Abonneer via: Google Podcasts | RSS
ReputatieCoaching Podcast aflevering 21!
De ReputatieCoaching Podcast wordt populair! Op dit moment zie ik tussen de 100 en 150 downloads per week!
Afgelopen week vroeg iemand mij hoe je een goede domeinnaam moest kiezen, dus daarover meer in deze podcast. Terwijl je naar deze podcast luistert, wordt WordPress aangevallen door een botnet. Dus pas op en blijf zeker luisteren!
En ben je benieuwd naar welk Nederlandse bedrijf de beste reputatie heeft? Blijf dan ook luisteren, want dat komt na het nieuws over het botnet aan bod.
Laatst heeft Matt Cutts van Google uitgelegd hoe het kan dat nieuwe content zo kan schommelen in de zoekresultaten. Als laatste heb ik vijf manieren voor je, hoe je je eigen weblog onder de aandacht kunt krijgen van anderen.
Allereerst mijn excuses dat deze podcast wat later is verschenen dan normaal. Het is nu zaterdagavond, half elf en ik ben pas nu de podcast aan het inspreken. Dat kwam doordat onze zoon vandaag jarig is en we vanavond bezoek hadden. Ik kon dus niet eerder de podcast opnemen.
Voordat ik overga op het nieuws en de tips voor vandaag wil ik nog even terugblikken naar de podcast van vorige week en dan met name naar het interview met Philippine Wouters, de community manager van Yelp Nederland.
Ik ben benieuwd of je nu al naar Yelp hebt gekeken en helemaal of je je inmiddels hebt ingeschreven op Yelp. Als dat nog niet het geval is: doe het gewoon en begin met het posten van tips en reviews. Voeg mij ook toe als vriend op Yelp, dan blijven we op de hoogte van elkaars reviews.
Het is wat met al die social media! Kun je door de sociale bomen het social media bos nog wel zien? Of heb je last van social media moeheid? Als dat het geval is, overweeg dan eens een digitale detox “vakantie” te nemen. Sluit je gewoon een tijdje af van alle digitale media en doe alleen het hoog nodige. Zo kun je ook meteen zien of je nu wel of niet verslaafd bent aan alle gadgets in je omgeving die te pas en vaak ook te onpas piepen, bliepen, pingen et cetera. Kun je ze überhaupt een avond uitzetten? Een dag? Probeer het eens!
Zoals ik in het intro al zei: de podcast neemt in populariteit toe! Waar ik eind vorig jaar begon met een handjevol luisteraars per week, waar ik al enorm blij mee was, zie ik nu soms pieken in de downloads van dan 50 per dag! Dat gaat dus de goede kant op. En dat is grotendeels dankzij jullie!
Daarvoor ben ik jullie dus ook heel dankbaar! En ga vooral zo door met het aanbevelen van de podcast aan mensen in je omgeving. Toevallig raakte ik eerder deze week in gesprek met een directrice van een lokaal kinderdagverblijf hier in Apeldoorn en zij gaf meteen te kennen dat ze uitermate geïnteresseerd was in meer kennis en informatie over hoe zij haar kinderdagverblijven beter kan laten vinden om daarmee de reputatie te verbeteren. Dus welkom Rianne als nieuwe luisteraar van de podcast.
Nu ik het toch even over de podcast heb: als je deze podcast leuk vindt, laat het me dan weten. Vertel erover aan je familie, vrienden of collega’s of laat een review achter op iTunes. Ook stel ik het op prijs als je een bericht achterlaat op onze Facebookpagina, op: www.reputatiecoaching.nl/facebook. Like dit artikel en deel het op Facebook, of klik op “+1” onderaan dit artikel om het te delen op Google+. Je mag ook een bericht achterlaten op de Google+ pagina. De Google+ pagina kun je vinden op: www.reputatiecoaching.nl/gplus (dat is “g-p-l-u-s”).
Je kunt natuurlijk ook een leuke recensie achterlaten op op mijn LinkedIn-profiel, op: www.reputatiecoaching.nl/linkedin.
Of post simpelweg een reactie, onderaan de transcriptie van deze podcast.
Als je opmerkingen hebt over deze podcast, laat die dan op de website onderaan de transcriptie achter. Je kunt de transcriptie van deze podcast snel online vinden door te surfen naar: www.reputatiecoaching.nl/21/. Als je ergens een recensie hebt geplaatst, stuur dan een mailtje naar podcast@reputatiecoaching.nl, zodat ik je recensie kan vermelden in de podcast.
Wat ook van invloed kan zijn op je reputatie en je vindbaarheid op Internet, is de domeinnaam die je kiest voor je website. Kies je een domeinnaam met streepjes tussen verschillende woorden, dan kan het lastig zijn om de website en gelieerde e-mailadressen te communiceren. En let je even niet op, dan kan jouw domeinnaam opeens ook heel andere bedrijfsactiviteiten suggereren aan je potentiële klanten, of aan de zoekmachines.
Ik geef je een voorbeeld, waar het al heel simpel fout kan gaan. Stel je heet “Wim” en je hebt een exportbedrijf, genaamd “Wims Export BV”. Nu ga je je domeinnaam registeren: www.wimsexport.nl. Nou, als je dit nog eens overleest, denk ik dat het bij veel mensen iets anders kan suggereren, dan wat jij bedoelt. Ook zoekmachines zullen het woord “sex” erin meteen spotten en kan een averechts effect hebben voor de zoekresultaten waar het exportbedrijf van onze Wim opeens tussen komt te staan. Dit is dan nog een hypothetisch voorbeeld, maar er zijn echt legio voorbeelden van foute domeinnamen.
Als wilt zoeken naar voorbeelden van foute Engelstalige domeinnamen, dan kun je op Google de tekst intypen:
Ik geef je een paar voorbeelden, die je dan tegenkomt:
www.expertsexchange.com – een site waar programmeurs kennis en ervaringen met elkaar kunnen delen
www.penisland.net – een site waar je pennen kunt kopen
www.powergenitalia.com – de “Italian Power Generator” company
www.therapistfinder.com – om therapeuten te zoeken
www.masterbait.com – een site over aas en kunstaas om mee te vissen
Tja, probeer die laatste website maar eens over de telefoon te zeggen als Amerikaan. Ik denk echt dat de beller je dan omzichtig zal vragen het nog eens te herhalen.
“Maar hoe kies je nu een goede domeinnaam?”, vroeg iemand mij afgelopen week. En moet je streepjes gebruiken in de domainnaam? Nou, grappig genoeg zouden de streepjes in de domeinnamen die ik zoëven noemde, eventuele misverstanden hebben kunnen voorkomen. Maar wat vindt Google er nu van, als je streepjes gebruikt? Als je gaat zoeken op Internet kom je tegen dat Matt Cutts van Google heeft gezegd dat domeinnamen met drie streepjes of meer erin over het algemeen minder zinnige of waardevolle content bevatten. De domeineigenaren van deze sites proberen vaak op de exacte woorden die in de domeinnaam voorkomen, hoger te scoren in de zoekresultaten. Dit werkte tot ongeveer september 2012. Toen introduceerde Google het EMD-filter. Hierbij worden zogenaamde Exact Match Domains, ofwel domeinnamen die erop gericht zijn om oneigenlijk hoog te scoren, minder relevant bevonden en dus lager getoond in de zoekresultaten. Hier heb je dus een praktische tip: probeer niet teveel trefwoorden in je domeinnaam te persen, dat werkt averechts!
Verder zegt Matt Cutts in de video die ik in de speaker notes heb opgenomen, dat je in de rest van de URL beter koppelstreepjes (dus het bekende “min-teken”) kunt gebruiken dan de underscore, dat is het laag liggende streepje.
Maar Google kan prima woorden herkennen in een domeinnaam, als deze woorden aan elkaar zijn geschreven. Dat is nu ook precies de reden dat de eerdergenoemde domeinnamen ook voor problemen kunnen zorgen!
Verder zie je ook wel eens dat bedrijven hun domeinnaam heel smal afbakenen. Hierdoor kunnen ze dan in de toekomst niet verder groeien. Stel dat je als domeinnaam “bedrijfsfotograaf.nl” hebt gekozen en je wilt ook gezinsreportages gaan maken. Tja, dan heb je dus een uitdaging. Kies daarom een naam die je zo breed mogelijk kunt inzetten en waarmee je in de toekomst verder kunt doorgroeien.
Een andere “fout” die je wel ziet, is dat mensen producten gaan verkopen onder hun eigen persoonlijke naam op Internet, in combinatie met het product. Dus bijvoorbeeld “jansenschoenen.nl”. Als meneer of mevrouw Jansen nu het bedrijf wil verkopen, zit de koper dus gebonden aan een domeinnaam, die na de bedrijfsovername, hoogstwaarschijnlijk niet meer van relevant is. En dan is het echt balen als die website door de jaren heen ontzettend goed is gaan scoren in de zoekmachines op bepaalde typen, merken of soorten schoenen…
Van de week las ik op de site van Forbes dat er een grootschalige hackpoging gaande is door een netwerk van geautomatiseerde systemen –een zogenaamd botnet– om wachtwoorden van WordPress sites te achterhalen en WordPress sites te hacken.
Een paar tips om je hiertegen te beschermen:
Maak backups – ik kan het niet vaak genoeg herhalen, maar met BackWPup of andere plugins kun je jouw WordPress blog automatisch met een door jou gekozen frequentie op een alternatieve locatie veiligstellen. Als er dan iets gebeurt met je site, hoef je alleen maar de meest recente of een erg recente backup terug te zetten, waarna je meteen weer in business bent.
Kies complexe wachtwoorden – ik zag recentelijk weer dat iemand als wachtwoord een merk en een type nam van een product, waar de site ook over ging. Tja, dat is natuurlijk vragen om problemen! Kies een moeilijk wachtwoord, dat niet voor de hand ligt en gebruik ook leestekens in het wachtwoord, zoals “^&*(#$%@” etc.
Gebruik geen “admin” – Bijna iedereen kiest de gebruikersnaam “admin” voor het administrator-account. Stel je website gaat over klassieke bloempotten, kies dan bijvoorbeeld “kblp-admin” voor het administrator account. En maak dan meteen ook een gewoon gebruikersaccount aan, waar je normaal onder werkt, als je zit te bloggen.
Hou WordPress actueel – Installeer niet meteen elke update. Soms is het opportuun om even een dag of twee te wachten nadat een nieuwe update is verschenen. Als blijkt dat de update geen nieuwe problemen introduceert, installeer dan zo snel mogelijk de update om er zeker van te zijn dat je met de meest actuele versie van de programmatuur werkt.
Installeer een beveiligingsplugin – Een plugin kan je niet beschermen voor de problemen die ik hierboven schetste. Dus vestig hier niet je hoop op!
Het Reputation Institute heeft deze week bekendgemaakt welk bedrijf in Nederland de beste reputatie heeft. Als je volgens hun traditionele metingen kijkt, dan komt Philips als beste uit de bus met een score van 77,2 op een schaal van honderd, gevolgd door FrieslandCampina met 76,2 punten en Heineken met 74,7 punten. Als vierde eindigde Air France-KLM, gevolgd door de Rabobank Groep.
In het rapport “2013 Reputation Results The Netherlands” wordt ook gekeken naar hoe bedrijven zich manifesteren op de sociale media. Dan komt er opeens een heel andere top-3 uit de bus. Als eerste komt nu namelijk FrieslandCampina, als tweede de Rabobank Groep en Philips staat dan op de derde plaats.
Het is verder niet een omvangrijk rapport, maar het is wel eens leuk om door te lezen om te zien welke bedrijven zoal een hoge reputatie hebben.
Je kent het vast wel: je hebt een mooi stuk content geschreven voor je website en binnen korte tijd zie je je nieuwe artikel op de voorpagina van Google prijken op een aantal trefwoorden. Als je dan een paar weken later nog eens kijkt, is jouw artikel opeens verdwenen naar pagina 2, 3, 4 of nog verder. Hoe komt dit nu?
Matt Cutts van Google vertelde eerder deze maand in een video hoe dat komt. De video heb ik opgenomen in de transcriptie van deze podcast.
In de video legt Matt uit dat Google soms moeite heeft meteen te zien waar het stuk content precies over gaat. Pas na verloop van tijd kan Google beter inschatten waar het artikel over gaat, omdat ze dan vaak meer signalen krijgen, waar ze iets mee kunnen doen.
Dus ga niet meteen juichen, als jouw artikel vijf minuten nadat je het hebt gepost, direct op de eerste positie staat. Want de kans is groot dat dit heel anders is, als je over een paar weken nog eens kijkt.
Nu heb je je website en je bent niet tevreden over het aantal bezoekers, dat je dagelijks met je content naar jouw site trekt. Wat moet je dan doen? Moet je meteen Google AdWords gaan inzetten, om verkeer naar je site te trekken? Of zijn er nog andere (en het liefst GRATIS) manieren, om jouw site meer onder de aandacht van een breder publiek te krijgen?
Ik geef je een paar tips, die ik tegenkwam op MarketingLand.
1. Bezoek andere sites in jouw vakgebied en bied aan om een gastblog te schrijven
Waarschijnlijk weet je al wie op jouw vakgebied de leiders zijn, de grote spelers, die veel verkeer naar hun site weten te trekken. “If you can’t beat them, join them!” zegt men in het Engels. Omdat elke website de behoefte heeft aan goede en vooral ook originele, unieke content, is de kans groot dat ze best een artikel van jou willen plaatsen.
2. Deel je content op social media sites
Alleen maar goede content produceren en het verder niet promoten naar mensen die het mogelijk voor jou verder kunnen promoten, gaat je geen grote hoeveelheden website bezoekers opleveren! Ik las recentelijk ergens de spreuk:
“Delen is het nieuwe vermenigvuldigen…”
Dus deel je content en het aantal bezoekers naar je site zal vermenigvuldigen… Verwacht niet meteen wonderen, maar het help altijd!
3. Zoek de spelers op!
Als je weet op welke sites de belangrijke spelers op jouw vakgebied zich ophouden, ga daar dan ook naartoe en schrijf je in, indien mogelijk.
4. Gebruik gratis sites!
Er zijn zoveel gratis sites, waar je leuke dingen mee kunt doen! Kijk maar eens naar wordpress.com, tumblr.com, blogspot.com. Dit soort sites kunnen je helpen om jouw eigen site meer aandacht te geven, omdat ze vaak hoger scoren in de zoekresultaten. Als je dan daar een goed artikel hebt gepubliceerd, dan kun je dus ook gewoon naar je eigen site linken naar soortgelijke artikelen.
Omdat het vandaag nogal laat is geworden, heb ik de podcast iets korter gehouden dan normaal. Maar volgens mij heb ik je toch weer een boel goede tips kunnen geven, waar je je voordeel mee kunt doen.
Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie, stuur dan een mailtje naar podcast@reputatiecoaching.nl of spreek een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
Ik wens iedereen de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:
Dan nu iets over Google. Dikwijls krijg ik de vraag of je beter verschillende subdomeinen op je website kunt maken, dus bijvoorbeeld voetbal.mijnsport.nl en basketbal.mijnsport.nl of dat je subdirectories moet gebruiken in de vorm van bijvoorbeeld www.mijnsport.nl/voetbal en www.mijnsport.nl/basketbal.
In het verleden werkte het beter als je gebruik maakte van meerdere subdomeinen. Je kon dan namelijk meer resultaten op de voorpagina van Google krijgen. Maar inmiddels heeft Google haar algoritmes aangepast en werkt dit niet meer. Wat Google betreft maakt het nu niet meer uit of je gebruik maakt van de subdomeinen, of van subdirectories. In een video van Matt Cutts van Google, zegt hij dat je gewoon moet doen wat voor jou en je content managementsysteem het beste werkt. Google heeft in ieder geval geen voorkeur voor het één of het ander.
In de transcriptie van de podcast vind je de link naar deze video van Matt Cutts:
» Dit artikel is een transcriptie van het gelijknamige topic in Podcast 5