Abonneer via: Google Podcasts | RSS
De onderwerpen voor vandaag, de dag voor Sinterklaas. Dus daar begin ik vandaag mee… althans met online business. Afgelopen week ontving ik een voicemail van Jerry over het optimaliseren van een webshop. Daarover zometeen meer. Google heeft haar kwaliteitsrichtlijnen voor Google+ Mijn Bedrijf aangepast. De grote verschillen deel ik straks met je. En hoe scoort jouw site op Bing? Of op DuckDuckGo? Waarom dat belangrijk kan worden, hoor je ook in deze podcast. En als je wilt scoren in Bing, heb ik 10 tips voor je, om je daarbij te helpen.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Ik ben Eduard de Boer, ReputatieCoach. Dit is dé podcast die jou helpt om meer business te genereren, doordat jouw website beter gevonden wordt, zowel lokaal als landelijk en doordat ik je uitleg hoe je je online reputatie kunt verbeteren. Dit alles helpt je om je bedrijf en jezelf beter op de online kaart te plaatsen.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/105. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes, op Stitcher en ook op TuneIn Radio. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Voordat ik begin met de onderwerpen voor vandaag, eerst even een #FAIL. Deze week is de #FAIL voor @Vitens. Ik zal je kort uitleggen waarom…
Gisteren hadden we hier opeens geen water meer, als we de kraan opendraaiden. Even zoekend op Google leerde ik het mooie woord “waterstoring”. Vervolgens zocht ik de website van Vitens op, om de waterstoring te melden.
Op hun contactpagina staat dat je storingen via Twitter kunt melden aan @vitens. Dat heb ik dan dus ook gedaan. Mijn eerste tweet was om 14:59 en circa een kwartier daarna heb ik er nog een gestuurd. Tot op heden moet ik nog steeds een reply krijgen. Dat vind ik echt een ondermaatse prestatie van Vitens en dus een #FAIL waard!
In de show notes heb ik een lijstje van recente tweets aan Vitens staan en het blijkt dat mijn ervaring niet uniek was. Bovendien lijkt het erop alsof Vitens niet alleen slecht communiceert via Twitter, maar ook lijken contactformulieren op de site niet te werken:
Foei, Vitens! Je kunt dan weliswaar waterleverancier zijn voor 5,5 miljoen huishoudens, maar dit kan echt niet!
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
Morgen is het Sinterklaas en volgens mij hebben de goedheiligman evenals alle multicolor pieten en hulpklazen dit jaar massaal online ingekocht. De verkoopcijfres en statistieken over online versus offline business zullen we de komende dagen wel horen en lezen.
De afgelopen jaren zie je een sterke groei in de online aankopen rond de feestdagen. Als hulpsinterklaas heb ik alle cadeaus voor onze dochter online gekocht, om zo tijd te besparen, doordat ik niet in lange rijen voor kassa’s hoef te wachten. Vanuit mijn bureaustoel heb ik binnen één uur een selectie van de verlanglijstjes online besteld. En volgens de bevestigingsmails wordt alles vandaag bezorgd, inclusief pakpapier. Keurig op tijd, dus. Ik hoef het dan alleen nog maar in te pakken.
Voor mij is het heel simpel: de producten op de verlanglijst waren helder gespecificeerd; er kan eigenlijk geen misverstand over ontstaan. Dus dan hoef ik niet naar de lokale winkel om de objecten in de handen te nemen en daarmee vervolgens naar de kassa te lopen, af te rekenen om zo met afgeladen tassen de auto in een overvolle parkeergarage op te moeten zoeken.
Een deel van de inkopen heb ik gedaan bij Intertoys, omdat één van de verlanglijstjes daarop was afgestemd, inclusief verwijzing naar de bladzijden in het grote speelboek. Dat maakte het voor mij gemakkelijk, want sommige artikelen die niet bij Intertoys verkrijgbaar waren, kon ik zo snel en gemakkelijk bij bol.com bestellen.
Hoe wrang het ook moge zijn voor de detailhandel: ik denk dat er steeds meer online besteld zal worden en dat deze stijging ten koste zal gaan van de lokale speelgoedwinkeliers in dit geval. Maar hetzelfde geldt straks voor Kerstmis en de Kerstinkopen. Ook daar zal de lokale detailhandel een knauw voelen, vrees ik.
Hoe zit het met jou? Of als je een lokale winkelier bent: heb jij dit jaar iets gemerkt van een daling van verkopen in je winkel? En voor alle hulpklazen en hulppieten: heb jij inkopen gedaan bij lokale winkels, of ook al meer online? Wat was daarvoor je beweegreden? Daar ben ik heel benieuwd naar. Geef eens je reactie onderaan de transcriptie van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/105.
Eerder deze week ontving ik een vraag van Jerry. Hij sprak het volgende in op de ReputatieCoaching voicemail:
Goedenavond Eduard. Met Jerry, eigenaar van webshop low-budgets.nl.
Ik luister met veel aandacht naar je podcasts en ik vraag me af of het interessant en leuk is om een keer een artikel te wijden aan webshops.
Ik heb de afleveringen gehoord over tandartsen en restaurants en daar kun je gericht op adverteren, laat ik maar zeggen, om je vindbaarheid groter te maken.
Maar wat als je meerdere artikelen hebt, bijvoorbeeld een webshop met 200 artikelen.
Ik zou het wel interessant vinden om eens te horen wat daar de mogelijkheden voor zijn.
Misschien vind je het leuk om daar eens wat aandacht aan te besteden.
Alvast bedankt!
Nou Jerry, leuk dat je contact opneemt. Inderdaad, een webshop is heel anders dan een restaurant, tandartspraktijk of kapper en wat dies meer zij. Want met een webshop krijg je alleen bestellingen online, die je dan moet versturen naar de koper; je klanten komen niet naar een lokale vestiging.
Om te beginnen heb ik natuurlijk eens gekeken naar je website, een mooie en overzichtelijke website, kan ik wel zeggen. Maar wat mij als eerste opviel, was de lange laadtijd van de pagina’s. Het was dat je mij had benaderd om eens wat tips te geven, anders was ik al naar een volgende site gegaan in de hoop daar te kunnen vinden, waar ik naar op zoek was.
Ik begon namelijk je site te bekijken, terwijl ik ’s avonds op de bank zat. En toen had ik alleen mijn iPhone in de buurt. Mijn indruk op mobiel was dat het heel lang leek te duren, voor er maar iets gebeurde als ik van pagina naar pagina ging.
Ik heb op de desktop met de Pingdom Website Speed Test eens getest hoelang het duurde om sommige pagina’s te laden en ik kwam meestal tussen de 2 en 5 seconden uit:
In de show notes heb ik een screenshot opgenomen, waarin ik meet hoelang het duurt om de pagina voor “electrisch gereedschap” te laden. Zoals je kunt zien duurt dat 2,1 seconde, dat is nog acceptabel. Maar wat daaronder opvalt is de lange wachttijd voordat de data wordt ontvangen! Je ziet dat het 1,45 seconde duurt, tot jouw webserver begint met het versturen van gegevens, nadat de URL is opgevraagd. Dat is extreem lang, vind ik. Die bijna anderhalve seconde zit iemand naar zijn of haar scherm te staren, terwijl er niets lijkt te gebeuren. Moet je je voorstellen: als je die kunt reduceren tot 200 milliseconden, dan worden je pagina’s opeens binnen een seconde geladen en vertoond!
Waar precies die vertraging in zit, is niet 1–2–3 te zeggen. Mijn gevoel zegt dat het de onderliggende database is, die de bottleneck is. Daar zou ik als eerste gaan zoeken. Verder kan het tijdelijk cachen van content ook een substantiële versnelling opleveren.
De laadtijd is in elk geval een belangrijke factor voor de gebruikerservaring, evenals natuurlijk de mobielvriendelijkheid. Die is bij jouw site bijna goed. Het enige minpuntje vind ik, dat de afbeeldingen verkeerd schalen: die worden op mijn iPhone horizontaal teveel verkleind en niet in proportie met de verticale verkleining.
Wat ik ook eens heb gedaan, is testen wat Google vindt van de snelheid van je site, zowel op desktops, als op mobiele apparaten. De resultaten daarvan vind je terug in de show notes:
Op de desktop geeft Google Pagespeed jouw site op snelheid 69 punten van de 100. Dat is laag. Je moet zien dat je de adviezen van Google opvolgt, om toch echt boven de 85 te komen, als je je wilt onderscheiden van collega’s, denk ik.
Ook vindt Google de snelheid van mobiel te traag: die staat met 55 van de 100 punten zelfs in het rood. Daar moet je dus echt aan werken! Google zegt verder dat de reactietijd van je server 2,4 seconden is, wat ik hiervoor ook al constateerde. Als je doorklikt op de Pagespeed tool, dan kun je lezen dat deze trage reactietijd kan komen door tientallen verschillende factoren, waarbij je kunt denken aan:
Nu terug naar je vraag, want jij wilt weten hoe je nu jouw producten beter vindbaar kunt maken, dan die van andere webshops. Dat is en blijft een lastige klus. Want waarschijnlijk is elke webshop-eigenaar daar op uit en dus daarmee bezig.
Laat ik eens een paar zaken langslopen, waar je optimalisatie kunt behalen:
Feitelijk zijn al deze maatregelen goed webmasterschap. Laten we nu eens kijken hoe je je zou kunnen onderscheiden van andere sites, waar bijvoorbeeld dezelfde lintzaag wordt aangeboden. Ik heb er een aantal bekeken en ik zag dat ze allemaal vrijwel dezelfde tekst hebben, namelijk alle technische specificaties.
Nu ontkom je er niet aan om die te noemen, maar het is de kunst om een beter pakkende omschrijving bij elk product te plaatsen, waarin je over het product of artikel schrijft.
Verder zou je video’s bij elk product kunnen plaatsen, die je host op YouTube. Dan kun je denken aan:
Wist je trouwens dat de links naar je social media niet werken? Ik zie als URL alleen het hekje (“#”).
Over social media gesproken: je zou ook foto’s van je producten met links naar de productpagina op je website kunnen pinnen op Pinterest. Want als ik daar bijvoorbeeld zoek op lintzaag, vind ik maar een stuk of 16 pins. Daar liggen dus kansen. Kansen die overigens andere webshops al wel mondjesmaat benutten… Want zoek op Pinterest maar eens naar “accuboormachine”, dan zie je wat ik bedoel.
Als je dan toch bezig bent met foto’s, ga dan ook op Instagram je producten promoten met mooie foto’s. En gebruik eventueel ook Facebook om je producten onder de aandacht te brengen.
Zoals ik altijd zeg: ga content produceren over je producten. Breng die content onder de aandacht van je potentiële publiek.
Tja en tenslotte voor de lokale vindbaarheid, zou ik toch ook een zakelijke Google+ Mijn Bedrijf pagina maken, waar je foto’s van je producten uploadt. Ook zou ik je producten promoten op Google+. Want vergeet niet, dat die content op Google+ vaak heel goed scoort in de zoekresultaten!
Tot zover mijn adviezen in een notendop. Jerry, ik hoop dat je er iets aan hebt. Mocht je meer advies of concrete hulp willen, neem dan gerust contact op.
20 februari van dit jaar meldde Google dat je in de bedrijfsnaam van een vermelding op Google+ Mijn Bedrijf toevoegingen mocht doen, binnen bepaalde voorwaarden. Vanaf deze week is dat weer helemaal teruggedraaid. Het enige wat er mag staan in de zakelijke bedrijfsvermelding op Google+ is de bedrijfsnaam. Punt! Niets meer dus!
Naast dat je geen toevoegingen meer mag hebben in de bedrijfsnaam zijn er nog meer wijzigingen:
Tja, zoals je ziet worden ook de richtlijnen voor lokale bedrijfsvermeldingen steeds verder aangescherpt. Gelukkig wordt hiermee de kans op misbruik ook verder verkleind. Dat kan ook voor veel ondernemers weer een verademing betekenen, omdat ze dan mogelijk hoger in de lokale resultaten kunnen scoren.
Ik heb het overigens nagekeken en de Nederlandse kwaliteitsrichtlijnen zijn nog niet bijgewerkt, analoog aan de Engelstalige.
Er zijn nog steeds sites die bepaalde content pas vertonen, als een gebruiker bijvoorbeeld naar beneden of naar rechts scrollt, als die op een “Lees meer” link klikt of naar een ander tabblad gaat. Dat zijn sites die de komende tijd mogelijk lager kunnen gaan scoren in Google.
Dat komt doordat Google webcontent die initieel wordt verborgen tijdens het “onLoad” event in de browser, niet meer indexeert. Als een pagina als gevolg hiervan dus weinig content bevat, neemt voor Google de relevantie van die pagina af en kan die dus lager gaan scoren.
De reden die John Mueller van Google hiervoor geeft, is dat als je initieel tekst verbergt, Google dit niet als de meest relevante content beschouwt. Ik laat je eventjes het stukje horen, waarin John er op in gaat…
Dus: maak je content zo min mogelijk verborgen en laat in elk geval je meest relevante content direct zien bij het laden van je pagina’s.
Vorige week vertelde ik je dat Google in de VS juist een rechtzaak heeft gewonnen, waarbij is uitgesproken dat Google zo’n beetje alles kan en mag doen met haar zoekresultaten. Dat was een forse overwinning.
Aan de andere kant wordt Google in Europa impliciet gedwongen om het bedrijf dusdanig op te splitsen, dat de zoekmachine los wordt gemaakt van de overige Google diensten. Dit is vorige week besloten in het Europese parlement, niet alleen voor Google, maar ook voor andere zoekmachinegiganten.
In een artikel op Computable stond onder andere het volgende te lezen:
De stemming, waarin ruim tweederde van het parlement voor de motie stemde, is vooral van symbolische waarde. In de aangenomen tekst staat: ‘Het Europees Parlement vraagt de Commissie om wetsvoorstellen in overweging te nemen voor de ontvlechting van zoekmachines van andere commerciële diensten.’ Ook wordt de Commissie opgeroepen om ‘misbruik met de marketing van vervlochten diensten door uitbaters van zoekmachines te voorkomen’. Het gaat dus niet specifiek om het bedrijf Google. Maar zou er wetgeving komen, dan heeft dit gevolgen voor een bedrijf als Google.
(Bron: Computable, 28–11–2014)
Hoewel het Europees Parlement geen opsplitsing bij Google kan afdwingen, heeft het via de Europese Commissie wel de mogelijkheid om nieuwe wetgeving in te voeren die mogelijk invloed heeft op de werkzaamheden en rechten van de zoekgigant.
Deze actie heeft niet alleen in Europa, maar vooral in de Venigde Staten gezorgd voor veel rumoer. Hoe dit alles verder verloopt, moeten we nog zien. Ik houd een vinger aan de pols!
Dat was over Google en ik weet bijna zeker dat alle luisteraars het meest geïnteresseerd zijn om te weten, hoe zij hoger kunnen scoren in Google. Sites als Bing en DuckDuckGo interesseren ze niet. En hoe zit jij daarin? Kijk jij wel eens hoe jouw site scoort in Bing? Nee? Dan zou ik dat toch maar eens gaan doen!
Ik hoor je denken: “Hoezo moet ik mij verdiepen in hoe ik rank op Bing? Daar komt toch vrijwel geen enkele bezoeker vandaan?”. Dat klopt… Inderdaad… Nog wel!
Let op… Ik zeg bewust: “Nog wel!”. Want inderdaad komt meer dan 90% van al het zoekverkeer van Google. Echter, per 2015 loopt er een contract tussen Google en Apple af. Apple verdiende de afgelopen jaren namelijk zo’n slordige 1 miljard dollar aan Google, doordat het Google als standaard zoekmachine in Safari aanbood. Daardoor maakt 45% van de mobiele markt wereldwijd gebruik van Google als standaard zoekmachine vanaf alle iOS apparaten, zoals iPhones, iPads en iPods.
Maar als dat contract afloopt, kunnen zaken wel eens veranderen. Dan zou het zomaar kunnen zijn dat Apple verder gaat met Bing… Of met DuckDuckGo… Ook gaan er geruchten dan Apple zelf een zoekmachine aan het optuigen is. Wat het ook moge worden: het kan dus geen kwaad om eens te controleren, of jouw site ook goed te vinden is op Bing en DuckDuckGo.
Apple is niet de enige organisatie die banden heeft met bepaalde zoekmachines die aan veranderingen onderhevig kunnen zijn. Vorige maand nog werd bekendgemaakt dat Firefox in de Verenigde Staten niet meer standaard Google instelt als zoekmachine, maar Yahoo!
Deze instelling is operationeel sinds Firefox 34, de meest recente versie die onlangs uitkwam. Hoewel Firefox 34 nog niet wijd verbreid is, krijgt Yahoo! al driemaal meer zoekverkeer door Firefox 34, dan door versie 33.
Volgens StatCounter is het zoekaandeel van Yahoo! in slechts twee weken gestegen van 9,6% naar maar liefst 29,4%! Daarentegen is het gebruik van Google in Firefox 34 gedaald van net iets meer dan 82% naar zo’n 63,5%! Dat is een forse daling!
Nog steeds blijft Google ook in de USA oppermachtig, maar er wordt overduidelijk wel aan haar virtuele stoelpoten gezaagd…
Dus, nog even terugkomend op de mogelijke verandering van de standaard zoekmachine in Safari op mobiele apparaten van Apple… Hmmm… Gezien de penetratie van iOS-devices kan dat muisje ook nog wel eens een staartje krijgen… Ik ben heel benieuwd!
Stel nu eens dat Apple voor Safari op iOS niet meer kiest voor Google, als standaard zoekmachine… En omdat Firefox al Yahoo! gebruikt neem ik aan dat Apple daar ook niet voor zal kiezen. Dit is mede ingegeven door het feit dat Yahoo! in lang niet zoveel landen operationeel is.
Dan blijven er feitelijk nog twee zoekmachines over: Bing en DuckDuckGo. Dat is ook de reden dat ik zopas vroeg of je wel eens kijkt hoe je site op die twee zoekmachines scoort.
Hoewel DuckDuckGo sinds een tijdje wel als mogelijkheid is ingebouwd in Safari, staat die nog wel onderaan het rijtje. Ik heb geen idee of dat ook de visie van Apple op het belang weergeeft. Het kan ook een onderbewuste misleiding zijn, dat weet je nooit.
Maar stel nu eens dat Apple kiest voor Bing, in plaats van Google, als standaard zoekmachine in Safari op mobiele apparaten: waar moet je dan zoal rekening mee houden, om je site te laten scoren in Bing?
Tja, originele, unieke, relevante en interessante content spreekt natuurlijk voor zich! Ook Bing is heel goed geworden in het detecteren van webspam. Nee, wat zijn factoren die helpen bij het ranken van jouw site in Bing? Ik noem je er een aantal.
Want op dit moment is Bing Local alleen nog maar actief in de volgende landen:
Gezien de aanwezigheid van andere Europese landen, verwacht ik dat het ook niet zo lang zal duren, tot Nederland aan dit rijtje wordt toegevoegd.
Oh ja, nog een paar tips, wat je beslist niet moet doen op Bing. De meeste ken je natuurlijk al, maar ik wil het voor de volledigheid toch nog even duidelijk maken, waar Bing beslist een hekel aan heeft:
Nu ik zoveeel heb verteld over Bing en je mogelijke kansen… Heb je op basis hiervan al eens gekeken hoe jouw site scoort op Bing? Verschilt het erg met Google en DuckDuckGo? Vertel het me, onderaan de show notes van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/105. Ik ben benieuwd naar je bevindingen!
Met deze “koffiedikkijkerij” over de toekomstige standaard zoekmachine in 45% van alle mobiele apparaten in de wereld, kom ik aan het einde van deze podcast.
Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hoogte blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.
Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf daarvoor naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, net als Jerry afgelopen week deed met zijn vraag over de optimalisatie van een webshop. Wil jij ook een voicemail inspreken, klik dan op de tab aan de rechterkant van elke pagina en spreek je bericht in.
Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 105 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
We zijn bijna halverwege het jaar, dus over zo’n 3 weken begint alweer de zomer. Na een periode van veel regen, is het nu gelukkig beter weer. En dat nodigt uit tot meer wandelen met de honden, dus de afgelopen dagen heb ik weer de nodige kilometers te voet afgelegd over de Veluwe.
Oh sorry! Je hebt je niet op de podcast geabonneerd om te horen over mijn wandelingen met de honden. Dus, over op de onderwerpen voor vandaag. Allereerst spotte ik afgelopen week Facebook walware in actie op de tijdlijn van twee goede vriendinnen en kreeg een garage in mijn omgeving een erg negatieve review op Google+. Daarop stelde men mij de vraag, wat hieraan kon worden gedaan. Met die onderwerpen begin ik zo.
Verder heb ik nieuws over van Google, dat inmiddels een webformulier heeft gepubliceerd, waar je URLs kunt aanmelden, die je verwijderd wilt zien uit de zoekresultaten. Vorige week had ik het hier al over, over de uitspraak van het Europese Hof, waarbij inwoners van de EU het recht kregen om data uit de zoekmachines te laten verwijderen.
YouTube krijgt er een concurrent bij… Althans, als het aan Yahoo ligt. Want deze laatste wil komende zomer een concurrent van YouTube lanceren. Binnenkort heb je overigens geen tolk meer nodig als je met iemand wilt communiceren, terwijl je de taal van je gesprekspartner niet machtig bent, als het aan Microsoft ligt, althans.
Vandaag heb ik ook weer eens een tooltip voor je voor het verkleinen van de bestandsgrootte van afbeeldingen. Twee weken geleden heb ik een Chromebook gekocht en vandaag deel ik de eerste ervaringen met je. John Mueller van Google benadrukt nogmaals dat forum links je ellende kunnen bezorgen en ik sluit de podcast van vandaag af met een samenvatting over Panda 4.0.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als gerechtsdeurwaarder, stedenbouwkundige, huidtherapeut, bartender, etalage ontwerper of wat dan ook te verbeteren.
De podcast en alle gerelateerde content kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/79. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes en op Stitcher. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Eerst even een korte terugblik naar de podcast van vorige week, podcast 78. Een belangrijke ontwikkeling die ik daarin noemde, was volgens mij wel dat Yelp gaat beginnen met video reviews: allereerst voor de Elite Yelpies, maar later ook voor de overige Yelp-gebruikers.
Video heeft natuurlijk de toekomst, als je de toekomstvoorspellers mag geloven. Zelf ben ik ook die mening toegedaan. Want mensen willen steeds meer content consumeren, in zo kort mogelijke tijd. Dus als men met behulp van beeld en geluid (ofwel: video) meer content in kortere tijd tot zich kan nemen, zal men dat kiezen.
Binnenkort ga ik ook een beetje experimenteren met video reviews, om te zien of dat meer bijdraagt dan tekstuele reviews. Helaas kan ik niet alles tegelijk, dus je zult er nog even op moeten wachten, maar zodra ik ermee begin, zal ik het je laten weten.
Oh, het record van 6 mei, waarop ik 83 downloads klokte, is binnen twee weken daarna verpletterd. Toen waren er op 19 mei namelijk maar liefst 105 downloads! Het aantal luisteraars groeit dus, evenals het aantal bezoekers van de website. Op dit moment groeit het aantal unieke bezoekers per maand gemiddeld met zo’n 10%. Ik ben benieuwd hoelang die trend zich voortzet.
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
Cécile en Karin, beide goede vriendinnen, hadden eerder deze week een potentieel reputatie-issue te pakken. Er verschenen namelijk expliciete berichten op hun tijdlijn, met een hoog roze-gehalte. Zij zouden de daarin vertoonde video’s hebben geliked, evenals duizenden andere Facebookgebruikers.
Ik spotte deze ongewenste berichten ’s ochtends vroeg en stuurde dus een tekstberichtje naar beide dames. Cécile kon zich niet voorstellen dat ze op de video had geklikt, ondanks dat die dus op haar tijdlijn stond, terwijl Karin zich herinnerde dat ze er op had geklikt, omdat het “zo bizar” leek.
Dat maakte op zich niet uit, maar beide dames hadden dus gelikete video’s op hun tijdlijn staan, die ze er niet wilden hebben staan, maar ook niet verwijderd kregen, omdat ze ze zelf niet konden zien.
Een uitermate ellendige situatie, als je dit overkomt, want je wordt op die manier natuurlijk potentieel behoorlijk in diskrediet gebracht.
Cécile loste het heel handig op: ze postte de screenshot die ik haar had toegestuurd op Facebook met daarbij de melding dat zij zelf dit niet had gepost en dan anderen ook moesten uitkijken, waar ze op klikten op Facebook.
Laat dit ook voor jou een les zijn en niet klakkeloos overal op te klikken wat je ziet. Want soms kan met malware ervoor worden gezorgd dat er ongevraagd en ongezien zaken met jou worden geassocieerd, die je liever niet met jouw persoontje geassocieerd ziet.
Een ander reputatieincident, een paar dagen geleden. Onze overbuurman heeft een garage, waar hij auto’s repareert en onderhoudt. Ook verkoopt hij auto’s. Ik heb vorige week een Google Maps Business View bedrijfspanorama bij hem gemaakt en toen ik die had gepubliceerd, keek ik terloops ook even op zijn zakelijke Google+ pagina, waar ik de volgende review aantrof:
De review was, zoals je zult begrijpen, slechts één ster, en het was ook nog eens de eerste. Tja, dat is ellendig, want alle volgende (potentiële) klanten van de garage die op Google reviews gaan lezen, komen deze dus als eerste tegen. Wat kun je hier nu aan doen?
Ik heb natuurlijk meteen de buurman erop attent gemaakt en hij mailde mij:
Hoe kan je reactie beantwoorden? Want wij hadden met deze man al een deal gesloten en afgehandeld.
Wat hij schrijft klopt niet. Zijn enkele weken al paar mensen bezig om ons zwart te maken ivm concurrentie.
Kunnen we de reviews niet weglaten?
Laat ik beginnen met de laatste vraag als eerste te beantwoorden… Nee, helaas (maar ook wel terecht) kun je reviews niet verwijderen. De enige die een review kan aanpassen of verwijderen, is de originele schrijver of schrijfster van de review.
Je zult deze ook niet onder het mom van haat-reviews of iets dergelijks kunnen laten verwijderen door Google.
Het is mogelijk om te reageren op reviews, maar daarvoor moet je de Google+ pagina wel hebben geclaimd en geverifieerd, iets wat ik al vaker heb verkondigd, dat je als ondernemer zo snel mogelijk moet doen. En hier zie je weer eens waarom…
Wat ik aanraad om te doen in een dergelijke situatie, is zo snel mogelijk de discussie offline nemen, dus via de telefoon in contact zien te komen met de klant. In dit geval is het iemand die recentelijk een auto bij de garage heeft gekocht, dus ik acht de kans groot dat de garagehouder nog wel de contactgegevens van de klant heeft.
Mocht hij geen telefoonnummer (meer) hebben, dan zou ik gewoon naar het huis van de schrijver gaan en de dialoog aan gaan om te zien of je de klant op één of andere manier tevreden kunt maken, met daaraan de conditie, dat de recensie wordt verwijderd, als het conform afspraak is opgelost.
De garagehouder zegt in de e-mail echter dat het al is opgelost en er een soort van “zwart maak”-campage tegen hem loopt. Als dat zo is, en er is ergens een vorm van bewijs te vinden, dan kan hij er misschien mee naar Google gaan in de hoop dat deze laatste er iets mee doet, maar ik verwacht het niet.
Wat dan volgens mij de enige mogelijkheid is die nog overblijft, het overstemmen van de negatieve review, met een groot aantal positieve reviews. Zo breng je het gemiddelde omhoog en drukken de positieve reviews de negatieve naar beneden.
Als individu heb je het sinds een week of twee een stuk gemakkelijker met je online reputatiemanagement. Vorige week vertelde ik je in podcast 78, dat alle inwoners van de EU sinds die tijd een nieuw recht hebben, namelijk het recht om “vergeten te worden door de zoekmachines”.
Dit houdt in dat je bij de zoekmachines een verzoek kunt indienen om bepaalde pagina’s uit de zoekresultaten te verwijderen.
Let op: dit houdt niet in dat de content van Internet verdwijnt! Het verdwijnt pas als het van alle websites is verwijderd. Deze bepaling in de EU zorgt er alleen voor, dat de data niet meer zo gemakkelijk kan worden gevonden, als voorheen. Het beperkt dus alleen de vindbaarheid en wist je sporen dus niet uit. Laat dat duidelijk zijn!
Google heeft inmiddels een formulier live staan, waar je pagina’s kunt aanmelden, die je graag verwijderd ziet. In de show notes heb ik een link opgenomen naar dit formulier.
Op het formulier moet je natuurlijk de URLs invullen, die je uit de zoekresultaten verwijderd wilt zien. Natuurlijk moet je een verklaring geveven waarom je wilt dat ze worden verwijderd. Verder moet je natuurlijk je naam en e-mailadres geven en een geldig en leesbaar legitimatiebewijs meesturen.
Google zegt het volgende over het soort URLs dat kan worden verwijderd:
Om hiervoor in aanmerking te komen, moeten die resultaten ontoereikend, irrelevant of niet langer relevant, of buitensporig ten aanzien van de doeleinden waarvoor ze zijn verwerkt zijn.
Verder zegt de zoekgigant erover:
Voor de evaluatie van uw verzoek bekijken we of de resultaten verouderde informatie over u bevatten, evenals of de informatie van openbaar belang is, bijvoorbeeld als de informatie betrekking heeft op financiële oplichting, wangedrag, strafrechtelijke veroordelingen of het openbare gedrag van overheidsfunctionarissen.
Als je de URLs hebt ingediend, gaat Google elk verzoek apart bekijken en beoordelen, zelfs met een comité van experts. Dit is om te voorkomen dat er misbruik van wordt gemaakt.
Hoewel Google het niet letterlijk schrijft in de begeleidende tekst bij het webformulier, las ik op Search Engine Journal de tekst:
If your submissions is approved and Google decides to removes the links you provided, the links will be erased from search results in Google sites across the EU.
Vooral dat laatste benadrukt nog eens waar ik het laatst al over had: als dit waar is, is het kinderlijk eenvoudig om het systeem te omzeilen door gebruik te maken van zogenaamde proxies, waarmee je de illusie wekt dat je zoekpoging afkomstig is van buiten de EU.
Maar goed, Google volgt de bepalingen en ik vind dat ze dit best snel hebben geregeld, na de uitspraak van het Europese Hof.
Het zal nog wel wat worden en ik vrees dat er vertragingen zullen optreden. Want ik las dat Google de eerste dag dat het formulier online stond, al meer dan 12.000 verzoeken heeft ontvangen. Dit schreef Reuters in het artikel “Google in quandary over how to uphold EU privacy ruling”.
Hoewel op dit moment nog geen statistieken bekend zijn gemaakt door Google, vond ik al wel wat statistieken van de maand, voordat het webformulier online kwam.
De meeste verzoeken kwamen toen uit Duitsland (40%), gevolgd door Spanje (14%), het Verenigd Koninkrijk (13%), Italië (3%) en Frankrijk (2%). Veel van deze verzoeken moeten echter opnieuw worden ingediend, omdat ze niet werden vergezeld van een legitimatiebewijs en de andere informatie die Google vereist.
Tussen de nieuwsberichten door wil ik je weer eens een tooltip geven. Zoals je je mogelijk nog kunt herinneren heb ik een aantal podcasts geleden verteld dat ik je zou vertellen over leuke, handige tools die ik af en toe tegenkom.
Nou, ik heb er weer eentje voor je, te weten: compressor.io. Deze tool werkt weer wat anders dan smush.it, waar ik je in podcast 74 over vertelde.
In principe doet compressor.io hetzelfde als smush.it, namelijk het verkleinen van de bestandsgrootte van afbeeldingen. De dienst is gratis, evenals smush.it. Het leuke is echter, dat compressor.io niet alleen .JPG, .PNG en .GIF bestanden verder kan comprimeren, maar ook SVG, het Scalable Vector Graphics formaat. Nu gebruiken niet bijster veel mensen SVG, maar het is handig om te weten.
In de show notes, die je overigens kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/79 heb ik een screenshot opgenomen van de website van compressor.io. Toen ik de initiële versie van deze screenshot maakte, was het bestand afgerond 419 KiloByte:
Vervolgens uploadde ik de screenshot naar compressor.io en opeens werd het bestand gereduceerd tot zo’n 117 KiloByte, een besparing van 72%:
En de screenshot die ik van dit venster heb gemaakt, kon ik reduceren van 164 KiloByte naar 39 KiloByte, 76% kleiner!
Wanneer je een JPG-afbeelding uploadt, dan krijg je een schuifbalk te zien, waarmee je de kwaliteit van de definitieve afbeelding kunt instellen en bekijken.
En zodra je tevreden bent, kun je de afbeelding downloaden naar je computer, of naar je Google Drive of Dropbox. Het is handig om te weten dat compressor.io werkt met afbeeldingen tot een maximum bestandsgrootte van 10 MB.
Je kunt natuurlijk maling hebben aan bestandsgroottes en maar denken dat bandbreedte ongelimiteerd is. Echter, grotere bestanden kosten nu eenmaal simpelweg meer tijd om te downloaden, dus hoe je het ook wendt of keert: de totale hoeveelheid bytes die moet worden gedownload is meer en kost dus ook meer tijd, als je je afbeeldingen niet optimaliseert.
Vergeet ook niet, dat pagina’s die sneller laden ook de kans hebben om hoger te scoren dan pagina’s die als gevolg van veel overtollige ballast in de vorm van niet-geoptimaliseerde afbeeldingen en ongebruikte CSS-code, Javascript et cetera minder snel laden.
Met andere woorden: optimaliseer je afbeeldingen altijd. Veel gebruikers verwachten zelfs dat pagina’s snel laden, anders klikken ze gewoon de “terug”-knop. Dus ook hier geldt: “Voor als iedere seconde telt!”…
Experimenteer dus gewoon eens met de afbeeldingen, voordat je ze uploadt, om te zien of je ze kunt verkleinen.
Als laatste tip over grootte van afbeeldingen: upload ook geen afbeeldingen die een hogere resolutie hebben, dan je daadwerkelijk gebruikt op je webpagina’s. Want al die overtollige bytes moeten eerst allemaal worden opgehaald, voordat de afbeelding kan worden vertoond.
Je zou toch denken dat het onmogelijk is om de concurrentie aan te gaan met YouTube. Dat lijkt een regelrechte “Mission Impossible”. Toch heeft Yahoo aangekondigd de concurrentie met YouTube aan te willen gaan en komt het bedrijf deze zomer met de potentiële concurrent.
Ik ben heel benieuwd hoe dit zal lopen. Want is er wel ruimte in de markt voor een nieuwe YouTube? Vergeet niet dat honderden, zo niet duizenden apps die iets met video doen, vaak de mogelijkheid hebben om standaard te uploaden naar YouTube. Hoeveel kans heeft dan een nieuw platform, om daar nog tussen te komen?
Voor content creators die ontevreden zijn over de potentiële inkomsten van YouTube is er goed nieuws: de videoservice van Yahoo belooft betere inkomsten dan YouTube.
En net als met YouTube kunnen gebruikers hun eigen kanalen maken om video’s in te uploaden en te delen. Ook zal de Yahoo videoplayer net zo gemakkelijk te embedden zijn in webpagina’s, als die van YouTube.
Degenen die een contract met Yahoo aan gaan krijgen een soort van publicatiedashboard en hebben de mogelijkheid de content te distribueren naar alle platformen van Yahoo, zelfs de homepage en de bloggingservice Tumblr en een netwerk van andere, niet-Yahoo sites.
Yahoo zal geen exclusiviteit eisen, dus je mag je video ook nog gewoon uploaden naar YouTube, Dailymotion en andere video sites, als je je video initieel op Yahoo hebt geplaatst.
Over Dailymotion gesproken: vorig haar heeft Yahoo nog geprobeerd om Dailymotion te kopen, maar dit is toen tegengehouden door de Franse autoriteiten. Ook de acquisitie van Hulu is niet gelukt.
Hoewel Yahoo zelf niets loslaat, lijkt het erop, dat Marissa Mayer, de CEO van Yahoo en voormalig topvrouw in Google, een significant deel van de Amerikaanse TV-markt wil afsnoepen; die is namelijk goed voor een slordige US$70 miljard.
Sinds de opkomst van computers leek het slechts een utopie, een hersenspinsel, dat je alleen terugzag in science fiction series als StarTrek, StarGate, Battlestar Galactica enzovoorts. Waar ik dan op doel is realtime vertaling van een gesprek tussen twee gesprekspartners, die beiden elkaars taal niet machtig zijn.
Toch heeft Microsoft dit eerder deze week gedemonstreerd. De demonstratievideo hiervan heb ik opgenomen in de transcriptie van deze podcast:
Volgens de video spreekt Gurdeep Pall geen Duits, maar ik moet zeggen dat de over en weer vertaling toch al wel erg goed is. Waar Diana Heinrichs, de Duitse collega heel erg goed articuleert en rustig spreekt, spreekt Gurdeep snel Engels. Toch gaat het aardig goed, qua vertaling. Als ik het zo beluister dan lijkt het voor mij dat de essentie van de verhalen wel duidelijk wordt in de andere taal.
Misschien vraag je je af, waarom ik dat hier in deze podcast vertel. Nou, volgens mij hebben ook dit soort ontwikkelingen enorme gevolgen voor marketing, zodra ze nog verder zijn verbeterd. Welke gevolgen kan ik niet zo 1–2–3 overzien, anders dan dat je simpelweg een reclame niet meer door mensen hoeft te laten nasynchroniseren, omdat dat nu geautomatiseerd kan. Heb jij ideeën? Laat me ze weten onderaan de show notes, op www.reputatiecoaching.nl/79.
Ik ben gek op technogadgets… Altijd al geweest. Daarom volg ik veel nieuwe ontwikkelingen op de voet en probeer ik ook graag nieuwe technologieën uit. Naast dat ik een weegschaal op de slaapkamer heb die mijn gewicht bepaalt en in de cloud opslaat, meet die ook mijn BMI, de temperatuur in de slaapkamer en het CO2>-gehalte in de lucht in de slaapkamer. Dit kan ik dan weer op mijn iPhone terugzien.
OK, via die intelligente weegschaal kom ik op de ACER C720P Chromebook, die ik twee weken geleden heb gekocht. Toegegeven, Chromebooks zijn niet bleeding edge technologie en dus niet extreem nieuw of grensverleggend.
Toch zie je nog niet veel mensen om je heen met een Chromebook. Juist omdat het nog geen gemeengoed is, wilde ik eens uitproberen, hoe het is om alleen maar in een browseromgeving te werken.
Wat mij wel meteen opviel was de extreem lange levensduur van de accu: ik kan gewoon een hele dag mijn werk doen, zonder de Chromebook op te hoeven laden. Dat is een bijzondere gewaarwording. Want zelfs als ik mijn iPad door de dag heen gebruik, zoals ik ’m gebruik, dan haal ik meestal niet het einde van de werkdag, zonder de lader aan te sluiten.
Natuurlijk vreesde ik ook, dat ik een groot aantal beperkingen zou hebben, vergeleken met een iPad, of helemaal met een laptop. Tot op heden heb ik het echter nog niet als zodanig ervaren.
Ik ben mijn weg er nog op aan het vinden en de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik de transcriptie van deze podcast toch nog wel in Markdown op mijn desktop heb geschreven. Maar dan moet ik wel zeggen dat ik al wel dezelfde webapp gebruik, die ik eventueel ook in de toekomst op de Chromebook zou gaan gebruiken. Dus in plaats van Byword, gebruik ik op dit moment een andere Markdown editor, te weten “stackedit.io”, een online editor.
Mocht je niet weten wat een Chromebook is: het is een lichtgewicht laptop, met een door Google ontwikkeld besturingssysteem, gebaseerd op Linux. Maar het enige programma dat erop draait, is Google Chrome, de webbrowser van Google. Verder niet.
Dus alle mogelijke apps die je kunt installeren, zijn extensies voor Chrome, die meestal op enige wijze gebruik maken van een web-gebaseerde dienst. Als gevolg hiervan moet je wel voor veel apps online zijn, om ze te kunnen gebruiken.
De standaard Google apps, zoals Drive, Docs, Spreadsheets, Presentaties en Gmail kun je ook offline gebruiken. Die worden meteen gesynchroniseerd, als je later wel weer online bent.
Ik moet er nog een Google Hangout mee uitproberen, om een gevoel te krijgen bij de kwaliteit van de webcam, die is ingebouwd en ik heb ook nog niet voldoende tijd gehad om alles uit te proberen, wat ik eventueel nodig zou kunnen hebben voor het uitvoeren van al mijn werkzaamheden.
Ik doe wel mijn uiterste best om te zien of het mogelijk is om 95% of meer van al mijn werk te verplaatsen naar de Chromebook, dus als ik meer ervaringen heb, zal ik die zeker met je delen. To be continued…
In de vroege dagen van SEO, de afkorting voor “Search Engine Optimisation” of in goed Nederlands “Zoekmachine Optimalisatie”, kon je websites hoger in de zoekresultaten op onder andere Google laten scoren, door er veel links naartoe te laten verwijzen. Er was toen ook software om op diverse pakketten voor het opzetten van discussiefora, geautomatiseerd accounts aan te maken, waarbij dan een link naar de gewenste webpagina of website werd geplaatst in het profiel van de aangemaakte gebruiker.
Dit soort backlinks was gemakkelijk in grote hoeveelheden te maken, waardoor blackhat SEO-specialisten (dat zijn de jongens en meisjes die illegale trucs gebruiken om hoger te scoren) vrij baan hadden om zo sites hogerop te pushen.
Maar sinds een paar jaar werkt dit niet meer en is het dus tijdverspilling om nog met dit soort trucjes bezig te zijn.
Toch kreeg John Mueller van Google laatst de vraag of backlinks van forumprofielen een negatief effect kunnen hebben op je rankings. En raad eens wat het antwoord was… De korte versie… Een volmondig: “JA!”.
Vrij vertaald luidde het antwoord van John Mueller als volgt:
Om maar even heel duidelijk te zijn: als je in de profielen op forumsites links naar je eigen website achterlaat om daarmee de zoekmachines voor de gek te houden, dan wordt dat gezien als web-spam en kan dus ook zo worden behandeld door de algoritmes en door handmatige web-spam teams.
Het maakt niet uit hoeveel PageRank de site heeft, of dat het een .gov forum is. Wat je doet wordt door Google gezien als web-spam.
Als je serieus geeft om hoe zoekmachines als Google jouw website zien, dan raad ik je aan al deze links zo snel mogelijk te verwijderen en dit in de toekomst niet meer te doen.
Tot zover het antwoord. Je hoeft je natuurlijk heus geen zorgen te maken, als jij accounts hebt op een aantal forumsites, waar je dus ook je eigen website in je profiel hebt opgenomen. De boodschap van Google is eigenlijk altijd, dat er alarmbellen afgaan, als je ver over bepaalde grenzen gaat.
Ook hier geldt dus: “Overdaad schaadt!”.
Nou, als ik zo naar de tijd kijk dat ik al aan het kletsen ben, heb ik nog tijd en ruimte voor één onderwerp. Dan zit ik over de twintig minuten en daarmee zo rond de 4.000 woorden. Want ik weet dat ik gemiddeld in 20 minuten zo’n 4.000 woorden uitspreek.
Zojuist had ik het over de algoritmes van Google. Deze zijn voornamelijk te verdelen in twee dieren: Penguin en Panda. Doel van Panda is het reduceren van de waarde van dunne of slechte content.
Inmiddels is het duidelijk dat sinds een paar weken een nieuwe versie Panda live is. Google noemt dit zelf “Panda 4.0” en deze update lijkt erop gericht te zijn om (vooralsnog Engelstalige) sites met zogenaamde “syndicated content” anders te beoordelen, waardoor ze mogelijk lager scoren in de zoekresultaten.
Maar sinds ongeveer dezelfde periode scoort eBay.com opeens ook ontzettend slecht. Als je kijkt naar de verliezers in de VS, zijn onder andere gedaald:
Er gaan echter ook geruchten dat eBay zelfs een handmatige penalty heeft gekregen van Google. Daarover verschillen de meningen op dit moment nog. Andere verliezers die ook veel content herpubliceren, waren PRWeb.com, PR Newswire, BusinessWire en PRLog, allemaal persbericht sites of aggregator sites.
En waar er verliezers zijn, zijn er ook winnaars. De winnaars zijn volgens “Search Engine Journal” een aantal sites, die wij hier in Nederland nagenoeg niet kennen. Dus heeft het ook geen zin om die hier met je te delen.
Maar wat wel opviel, was dat de winst van de winnaars veel groter was, dan het verlies van de verliezers.
Matt Cutts van Google tweette het volgende over Panda 4.0:
Think of it like P4 is a new architecture. Brings in some of the softer side, but also lays groundwork for future iteration.
En op 20 mei kondigde hij Panda 4.0 al aan, door te tweeten:
Google is rolling out our Panda 4.0 update starting today
Volgens wat ik heb gelezen is de Panda 4.0 update van vorige maand voor Engelstalige sites. Heb jij een Engelstalige site, of een deel dat Engels is? Heb jij op die site originele content staan, of ook content van andere sites? Als dat laatste het geval is, merk jij ook dat je lager lijkt te scoren in de zoekresultaten of minder verkeer naar je Engelse content krijgt?
Met deze update over Panda 4.0 kom ik aan het einde van deze podcast. Het waren wel aardig wat onderwerpen, dat geef ik toe. Ik hoop wel, dat je het tot hier hebt volgehouden met luisteren. Want we zijn er dus weer doorheen voor vandaag!
Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hooge blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.
Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf daarvoor naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 79 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
Vandaag begin ik met een praktische tip over het backuppen van je mail, gevolgd door een korte terugblik naar een leerpunt in de vorige podcast. Dan een belangrijke update over mobiel Internetgebruik en signalen van Google dat bedrijven en organisaties nu ècht hun zakelijke Google+ pagina moeten claimen en verifiëren. Hoe je dat moet doen, vertel ik je ook meteen. Tenslotte beantwoordt Matt Cutts de vraag of je als eerlijk bedrijf nog wel kunt scoren in de zoekresultaten, zonder te spammen…
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als uitvaartondernemer, anesthesiemedewerker, combinatiefunctionaris, verzekeringsagent, zadelmaker, pluimveehouder of wat dan ook te verbeteren.
De volledige transcriptie (dat is gewoon een ander woord voor “tekst”) van deze podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/69. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts.
De volgende tip is voortgekomen uit een vraag die Lotte mij van de week in de wandelgangen stelde. Zij vroeg: “Jij hebt toch aardig wat mail accounts… Hoe ga je om met alle mail die je ontvangt? En maak je eigenlijk een backup van je mailarchief?”
Per dag ontvang ik enkele tientallen e-mails in mijn inbox. Dan praat ik niet over de spam. Spam wordt ontzettend goed afgevangen, dankzij Google. Ik gebruik namelijk Gmail voor het ophalen van mijn meeste mailboxen. Zo houd ik alles bij elkaar, kan ik het via één interface benaderen en geniet ik van de vrijwel perfecte spamdetectie van Google.
En ja, ik ben me ervan bewust dat Google op de achtergrond mijn mail analyseert om te zien of ze me betere advertenties kan bieden enzovoorts, enzovoorts. De illusie dat ik een grote mate van privacy in het algemeen of online privacy in het bijzonder geniet, heb ik al lang geleden opgegeven. Dus daar maak ik me niet zo’n zorgen om.
Voor een groot deel wordt alle mail in Gmail automatisch met behulp van filters naar bepaalde folders gerouteerd. Hieronder vallen bijvoorbeeld de mailnotificaties die ik van diverse social netwerken ontvang, wanneer iemand bijvoorbeeld een foto leuk vindt etc. Die wil ik absoluut niet in mijn inbox zien, dus al dat soort mails stuur ik linea recta naar een folder met de welluidende naam “Social Media”. Daarin komen ook de mails van Pinterest, YouTube, Tumblr, LinkedIn, Twitter, Foursquare en andere sociale netwerken.
Elke keer als ik zie dat er bepaalde social media mails toch in mijn inbox landen, maak ik zo snel mogelijk een nieuw filter aan om ook die mail door te sturen naar de “Social Media”-folder en uit mijn inbox te verwijderen. De mail laat ik natuurlijk wel ongelezen, zodat ik kan zien hoeveel mailtjes ik in de “Socal Media”-folder heb staan.
Gemiddeld scan ik die folder eenmaal per dag, maar soms gaat er ook wel eens een dagje voorbij dat ik die folder scan helemaal niet scan. Op deze manier kan ik echter heel snel een scan doen over de diverse sociale netwerken. Dat scheelt mij gewoon tijd.
Een paar keer per jaar ga ik er eens een uur of twee voor zitten… Voor een massale ‘Unsubscribe’-sessie. Dan kijk ik de afgelopen paar maanden terug en ga ik op zoek naar mails die ik niet meer wil ontvangen. Onderaan de meeste mails staat wel de mogelijkheid om je uit te schrijven en daar maak ik dan dankbaar gebruik van. Binnen no-time is mijn inbox dan dagelijks weer een stuk compacter.
Dan over een backup van mijn mail. Tja, ik bewaar eigenlijk heel veel mail. Google biedt nu eenmaal standaard 25 GB en ik heb ook nog eens een Google Drive van 100 GB erbij, dus ik heb bij Google een totale opslagcapaciteit van 125 GB.
Prijsverlaging van Google Drive
En nu ik toch over de opslagmogelijkheden van Google Drive heb: Google heeft onlangs de prijs van de online opslag verlaagd. Voorheen betaalde ik voor die extra 100 GB US$4,99 per maand, maar vanaf volgende maand ga ik hiervoor slechts US$ 1,99 per maand betalen. Dat is natuurlijk super en deze prijsverlaging zal ook wel invloed hebben op de kosten van online storage providers, zoals Dropbox, Box, MEGA, LiveDrive, OneDrive van Microsoft en anderen. Om je een idee te geven: een hele TeraByte kost nu nog maar US$ 9,99 per maand!
Voor dat geld hoef je het dus ook niet meer te laten en is het argument van crashende harde schijven, waardoor je je data kwijt bent, ook niet meer echt valide. Zeker als je een ondernemer bent. Een bijkomend voordeel –wat wellicht niet op iedereen van toepassing is– is dat je overal bij je data kunt, als je bestanden eenmaal in de cloud staan.
Anyway, terug naar de backup van mijn mail. Een hele tijd geleden heb ik ooit al eens een outlook.com mailadres aangemaakt. Zoals je hoogstwaarschijnlijk wel weet, is outlook.com de opvolger van hotmail.com van Microsoft. Toen heb ik ook alle mail die ik op dat moment bij Gmail had staan, gekopieerd naar outlook.com en vanaf dat moment heb ik ook een filter ingesteld om alle binnenkomende mail door te sturen naar mijn outlook.com-mailadres.
Afgelopen weekend was ik blij dat ik dit ooit had ingesteld. Ik moest een bepaalde mail van 10 februari dit jaar terug hebben, vanwege een bepaald attachment dat erin stond, die ik nodig had. Maar die mail had ik verwijderd (helaas ten onrechte, moet ik toegeven). En ik had inmiddels ook meer dan eens de Prullenmand van Gmail geleegd. Die mail was dus echt weg!
Eerlijk gezegd dacht er even niet zo snel aan, dat ik een permanente actuele backup van mijn mail heb op outlook.com. Dus ik zag als enige oplossing te gaan grasduinen in de TimeMachine backup die elk uur van mijn iMac wordt gemaakt. Dat zou redelijk wat tijd kosten.
Natuurlijk had ik de afzender kunnen vragen de mail en het attachment nogmaals te versturen, maar de kans dat die persoon zijn mail in het weekend leest is nul, dat weet ik uit ervaring. Dus zou ik tenminste twee dagen vertraging oplopen.
Toen ik me realiseerde dat ik de mail ook gewoon via outlook.com kon terugzoeken was het probleem binnen een minuut opgelost en had ik alsnog mijn attachment en kon ik verder met datgene waar ik mee bezig was.
Zo zie je maar weer eens hoe prettig het is om een keertje wat tijd te reserveren om je backups goed in te stellen. Wat doe jij overigens ten aanzien van backups in het algemeen en het veiligstellen van je mail in het bijzonder? Heb je überhaupt wel een mechanisme ingericht om te voorkomen dat je je documenten, afbeeldingen, spreadsheets, presentaties, mail en andere data kwijtraakt?
Ik heb het er al vaker over gehad, over het maken van backups… In de show notes, die je overigens terugvindt op www.reputatiecoaching.nl/69 heb ik links opgenomen naar meer informatie over het maken van backups van:
Je mag me ook gerust een berichtje sturen, als je vindt dat ik het te vaak over backups heb. Wellicht behoor jij tot de kleine groep mensen die meerdere automatische backupmechanismes heeft ingesteld voor het veiligstellen van de data. Maar uit ervaring weet ik dat de meeste ondernemers en particulieren helaas toch nog een ontoereikende backupstrategie hebben. En dan druk ik het zachtjes uit…
Als ik de transcriptie van de podcast van vorige week nog eens nalees, dan denk ik dat de belangrijkste les uit die aflevering was, dat je ontzettend moet oppassen voor phishing aanvallen, waarbij kwaadwillende figuren hun best doen met legitiem uitziende websites jouw data te ontfutselen. Deze kunnen ze dan verkopen of gebruiken om in andere accounts van jou in te breken met alle gevolgen van dien.
Let dus altijd op, als je ergens opeens moet inloggen, of de URL van de pagina wel van de site komt, waar je verwacht dat die hoort te staan. En pas helemaal op op mobiele apparaten, omdat je daar vaak de URL standaard helemaal niet ziet.
Dan over op de onderwerpen voor vandaag.
Het is dan eindelijk zover: Matt Cutts van Google vertelde vorige week op de SMX West conferentie in San Jose (Californië), dat waarschijnlijk eind dit jaar het mobiel Internetverkeer dat van desktops zal overtreffen. Deze uitspraak is gebaseerd op verkeersvolumes die Google intern op haar systemen ziet.
En het is belangrijk om te beseffen dat het hier niet gaat over het verkeer in Noord-Amerika of de USA, maar over de hele wereld! Interessant genoeg ligt in de Verenigde Staten de verhouding vast / mobiel nog rond de 70% / 30%. Dus de Amerikanen surfen toch nog meer vanaf hun desktops.
Wat heeft dit voor consequenties voor lokale SEO, ofwel het nut van het verbeteren van je lokale vindbaarheid? Veel, kan ik je vertellen. Tot een paar jaar geleden schatte Google dat zo’n 20% van alle zoekopdrachten van vaste apparaten lokaal georiënteerd was. Google en Bing hebben later ook nog eens gesteld dat zo’n 40% tot 50% van alle mobiele zoekopdrachten een lokale intentie heeft.
De vraag is nu alleen wat de oorzaak is van wat. Zoeken mensen nu meer lokaal, nu ze smartphones hebben, waarmee ze altijd en overal op Internet kunnen, of is het gewoon een groei die al die tijd al gaande was? De waarheid zal wel ergens tussenin liggen. Het voorhanden hebben van een mobiel apparaat waarmee je altijd online bent, nodigt natuurlijk uit om snel even iets in de buurt op te zoeken, maar voorheen zochten mensen natuurlijk ook al wel naar producten of diensten in de buurt vanaf hun vaste desktop. Alleen zagen marketeers het toen niet zo duidelijk, omdat al het verkeer vanaf desktops kwam.
Het begrip “locatie” wordt natuurlijk steeds belangrijker. Dit blijkt niet alleen uit de groei van Google+ en de lokale Google+ pagina’s, maar ook in de diverse overnames die er worden gedaan, zoals de overname van Waze door Google en allerhande samenwerkingen die tot standkomen, zoals Foursquare die data verkoopt aan Microsofts Bing en Yelp die data aanbiedt aan Yahoo.
Een trend die op dit moment plaatsvindt in Amerika, is dat zelfs multinationals zich ook gaan richten op lokale marketing. Zij beseffen dat hun business niet ligt in hun landelijke vindbaarheid of wereldwijde vindbaarheid, maar dat hun business juist wordt gedaan vanuit de buurt, oftewel: lokaal!
Dus bekende bedrijven als bijvoorbeeld FedEx, Intercontinentel Hotels Group en RE/MAX spenderen miljoenen dollars in het verbeteren van hun lokale vindbaarheid. Die bedrijven zien die bedragen echter niet als kostenpost, maar als investering.
Zo rapporteerde FedEx bijvoorbeeld een toename van 50% in organisch zoekverkeer, 26% toename in conversies voor hun online printing services en een sterk verbeterde zichtbaarheid en vertoningen van hun lokale bedrijfsvermeldingen.
De InterContinental Hotels Group ontdekte en corrigeerde meer dan 1.000 foute lokale bedrijfsvermeldingen op Google+ en zag een enorme groei van organische zoekresultaten voor lokale zoekopdrachten naar hotels.
En dan Re/Max… Dit bedrijf zag een 1.100% toename in geïndexeerde pagina’s in Google: in totaal meer dan 4 miljoen! Daarnaast nam het verkeer op basis van organische zoekresultaten met zo’n 1.000% toe, en staat Re/Max op de eerste plaats in meer dan 500 steden van de westkust van Amerika tot de oostkust, voor onroerend goed.
Daarom raad ik je ook altijd aan om eerst te werken aan het verbeteren van je lokale vindbaarheid… Althans, als je redelijk lokaal opereert. Als je alleen een webshop hebt, dan heb je niet veel aan dit soort nieuws en mijn tips over het verbeteren van je lokale vindbaarheid.
Maar al te vaak zie ik echter ook een sterke verbetering van de posities in de organische resultaten, als ik een bedrijf help met het verbeteren van de lokale vindbaarheid. Vrijwel al die opdrachten begin ik met datgene wat ik je begin dit jaar uitvoerig uit de doeken deed, te weten het “Opschonen van je citations”.
Op dit moment ben ik hiermee bezig voor een tandartspraktijk met twee vestigingen in Gelderland en de resultaten die we daar zien nadat ik een paar weken bezig ben met het opschonen en consistent maken van alle bedrijfsvermeldingen zijn ook verbluffend. Zo staat de ene praktijk al op de eerste plaats in de lokale resultaten, op de zoekterm “tandarts” en de andere is inmiddels al van de zesde plaats naar de tweede gestegen! Daarnaast zijn ook de bijbehorende organische vermeldingen al sterk verbeterd en is mijn verwachting dat die binnenkort nog verder zullen verbeteren.
Enfin, ik zei het al: lokale of zakelijke Google+ pagina’s zijn belangrijk. En ze zijn zelfs noodzakelijk om te kunnen scoren in de lokale zoekresultaten, want zonder pagina heb je daar geen vermelding!
Maar Google gaat nu een stap verder: in steeds meer landen krijgen mensen een mail van Google dat ze hun lokale zakelijke Google+ pagina moeten claimen en verifiëren, omdat ze anders het risico lopen dat Google de pagina verwijdert, ongeacht eventuele berichten, foto’s, video’s, bedrijfspanorama’s en andere data die er op staat.
In het verleden zijn namelijk veel pagina’s aangemaakt door spammers: zij wilden de lokale zoekresultaten beïnvloeden voor hun eigen gewin. Google heeft dit ook ontdekt en gaat nu actie ondernemen.
Hoewel er voor zover ik weet nog geen dergelijke mails in Nederland zijn gesignaleerd, raad ik eenieder aan dit voor te zijn en nu toch echt de zakelijke Google+ pagina te claimen en te verifiëren. Het kost je echt nog geen drie minuten! En wat zou het sneu zijn als jouw bedrijf helemaal niet meer wordt vertoond in de lokale zoekresultaten. Of nog erger: stel dat je een bedrijfspanorama hebt laten maken, dan is dat geld dan ook in één keer weggegooid, als je pagina wordt verwijderd!
Geloof me: je bent heus niet de enige die zijn zakelijke Google+ pagina niet heeft geclaimd… Sterker nog: ik denk dat er meer bedrijven en organisaties zijn die hun zakelijke Google+ pagina niet hebben geclaimd en geverifieerd, dan die dat wel hebben gedaan. Zelfs grote bedrijven, paleizen en organisaties blijken deze kansen gewoon links te laten liggen. Ik geef je een paar voorbeelden:
De links naar de bijbehorende Google+ pagina’s vind je in de show notes, op www.reputatiecoaching.nl/69. Maar goed, dit is dus zomaar een negental bedrijven en organisaties die geen van allen hun zakelijke Google+ pagina hebben geclaimd, noch geverifieerd, geen vanity URL hebben en niets of nauwelijks iets hebben gedaan om hun Google+ pagina van content te voorzien. Het is ongelofelijk, maar waar!
Ik vind dit een interessant topic, dus ik ga binnenkort hier nog eens dieper in duiken.
Dus: CLAIM EN VERIFIEER JE LOKALE ZAKELIJKE GOOGLE+ PAGINA!
Hoe je dat doet? Heel simpel:
In sommige gevallen heb je daarna alleen de mogelijkheid om te verifiëren per briefkaart en soms kan het ook per telefoon. Je kunt zelf kiezen wat jou het beste uitkomt. Als je kunt verifiëren per telefoon zou ik dat zeker doen, omdat dat het snelste gaat: binnen een minuut of twee is je vermelding dan geverifieerd.
Mocht je die mogelijkheid niet geboden krijgen, dan ben je genoodzaakt om de verificatie per briefkaart uit te voeren. Een paar weken geleden heeft men dit bij Ordina in Utrecht uitgevoerd en toen duurde het zo’n anderhalve week voor de briefkaart met de PIN binnen was. Een tip: zorg dat je de naam van de persoon vermeldt, voor wie de kaart bestemd is. Anders kan het gebeuren dat de kaart gaat zwerven binnen het bedrijf. Je moet de PIN namelijk binnen zes weken invoeren, om je bedrijf te claimen en te verifiëren.
Als je dat eenmaal hebt gedaan, dan verschijnt er een vinkje achter je bedrijfsnaam in Google+. Zo kun je ook gemakkelijk controleren of jouw bedrijf al geclaimd en geverifieerd is: staat er geen sterretje dan moet je het nog doen; staat er wel een sterretje, dan betekent dit dat je bedrijf wel geclaimd en geverifieerd is. In de show notes heb ik een afbeelding van de vermelding van het Okura Hotel in Amsterdam opgenomen:
Dat is nu een schoolvoorbeeld van een nette zakelijke Google+ pagina, want alle belangrijke zaken zijn in orde:
Er zijn zo te zien voor het Okura Hotel nog een paar verbeteringen:
Let op: als je een kleine ondernemer bent en er staat wel een vinkje achter je bedrijfsnaam op Google+, terwijl jij nooit je bedrijf hebt geverifieerd, dan bestaat de kans dat iemand anders dat al heeft gedaan. Dan zou ik helemaal snel je bedrijf terugclaimen!
Nu ik vandaag toch diep inga op het hele fenomeen Google+, wil ik ook een leuke infographic die ik onlangs tegenkwam, met je delen:
Je moet de infographic maar eens op je gemak bekijken. Wat ik wel leuk vind, is een paar aspecten van de infographic er uit te lichten. Zo heb je als luisteraar van de podcast ook een idee, wat er zoal in de infographic staat:
Ook vond ik een interessante, wat oudere infographic over Google+, toen ik even ging zoeken. Het is wel leuk om deze te vergelijken met de vorige, want deze infographic stamt volgens mij uit 2012. Toen had Google+ nog naar 90 miljoen actieve gebruikers, terwijl dat nu toch al meer dan 360 miljoen is:
Dit is een grote infographic, daarom raad ik je aan die eens op je gemak op de site te bekijken. In deze infographic is te lezen dat de inhoud van Google+ ook door Google wordt geïndexeerd. Dat vond ik wel grappig om te lezen… Want hoewel ik dit wel wist, was ik tot afgelopen week nog nooit Google+ posts van mijzelf in de organische zoekresultaten tegengekomen. Maar inderdaad zag ik afgelopen week een paar verschillende Google+ posts vertoond worden, tussen alle andere zoekresultaten.
We zullen nooit precies weten wat de oorzaak daarvan was. Het kan zijn dat die berichten door aardig wat mensen zijn gelezen, of dat Google haar algoritmes iets aan het aanpassen is ten aanzien van het ranken van Google+ content… Ik weet het ook niet. Feit blijft, dat ik nu inderdaad diverse Google+ berichten zie verschijnen. Daar kun je dus ook je voordeel mee doen, als je actief wordt of bent op Google+.
De video van Matt Cutts die ik vandaag met je deel gaat in op de vraag: “Kan je site nog wel goed in de zoekresultaten scoren, zonder gebruik te maken van allerhande spammy technieken?”.
De vraagsteller is iemand uit Miami, Florida. Hij zegt dat zijn kleine bedrijfje in het verleden een SEO-firma heeft ingehuurd, die op het eerste gezicht een net en legitiem bedrijf leek. Echter, het heeft de rankings om zeep geholpen als gevolg van spammy backlinks. Ze hebben alles al geprobeerd, maar niets lijkt te helpen. En de vraag is nu dus eigenlijk “Wat kun je als bedrijf met goede bedoelingen nu nog hier aan doen?”:
Google doet juist haar best om de eerlijke bedrijven de kans te geven goed te scoren en daarom geeft het bedrijf onder andere met de Google Webmasters video’s en in diverse fora, discussiegroepen en Hangouts zoveel mogelijk bruikbare informatie. Dus de eerlijke bedrijven hebben juist een kans, als ze niet spammen.
Als je afgestraft wordt, zul je dus eerst al je foute links moeten opruimen enzovoorts. Maar feit is dat Google steeds beter wordt in het ontdekken van spam. Het aloude adagium van “goede content” en “goede gebruikerservaring” blijft ècht geldig!
Google blijft continu haar best doen om de beste pagina’s met de beste content te presenteren. Dus als jij met je site in staat bent om dit te produceren, dan vertoont Google jouw pagina’s graag aan de Internetter die er naar op zoek is.
Google blijft spam bestrijden, dus laat je niet verleiden om in allerhande black hat fora duistere technieken of tools op te snorren om die te gebruiken om je rankings te beïnvloeden.
Eigenlijk had ik nog een leuk bericht over een opgerold blognetwerk, maar dat moet wachten tot volgende week, want ik zit inmiddels alweer over de 20 minuten. Ik doe namelijk altijd mijn best hier niet te ver overheen te gaan, omdat ik bang ben dat het anders te langdradig voor je wordt.
Dus voor vandaag laat ik het hierbij. En dus kom ik met deze grappige vraag aan het einde van deze podcast. In elk geval heb ik vandaag wederom mijn best gedaan een hopelijk leuke en interessante podcast voor jou samen te stellen. Daarom hoop ik ook dat je er weer wat van hebt opgestoken.
Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.
Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 69 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
Afgelopen vrijdag was het Valentijnsdag… Heb jij nog kaarten of e-mails ontvangen van stille aanbidders of aanbidsters? Heb je je partner een kadootje gegeven of hebben jullie samen iets leuks gedaan? Hoewel het verhaal van priester Valentijn teruggaat tot 269 na Christus, is het tegenwoordig een uiterst commerciële aangelegenheid. Is het nog wel intessant om veel tijd, geld en energie te steken in marketing voor Valentijnsdag? Straks een aantal statistieken om je te helpen met je keuze voor volgend jaar.
En zoals een tijdje geleden heb ik ook nu weer problemen met de plugin BackWPup, de plugin die automatisch elke nacht een backup van deze site zou moeten maken.
Vorige week vertelde ik je van de investering die Microsoft heeft gedaan in Foursquare. Deze week was in het nieuws te lezen dat Yahoo! nu een partnership met Yelp is aangegaan om de zoekresultaten te verrijken met gegevens van lokale bedrijven en dat de Yelp website is vernieuwd.
De podcast van deze week sluit ik af met twee video’s van Matt Cutts. In de eerste video geeft hij antwoord op de vraag of je spelfouten in reacties op je weblogartikelen moet verbeteren en in de tweede video vertelt hij hoe de werkdag van een spam fighter er uitziet.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als verkoopspecialist, voeger, cameraman, autospuiter, betonstaalvlechter of wat dan ook te verbeteren.
In deze podcast noem ik een aantal sites, video’s en verwijs ik naar verschillende artikelen. De links naar al deze content èn de volledige transcriptie van de podcast vind je op www.reputatiecoaching.nl/64. Je kunt de podcast niet alleen rechtstreeks beluisteren op www.reputatiecoaching.nl, maar ook op zowel iTunes, als op Stitcher. Surf hiertoe respectievelijk naar www.reputatiecoaching.nl/itunes of naar www.reputatiecoaching.nl/stitcher.
Mocht je de podcast in een andere podcatcher of podcastplayer willen beluisteren, dan kun je je op de feed feeds.reputatiecoaching.nl/reputatiecoachingpodcast abonneren. Al deze links vind je ook in de show notes van deze podcast, alsmede op de website.
In de podcast van vorige week vertelde ik je over de extra mogelijkheden die je nu hebt om de juiste categorie te kiezen voor je zakelijke Google+ pagina, doordat Google recentelijk meer dan 1.000 categorieën heeft toegevoegd. Nog altijd zul je tegen beperkingen aanlopen, maar je kunt nu specifieker aangeven wat je als bedrijf doet. Daarom adviseer ik je eens te kijken naar je de huidige categorie die staat vermeld op Google+ en naar de lijst met de nieuwe categorieën, om te zien of jij nog concreter kunt worden.
Want zoals je weet, hoe specifieker je al je bedrijfsgegevens maakt, des te specifieker het verkeer naar je site. Je hoeft niet per se 5.000 algemene bezoekers per dag op je website te hebben, als 0,1 procent daarvan iets koopt of bestelt.
Het is namelijk veel beter om “slechts” oprecht geïnteresseerde 500 bezoekers te hebben, als daarvan 2% converteert. Want door deze veel hogere conversie verkoop je in dit voorbeeld namelijk maar liefst tweemaal zoveel. Wat ik hiermee wil zeggen is dat het vaak beter is om heel gericht verkeer te hebben naar je site, dan alleen zoveel mogelijk.
Vanavond ga ik naar het evenement #SMC055 in het centrum van Apeldoorn. Vorige week vertelde ik je wat er op het programma staat. Ik zal m’n best doen e.e.a te Tweeten. Volg me daartoe op Twitter, op @reputatiecoach1. Ik ga er sowieso één of meer artikelen over schrijven, dus mocht ik er niet aan toekomen, of zie jij geen kans me te volgen op Twitter, dan is er nog geen man overboord.
Als laatste over vorige week: vergeet niet dat je een taart en één uur coaching kunt winnen, als jij degene bent die de meeste verbeteradviezen opstuurt voor de video’s die ik vorige week met je deelde in de transcriptie van podcast 63. De actie duurt nog tot 28 februari en je kunt je adviezen sturen naar: podcast@reputatiecoaching.nl.
Bekijk de video’s en ga op zoek naar alle verbeterpunten. Wie weet krijg jij op 3 maart aanstaande te horen dat jij de taart en het uur coaching hebt gewonnen!
Dan nu over op de onderwerpen van vandaag…
De geschiedenis van Valentijnsdag gaat terug tot het jaar 269 na Christus, dat vertelde ik je al in de introductie van deze uitzending. Het verhaal gaat over een priester genaamd “Valentijn”, die werd gemarteld, omdat hij weigerde het Christendom op te geven. Hij stierf op 14 februari 269.
Een legende vertelt dat Valentijn de dag voor zijn executie een afscheidsbriefje achterliet voor een jonge vrouw op wie hij verliefd was geworden, de dochter van een medegevangene. Hij zou het briefje hebben ondertekend met ‘Van jouw Valentijn’. Hier zou ook de traditie vandaan komen om kaarten te ondertekenen met ‘jouw Valentijn’.
Een andere legende vertelt dat de Romeinse keizer Claudius II soldaten verbood om te trouwen, omdat hij vond dat ongehuwde mannen betere soldaten waren. Priester Valentijn negeerde deze regel en trouwde in het geheim jonge paren. De Keizer ontdekte dit en nam Valentijn gevangen en veroordeelde hem ter dood.
Op het blog van Arend Landman kun je nog meer lezen over de historie achter Valentijnsdag. In de show notes heb ik voor geïnteresseerden ook een Engelstalige video opgenomen over de geschiedenis van Valentijnsdag:
Valentijnsdag is een dag waarop geliefden elkaar extra aandacht geven met cadeautjes, bloemen, of kaarten. Valentijnsdag wordt gevierd op 14 februari. Paus Gelasius I riep in 496 14 februari uit tot de dag van de Heilige Valentijn.
Verder kun je op Wikipedia ook lezen over de aangewakkerde commercie rond de 14e februari. Wikipedia schrijft hierover het volgende:
In de Verenigde Staten is men, uit commercieel oogpunt, begonnen met het verleggen van de nadruk van anonieme liefde naar liefde. Valentijnsdag is in België en Nederland in korte tijd, sinds midden jaren 90, een groot commercieel succes geworden: cadeauwinkels, boekwinkels en bloemenwinkels profiteren hiervan. Ook de Nederlandse posterijen deden hieraan mee door een valentijnspostzegel uit te geven. In 2007 deed 35 procent van de Nederlanders iets aan Sint-Valentijnsdag, in 2011 was dat gedaald tot 29 procent en in 2012 tot 24 procent.
Steeds meer bedrijven en ondernemers proberen dus een graantje mee te pikken. Als je op Google gaat zoeken naar “Valentijnsdag 2014” dan vind je de meest uiteenlopende aanbiedingen en cadeausuggesties. Het wordt dan ook steeds moeilijker om jezelf te onderscheiden van je concurrenten. En toch zijn de belangen hoog. Zo las ik op Internet dat de Amerikanen in dit jaar naar verwachting maar liefst zo’n US$17,3 miljard uitgeven om hun liefde te onderschrijven! Enkele andere verwachte statistieken uit Amerika:
Dit jaar kampten grote delen van de VS en Canada echter met extreem winterweer. Hierdoor konden heel veel bestellingen niet worden bezorgd en is de kans dus groot dat mensen veel minder online bestellingen hebben geplaatst. Als gevolg zal de omzet dit jaar waarschijnlijk een stuk lager uitvallen.
Maar dat zijn de Amerikanen. Laten we eens kijken naar Nederland. Inmiddels komen de eerste gegevens binnen. FloraHolland in Aalsmeer zag een week geleden nog enorm op tegen Valentijnsdag, vanwege een staking van het personeel van FloraHolland. Gelukkig voor de bloemenhandel is deze dreiging twee dagen vóór Valentijnsdag met een “Valentijns akkoord” tussen FloraHolland en de vakbonden afgewend en kon de detailhandel dus gewoon op Valentijnsdag bloemen in het algemeen en rode rozen in het bijzonder verkopen.
Volgens FloraHolland is afgelopen vrijdag 250 miljoen euro Valentijnsomzet gerealiseerd, een groei van iets meer dan 3% vergeleken met vorig jaar. Maar doordat de kosten volgens FloraHolland ook zijn gestegen, is het maar de vraag of er ook meer verdiend is. En je moet weten dat de bloemenhandel zo’n 8 tot 10 procent van de totale jaaromzet in de paar weken voorafgaand aan Valentijnsdag behaalt.
Toch neemt de populariteit van Valentijnsdag af, zo schreef de Telegraaf afgelopen vrijdag. Waar vorig jaar iets meer dan 25 procent van alle Nederlandsers nog iets deed met Valentijnsdag, is de verwachting dat dat percentage dit jaar iets onder de 25% zal uitkomen. Dit bleek uit een jaarlijks onderzoek van Q&A Research & Consultancy onder 2.000 Nederlanders.
Wij nuchtere Nederlanders vinden het steeds meer zonde van het geld om iets te ondernemen of iets te kopen met Valentijnsdag. Dus bevestigen wij via de digitale media onze geliefden dat wij van ze houden.
In heel 2013 werd in 116 talen maar liefst 481 miljoen keer “Ik hou van je” getweet:
Maar wat schetst mijn verbazing?? Als Twitter gaat kijken wanneer in het jaar een variant van “Ik hou van je” wordt verstuurd, dan is dat voornamelijk in januari, augustus, oktober, november en december! En het meeste wordt het in het weekend getweet.
Ik ben benieuwd of we dit jaar weer zulke statistieken zullen zien van verschillende social media, en dan hopelijk specifiek voor Valentijnsdag. Natuurlijk is het gebruik van WhatsApp extreem gegroeid, daarom verwacht ik dat een deel van het “I love you” Twitter-verkeer dit jaar zal verschuiven naar Whatsapp.
Maar de vraag is: moet je je als ondernemer op basis van deze statistieken volgend jaar nog wel extra inspannen om originele acties te verzinnen, die je wellicht meer geld kosten, dan dat ze je opleveren? Ik zou het nog maar eens goed overwegen. Want niet alleen in Nederland lijkt de kooplust voor Valentijndag terug te lopen, maar zelfs ook in de USA, waar het ooit allemaal zo’n beetje is begonnen…
Voor de liefhebbers: de afgelopen tijd heb ik op Pinterest meer dan 70 infographics over Valentijnsdag verzameld.
Net als omstreeks oktober 2013 heb ik ook nu wederom problemen met BackWPup, de plugin die ik heb draaien voor het automatisch maken van backups van www.reputatiecoaching.nl. Ik zie dit keer echter geen fouten in de logfiles, maar ik zag anderhalve week geleden wel dat de laatste backup op 30 januari had gedraaid, dus ik hield een vinger aan de pols.
Vannacht constateerde ik dat er nog steeds geen backups werden gemaakt, dus heb ik eerst maar eens handmatig een volledige backup-job opgestart. Dat ging goed, evenals de database-only backup die ik daarna opstartte. Technisch werkt de plugin dus nog wel, alleen startte die niet meer automatisch op de geplande tijdstippen.
Dit lijkt te zijn begonnen toen ik een aantal oudere versies van de backups heb weggegooid en ook in WordPress alle logfiles heb verwijderd. Nu staan er weer logfiles en volgens de plugin zal deze morgen weer draaien. Dan ben ik benieuwd of ik morgen wel weer een nieuwe backup op Dropbox zie verschijnen. Als dat niet het geval is, zal ik een nieuwe backup-job aanmaken om te zien of die wellicht wel draait. En mocht dat ook niet het geval zijn, dan ga ik de volledige plugin eens verwijderen en opnieuw installeren, want ik kan op Internet namelijk geen vergelijkbare problemen vinden.
Vraagje: gebruik jij ook BackWPup voor het automatisch maken van je backups van je WordPress site? Heb jij al gecontroleerd of de backups gewoon elke keer lopen en daadwerkelijk een backupbestand aanmaken? Controleer het eens en laat me weten of de plugin het bij jou nog wel doet! Je kunt je reactie achterlaten in de show notes van deze podcast, op: www.reputatiecoaching.nl/64.
Zo’n anderhalve week geleden publiceerde ik het artikel met het nieuws dat Microsoft US$15 miljoen investeert in Foursquare voor het gebruik van de locatiedatabase van Foursquare. Afgelopen week maakte Marissa Mayer, de CEO van Yahoo, bekend dat Yahoo gaat samenwerken met Yelp voor het verbeteren en uitbreiden van de zoekresultaten van Yahoo.
Hoewel veel mensen Yahoo kennen van naam, is Yahoo in Nederland natuurlijk geen serieuze speler in de arena van zoekmachines, ondanks dat je na enig zoeken de Belgische versie van Yahoo kunt vinden die in het Nederlands is. Maar in andere landen is Yahoo nog best populair. Het is ook niet voor niets dat Marissa Mayer, die eerst bij Google werkte, is aangetrokken om het bedrijf af te stoffen en weer florissant te maken.
Vorig jaar vergeleek Marissa Mayer de strategie van Yahoo met een wijnmaker die druiven van een wijngaard koopt: “Je kunt je eigen druiven verbouwen, of je kunt ze van iemand anders kopen om toch zo je eigen karakteristieke wijn te maken”.
Het is duidelijk dat gegevens van lokale bedrijven steeds belangrijker worden voor de zoekmachines. Dit wordt vooral ingegeven door de explosief groeiende markt van mobiele apparaten waarop vaak in de nabije omgeving wordt gezocht naar winkels of leveranciers van bepaalde producten of diensten.
De organische zoekresultaten die Yahoo toont, zijn afkomstig van Bing, de zoekmachine van Microsoft. Nu gaat Yahoo de zoekresultaten dus ook uitbreiden met gegevens van lokale bedrijven. Zo wil Yahoo zichzelf weer beter op de kaart plaatsen en de lokale concurrentie met Microsoft en Google aangaan.
In de show notes van deze podcast heb ik een Engelstalige video van Wall Street Journal Live opgenomen, waarin e.e.a. nader wordt toegelicht:
De exacte gegevens, zoals bijvoorbeeld hoe e.e.a. financieel is overeengekomen, zijn niet bekend.
Met behulp van de instructievideo “Bedrijf toevoegen op Yelp” kun je je eigen bedrijf aanmelden op Yelp, om zo je lokale presence te verbeteren. Om je vermelding het beste te laten uitkomen heb ik nog een zestal tips voor je:
Tot zover deze zes tips. Op zich zijn ze vrijwel allemaal ook van toepassing op andere sites en directories, waar je je bedrijf kunt aanmelden.
Nog een nieuwtje van Yelp. Eerder deze week heeft Yelp voor een keer niet de app voor iOS of Android aangepast, maar heeft zij de site een totale facelift gegeven. Er ligt nu nog meer nadruk op de lokale content die Yelpies hebben gecreëerd.
Als je dacht dat Google met haar carrousel de enige is die meer nadruk legt op foto’s, dan heb je het bij het verkeerde einde, want nu krijgen foto’s ook in Yelp veel meer aandacht. Ze staan groot en prominent bovenaan het scherm. Daaronder staan meteen de reviews, dus die krijgen ook een betere zichtbaarheid. De omschrijving van het bedrijf en de beschrijving van de eigenaar staan nu onderaan.
Kijk zelf ook maar eens naar je bedrijfsvermelding op Yelp!
Zoals ik al zei helpt een Yelp vermelding jou, om je bedrijf in Apple Kaarten te krijgen. Verwacht echter niet dat jouw bedrijfsvermelding snel te vinden is op Apple Kaarten, nadat je je op Yelp hebt aangemeld. Zo heb ik 3 december nog een bedrijf aangemeld op Yelp, maar die is op dit moment (17 februari) nog steeds niet te vinden in de Apple Kaarten app. Ik controleer dit elke paar dagen, om zo een indruk te krijgen van de vertraging die er tussen zit. Vorig jaar was het ergens tussen de twee en drie maanden, dus ik ben benieuwd hoelang het nu is.
Nu we het toch weer even over bedrijfsvermeldingen of citations hebben. Hoe gaat het met jouw project voor het opschonen van je citations? Ben je er al aan begonnen? Wat heb je inmiddels gevonden en hoever ben je?
Vorige podcast was hij even niet van de partij, maar vandaag is hij er weer, het boegbeeld van de webspam divisie van Google: Matt Cutts. In de eerste video gaat Matt in op het onderwerp van belabberde spelling van reacties op je website. De eerste vraag is of je spel-, typ- of grammaticale fouten in reacties moet verbeteren en de daaruit voortvloeiende vraag is of slechte spelling in reacties een negatieve invloed heeft op de ranking van je site.
Waar je wel voor moet waken is dat er geen spamberichten op je site worden gepost door bots. Die kunnen wel een negatief effect op de ranking van je site hebben.
Een tweede video van Matt Cutts die afgelopen week uitkwam ging in op een paar vragen:
Ook deze video heb ik in de show notes opgenomen:
Reactief kan worden geïnitieerd door een spam report dat iemand indient, of doordat Google zelf ontdekt dat iemand probeert de zoekresultaten te beïnvloeden door bepaalde acties. Daar moet Google dan natuurlijk op reageren en bedenken hoe ze de resultaten kunnen verbeteren.
Een belangrijk deel van het werk bestaat dus uit het voorkomen dat de spammers de zoekresultaten kunnen “infecteren” met hun acties. Veel van de spam fighters zijn heel goed in het ontdekken en herkennen van patronen, waardoor ze proactief kunnen worden en gaan uitzoeken waardoor bepaalde pagina’s zo hoog in de zoekresultaten kunnen eindigen en waar tekortkomingen in het algoritme zitten. De kunst is dan om tot de daadwerkelijke oorzaak te komen en daar het probleem te fixen.
Soms leidt dit tot suggesties aan de specialisten of programmeurs voor kleine aanpassingen aan het algoritme, waardoor de resultaten verbeteren. Andere keren gaat het er gewoon om te herkennen welke technieken spammers gebruiken of om een specifieke spammer te identificeren.
De technici of specialisten van Google kijken naar de data en voorbeelden van spam. Maar het grootste deel van het werk bestaat uit programmeren en het testen van ideeën, zoals een algoritme waarvan je denkt dat het een bepaald soort spam kan stoppen. Er bestaat niet zoiets als één algoritme, dat elke vorm van spam kan tegenhouden. Penguin is goed in het herkennen en tegenhouden van spam, maar kan bijvoorbeeld weer geen gehackte sites herkennen.
Als je een algoritme ontwerpt en test, probeer je natuurlijk het zo goed mogelijk te maken, maar je moet ervoor waken dat je niet ten onrechte goede sites benadeelt, de zogenaamde “false positives”. Het testen van de algoritme updates kan met de geïndexeerde pagina’s worden gedaan, of live in de zoekresultaten. In dat laatste geval kun je ook zien welke sites ten onrechte als spam worden beoordeeld, of sites die niet als spam worden herkend, terwijl dat wel zou hebben moeten gebeuren.
Om het totale resultaat te verbeteren wordt ook continu gekeken naar de in gebruik zijnde algoritmes: doen die nog wat ze moeten doen, en blijven ze ook nog werken of zijn ze nog noodzakelijk met de invoering van veranderingen?
Matt vertelt ook dat het grappig is om te zien dat de doelen die in het begin van het jaar zijn gesteld vaak niet worden gerealiseerd, omdat het web spam team reageert op actuele veranderingen die actie vereisen. Dus is er ook geen “doorsnee dag”, als je in het webspam team werkt.
De taak van het team is om continu het scala aan algoritmes te verbeteren om de gebruikers een betere ervaring te geven in de vorm van nog relevantere zoekresultaten. Daarom is het ook erg dynamisch en kan het gebeuren dat bepaalde algoritmes of delen van algoritmes worden vervangen door nieuwe die beter of sneller werken.
Als laatste spreekt Matt de verwachting uit dat het team wel altijd werk zal houden, omdat er altijd spammers zullen blijven.
Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.
Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je reageren onderaan de show notes op www.reputatiecoaching.nl/64 of je kunt een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 64 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt: