Abonneer via: Google Podcasts | RSS
De podcast van vandaag bevat slechts twee onderwerpen. Als eerste vertel ik je kort even over het feit dat ik betatester ben voor Google Search Console voor wat betreft rapportage over AMP, de Accelerated Mobile Pages.
Het tweede onderwerp neemt de rest van de podcast in beslag: dat is mijn verhaal over het fundament van online business dat ik heb verteld tijdens de workshop “Reputatiemanagement” op 11 december jongstleden, die werd georganiseerd door studenten van de Hogeschool Tilburg.
Laat ik daarom snel van start gaan…
Sinds zo’n anderhalve week ben ik officieel beta tester voor Google Search Console, het voormalige Webmaster Tools en dan specifiek voor het deel van de rapportage over AMP: Accelerated Mobile Pages.
Helaas mag ik vanwege de NDA (Non Disclosure Agreement) er niet teveel over zeggen en je ook nog geen screenshots laten zien. Ik kan je in elk geval vertellen dat ik rapportages te zien krijg van de fouten in de AMP-pagina’s. En er zitten nog VEEL fouten in! Dus om dat allemaal te fixen ben ik nog wel even bezig.
Een fout die op elke podcast-pagina naar voren kwam, was dat de Powerpress plugin van Blubrry niet de afmetingen van de afbeelding van de “Play”-knop weergeeft. Dus wordt elke podcast-pagina gerapporteerd als een niet goedgekeurde pagina. Dat heb ik tijdelijk zelf in de plugin code aangepast en de ontwikkelaar ervan op de hoogte gesteld. Die heeft toegezegd dat in de volgende major release van Powerpress dit opgelost zal zijn.
En zo hobbel je van de ene fout naar de andere fout om te fixen. Maar het is wel leuk! Want zo heb ik toegang tot een support discussiegroep waarin John Mueller rechtstreeks antwoorden geeft op de vragen die de betatesters stellen…
Tot zover over AMP betatesting… To be continued…
Op 11 december gaf ik een workshop “Reputatiemanagement” in Utrecht. Dat evenement was georganiseerd door studenten van de Hogeschool Tilburg. In deze podcast laat ik je een eerste deel horen, dat gaat over het Fundament van Online Succes.
Dat doe ik aan de hand van een plaatje wat je kunt terugvinden in de show notes van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/161.
Dit eerste deel duurt 21 minuten en 3 seconden, dus neem er gerust de tijd voor!
Bekijk ook eens de video van de workshop:
Links naar content elders op Internet die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
Eerder deze week is WordPress 4.3 met codenaam “Billie” uitgekomen. Naast vele bugfixes zijn er ook enkele vernieuwingen en verbeteringen in deze nieuwe versie. Daar begin ik de podcast van vandaag mee.
Gisteren had ik een gesprek met luisteraar Romano, naar aanleiding van een mail met enkele interessante vragen die hij laatst had gestuurd. Daar ga ik op in.
En het kon ook niet uitblijven… Ik heb weer eens een behoorlijk aantal topics over Google. Het eerste Google topic gaat over #gHelp, ofwel “Help on Social”.
Google introduceerde eerder dit jaar de zogenaamde pluscodes… Wat zijn pluscodes en wat is jouw pluscode?
John Mueller van Google vertelde in een Hangout dat het prima is om alleen een mobiele site te hebben, omdat die ook op de desktop kan worden gevonden.
Je moet met hedendaagse websites wel oppassen met zogenaamde “lazy content”. Wat dat is en waarom je daarmee moet oppassen vertel ik je zometeen. En voor de SEO-specialisten die zich eindloos tot in het extreme focussen op zoektermanalyses heb ik slecht nieuws: het zoeken en vinden gaat drastisch veranderen!
Weet je trouwens wat 42% van de mensen doet op de smartphone, als ze aan het winkelen zijn? Dat hoor je straks!
Ik sluit de podcast van vandaag af met 6 positieve kanten van negatieve reviews. Wil je weten wat die zijn? Blijf luisteren!
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Ik ben Eduard de Boer, ReputatieCoach. Dit is dé podcast die jou helpt om meer business te genereren, doordat jouw website beter gevonden wordt, zowel lokaal als landelijk en doordat ik je uitleg hoe je je online reputatie kunt verbeteren. Dit alles helpt je om je bedrijf en jezelf beter op de online kaart te plaatsen.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/142. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes, op Stitcher en ook op TuneIn Radio. Ik raad je aan om je op één van die drie kanalen te abonneren op de podcast, zodat je geen aflevering hoeft te missen!
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
Ik zei het zojuist al: WordPress 4.3 is uit. De codenaam van deze versie is “Billie”, ter nagedachtenis van de jazz zanger “Billie Holiday”.
De belangrijkste wijzigingen zijn:
Bekijk de video die ik in de show notes heb opgenomen voor meer informatie (2m15):
Romano stuurde me laatst een mailtje met enkele vragen, waar ik gisteren al met hem over heb gepraat via Skype.
Zijn e-mail was als volgt:
Hi Eduard,
Allereerst, echt heel erg toffe podcast.
Samen met Frankwatching naar mijn mening de beste Nederlandstalige marketing podcast.Probeer nu alle afleveringen terug te luisteren.
Zal binnenkort wanneer ik me weer eens bevind in die verschrikkelijke iTunes interface een review achterlaten.
Ik heb twee vragen die te maken hebben met citations en dan met name de schrijfwijze van het telefoonnummer en het adres.
Allereerst over het telefoonnummer…
De Nederlandse taalboekjes en dergelijke zeggen dat een telefoonnummer als volgt geformat moet worden: 0181 – 47 11 11 (Is bijvoorbeeld van het gemeentehuis Brielle)
Echter, Google lijkt er anders over te denken. Want wanneer ik Google op ‘Brielle gemeentehuis telefoonnummer’, dan zie ik 0181 471 111 … Geen streepje dus en andere gegroepeerd.
Zou ik al mijn citations en die van mijn klanten en de Google Mijn Bedrijf vermeldingen beter kunnen aanpassen naar wat Google laat zien of de officiële Nederlandse standaard handhaven?
Consistentie is key bij local, dat weet ik. Dus het is het één of het ander…
Ditzelfde probleem heb ik ook bij mijn straatadres. Officieel is dat: “Dr de Snooplein 12”, waarbij “Doctor” is geschreven als “D-r”.
Google denkt echter dat het moet zijn: Doctor de Snooplein 12, met “Doctor” voluit geschreven.
Alle Nederlandse instellingen lijken echter aan te geven Dr de Snooplein (met “Doctor” dus afgekort tot “Dr”) en ik heb nog nooit iemand Doctor de Snooplein (voluit) zien gebruiken, op onze vrienden van Google na dan.
Tjonge Romano, dankjewel voor die opening! Ik kan beide vragen eigenlijk in één keer beantwoorden. Wat ik nu ga zeggen klinkt voor de hand liggend, maar is niet gebaseerd op keiharde feiten of mededelingen uit de Googleplex. Het is gebaseerd op wat ik links en rechts als soort van aannames erover heb gelezen.
Het lijkt logisch dat Google niet eist dat ALLE citations op ALLE websites in de wereld voor 100% identiek zijn. Dat zou ondoenlijk zijn. Bovendien heb je ook partiële citations, bijvoorbeeld alleen de vermelding van een straatnaam, een telefoonnummer of een bedrijfsnaam. Een bedrijfsnaam alleen is ook een citation, zelfs als die niet gelinkt is.
Er wordt gedacht dat Google probeert citations eerst te generaliseren in een soort van intern formaat en natuurlijk zal er dan wel een “waarde” aan worden gegeven, volgens een bepaalde, voor de wereld buiten Google onbekende formule. In dit gegeneraliseerde formaat zullen telefoonnummers worden omgewerkt, zodat ze vergeleken kunnen worden.
Als op een Nederlandse directorysite het nummer 06–12345678 wordt vertoond, relateert Google dit aan Nederland en zal er voor de volledigheid +31 aan koppelen en de ‘0’ weglaten, waardoor het nummer dus wordt weergegeven als: +31 6 12345678.
Maar als hetzelfde nummer op een Spaanse site wordt vertoond, zal Google er waarschijnlijk: +34 6 12345678 van maken om het te vergelijken met andere Spanjegerelateerde vermeldingen.
Op een vergelijkbare manier worden adressen gegeneraliseerd. Google kent algemene en officiële afkortingen als “Dr.”, “Prof.” en dergelijke. Hoewel Google vaak openbare bronnen gebruikt voor haar gegevens, zag ik op de site van het Kadaster dat de officiële schrijfwijze inderdaad “Dr de Snooplein 12” is, dus geschreven als “D-r”.
Zo wordt mogelijk de afkorting “Dr” door Google zelf voluit gescheven in het kader van de generalisatie waar ik het zojuist over had.
Maar goed, waar wil ik nu naartoe met dit verhaal? Consistentie is noodzaak, dat klopt. Maar ga je niet vermoeien met dit soort details van exacte schrijfwijzem. Vertrouw op de intelligentia binnen Google die dit al lang geleden voor je hebben opgelost. Belangrijker is dat je overal het juiste adres en juiste telefoonnummer specificeert, in combinatie met de juiste bedrijfsnaam en dergelijke.
Let echter wel op de bedrijfsnaam, dat je die overal hetzelfde schrijft, zoals die staat geregistreerd bij de Kamer van Koophandel. Zo zijn er meer dan 30 sites die (volgens mij) hun gegevens van de Kamer van Koophandel krijgen en herpubliceren. Dus om die gekoppeld te krijgen aan jouw bedrijf en alle andere citations, moet er voor de gegevens zoveel mogelijk overeenkomst zijn. En een belangrijk onderdeel daarvan is natuurlijk ook je bedrijfsnaam.
Ik hoop dat ik hiermee je vragen heb beantwoord, Romano.
Het eerste Google-gerelateerde topic gaat over “Help on Social”…
Afgelopen dinsdag was de lancering van een nieuwe dienst van Google, met de naam “Help on Social”. Dit is een crowdsourced dienst, waarbij Google gebruik maakt van de community om die vragen over de producten via Twitter te laten beantwoorden, in plaats van in de Google Product Forums.
Deze laatste verdwijnen natuurlijk niet: “Help on Social” is een aanvulling, een near-realtime helpdesk voor Google producten. Google verbetert op die manier de gebruikerservaring, doordat mensen hun vraag op Twitter kunnen stellen en de “community” die beantwoordt.
Toen ik dinsdagavond rond negen uur zag dat de eerste officiële vermeldingen vanuit Google over de nieuwe dienst online kwamen, vond ik dat het juiste moment was aangebroken om de video en het reeds geschreven blogartikel handmatig te publiceren.
Vlak daarna kreeg ik via Google Hangout een leuk berichtje van Chris Wong, de productcoördinator van Google. Ik heb een screenshot hiervan opgenomen in de show notes, op www.reputatiecoaching.nl/142:
Hij schreef:
hi eduard!
we are watching your video in de launch room
this is awesome
Dat is toch leuk om dat dan uit de koker van Google te horen te krijgen!
Verder met Google… Ik heb wel eens gehoord dat de vraag die veruit het meest onder jongeren wordt gesteld als ze elkaar mobiel bellen, luidt:
Waar ben je?
Ik vraag me af hoelang het zal duren, tot dit is vervangen door:
Wat is jouw pluscode?
Wat is een pluscode, waarvoor kun je pluscodes gebruiken en moet je nu al meteen de juiste pluscode in al je citations gaan gebruiken?
Een pluscode is een indicatie voor een locatie. Zo is de pluscode van ons huis 9F476X4J+WC. En dat heeft dus niets met ons toilet te maken, hoor! De code is als volgt samengesteld:
Deze gegevens over de indeling heb ik van Google. Grappig genoeg zijn de kaders die ik te zien krijg rechthoekig en niet vierkant. Maar ik denk dat de totale oppervlakte wel aardig klopt.
In de show notes heb ik wat screenshots opgenomen, waarin ik dit laat zien. Let vooral op het steeds specifieker worden van de code onder de kaart naarmate ik verder inzoom.
Het systeem is gebaseerd op het concept van “Open Location Codes”. Op GitHub vind je Open Source code om hiermee om te gaan.
Daar kun je lezen dat de nauwkeurigheid van OLC nóg verder kan worden opgevoerd. Als je de rechthoek de wordt aangegeven met de code van 10 karakters verdeelt in een rechthoek van 4 bij 5, geeft één enkel karakter het gewenste rechthoekje van 3,5 bij 2,8 meter aan.
Google meldt verder over deze Pluscodes het volgende:
Deze codes zijn bij uitstek geschikt om locaties in gebieden of steden aan te geven, die geen adres hebben. Een dergelijke code is in elk geval een stuk korter dan GPS-coördinaten.
Surf eens naar plus.codes en kijk wat jouw plus code is.
Maar moet je je pluscode al gebruiken in je citations? Hmmm… ik denk het nog niet. Kijk eerst eens of het hele concept van de pluscodes serieus doordringt in de markt van cartografen, satellietfotografen, online telefoonboeken en directory sites. Eén ding weet ik wel, als je op reguliere post alleen nog maar een pluscode ziet staan of als je TomTom om een pluscode vraagt, ben je te laat met het aanpassen van je citations!
Google MapMaker is onlangs voor zes landen geopend; de rest van de wereld kan nog steeds geen wijzigingen doorvoeren en wacht lijdzaam tot de heropening van MapMaker. Toch is Google er wel mee bezig, ook in de landen die nog niet geopend zijn.
Zo is onlangs een nieuwe feature geïntroduceerd, waarbij MapMaker naast geverifieerde vermeldingen een groen schildje vertoont. Ik heb hiervan een screenshot opgenomen in de show notes:
Het leuke is dat je op die manier ook snel en gemakkelijk duplicaten van je bedrijfsvermelding kunt vinden, want die zijn dus niet geclaimd c.q. geverifieerd. Typ de bedrijfsnaam en het adres in de zoekbalk op MapMaker en kijk wat er wordt vertoond. Kijk maar eens naar het andere screenshot van MapMaker, waarin ik zoek op “fysiotherapie douma hilversum”. Dan zie je dat er één vermelding bestaat, die niet is geverifieerd. Dat is dan meteen ook de duplicaatpagina:
Laatst zei John Mueller in een Hangout dat het voor Google prima is, als een bedrijf alleen een mobiele site heeft. Die wordt geïndexeerd en ook in de desktop versie van Google Search vertoond. Andersom kan het gebeuren dat een mobielonvriendelijke site niet of lager in de mobiele zoekresultaten voorkomt.
Later nuanceerde hij deze uitspraak iets op Google+. Hij schreef:
Met betrekking tot het citaat “een mobiele site is prima”, wil ik verduidelijken dat omdat iets kan, je dat niet noodzakelijkerwijs moet doen. Ook is het niet de beste benadering. Als een mobiele site alles is wat we van een bedrijf hebben, dan indexeren we die liever, dan dat we niets hebben. Het hebben van alleen een mobiele site is natuurlijk niet de beste manier. Het is aan te raden met behulp van responsive webdesign een site te maken die goed werkt op alle apparaten…”
Zo zie je hoe snel bepaalde uitspraken uit hun verband kunnen worden getrokken.
Op Search Engine Roundtable las ik over zogenaamde “lazy content”. Dat is content die pas na het laden van de pagina wordt vertoond, of als een gebruiker naar beneden scrollt of ergens op klikt. In een aantal situaties kan Google die content niet lezen en dus ook niet indexeren. Dat geldt zowel voor desktopversies van websites, als voor mobiele websites.
Als alle content al in de pagina zit bij het laden van de pagina, is de kans groot dat die wel wordt geïndexeerd, ook voor gebruik in de mobiele zoekresultaten. Maar als content later wordt geladen en vertoond in reactie op een bepaalde handeling door de gebruikter, kan dit dus tot problemen leiden.
De oorzaak hiervan ligt in het feit dat als Googlebot de pagina laadt, het niet weet wat het precies moet doen om de niet-vertoonde content zichtbaar zichtbaar te maken, als het iets specifieks is.
John Mueller raadt webmasters dan ook aan de feature “Fetch as Google” te gebruiken, om te zien of alle content daadwerkelijk wordt geladen en dus ook geïndexeerd kan worden.
De wereld van zoekmachines is continu aan verandering onderhevig. Waar we vroeger ellenlange keywordonderzoeken deden, worden deze vandaag de dag al een stuk korter, omdat zoekmachines ook steeds beter worden in het “begrijpen” van de content.
Ook het zoekgedrag van mensen verandert. Mobiele telefoons hebben geleid tot betere spraakherkenning en als je de Google app installeert op je smartphone kun je tegen Google praten, net als tegen Google Glass. In plaats van “OK, Glass”, moet je dan zeggen “OK, Google”. Deze feature doet het niet als je de app in het Nederlands gebruikt. Om tegen de app te kunnen kletsen, moet je ’m eerst op Engels zetten.
Als je dan bijvoorbeeld zegt: “OK Google… Loo Palace Apeldoorn”, dan worden de zoekresultaten vertoond, zoals die standaard op het mobiele apparaat worden weergegeven. Maar wat vervolgens kan, is simpelweg revolutionair… Op de vraag: “OK Google… How old is it?”, wordt je meteen verteld dat Paleis het Loo 329 jaar is en uit 1686 stamt.
Wellicht zal een eerste zoekpoging van mensen nog erg concreet zijn, maar als je zo met zoekmachines kunt omgaan, dat je dus als het ware doorvraagt op datgene, waar je net op hebt gezocht, dan vereist dat heel andere technieken dan alleen maar keywordanalyse.
Nu heb ik het wel even gehad met Google in deze podcast. Nog wat geheel anders…
Wist je dat in Amerika zo’n 90% van het winkelende publiek zijn of haar smartphone gebruikt tijdens het winkelen? Dat blijkt uit een onderzoek dat is uitgevoerd onder 12.000 willekeurig gekozen Amerikanen.
54% van de mensen gebruikt de smartphone voor het vergelijken van de prijs om te zien of die elders mogelijk goedkoper is, 48% zoekt naar productinformatie en 42% checkt online reviews van het product!
Oeps! Hoorde je dat? 42% van de mensen checkt online reviews van producten die ze in een winkel zien en overwegen aan te schaffen. Daaruit blijkt ook maar weer eens temeer dat reviews steeds belangrijker worden. Mogelijk hechten we er in Nederland nog niet zoveel waarde aan als in de VS, maar dat is volgens mij slechts een kwestie van tijd…
Maar al te vaak hoor ik van ondernemers dat ze geen reviews durven te gaan vragen uit angst voor negatieve reviews. Als jij die mening ook bent toegedaan, dan heb ik slecht nieuws voor je!
Want de reviews over je product of dienst worden toch wel geschreven, of jij er om vraagt of niet! En wat nog erger is, is dat voornamelijk mensen met een slechte ervaring uit zichzelf negatieve reviews posten!
Als jij dat niet eens in de gaten hebt, er niets mee doet en ook geen reviews vraagt, dan zul je dus zien dat je bedrijf gemiddeld laag beoordeeld zal worden.
Bekijk het van de andere kant: als het goed is zijn je meeste klanten tevreden. Als je dan iedereen vraagt om een review ergens te posten, dan wordt de gemiddelde teneur al snel een stuk positiever. OK, lang niet iedereen die je vraagt, post een review, maar sommigen geven meestal wel gehoor aan een dergelijk verzoek. Het werkt helemaal goed, als je mensen vraagt of ze je willen helpen met het verbeteren van de kwaliteit van je diensverlening of zorgverlening. Want mensen helpen graag!
Maar zijn negatieve reviews echt zo erg? Betekent een negatieve review dat je de deuren kunt sluiten? Nee, een negatieve review is echt niet het einde van de wereld. Zo las ik op het weblog van GetFiveStars een post van Mike Blumenthal, met als titel “6 Good Things About Negative Reviews”.
Mike schrijft dat het voor een bedrijfseigenaar soms lastig kan zijn om een negatieve review anders te bekijken, dan als een persoonlijke aanval.
Mike somt de volgende 6 positieve kanten aan negatieve reviews op:
Steek dus je hoofd niet in het zand voor reviews, maar ga ze verzamelen en reageer erop! Gebruik negatieve reviews als een springplank naar betere dienstverlening, betere producten of een algehele betere klantervaring!
En met deze wijze lessen kom ik dan weer aan het einde van deze 142e podcast. Het zit er weer op voor vandaag!
Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hoogte blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.
Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Abonneer je op de podcast, zodat je altijd meteen de nieuwste uitzending krijgt voorgeschoteld.
Zoek de podcast op, in iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 142 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
Vorige week heb ik mijn werkplek in Apeldoorn verruild voor een remote werkplek: een ligbed op het strand in Gambia, met WiFi! Zometeen dan ook meer over lokale SEO in Gambia. Verder heb ik een aantal positieve reacties gekregen op de mail die ik eerder deze week naar alle abonnees heb verstuurd. Als gevolg daarvan had ik gisteren een interessant onderhoud met “De Automotive Coach” van Nederland. Voor de rest is de podcast van vandaag behoorlijk Google-centrisch. Zo heb ik twee wetenswaardige feitjes over reviews op Google+ en nu ik het toch over Google heb: gisteren ontving ik een waarschuwing dat een bepaalde site niet “mobielvriendelijk was” en dat dit een negatief effect kan hebben op de zoekresultaten. Bovendien worden volgens John Mueller van Google 404-error pagina’s niet geïndexeerd. Tenslotte weigert Google het Europese recht om vergeten te worden wereldwijd door te voeren.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Ik ben Eduard de Boer, ReputatieCoach. Dit is dé podcast die jou helpt om meer business te genereren, doordat jouw website beter gevonden wordt, zowel lokaal als landelijk en doordat ik je uitleg hoe je je online reputatie kunt verbeteren. Dit alles draagt ertoe bij dat je je bedrijf en jezelf beter op de online kaart plaatst..
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/113. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes, op Stitcher en ook op TuneIn Radio. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast.
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
In de intro zei ik het al: ik had mijn kantoorwerkplek in Apeldoorn gedurende acht dagen verruild voor een ligbed aan het strand in Gambia. Natuurlijk kruipt het bloed waar het niet gaan kan en heb ik dankzij de WiFi op het strand een lokaal SEO onderzoekje en experiment uitgevoerd.
Ons favoriete restaurant “Kunta Kinteh Beach Bar Restaurant & Apartments” was nog niet op Google Maps te vinden in Gambia. Dus heb ik het via Google MapMaker aangemeld:
Volgens mij heb ik het wel eens eerder verteld in een podcast, maar voor alle zekerheid vertel ik je het nog een keertje. Stel je zoekt een bedrijf op Google+ en het is duidelijk dat er nog geen “Google+ Mijn Bedrijf”-pagina bestaat, gebruik dan Google MapMaker. Log daarop in met je Google account en maak een nieuw lokaal bedrijf aan. Zodra de wijziging (of in dit geval toevoeging) is goedgekeurd, wordt er ook meteen een zakelijke Google+ pagina aangemaakt.
Dat was nu ook het geval en een paar minuten later was de bijgehorende “Google+ Mijn Bedrijf”-pagina voor het restaurant aangemaakt en vindbaar. Helaas heb ik toen geen screenshots gemaakt, van de lokale resultaten vóór en ná mijn actie. Maar als je nu daar in de buurt een restaurant zoekt op Google, dan scoort het restaurant in elk geval de “A”-positie. Ik heb tot een paar kilometer om het restaurant daar in Gambia ook alleen op trefwoord “restaurant” gezocht en in bijna alle gevallen scoorde het restaurant de “A”-positie.
En ik moest natuurlijk dan ook meteen het eerste review schrijven, in de hoop dat andere bezoekers van het restaurant dit lezen en worden gestimuleerd om er ook eentje te posten.
Hieruit blijkt dat de lokale SEO op Google echt universeel is. In elk geval in de landen waar de Pigeon-update nog niet is doorgevoerd. Wat die update tot gevolg zal hebben voor de Nederlandstalige lokale zoekresultaten, blijft nog koffiedik kijken.
Zoals je als trouwe luisteraar van de podcast of lezer van het weblog weet krijg ik af en toe vragen uit diverse uithoeken in Nederland en zelfs daarbuiten, die betrekking hebben op het verbeteren van je online zichtbaarheid, vindbaarheid en reputatie. En in plaats van de vragen af te wachten heb ik eerder deze week een mail gestuurd naar alle abonnees van de mailinglist met de vraag tegen welke problemen zij NU oplopen, die een obstakel zijn in het verder uitbreiden van hun business. De tekst van de mail die ik stuurde, was als volgt:
Hallo,
Inmiddels is 2015 bijna 1 maand oud en hebben we nog 11 maanden te gaan en dan is dit jaar ook weer voorbij…
Daarom ben ik ontzettend benieuwd waar ik JOU dit jaar mee kan helpen. Dus mijn vraag aan jou is: “Wat is je grootste probleem of obstakel, waar je tegenaan loopt bij het uitbreiden van je online business?”.
Laat ik meteen vanaf het begin eerlijk zijn: ik heb heus niet alle wijsheid in pacht en ik weet ook niet de oplossing voor elk probleem of het antwoord op elke vraag die je hebt!
Maar laat mij weten wat JOUW grootste probleem of obstakel is, dat de oorzaak is van het stagneren (of nog erger: achteruit lopen) van jouw business! En natuurlijk mogen het er ook meer zijn dan eentje.
Stuur je reactie naar: podcast@reputatiecoaching.nl en ik ga kijken wat ik kan doen om JOU te helpen! Vergeet niet je contactgegevens mee te sturen, als je wilt dat we mogelijk samen de uitdaging aangaan om je probleem te tacklen!
Ik zie je reactie met grote belangstelling tegemoet! Bedankt alvast!
Met vriendelijke groet,
Eduard – ReputatieCoach
Daarop kreeg ik minder dan een uur na het verzenden van de mail de eerste reactie. Die was van Herman Houwing, de Automotive Coach van Nederland. Ik ga nu even niet zijn hele antwoord en vragen citeren, maar hij had mijn hulp nodig.
In het kort komt het neer op het volgende: hij heeft een mailinglijst met meer dan duizend abonnees. Stipt elke twee weken verstuurt hij een eZine (dat is een ander woord voor “mailing”) naar al deze adressen. Elke mail bevat originele tekst, is goed geschreven, leerzaam, educatief en meestal langer dan 1.000 woorden.
De zogenaamde “open rate” van die mailing lijkt mij aardig marktconform: iets meer dan 30%. Natuurlijk zou hij die graag nog hoger hebben, maar dat voert nu even te ver om daar in te duiken.
Verder ziet hij dat hij dagelijks slechts zo’n 5 bezoekers op zijn site krijgt via de organische zoekresultaten. Daarbij zijn er geen uitschieters voor bepaalde pagina’s.
Ik ben zijn site gaan bekijken en zag meteen twee quick wins… OK, dat moet nog blijken, maar ik zag twee verbeterpunten die in elk geval alleen maar positief konden uitwerken.
Het eerste punt betrof de voorpagina van zijn site. Die begint meteen met heel veel tekst over wat Herman kan betekenen. Het komt er op neer dat hij autobedrijven bedrijfsmatig adviezen geeft en helpt te verbeteren. Ik heb hem aangeraden te beginnen met een korte introductievideo van 2–3 minuten, waarin hij dit vertelt. Zonder respectloos te worden, denk ik dat zijn doelgroep (mensen uit de autobranche) over het algemeen liever een video kijken, dan een hele lap tekst lezen. Een voordeel dat je met een goed gepubliceerde video ook nog hebt, is dat die extra voor jou kan ranken in de zoekresultaten, waardoor je meer exposure krijgt, dan wanneer je alleen een vermelding van je website krijgt.
Het tweede punt was veel kritischer en heeft volgens mij een grote impact op de vindbaarheid van de content. Herman gebruikt de dienst “Autorespond” als mailingservice. De mails die hij verstuurd, worden niet alleen per mail verspreid, maar ook gepubliceerd op de site “e-act.nl”, maar dan ergens onder een hele lange complexe URL. Als je rechtstreeks de domeinnaam “e-act.nl” intypt, kom je overigens ook terecht bij “Autorespond”. En alle mailings van Herman zijn aardig goed te vinden in Google, maar dan allemaal op e-act.nl. En dat is niet zijn eigen site!
Een week nadat Herman zijn mailing verstuurt, publiceert hij een linkje op zijn website naar de tekst op e-act.nl. En daar zit zijn probleem. Het blogbericht op zijn site heeft alleen een titel en als body slechts de tekst “klik hier voor het artikel”, verder niet!
Mijn advies aan Herman was nu het volgende… In plaats van een week na het verzenden van de mail alleen een blogpost op zijn site te maken met een link naar het artikel op e-act.nl, moet hij de tekst publiceren als blogbericht op zijn eigen site en de post bij e-act.nl verwijderen. Op die manier voorkomt hij duplicate content.
Zo trekt hij alle verkeer op de zoektermen dat anders naar e-act.nl gaat, naar zijn eigen site. Ik heb er alle vertrouwen in dat dit een aanzienlijke boost zal geven aan het verkeer naar zijn website. Want hij verstuurt al nieuwsbrieven sinds februari 2013! Moet je nagaan wat voor een partij aan additionele content dat oplevert op zijn site! Volgens mij wordt zijn site dan meteen gezien als een autoriteit op zijn vakgebied!
Dit is weer een schoolvoorbeeld van het belang van “owned content”. Natuurlijk is het prima om te gastbloggen, maar zorg ervoor dat het grootste deel van jouw eigen unieke, interessante en waardevolle content op je eigen site staat, zodat het door de zoekmachines kan worden geassocieerd met jouw site en jouw bedrijf. Zo zorg je ervoor dat jouw bedrijf dus veel beter zichtbaar en vindbaar wordt!
Dan heb ik nog een bonustip, die ik ook al eens in podcast 17 heb genoemd. Als je eenmaal een aantal blogberichten online hebt staan op je WordPress site, installeer dan de plugin YARPP. Dat staat voor “Yet Another Related Posts Plugin”. Deze plugin vertoont op basis van je tags, categorieën en content onderaan elke blogpost een door jou opgegeven aantal gerelateerde berichten. Dit leidt vaak tot meer bezochte pagina’s en langere verblijfsduur van bezoekers op je site.
Dan liep ik eerder deze week tegen een interessante issue aan binnen reviews op Google+ Mijn Bedrijf. Een deelnemer van de webinarserie “Internetmarketing voor Fotografen” had namelijk een review gepost. Daarvan kreeg ik keurig van Google een mail om mij daarop attent te maken. In die mail van Google stond een link naar de review, zodat ik erop zou kunnen reageren.
Echter, tot mijn grote verbazing leidde de mail naar een lege pagina op Google, waar in elk geval GEEN review werd vertoond. Ook na een aantal minuten te hebben gewacht, was de review nog steeds niet te vinden. Dat had ik nog nooit eerder meegemaakt! Ik stuurde een mailtje naar de poster van de review met de vraag of hij de review wellicht had verwijderd. Maar dat was niet het geval.
Hij vertelde dat hij de adresgegevens van zijn bedrijf in de review had geplaatst: een volwaardige citation dus. En dat vindt Google blijkbaar niet goed, want toen hij die uit de review verwijderde, zag ik ’m meteen online staan en kon ik erop reageren.
Dus je mag geen citation plaatsen in reviews die je post op Google+. Maar als je nu op enigerlei wijze een review die je ergens post, wilt associëren met jouw bedrijf, dan moet je eerst je identiteit op Google+ wijzigen in die van je zakelijke “Google+ Mijn Bedrijf”-pagina, vervolgens het bedrijf waar je de recensie wilt posten opzoeken in Google+, waarna je de review schrijft. Dan zie je bovenaan de review als poster de naam van je zakelijke Google+ pagina staan.
Een andere wetenswaardigheid ten aanzien van reviews: het aantal karakters dat je tot je beschikking hebt voor het schrijven van een review, is beperkt tot 4.000. Dat las ik in een antwoord van Jade Wang in het “Google and Your Business Help Forum”:
Ja, het is vandaag een beetje een Google-centrische podcast, dat heb ik al aangekondigd. Gistermorgen ontving ik een mailtje in mijn inbox van Google, dat een site van iemand anders die ik via Google Webmaster Tools in de gaten houdt, problemen heeft met de mobiele bruikbaarheid:
De volledige mail heb ik opgenomen in de show notes op www.reputatiecoaching.nl/113, maar ik geef je hier in de podcast alleen even de intro:
De systemen van Google hebben 1.720 pagina’s op uw site getest en hebben vastgesteld dat 100% hiervan kritieke problemen met mobiele bruikbaarheid heeft. De problemen op deze 1.720 pagina’s zijn van grote invloed op de manier waarop mobiele gebruikers uw website ervaren. Deze pagina’s worden niet als mobielvriendelijk beschouwd door Google Zoeken en worden daarom dienovereenkomstig weergegeven en gerangschikt voor smartphonegebruikers.
Zoals je verder kunt zien in de mail in de show notes geeft Google meteen ook een aantal adviezen over hoe je je site wèl mobielvriendelijk kunt maken.
Het klopt ook, want ik ben inderdaad met de eigenaar van de desbetreffende site in overleg voor een responsive redesign van zijn WordPress site.
Het is duidelijk: mobielvriendelijke sites gaan beter ranken in de mobiele zoekresultaten, dan sites die niet mobielvriendelijk zijn! Mogelijk is het nu nog niet zo, maar dan zal dat op korte termijn echt worden doorgevoerd! En is jouw site dan de pisang? Heb je wel eens gekeken hoeveel mobiel verkeer je eigenlijk op je site krijgt?
Want ook de eigenaar van de site waarvoor ik dit mailtje kreeg wat ik zojuist citeerde, dacht dat hij niet bijster veel verkeer vanaf mobiele apparaten kreeg. Een korte tour door de Google Analytics van zijn site bracht het volgende naar voren…
Van de 42.184 nieuwe bezoekers die de site de afgelopen 30 dagen had getrokken, bekeken er 26.517 de site via een desktop. Dat is zo’n 63%. De resterende 37% kwam dus vanaf mobiel of tablet.
En twee dagen geleden verscheen er op Google+ een post van Zineb Ait Bahajji. In de show notes heb ik een screenshot van haar bericht opgenomen.
Zij schreef dat Google websites ziet die de toegang tot het mobiele deel voor Google afschermen. Dat kan alle content zijn, of CSS, Javascript of afbeeldingen. Op die manier kan Google het mobiele deel van de site dus niet goed crawlen en indexeren.
Daartoe vertoont Google dan voor die sites sinds eergisteren in de mobiele zoekresultaten de beschrijving:
Er is geen beschrijving beschikbaar voor dit resultaat vanwege robots.txt – meer informatie.
Een site waar ik dit toevallig direct zag, was Expedia. Die lijdt hier echt onder, zoals je kunt zien in de screenshot van mijn iPhone, die ik in de show notes heb opgenomen:
Dit alles heeft nogal impact! Zo kregen we een paar weken geleden de tekst “Voor mobiel” bij de zoekresultaten om aan te geven dat een site mobielvriendelijk is, en nu dit! Als je site niet mobielvriendelijk is, lijkt mij de kans groot dat binnen afzienbare tijd je site zal zakken in de zoekresultaten, omdat andere gelijkwaardige sites wèl mobielvriendelijk zijn!
Stel dat jij opeens meer dan 35% aan bezoekers kwijtraakt! Dat is nogal wat! Het kan voor een e-commerce site of een bedrijf dat voor een groot deel van haar omzet afhankelijk is van organisch zoekverkeer de nekslag betekenen, als de omzet opeens met meer dan 35% afneemt! Trek lering hieruit en onderneem actie om je site zo snel mogelijk mobielvriendelijk te maken!
Oh, en als je adverteert met Google AdWords, dan moet je ook nog eens zorgen dat je site extreem snel laadt, beduidend sneller dan alle concurrenten die op dezelfde zoektermen bieden. Google wil namelijk de ervaring van bezoekers van de bestemmingspagina die ze krijgen vertoond na te hebben geklikt op een advertentie, maximaliseren. Op de pagina “Inzicht in de ervaring op de bestemmingspagina” op Google kun je onder andere het volgende lezen:
U kunt de ervaring op uw bestemmingspagina verbeteren door:
- relevante, nuttige en originele inhoud te leveren;
- de transparantie en betrouwbaarheid van uw site te bevorderen (bijvoorbeeld door uitleg te geven over uw producten of services voordat u uw bezoekers vraagt een formulier in te vullen om hun gegevens door te geven);
- bezoekers van uw site een gebruiksvriendelijke navigatie te bieden (dit geldt ook voor mobiele sites);
bezoekers aan te moedigen tijd op uw site door te brengen (bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat uw pagina snel laadt, zodat mensen die op uw advertentie klikken, niet hun geduld verliezen en uw site voortijdig verlaten).
Dat is nog vrij algemeen. Maar als je verder gaat lezen, dan vind je de volgende passage:
Als het te lang duurt voordat uw website wordt geladen wanneer gebruikers op uw advertentie klikken, is de kans groter dat ze hun geduld verliezen en uw website verlaten. Dit ongewenste gedrag kan voor Google een signaal zijn dat de ervaring op uw bestemmingspagina slecht is, wat mogelijk negatieve gevolgen heeft voor uw advertentiepositie. Zorg er daarom voor dat uw bestemmingspagina snel wordt geladen.
Ik raad je aan de pagina, waarvan ik een link heb opgenomen in de show notes, eens aandachtig te lezen. Want de adviezen die daar worden gegeven, gelden ook voor je gewone ranking in de zoekresultaten. Reden dat ik je ernaar verwijs is dat ik natuurlijk dit allemaal wel kan roepen en aan je vertellen, maar het is natuurlijk veel krachtiger wanneer je dit leest in de voorwaarden en adviezen van Google zelf!
Als iemand op jouw website een niet-bestaande URL wil raadplegen, stuurt je website, of beter gezegd de webserver waarop jouw website draait, een bepaalde status code terug. Het nummer van die code is een error, te weten: 404.
Veel webservers vertonen dan de standaard tekst: “404 NOT FOUND”. Dat is natuurlijk niet erg gebruikersvriendelijk. Bovendien is het een gemiste kans, want de meeste gebruikers zullen dan de “Back”-knop klikken, of het venster sluiten en naar een andere site gaan. Die ben je dan kwijt!
Daarom is het een zogenaamde “best practice” of goed gebruik om een bezoekersvriendelijke 404 errorpagina te maken, waarop je links zet naar diverse relevante delen van je site, zoals je contactpagina, de categorieën, mogelijk diverse recente blogberichten en wat dies meer zij.
In de show notes op www.reputatiecoaching.nl/113 heb ik een screenshot opgenomen van de pagina die op ReputatieCoaching.nl wordt vertoond, als een niet bestaande URL wordt geraadpleegd:
Zoals je ziet is dat een hele lange pagina in dit geval. Deze screenshot is meer dan 7.000 pixels hoog!
In het verleden werd vaak geadviseerd om deze pagina te misbruiken om te ranken in de zoekresultaten en dergelijke. Dat werkt echter niet, of beter gezegd: niet meer. Dus voor de zoekmachines hoef je dit niet te doen. John Mueller van Google schrijft hierover het volgende op Twitter:
We ignore everything on pages that return 404/410 when we crawl them – make them work for your users.
Mogelijk wist je dit al, ik wilde het echter toch even met je delen.
Ik raad je ten sterkste aan om wel een goede, mooie en bruikbare 404-errorpagina te maken. De reden hiervoor is, dat het je de kans biedt om een bezoeker van je site die daar terechtkomt via een nietbestaande link, toch naar de juiste content te leiden.
In Europa hebben we sinds mei 2014 het recht om vergeten te worden. Daarbij kunnen we bij zoekmachines het verzoek indienen om content over ons te verwijderen. Tot op heden heeft Google zo’n 200.000 aanvragen ontvangen, die hebben geresulteerd in het verwijderen van een slordige 740.000 URL’s.
Echter, de URL’s worden alleen weggelaten in de Europese versies van Google. Zo kun je de niet-vertoonde content gewoon vinden, zodra je je standaard zoekmachine instelt op google.com. De EU wil daar een stokje voor steken en van Google eisen dat deze resultaten wereldwijd worden verwijderd.
Dat gaat natuurlijk wel erg ver, vindt Google. David Drummond, de Chief Legal Officer van Google, zegt hierover: “It’s our strong view that there needs to be some way of limiting the concept, because it is a European concept.”. Als het aan Google ligt, blijft het dus zo.
Inmiddels heeft de EU in december vorig jaar een gedetailleerde lijst met criteria opgesteld voor de zoekgiganten die ze kunnen hanteren bij de evaluatie van elke aanvraag om vergeten te worden.
Deze criteria luiden als volgt:
Waar richtlijn 95/46/EG precies over gaat, moet je maar eens nalezen. Dat wil ik hier niet citeren, want de titel van die pagina alleen al, luidt: “Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens”.
Verschillende landen hebben verschillende wetgevingen rondom vrijheid van meningsuiting en privacy. Dus lijkt het mij ontzettend lastig voor de EU om het “recht om vergeten te worden” wereldwijd op te leggen aan Google. Lukt het wel? We zullen het zien!
Met deze update over het “recht om vergeten te worden” kom ik dan weer aan het einde van deze podcast. Hij is vrij lang geworden, doordat ik vorige week verder geen nieuws met je heb gedeeld.
En heb je het helemaal tot hier volgehouden met luisteren, help mij dan de podcast onder de aandacht te brengen van een breder publiek. Ik weet namelijk zeker dat meer mensen in jouw omgeving echt hun voordeel kunnen doen met wat ik zoal vertel en publiceer.
Volg mij daartoe op Twitter, via @reputatiecoach1. Surf naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Dat helpt echt!
Oh en voordat ik het vergeet: ik kreeg eerder deze week ook de vraag waar de RSS-feed van de podcast te vinden is… Blijkbaar heb ik die niet duidelijk weergegeven, want die staat namelijk onderaan elke podcast. Op die manier kun je ook al het nieuws en alle podcasts in de gaten houden! Vanaf dit moment heeft de RSS-feed een prominentere plaats, want hij staat nu bovenaan elke pagina tussen de overige social media icoontjes! Er is er eentje weggevallen en dat is die van Flickr, maar als ik eerlijk ben had die eigenlijk niet veel nut. De RSS-feed is veel belangrijker!
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen. Deel ’m ook op Twitter, like’n en deel de podcast op Facebook en geef een “+1” op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om ook JOU te helpen! Als JIJ een vraag of een probleem hebt met betrekking tot JOUW online reputatie of de vindbaarheid van JOUW website, stuur dan een mailtje naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 113 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
De onderwerpen voor vandaag, de dag voor Sinterklaas. Dus daar begin ik vandaag mee… althans met online business. Afgelopen week ontving ik een voicemail van Jerry over het optimaliseren van een webshop. Daarover zometeen meer. Google heeft haar kwaliteitsrichtlijnen voor Google+ Mijn Bedrijf aangepast. De grote verschillen deel ik straks met je. En hoe scoort jouw site op Bing? Of op DuckDuckGo? Waarom dat belangrijk kan worden, hoor je ook in deze podcast. En als je wilt scoren in Bing, heb ik 10 tips voor je, om je daarbij te helpen.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Ik ben Eduard de Boer, ReputatieCoach. Dit is dé podcast die jou helpt om meer business te genereren, doordat jouw website beter gevonden wordt, zowel lokaal als landelijk en doordat ik je uitleg hoe je je online reputatie kunt verbeteren. Dit alles helpt je om je bedrijf en jezelf beter op de online kaart te plaatsen.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/105. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes, op Stitcher en ook op TuneIn Radio. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Voordat ik begin met de onderwerpen voor vandaag, eerst even een #FAIL. Deze week is de #FAIL voor @Vitens. Ik zal je kort uitleggen waarom…
Gisteren hadden we hier opeens geen water meer, als we de kraan opendraaiden. Even zoekend op Google leerde ik het mooie woord “waterstoring”. Vervolgens zocht ik de website van Vitens op, om de waterstoring te melden.
Op hun contactpagina staat dat je storingen via Twitter kunt melden aan @vitens. Dat heb ik dan dus ook gedaan. Mijn eerste tweet was om 14:59 en circa een kwartier daarna heb ik er nog een gestuurd. Tot op heden moet ik nog steeds een reply krijgen. Dat vind ik echt een ondermaatse prestatie van Vitens en dus een #FAIL waard!
In de show notes heb ik een lijstje van recente tweets aan Vitens staan en het blijkt dat mijn ervaring niet uniek was. Bovendien lijkt het erop alsof Vitens niet alleen slecht communiceert via Twitter, maar ook lijken contactformulieren op de site niet te werken:
Foei, Vitens! Je kunt dan weliswaar waterleverancier zijn voor 5,5 miljoen huishoudens, maar dit kan echt niet!
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
Morgen is het Sinterklaas en volgens mij hebben de goedheiligman evenals alle multicolor pieten en hulpklazen dit jaar massaal online ingekocht. De verkoopcijfres en statistieken over online versus offline business zullen we de komende dagen wel horen en lezen.
De afgelopen jaren zie je een sterke groei in de online aankopen rond de feestdagen. Als hulpsinterklaas heb ik alle cadeaus voor onze dochter online gekocht, om zo tijd te besparen, doordat ik niet in lange rijen voor kassa’s hoef te wachten. Vanuit mijn bureaustoel heb ik binnen één uur een selectie van de verlanglijstjes online besteld. En volgens de bevestigingsmails wordt alles vandaag bezorgd, inclusief pakpapier. Keurig op tijd, dus. Ik hoef het dan alleen nog maar in te pakken.
Voor mij is het heel simpel: de producten op de verlanglijst waren helder gespecificeerd; er kan eigenlijk geen misverstand over ontstaan. Dus dan hoef ik niet naar de lokale winkel om de objecten in de handen te nemen en daarmee vervolgens naar de kassa te lopen, af te rekenen om zo met afgeladen tassen de auto in een overvolle parkeergarage op te moeten zoeken.
Een deel van de inkopen heb ik gedaan bij Intertoys, omdat één van de verlanglijstjes daarop was afgestemd, inclusief verwijzing naar de bladzijden in het grote speelboek. Dat maakte het voor mij gemakkelijk, want sommige artikelen die niet bij Intertoys verkrijgbaar waren, kon ik zo snel en gemakkelijk bij bol.com bestellen.
Hoe wrang het ook moge zijn voor de detailhandel: ik denk dat er steeds meer online besteld zal worden en dat deze stijging ten koste zal gaan van de lokale speelgoedwinkeliers in dit geval. Maar hetzelfde geldt straks voor Kerstmis en de Kerstinkopen. Ook daar zal de lokale detailhandel een knauw voelen, vrees ik.
Hoe zit het met jou? Of als je een lokale winkelier bent: heb jij dit jaar iets gemerkt van een daling van verkopen in je winkel? En voor alle hulpklazen en hulppieten: heb jij inkopen gedaan bij lokale winkels, of ook al meer online? Wat was daarvoor je beweegreden? Daar ben ik heel benieuwd naar. Geef eens je reactie onderaan de transcriptie van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/105.
Eerder deze week ontving ik een vraag van Jerry. Hij sprak het volgende in op de ReputatieCoaching voicemail:
Goedenavond Eduard. Met Jerry, eigenaar van webshop low-budgets.nl.
Ik luister met veel aandacht naar je podcasts en ik vraag me af of het interessant en leuk is om een keer een artikel te wijden aan webshops.
Ik heb de afleveringen gehoord over tandartsen en restaurants en daar kun je gericht op adverteren, laat ik maar zeggen, om je vindbaarheid groter te maken.
Maar wat als je meerdere artikelen hebt, bijvoorbeeld een webshop met 200 artikelen.
Ik zou het wel interessant vinden om eens te horen wat daar de mogelijkheden voor zijn.
Misschien vind je het leuk om daar eens wat aandacht aan te besteden.
Alvast bedankt!
Nou Jerry, leuk dat je contact opneemt. Inderdaad, een webshop is heel anders dan een restaurant, tandartspraktijk of kapper en wat dies meer zij. Want met een webshop krijg je alleen bestellingen online, die je dan moet versturen naar de koper; je klanten komen niet naar een lokale vestiging.
Om te beginnen heb ik natuurlijk eens gekeken naar je website, een mooie en overzichtelijke website, kan ik wel zeggen. Maar wat mij als eerste opviel, was de lange laadtijd van de pagina’s. Het was dat je mij had benaderd om eens wat tips te geven, anders was ik al naar een volgende site gegaan in de hoop daar te kunnen vinden, waar ik naar op zoek was.
Ik begon namelijk je site te bekijken, terwijl ik ’s avonds op de bank zat. En toen had ik alleen mijn iPhone in de buurt. Mijn indruk op mobiel was dat het heel lang leek te duren, voor er maar iets gebeurde als ik van pagina naar pagina ging.
Ik heb op de desktop met de Pingdom Website Speed Test eens getest hoelang het duurde om sommige pagina’s te laden en ik kwam meestal tussen de 2 en 5 seconden uit:
In de show notes heb ik een screenshot opgenomen, waarin ik meet hoelang het duurt om de pagina voor “electrisch gereedschap” te laden. Zoals je kunt zien duurt dat 2,1 seconde, dat is nog acceptabel. Maar wat daaronder opvalt is de lange wachttijd voordat de data wordt ontvangen! Je ziet dat het 1,45 seconde duurt, tot jouw webserver begint met het versturen van gegevens, nadat de URL is opgevraagd. Dat is extreem lang, vind ik. Die bijna anderhalve seconde zit iemand naar zijn of haar scherm te staren, terwijl er niets lijkt te gebeuren. Moet je je voorstellen: als je die kunt reduceren tot 200 milliseconden, dan worden je pagina’s opeens binnen een seconde geladen en vertoond!
Waar precies die vertraging in zit, is niet 1–2–3 te zeggen. Mijn gevoel zegt dat het de onderliggende database is, die de bottleneck is. Daar zou ik als eerste gaan zoeken. Verder kan het tijdelijk cachen van content ook een substantiële versnelling opleveren.
De laadtijd is in elk geval een belangrijke factor voor de gebruikerservaring, evenals natuurlijk de mobielvriendelijkheid. Die is bij jouw site bijna goed. Het enige minpuntje vind ik, dat de afbeeldingen verkeerd schalen: die worden op mijn iPhone horizontaal teveel verkleind en niet in proportie met de verticale verkleining.
Wat ik ook eens heb gedaan, is testen wat Google vindt van de snelheid van je site, zowel op desktops, als op mobiele apparaten. De resultaten daarvan vind je terug in de show notes:
Op de desktop geeft Google Pagespeed jouw site op snelheid 69 punten van de 100. Dat is laag. Je moet zien dat je de adviezen van Google opvolgt, om toch echt boven de 85 te komen, als je je wilt onderscheiden van collega’s, denk ik.
Ook vindt Google de snelheid van mobiel te traag: die staat met 55 van de 100 punten zelfs in het rood. Daar moet je dus echt aan werken! Google zegt verder dat de reactietijd van je server 2,4 seconden is, wat ik hiervoor ook al constateerde. Als je doorklikt op de Pagespeed tool, dan kun je lezen dat deze trage reactietijd kan komen door tientallen verschillende factoren, waarbij je kunt denken aan:
Nu terug naar je vraag, want jij wilt weten hoe je nu jouw producten beter vindbaar kunt maken, dan die van andere webshops. Dat is en blijft een lastige klus. Want waarschijnlijk is elke webshop-eigenaar daar op uit en dus daarmee bezig.
Laat ik eens een paar zaken langslopen, waar je optimalisatie kunt behalen:
Feitelijk zijn al deze maatregelen goed webmasterschap. Laten we nu eens kijken hoe je je zou kunnen onderscheiden van andere sites, waar bijvoorbeeld dezelfde lintzaag wordt aangeboden. Ik heb er een aantal bekeken en ik zag dat ze allemaal vrijwel dezelfde tekst hebben, namelijk alle technische specificaties.
Nu ontkom je er niet aan om die te noemen, maar het is de kunst om een beter pakkende omschrijving bij elk product te plaatsen, waarin je over het product of artikel schrijft.
Verder zou je video’s bij elk product kunnen plaatsen, die je host op YouTube. Dan kun je denken aan:
Wist je trouwens dat de links naar je social media niet werken? Ik zie als URL alleen het hekje (“#”).
Over social media gesproken: je zou ook foto’s van je producten met links naar de productpagina op je website kunnen pinnen op Pinterest. Want als ik daar bijvoorbeeld zoek op lintzaag, vind ik maar een stuk of 16 pins. Daar liggen dus kansen. Kansen die overigens andere webshops al wel mondjesmaat benutten… Want zoek op Pinterest maar eens naar “accuboormachine”, dan zie je wat ik bedoel.
Als je dan toch bezig bent met foto’s, ga dan ook op Instagram je producten promoten met mooie foto’s. En gebruik eventueel ook Facebook om je producten onder de aandacht te brengen.
Zoals ik altijd zeg: ga content produceren over je producten. Breng die content onder de aandacht van je potentiële publiek.
Tja en tenslotte voor de lokale vindbaarheid, zou ik toch ook een zakelijke Google+ Mijn Bedrijf pagina maken, waar je foto’s van je producten uploadt. Ook zou ik je producten promoten op Google+. Want vergeet niet, dat die content op Google+ vaak heel goed scoort in de zoekresultaten!
Tot zover mijn adviezen in een notendop. Jerry, ik hoop dat je er iets aan hebt. Mocht je meer advies of concrete hulp willen, neem dan gerust contact op.
20 februari van dit jaar meldde Google dat je in de bedrijfsnaam van een vermelding op Google+ Mijn Bedrijf toevoegingen mocht doen, binnen bepaalde voorwaarden. Vanaf deze week is dat weer helemaal teruggedraaid. Het enige wat er mag staan in de zakelijke bedrijfsvermelding op Google+ is de bedrijfsnaam. Punt! Niets meer dus!
Naast dat je geen toevoegingen meer mag hebben in de bedrijfsnaam zijn er nog meer wijzigingen:
Tja, zoals je ziet worden ook de richtlijnen voor lokale bedrijfsvermeldingen steeds verder aangescherpt. Gelukkig wordt hiermee de kans op misbruik ook verder verkleind. Dat kan ook voor veel ondernemers weer een verademing betekenen, omdat ze dan mogelijk hoger in de lokale resultaten kunnen scoren.
Ik heb het overigens nagekeken en de Nederlandse kwaliteitsrichtlijnen zijn nog niet bijgewerkt, analoog aan de Engelstalige.
Er zijn nog steeds sites die bepaalde content pas vertonen, als een gebruiker bijvoorbeeld naar beneden of naar rechts scrollt, als die op een “Lees meer” link klikt of naar een ander tabblad gaat. Dat zijn sites die de komende tijd mogelijk lager kunnen gaan scoren in Google.
Dat komt doordat Google webcontent die initieel wordt verborgen tijdens het “onLoad” event in de browser, niet meer indexeert. Als een pagina als gevolg hiervan dus weinig content bevat, neemt voor Google de relevantie van die pagina af en kan die dus lager gaan scoren.
De reden die John Mueller van Google hiervoor geeft, is dat als je initieel tekst verbergt, Google dit niet als de meest relevante content beschouwt. Ik laat je eventjes het stukje horen, waarin John er op in gaat…
Dus: maak je content zo min mogelijk verborgen en laat in elk geval je meest relevante content direct zien bij het laden van je pagina’s.
Vorige week vertelde ik je dat Google in de VS juist een rechtzaak heeft gewonnen, waarbij is uitgesproken dat Google zo’n beetje alles kan en mag doen met haar zoekresultaten. Dat was een forse overwinning.
Aan de andere kant wordt Google in Europa impliciet gedwongen om het bedrijf dusdanig op te splitsen, dat de zoekmachine los wordt gemaakt van de overige Google diensten. Dit is vorige week besloten in het Europese parlement, niet alleen voor Google, maar ook voor andere zoekmachinegiganten.
In een artikel op Computable stond onder andere het volgende te lezen:
De stemming, waarin ruim tweederde van het parlement voor de motie stemde, is vooral van symbolische waarde. In de aangenomen tekst staat: ‘Het Europees Parlement vraagt de Commissie om wetsvoorstellen in overweging te nemen voor de ontvlechting van zoekmachines van andere commerciële diensten.’ Ook wordt de Commissie opgeroepen om ‘misbruik met de marketing van vervlochten diensten door uitbaters van zoekmachines te voorkomen’. Het gaat dus niet specifiek om het bedrijf Google. Maar zou er wetgeving komen, dan heeft dit gevolgen voor een bedrijf als Google.
(Bron: Computable, 28–11–2014)
Hoewel het Europees Parlement geen opsplitsing bij Google kan afdwingen, heeft het via de Europese Commissie wel de mogelijkheid om nieuwe wetgeving in te voeren die mogelijk invloed heeft op de werkzaamheden en rechten van de zoekgigant.
Deze actie heeft niet alleen in Europa, maar vooral in de Venigde Staten gezorgd voor veel rumoer. Hoe dit alles verder verloopt, moeten we nog zien. Ik houd een vinger aan de pols!
Dat was over Google en ik weet bijna zeker dat alle luisteraars het meest geïnteresseerd zijn om te weten, hoe zij hoger kunnen scoren in Google. Sites als Bing en DuckDuckGo interesseren ze niet. En hoe zit jij daarin? Kijk jij wel eens hoe jouw site scoort in Bing? Nee? Dan zou ik dat toch maar eens gaan doen!
Ik hoor je denken: “Hoezo moet ik mij verdiepen in hoe ik rank op Bing? Daar komt toch vrijwel geen enkele bezoeker vandaan?”. Dat klopt… Inderdaad… Nog wel!
Let op… Ik zeg bewust: “Nog wel!”. Want inderdaad komt meer dan 90% van al het zoekverkeer van Google. Echter, per 2015 loopt er een contract tussen Google en Apple af. Apple verdiende de afgelopen jaren namelijk zo’n slordige 1 miljard dollar aan Google, doordat het Google als standaard zoekmachine in Safari aanbood. Daardoor maakt 45% van de mobiele markt wereldwijd gebruik van Google als standaard zoekmachine vanaf alle iOS apparaten, zoals iPhones, iPads en iPods.
Maar als dat contract afloopt, kunnen zaken wel eens veranderen. Dan zou het zomaar kunnen zijn dat Apple verder gaat met Bing… Of met DuckDuckGo… Ook gaan er geruchten dan Apple zelf een zoekmachine aan het optuigen is. Wat het ook moge worden: het kan dus geen kwaad om eens te controleren, of jouw site ook goed te vinden is op Bing en DuckDuckGo.
Apple is niet de enige organisatie die banden heeft met bepaalde zoekmachines die aan veranderingen onderhevig kunnen zijn. Vorige maand nog werd bekendgemaakt dat Firefox in de Verenigde Staten niet meer standaard Google instelt als zoekmachine, maar Yahoo!
Deze instelling is operationeel sinds Firefox 34, de meest recente versie die onlangs uitkwam. Hoewel Firefox 34 nog niet wijd verbreid is, krijgt Yahoo! al driemaal meer zoekverkeer door Firefox 34, dan door versie 33.
Volgens StatCounter is het zoekaandeel van Yahoo! in slechts twee weken gestegen van 9,6% naar maar liefst 29,4%! Daarentegen is het gebruik van Google in Firefox 34 gedaald van net iets meer dan 82% naar zo’n 63,5%! Dat is een forse daling!
Nog steeds blijft Google ook in de USA oppermachtig, maar er wordt overduidelijk wel aan haar virtuele stoelpoten gezaagd…
Dus, nog even terugkomend op de mogelijke verandering van de standaard zoekmachine in Safari op mobiele apparaten van Apple… Hmmm… Gezien de penetratie van iOS-devices kan dat muisje ook nog wel eens een staartje krijgen… Ik ben heel benieuwd!
Stel nu eens dat Apple voor Safari op iOS niet meer kiest voor Google, als standaard zoekmachine… En omdat Firefox al Yahoo! gebruikt neem ik aan dat Apple daar ook niet voor zal kiezen. Dit is mede ingegeven door het feit dat Yahoo! in lang niet zoveel landen operationeel is.
Dan blijven er feitelijk nog twee zoekmachines over: Bing en DuckDuckGo. Dat is ook de reden dat ik zopas vroeg of je wel eens kijkt hoe je site op die twee zoekmachines scoort.
Hoewel DuckDuckGo sinds een tijdje wel als mogelijkheid is ingebouwd in Safari, staat die nog wel onderaan het rijtje. Ik heb geen idee of dat ook de visie van Apple op het belang weergeeft. Het kan ook een onderbewuste misleiding zijn, dat weet je nooit.
Maar stel nu eens dat Apple kiest voor Bing, in plaats van Google, als standaard zoekmachine in Safari op mobiele apparaten: waar moet je dan zoal rekening mee houden, om je site te laten scoren in Bing?
Tja, originele, unieke, relevante en interessante content spreekt natuurlijk voor zich! Ook Bing is heel goed geworden in het detecteren van webspam. Nee, wat zijn factoren die helpen bij het ranken van jouw site in Bing? Ik noem je er een aantal.
Want op dit moment is Bing Local alleen nog maar actief in de volgende landen:
Gezien de aanwezigheid van andere Europese landen, verwacht ik dat het ook niet zo lang zal duren, tot Nederland aan dit rijtje wordt toegevoegd.
Oh ja, nog een paar tips, wat je beslist niet moet doen op Bing. De meeste ken je natuurlijk al, maar ik wil het voor de volledigheid toch nog even duidelijk maken, waar Bing beslist een hekel aan heeft:
Nu ik zoveeel heb verteld over Bing en je mogelijke kansen… Heb je op basis hiervan al eens gekeken hoe jouw site scoort op Bing? Verschilt het erg met Google en DuckDuckGo? Vertel het me, onderaan de show notes van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/105. Ik ben benieuwd naar je bevindingen!
Met deze “koffiedikkijkerij” over de toekomstige standaard zoekmachine in 45% van alle mobiele apparaten in de wereld, kom ik aan het einde van deze podcast.
Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hoogte blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.
Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf daarvoor naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, net als Jerry afgelopen week deed met zijn vraag over de optimalisatie van een webshop. Wil jij ook een voicemail inspreken, klik dan op de tab aan de rechterkant van elke pagina en spreek je bericht in.
Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 105 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
De onderwerpen voor deze podcast zijn voornamelijk uitgewerkt tijdens een flexwerksessie, daarover zo meteen meer. En vorige week na het publiceren van de podcast, zag ik dat WordPress 4.0 was uitgekomen, dus daar wil ik je ook het één en ander over vertellen. Ook heb ik de oplossing, als je tegen problemen aanloopt met het autoriseren van de plugin BackWPup met je Dropbox-account. Verder heb ik antwoord op de vraag of responsive webdesign een ranking signaal is voor Google, een topic over de hersteltijd bij een Penguin algoritmische penalty en sindskort is de Google Webmaster Academy ook in het Nederlands beschikbaar. Dan behandel ik nog de voor- en nadelen van endless scrolling pagina’s en ik sluit de podcast van vandaag af met een topic over contentmarketing met spreuken en een aankondiging voor de uitzending van volgende week.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Ik ben Eduard de Boer, ReputatieCoach. Dit is dé podcast die jou helpt om meer business te genereren, doordat jouw website beter gevonden wordt, zowel lokaal als landelijk en doordat ik je uitleg hoe je je online reputatie kunt verbeteren. Dit alles kan je helpen om je bedrijf en jezelf beter op de online kaart te plaatsen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als chef werkplaats, databaseontwerper, softwaretester, elektromonteur, beleidsaviseur, ijzervlechter of wat dan ook te verbeteren.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/93. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes en op Stitcher. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
Laat ik beginnen te zeggen dat ik een fantastisch mooi kantoor aan huis heb (of beter gezegd: boven de garage), waar ik ook graag werk. Een trend die al een aantal jaren gaande is, is “Het Nieuwe Werken” en het leek mij leuk om daar ook eens ervaring mee op te doen. Dus heb ik de plaatselijke vestiging van Regus in Apeldoorn benaderd, met de vraag of ik het eens uit mocht proberen.
Toegegeven, het is niet bijzonder flexwerken, want de Regus kantoorruimte is hemelsbreed slechts zo’n anderhalve kilometer van mijn huis. Maar als ik officieel klant zou worden van Regus, dan kan ik ofwel in Apeldoorn, in heel Nederland of in de hele wereld onbeperkt werken in de business lounges en gebruik maken van alle faciliteiten op de desbetreffende locatie.
Nadat ik onze dochter naar school had gebracht reed ik door naar mijn tijdelijke “kantoor”. Daar werd ik vriendelijk welkom geheten door de dame aan de receptie die mij op weg hielp met het verbinden met het WiFi van de locatie. Even later kwam ze vragen of alles naar wens was. Inmiddels was ik al online aan het werk op mijn Chromebook, dus het was prima. Ook kwam de general manager nog even vragen of hij nog iets kon betekenen. Het valt me op dat de medewerkers ontzettend dienstgericht zijn en behulpzaam. Ze doen er alles aan om je verblijf zo aangenaam mogelijk te maken.
Het enige kleine minpuntje vond ik wel dat je in de Business Lounge, waarvan ik overigens een foto heb opgenomen in de show notes, de mensen aan de receptie de telefoon hoort opnemen en hoort spreken. Maar met de oordopjes van de iPhone in, afgestemd op een Internetradiozender met relaxte muziek, was dat kleine ongemak snel verholpen en vloog de content uit mijn vingers.
Vaak krijg ik buikkrampen van de koffie uit van die Douwe Egberts kantoorkoffieapparaten. En ik hou nu eenmaal van koffie, dus dat is jammer. Vaak beperk ik me dan noodgedwongen tot water of thee. Maar de koffie die uit het apparaat in de pantry bij Regus komt smaakt heerlijk en geeft mij geen buikkrampen.
In de Business Lounge was ik aan het werk in een zogenaamde Thinkpod. Dat is een kleine ovale werkplek van zo’n één vierkante meter, die is voorzien van drie stopcontacten, een lampje en een werkblad, waar je prima je laptop of zoals in mijn geval een Chromebook, een notitieblok, en je mobiele telefoon kwijt kunt. Heb je meer ruimte nodig voor je werk, dan moet je upgraden naar een kantoor.
Ik denk echter dat die Thinkpods voor veel flexwerkers prima volstaan. De bureaustoel zit prima en voor mij is de werkhoogte van het bureau ook prima. De diepte van het bureau stelt me in staat om mijn ellebogen te laten rusten, hetgeen de schouders ontlast.
Regus is overigens een bedrijf dat hard werkt aan haar reputatie. Overal in het pand zie je kaartjes staan en posters hangen met daarop de tekst:
We horen graag van u
Uw mening telt
Ga naar regus.com/feedback
In de show notes heb ik een foto opgenomen van zo’n kaartje:
Als je naar die URL gaat, dan krijg je het scherm te zien, dat ik ook in de show notes heb opgenomen. Daar heb je de keuze uit vier mogelijkheden:
Het proces dat je dan in gaat, vind ik nogal omslachtig. Na een aantal muiskliks zat ik nog maar op 16% voor het geven van positieve feedback. Ik snap best dat een bedrijf je graag het hemd van het lijf vraagt, maar volgens mij zal een groot aantal mensen snel afhaken. Immers, de meeste mensen zijn bij reviews gewend om gewoon een stukje tekst te schrijven.
Nadeel daarvan voor de onderneming is dan weer, dat het soms moeilijk kan zijn toe te kennen aan bepaalde elementen in je organisatie. Dus dat verklaart weer het omslachtige reviewproces van Regus.
Anyway, dat is slechts mijn mening en mogelijk heb ik het helemaal fout en ontvangt Regus ontzettend veel feedback via hun feedbackpagina.
Wat hoedanook een nadeel is van dit proces, is dat het bedrijf op die manier niet echt snel reviews zal verzamelen op externe sites, zoals Yelp, Google+ of MeetingRoomReview. Want zowel op Yelp als op Google+ heeft Regus Apeldoorn nog geen reviews en op MeetingRoomReview slechts twee.
Al lange tijd zaten we op WordPress versie 3.9, maar vorige week is WordPress 4.0 uitgekomen met codenaam “Benny”. Een major versie upgrade, dus dat suggereert ook een major upgrade in functionaliteit. Laat ik eens langsgaan wat de belangrijkste vernieuwingen zijn.
Versie 4.0 met de naam “Benny” is vernoemd naar Benny Goodman, de bekende jazz klarinettist en bandleider. Maar is het een major upgrade?
Volgens de programmeurs achter dit enorm populaire CMS is het slechts een nummer volgend op 3.9 en dat komt voor 4.1. Wat springt meteen in het oog, qua aanpassingen en vernieuwingen?
Allereerst: de WYSIWYG editor is verbeterd, dus als je bijvoorbeeld de URL van een video in een blogpost plakt, dan wordt de video ook daadwerkelijk weergegeven, in plaats van dat je alleen een rechthoekig kader ziet. Het zoeken naar en vooral het vinden van plugins is enorm verbeterd. Je kunt nu snel meer lezen over plugins en zo in minder tijd de gewenste plugin vinden en installeren.
De mediabibliotheek is vernieuwd en stelt je in staat om nog gemakkelijker je bestanden te beheren. Ook werkt slepen en kopiëren nog beter. Als je doorklikt naar een mediabestand, krijg je de vernieuwde metadata-editor te zien, waarin je alle gegevens van het bestand snel en eenvoudig kunt aanpassen. Audio- en videobestanden kunnen nu ook in de metadata-editor worden afgespeeld.
Doel van deze versie was het verbeteren van de samenhang tussen het creëren, beheren en publiceren van content.
In de show notes heb ik een video opgenomen van het WordPress-team, waarin dit allemaal nog eens wordt toegelicht:
De upgrade verliep snel en probleemloos, zoals tot nu toe altijd de laatste paar jaren. Maar ik ben een voorstander van de Engelse uitspraak: “Better safe, than sorry”.
Even doorgaand over de plugin BackWPup. Ik heb die al vaker genoemd in de podcast en afgelopen week was ik bezig met het opzetten van een nieuwe WordPress site, waar ik natuurlijk ook de plugin installeerde. Voor die site had ik ook een apart Dropbox account aangemaakt, om zo daar de backups te kunnen opslaan in de cloud.
Ik liep echter tegen het probleem aan dat ik de plugin niet geautoriseerd kreeg in het desbetreffende Dropbox-account. Daar was ik nog nooit eerder tegenaan gelopen, dus ik richtte mij tot mijn grote steun en toeverlaat in dit soort situaties: Google.
Na enig zoeken vond ik een verwijzing naar een probleem in de samenhang tussen BackWPup en de plugin “W3 Total Cache”. Deze laatste is één van mijn favoriete plugins voor het verder verbeteren van de performance van WordPress sites. De oplossing bleek te liggen in het tijdelijk uitschakelen (deactiveren) van “W3 Total Cache”, terwijl BackWPup autoriseert bij Dropbox. Als dat eenmaal gelukt is, kun je W3 Total Cache weer activeren en werkt alles naar behoren.
Ik krijg nogal eens de vraag hoe belangrijk het is om een website responsive te maken, waardoor die dus zowel werkt op desktops, als op tablets en smartphones. En daaraan gerelateerd is dan ook vaak de vraag of het hebben van een responsive site in je voordeel werkt bij het scoren in de zoekresultaten. Met andere woorden: is een responsive webdesign een ranking signaal voor Google?
Deze vraag werd onlangs ook in een Google Webmaster Hangout sessie aan John Mueller van Google gevraagd. Hij vertelde dat Google responsive design niet gebruikt als een ranking signaal.
Dus zowel responsive websites, als dedicated mobiele sites kunnen beide goed scoren in de zoekresultaten.
De reden dat Google responsive webdesign adviseert, is dat er bij die oplossing technisch vaak minder problemen optreden.
Op zich is het ook logisch dat Google zich niet uitspreekt over de implementatiewijze, waarop je content aan mobiele gebruikers wilt bieden. Google wil alleen dat je een maximale gebruikerservaring biedt aan je bezoekers.
Ik had het zojuist over rankings in de zoekresultaten. In de Google Webmaster Help discussiegroepen las ik de vraag of Google ooit een officieel statement heeft gedaan of je alleen na een Penguin update terug kunt keren in de zoekresultaten, als je voorheen je rankings bent kwijtgeraakt als gevolg van een Penguin algoritmewijziging.
Ook hier geeft John Mueller weer antwoord. Hij zegt feitelijk vier zaken:
Mocht het je trouwens verbazen dat op dit moment alleen John Mueller vaak aangehaald wordt en niet meer Matt Cutts, dan kan ik je zeggen dat Matt Cutts al enige tijd geniet van een lange vakantie. Hij heeft dit een paar maanden geleden bekendgemaakt. Heel soms zie je een berichtje van Matt op Twitter of in Google+, maar het lijkt erop dat hij zijn woorden nakomt en meer tijd spendeert aan zijn privéleven.
In podcast 84 vertelde ik je over de YouTube Academy, maar wist je eigenlijk dat Google ook al ruim twee jaar de Webmaster Academy heeft? Voorheen was die alleen in het Engels beschikbaar, maar sinds een paar dagen is die in maar liefst 22 talen te raadplegen.
De Webmaster Academy is nu dus ook ook in het Nederlands beschikbaar. Mocht je denken dat je alles al weet, probeer dan eens de quiz aan het einde van elke module te maken en zie hoe je scoort. Toch kan het doorlopen van de academy waarschijnlijk geen kwaad, zeker niet als je nog niet zo lang bezig bent met je website en/of contentmarketing.
De cursus bestaat uit de volgende drie modules:
Ik heb de drie quizzen snel even gedaan en gelukkig wist ik de juiste antwoorden. Anders moest ik me toch echt zorgen gaan maken.
Je ziet ze steeds vaker… Je weet wel: pagina’s als Google afbeeldingen, Twitter, Pinterest en andere… Van die pagina’s die je maar kunt blijven doorscrollen.
Vanuit gebruikersperspectief en zeker als je op een mobiele telefoon surft, lijkt dit een goede en voor de hand liggende manier om je content te presenteren. Maar wat zijn nu nog meer voordelen en kleven er ook nadelen aan? En is het iets voor jou om te implementeren op je site? Laat ik hier eens iets dieper in duiken…
Voordelen
Allereerst een paar voordelen:
Nadelen
Laten we dan eens zien welke nadelen er potentieel aan kleven. Want als er alleen voordelen aan endless scrolling zouden zitten, zou elke site dit toch moeten implementeren? Toch? Want wie wil nu niet de aandacht langer vasthouden? Volgens mij is dat het doel van elke webmaster of content marketeer. OK, hier komen dan een paar nadelen:
Heb jij al eens overwogen om je site te presenteren als één lange pagina? Of heb je dit mogelijk al geïmplementeerd? Het lijkt mij interessant en leerzaam eens te zien hoe jij dit hebt gerealiseerd. Dus laat het me weten en laat een berichtje achter op www.reputatiecoaching.nl/93.
Je ziet vaak dat bedrijven en marketeers in het kader van contentmarketing online spreuken publiceren. Dat komt omdat spreuken, citaten, uitspraken of hoe je ze maar wilt noemen, een veelgezocht onderwerp is. Als je dus veel van dit soort aforismen of gezegden publiceert, vergroot je de kans dat mensen daarop naar je site komen. En als ze eenmaal op je site zijn en het spreekt ze aan wat ze daar aantreffen, dan gaan ze hoogstwaarschijnlijk wel verder kijken op je site.
Zo helpen spreuken niet alleen maar met het trekken van verkeer naar je site vanuit de zoekmachines, maar helpt het ook voor:
Ik heb samen met Arend Landman al enigszins geëxperimenteerd met spreuken. Hij heeft als gastblogger vier weken lang spreuken gepubliceerd op www.reputatiecoaching.nl, en ik moet zeggen dat die spreuken nog steeds aardig wat verkeer trekken, evenals de spreuken die ik zelf heb gepubliceerd.
En al die spreuken zijn niet verspreid op mooie foto’s die echt tot de verbeelding moeten spreken. Mijn eigen spreuken had ik gewoon op virtuele tegeltjes geplaatst. Dat kan nog een stuk beter!
Binnenkort start ik dan ook met een bedrijf dat ik coach met het verspreiden van spreuken over voor hen relevante onderwerpen, waarbij we op de achtergrond mooie foto’s gaan gebruiken. Hiervoor komen mijn kwaliteiten als fotograaf goed van pas, want ik ben de afgelopen tijd druk met het maken van tientallen foto’s, die we dan kunnen gebruiken. Ook heeft het bedrijf zelf nog veel foto’s. Al dat materiaal is tenslotte rechtenvrij en ook nog eens uniek.
Zo zijn we mogelijk in staat om een jaar lang elke week een mooie spreuk te publiceren. Nu is het alleen nog de kunst om een groot aantal goede en mooie uitspraken, spreuken, gezegden, citaten en aforismen te vinden die relevant zijn. En omdat het bedrijf zaken doet door heel Europa, gaan we ook nog eens de afbeeldingen met spreuken in twee talen verspreiden.
Op dit moment kan ik er niet veel meer over vertellen, maar ik zal je zeker berichten, als we er een tijdje live mee zijn. En als je alvast een idee wilt hebben, wat het onderwerp is… Zoek me dan op op Instagram en ga me volgen. Want op Instagram test ik welke foto’s mensen mooi vinden, om zo de keuze te maken, welke we gaan gebruiken voor deze campagne… Mijn handle op Instagram is: EduarddeBoer (aan elkaar).
Morgen heb ik een interview met Brenda Kok, een dame die zich heeft gespecialiseerd in het maken van video’s, Google Hangouts on Air en hier geld mee te verdienen. Dat interview komt volgende week in de podcast, dus abonneer je op de podcast in iTunes of Stitcher. Dan krijg je automatisch altijd de meest recente versie gedownload op je computer of smartphone.
En met deze aankondiging kom ik dan weer aan het einde van de podcast van deze week. Nog zeven afleveringen te gaan en dan bereik ik het voor mij ooit onmogelijk geachte aantal van honderd podcasts.
Ik dacht altijd dat dat alleen voor de grote Amerikaanse jongens en meisjes was weggelegd, maar mede dankzij jouw steun en feedback ben ik zover gekomen en kan ik elke week weer voldoende materiaal verzamelen om zo’n twintig minuten over te vertellen.
Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hoogte blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.
Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf daarvoor naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 93 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt: