw je een duurzame en lucratieve business.

Zoals altijd hoop ik dat er in deze podcast voor jou weer interessante nieuwtjes en bruikbare tips tussen zitten.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ons op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.

En je kunt rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 28 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens iedereen de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!

Doei!

Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen: