Abonneer via: Google Podcasts | RSS
WordPress 3.9 komt als het goed is overmorgen uit en vanaf vandaag heb je als bedrijf niet meer de mogelijkheid om op LinkedIn je eigen Producten- en Dienstenpagina’s te maken. Facebook schrapt de messaging mogelijkheid uit de Facebook app en volgens Forrester moeten marketeers nu toch echt op Google+. Over Google gesproken: zij heeft schema.org afgelopen week uitgebreid voor diverse telefoonnummers. Oh, wil je overigens nog 10 TB aan GRATIS opslagcapaciteit in de cloud? Blijf luisteren, dan vertel ik je straks hoe je dat kunt krijgen! Vandaag krijg je ook nog eens een on-page SEO checklist en een WordPress Plugin tip!
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als balletdanser, autospuiter, magazijnbediende, reisleider, verwarmingsmonteur of wat dan ook te verbeteren.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/72. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes en op Stitcher. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Voordat ik terugblik naar de podcast van vorige week, eerst een update… Zoals je waarschijnlijk hebt gezien is er gisteren geen blogpost verschenen van Arend Landman met spreuken, oneliners, quotes en aforismen. Dat komt, doordat die serie tijdelijk is gestopt. Arend heeft vier weken achtereen op zondag mooie puntige uitspraken gepubliceerd. Bedankt Arend, zowel namens de luisteraars als namens mijzelf!
Eens even nadenken… Als ik moet kiezen welk topic van vorige week ik nog even extra wil benadrukken of bestempelen als leermoment, dan is het wel het gebruik van de plugin “P3 Profiler” voor WordPress. Deze plugin geeft je inzicht in de performance van alle plugins die je in je WordPress website gebruikt.
Aan de hand van grafieken wordt snel inzichtelijk gemaakt welke plugin of plugins de meeste tijd kosten. Als je dit weet, kun je gaan werken aan de laadsnelheid van de pagina’s, om zo de tijd die nodig is totdat de pagina is geladen, verder omlaag te brengen.
Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…
Overmorgen, op 16 april komt WordPress 3.9 uit. En die nieuwe versie belooft weer een groot aantal veranderingen en verbeteringen! Als wat ik erover heb gelezen klopt, kun je het volgende verwachten:
Per vandaag schrapt LinkedIn de “Producten en Service”-pagina’s van alle bedrijfsvermeldingen op de site. Dit heeft het bedrijf een maand geleden al aangekondigd. LinkedIn meldt dat je twee alternatieven hebt, om informatie over je producten en diensten te delen:
Heb je eigenlijk al wel een bedrijfspagina voor je bedrijf op LinkedIn? Ongeveer een half jaar geleden vertelde ik in podcast 47 al over hoe je LinkedIn kunt gebruiken op conferenties en congressen en toen vroeg ik je ook al of je met je bedrijf al vermeld stond op LinkedIn. Ik zou je bedrijf toch maar eens gaan aanmelden, als je dat nog steeds niet hebt gedaan.
Zelfs al heb je een groentezaak of ben je banketbakker, dan nog heeft het maken van een bedrijfspagina op LinkedIn ook voor jou zin! Reden is, dat je ook op je bedrijfspagina weer… raad eens… Een citation ofwel bedrijfsvermelding kunt plaatsen, die je helpt om hogerop te komen in de lokale zoekresultaten!
Dus al zou je de pagina verder nergens voor gebruiken, dan nog raad ik je ten zeerste aan om je bedrijf ook op LinkedIn te vermelden. Want volgens de Moz Open Site Explorer heeft LinkedIn een zogenaamde “Domain Authority” van 99 op een schaal van 100!
Let wel dat je niet zomaar een bedrijfspagina voor elk bedrijf kunt aanmaken. Je moet een geldig profiel hebben, met enkele connecties. Bovendien moet je in je profiel een mailadres hebben staan van hetzelfde domein, als het bedrijf waarvoor je de bedrijfspagina wilt maken. Een pagina aanmaken met alleen een @gmail.com, @hotmail.com of @outlook.com adres gaat dus niet werken. Daarnaast moet je in je profiel hebben staan dat je op dit moment voor het bedrijf werkt.
En er wordt meer geschrapt… TechCrunch maakte afgelopen week melding van een nogal grote verandering van Facebook: het bedrijf haalt binnenkort de mogelijkheid om berichten te sturen uit alle Facebook apps. Messaging is dan dus niet meer mogelijk in de apps voor iOS en Android.
In plaats daarvan kun je binnenkort alleen nog maar berichten sturen en lezen vanuit de Facebook Messenger app. Het sturen en lezen van berichten in de browser blijft natuurlijk wel mogelijk! Zou dit dan toch een voorbode zijn voor een toekomst waarin Messenger geïntegreerd gaat worden met WhatsApp? We zullen het zien…
“Tegenwoordig kunnen bedrijven amper meer om Google+ heen”, zegt Nate Elliot van Forrester Research, “Sterker nog: bedrijven moeten wel iets gaan doen met Google+!”.
Want hoewel vaak wordt geroepen dat Google+ een “lege spookstad” is, wordt het maandelijks meer gebruikt dan Twitter, Instagram en Pinterest bij elkaar! En uit een enquête onder 60.000 Internettende Amerikanen zei 22% maandelijks Google+ te bezoeken. Evenveel zeggen Twitter te gebruiken.
Google+ is echter niet de “Facebook killer” gebleken, wat velen ooit dachten. Toch zie je dat merken op Google+ vrijwel net zoveel interactie krijgen op hun berichten, als op Facebook. De onderzochte topbedrijven hadden op Google+ zo’n 90% van het aantal volgers, dat ze op Twitter hadden. Grappig genoeg was dat meer dan de volgers op YouTube, Pinterest en Instagram bij elkaar geteld.
Ik begin het nu ook in mijn omgeving meer te zien, dat mensen ook Google+ gaan omarmen. Zo had ik afgelopen vrijdag nog een gesprek met een recruiter die actief is geworden op Google+, nadat hij door een link naar mijn Google+ profiel onderaan een e-mail, weer eens op Google+ werd geattendeerd. Hij vertelde mij, dat hij voor zijn werk nu ook op Google+ de sociale interactie aan zal gaan.
Tjonge, waar Google je op dit moment standaard 25 Gigabyte aan opslagruimte in de cloud geeft, kun je elders maar liefst 10 Terabyte krijgen! 10 Terabyte! Dat is een enorme hoeveelheid ruimte, zelfs groter dan de grootste harde schrijf die je op dit moment kunt kopen!
Er is echter één maar… Je moet het niet erg vinden, dat je data in China komt te staan…
Grappig: volgens mij is dit een openlijke uitnodiging van de Chinezen om hen te laten grasduinen door jouw data! Waar de NSA in de VS het allemaal nog stiekem doet, zeggen de Chinezen gewoon: “Zet al je data maar bij ons neer en wij zullen er goed op passen!”.
Ik zou er dus bijvoorbeeld geen persoonlijke of gevoelige data plaatsen. Maar het is wel een ideale plek om bijvoorbeeld al je video’s, foto’s of muziekbestanden te plaatsen.
Helaas heb ik er nog niet mee kunnen experimenteren. Ik probeerde de instructies op te volgen en me aan te melden op de site. Hoewel ik toch elke keer zeker was dat ik de juiste captcha intypte, meldde de site mij keer op keer dat ik een verkeerde captcha had ingevuld. Dus heb ik het even opgegeven.
Mocht jij het willen proberen en je Chinese 10 Terabyte cloudspace te claimen, dan kun je de link naar het artikel op CloudDock volgen, die ik in de show notes op www.reputatiecoaching.nl/72 heb vermeld.
Ik heb je al vaker verteld over schema.org. Hiermee is het mogelijk om aan de zoekmachines aan te geven wat voor soort data je op een webpagina vertoont: zo is er bijvoorbeeld aparte schema.org markup voor evenementen, recepten, producten, boeken, menu’s, enzovoorts.
Daarnaast is er ook een markup voor bedrijven. Om je een idee te geven, hoe dit er dan uitziet, heb ik in de transcriptie van de podcast de markup beschreven, zoals ik die op de website van Allround Fotografie heb staan:
<span itemscope="" itemtype="schema.org/LocalBusiness">
<a href="https://plus.google.com/+AllroundFotografie" rel="publisher"><span itemprop="name">Allround Fotografie</span></a></span>
<span itemprop=”address” itemscope=”” itemtype=”http://schema.org/PostalAddress”><span itemprop=”streetAddress”>Ketelboetershoek 14</span>
<span itemprop=”postalCode”>7328 JE</span> <span itemprop=”addressLocality”>Apeldoorn</span> (<span itemprop=”addressRegion”>Gelderland</span>)</span>
<span itemprop=”telephone”>
<h3><a title=”telefoonnummer” href=”tel:+31877841336″>087–7841336</a></h3></span>
Zoals je daar ziet moet je er nogal wat extra markup omheen plaatsen. Nu heb ik nog wel een tweetal additionele dingen gedaan. Ten eerste heb ik de bedrijfsnaam gelinkt naar de Google+ pagina en ten tweede heb ik het telefoonnummer clickable gemaakt. Wellicht kende je deze truc nog niet… Specificeer het telefoonnummer op je site als “tel:+31” en je nummer (zonder de 0), dan is het opeens clickable op smartphones, tablets enzovoorts. En als het goed is, wordt dan automatisch gevraagd of het telefoonnummer moet worden gebeld.
Maar goed, Google heeft inmiddels een kleine uitbreiding aangebracht, om bedrijven in staat te stellen onderscheid te maken tussen telefoonnummers van verschillende bedrijfsonderelen, te weten:
Voor elk soort telefoonnummer kun je ook nog eens aangeven, of het gratis is, geschikt voor doven en of het nummer wereldwijd aankiesbaar is, of slechts in bepaalde landen.
Als je zelf aan de slag wilt met schema.org, dan kun je op de gelijknamige website alle details lezen, of in de Webmaster Support hoek van Google een aantal schema.org voorbeelden bekijken. De links vind je in de show notes van deze podcast.
Vorige week had ik het ook al over lokale landingpagina’s, maar nu heeft Google recent ook een stuk nuttige content gepubliceerd over het maken van locatiepagina’s voor lokale bedrijven en organisaties.
Als ik het over SEO (ofwel: “Search Engine Optimisation”) heb, heb ik het vrijwel altijd over lokale SEO. Dat is wat je moet doen, om hoger te scoren in de lokale zoekresultaten op Google, je weet wel: die posities “A” tot en met “G” als je naar een product, dienst of specialist in de buurt zoekt.
Dan ga ik er al stilzwijgend van uit dat je je site al goed op orde hebt en dat je er alles aan hebt gedaan om jouw site goed naar voren te laten komen. Maar wat nu, als je geen idee hebt, wat bijdraagt om je site goed te laten scoren? Waar moet je dan beginnen en wat moet je wèl doen en wat juist níet?
Ik zal je aan de hand meenemen langs de belangrijkste zaken en je krijgt van mij een checklist die je op je gemak ook nog eens kunt nalezen op www.reputatiecoaching.nl/72:
Zojuist had ik het over het optimaliseren van afbeeldingen. Daar wil ik nog even verder op in gaan, en dan voornamelijk op een heel nuttige plugin, genaamd “WP Smush.it”. In podcast 24 heb ik ooit in één zin deze plugin een keertje genoemd. Maar evenals P3 Profiler is dit ook zo’n plugin die ik je echt kan aanraden!
Waarom? Nou, natuurlijk kun je zelf in je favoriete foto-editor proberen de bestandsgroote van al je afbeeldingen zo ver mogelijk te verkleinen. Maar dat is erg tijdrovend. Een alternatief is om elke afbeelding te uploaden naar www.smushit.com. Dat is een website van Yahoo! die je afbeeldingen zonder kwaliteitsverlies zo ver mogelijk in grootte reduceert. Ook dat kost je veel tijd!
Als je de plugin “WP Smush.it” installeert en activeert in je WordPress blog, dan hoef je je nergens om te bekommeren, want dan wordt dit automatisch voor je gedaan! De plugin stuurt elke afbeelding die je uploadt naar www.smushit.com en bewaart de geoptimaliseerde versie voor je, zonder dat dit een negatief effect heeft op de kwaliteit van je image. Ook reeds geüploade afbeeldingen kun je alsnog door smush.it laten verkleinen.
Let op! www.smushit.com verwijdert ook eventuele metadata van je foto’s!! Dus als het jouw doel is om in de toekomst je foto’s wellicht beter vindbaar te maken door elke foto vóór het uploaden te voorzien van metadata, dan moet je deze plugin niet gebruiken! In elk geval niet automatisch in de achtergrond!
Een korte bonustip die voor elke website en voor elk CMS geldt. Ik zie maar al te vaak dat mensen veel te grote afbeeldingen uploaden en die dan verkleind laten weergeven in de browser. De browser moet dan dus eerst de onnodig grote afbeelding downloaden, waarna de afbeelding dan ook nog eens kleiner moet worden weergegeven. Zowel het downloaden van al die overtollige bytes, als het verkleind weergeven van de foto kost onnodig tijd… Tijd die een gebruiker dus niet zou hoeven te wachten, als je het goed zou hebben gedaan.
Upload foto’s in precies de juiste afmetingen voor je artikel of pagina, nadat je ze ook nog eens zo ver mogelijk verkleind hebt, qua bestandsgrootte. Ook dit resulteert in een betere gebruikerservaring en wellicht in betere rankings. In elk geval zal de laadsnelheid van je pagina toenemen, of beter gezegd: de laadtijd van de pagina zal afnemen.
Met deze on-page SEO checklist en de twee tips voor het optimaliseren van je afbeeldingen kom ik dan weer aan het einde van deze podcast.
Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf dan naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en geef ook je reactie. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 72 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
We zitten alweer iets meer dan een week op de zomertijd en meteen merk je dat de avonden langer worden… Gecombineerd met het mooie weer geeft dat direct zo’n zomergevoel. Maar bij mij ging er iets fout in WordPress met de ingang van de zomertijd. Wat er fout ging, vertel ik je zometeen. Een tijdje geleden had ik een probleem met de performance van een WordPress blog. Om dat te tacklen heb ik een hele nuttige plugin gevonden, die ik graag met je wil delen.
Op Google+ kun je nu het aantal views zien en op Google Maps kun je nu weer in de buurt zoeken. Bovendien kun je nu Tweeps taggen in foto’s op Twitter. Verder komen vandaag ook nog allerlei tips voor je zakelijke Google+ pagina aan bod, vertel ik je wat je zoal op lokale landingpagina’s moet zetten en ik heb twee video’s van Matt Cutts (waarvan eentje van 1 april).
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als cameraman, filiaalmanager, audicien, glasblazer, bloembinder, orthopedisch chirurg of wat dan ook te verbeteren.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/71. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes en op Stitcher. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Oh, voordat ik begin met de topics van vandaag. Ik las van de week een aardig artikel over hoe Internetters voornamelijk naar muziek luisteren. Ik dacht altijd dat dat vanaf diensten als Spotify, Pandora, iHeartRadio, iTunes of andere streaming services was. Maar ik had dat fout. Het artikel dat ik las ging echter wel over de Amerikaanse markt. Het blijkt dat in de Verenigde Staten veruit de meeste mensen voornamelijk muziek beluisteren… via… jawel: YouTube!
Ook op het gebied van muziek luisteren steekt YouTube met kop en schouders boven de rest uit. In de show notes heb ik een staafgrafiek opgenomen, waarin je kunt zien hoe het Amerikaanse publiek naar muziek luistert:
Uit de grafiek kun je ook afleiden dat 83% van het Amerikaanse publiek tussen de 12 en 24 jaar muziek luistert via YouTube, gevold door Pandora en de radio. Facebook komt grappig genoeg op de 5e plaats: dat had ik niet verwacht. Ik heb zelf in elk geval nog nooit muziek zitten luisteren op Facebook, maar dat zegt wellicht meer over mij, dan over muziek op Facebook…
Dan ga ik nu wel door met de onderwerpen van vandaag…
Alle jaren dat ik WordPress gebruik heb ik me er eigenlijk nooit zo in verdiept: de tijdinstelling. Ik dacht altijd: “We zitten 1 tijdzone rechts van Greenwich, dus moet ik UTC+1 instellen…”. Maar elk jaar ging dit bij de overgang van winter- naar zomertijd en andersom dus fout en dus zat ik elke keer te goochelen met de tijdzone UTC+1 en UTC+2.
Tja, ik weet dat dat niet de bedoeling is, maar zoals ik al zei: ik had het gewoon niet in de gaten dat het ook anders kon… en eigenlijk anders moest.
Afgelopen week ging het dus ook weer fout. Ik constateerde dat de podcast van vorige week inderdaad een uur later dan anders online kwam, namelijk om halftien in plaats van om halfnegen. Op zich was dat geen halszaak, maar ik vind halfnegen nu eenmaal een mooiere tijd, dan halftien. Bovendien heb ik me gecommit om de podcast altijd om halfnegen te publiceren en dus wil ik me daar aan houden.
Bij nadere controle zag ik wel dat de tijd van de server juist was, want ik dacht eerst dat het daar fout was gegaan. Dus dook ik weer in de tijdinstellingen van WordPress en bladerde iets verder dan de UTC–12 tot en met de UTC+14 mogelijkheden.
En opeens zag ik Europa » Amsterdam staan. Na die keuze te hebben aangeklikt, de wijzigingen te hebben opgeslagen, stond de tijd voor WordPress meteen goed! In de show notes, die je overigens kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/71, zie je een screenshot hoe dit eruit ziet. Je komt daar door in WordPress te surfen naar Instellingen » Algemeen.
Grappig genoeg heb ik in het verleden een aantal WordPress sites ooit wel op Amsterdam gezet, maar bij nadere controle vond ik een zestal sites die altijd verkeerd hebben gestaan. Die heb ik dan ook maar meteen goed gezet.
Ach, een mens is nooit te oud om te leren… En nu hoef ik me tenminste in het laatste weekend van oktober ook geen zorgen te maken over de instelling van de tijd: dat gaat dan ook automatisch weer goed. Nou, dat scheelt me weer wat werk!
Een aantal weken geleden had ik de idee dat één van mijn WordPress sites om welke reden dan ook langzamer leek te werken. De site voelde niet zo “snappy”, als dat die voorheen werkte. Dus ging ik op zoek naar de oorzaak.
De andere WordPress sites leken niet langzamer, dus het kon op zich niet aan de server liggen. Bovendien was de server gemiddeld slechts voor zo’n 5–10% belast.
De WordPress-installatie was up-to-date en gebruikte ook het Genesis framework, dus had ik het vermoeden dat ik de oorzaak in een plugin moest zoeken. Na wat rondzoeken op Internet kwam ik terecht bij de WordPress plugin: “P3 Profiler”. De link hier naartoe vind je in de show notes van deze podcast, op: www.reputatiecoaching.nl/71.
Ik had op die site ooit de plugin “JetPack” geïnstalleerd, omdat ik graag een paar functies wilde hebben die je standaard op WordPress.com krijgt. Het bleek dat JetPack verantwoordelijk was voor meer dan 60% van de totale laadtijd van alle plugins. Na het uitschakelen van JetPack laadden de pagina’s opeens weer supersnel. Na enig zoeken bleek dat de website ook prima zonder de functies van JetPack kon.
Maar terugkomend op de plugin “P3 Profiler”… Als jij een WordPress blog hebt, adviseer ik je eens het volgende te doen:
Als dat het geval is en je ziet dat je site een stuk sneller laadt als je bepaalde plugins uitschakelt, ga dan eens op zoek naar een alternatief, die wellicht wel sneller werkt. Maar blijf elke keer testen om te proberen de laadtijd van de voorpagina van je site onder de één seconde te houden en de laadtijd van andere pagina’s toch ergens tussen de twee à drie seconden. Vergeet niet, dat Internetters tegenwoordig steeds minder lang willen wachten op de content. Dus als jouw pagina’s langzaam laden, dan is de kans groot dat mensen al op de “Back”-knop klikken, voordat je pagina is geladen.
In de show notes heb ik een paar grafieken opgenomen van de analyse van de plugins die ik op www.reputatiecoaching.nl gebruik. Daaruit blijkt dat de meest tijdrovende plugin voor mijn site de “WordPress SEO”-plugin van Joost de Valk is.
Heb jij het idee hebben dat jouw site niet snel genoeg is, of dat het laden sneller kan? Probeer dan eens wat ik je hiervoor heb verteld. En als je er niet uitkomt, neem dan gerust contact met me op, of laat een bericht achter onderaan de show notes, op: www.reputatiecoaching.nl/71
Tot zover over WordPress…
Google+ heeft omstreeks 1 april (en dat was geen grap!) een nieuwtje geïntroduceerd. Op de Google+ pagina’s voor individuen, bedrijven, brands en communities zie je nu het aantal keren dat de pagina is bekeken. Het vertoonde getal is niet geheel real-time: ik heb namelijk even geprobeerd een pagina vanaf diverse plaatsen in Nederland te laden en het aantal bleef gelijk.
Nu is de vraag of je hier blij mee bent… Als jouw pagina niet zo populair is, dan is het aantal laag en voor je gevoel geeft dit een negatief beeld aan de bezoekers. Ik denk dat je je daar geen zorgen om hoeft te maken… Blijf gewoon goede content produceren en blijf je content promoten via alle kanalen die tot je beschikking staan. Het aantal weergaven zal heus toenemen!
Ik kan je vertellen dat de profielpagina van ReputatieCoaching op dit moment pas iets meer dan 15.000 keer is bekeken. Mijn persoonlijke pagina zit op iets meer dan 228.000 weergaven, en de Google+ pagina van Allround Fotografie op een goede 138.000 weergaven.
En niet alleen Google+ heeft een nieuwtje… Ook de nieuwe (of beter gezegd: de huidige) versie van Google Maps heeft een feature, die bij de overgang van de klassieke Google Maps naar de huidige versie was verdwenen:
En dan heb ik het over de “In de buurt” zoekfunctie. Hiermee kun je in een aantal gevallen soortgelijke bedrijven als je al zocht, in de buurt zoeken.
Stel je hebt voor je bedrijf meerdere vestigingen of locaties. Dan heb je als het goed is voor elke locatie een zakelijke Google+ pagina, waar je content op hebt staan. Op z’n minst hoor je je bedrijfsprofiel netjes voor 100% gevuld te hebben. Daar horen dus bijvoorbeeld ook foto’s, de openingstijden en de bedrijfsomschrijving bij.
Wat essentieel is voor de verschillende zakelijke Google+ pagina’s, is dat ze elk naar een eigen lokale landing page op je site verwijzen. Dus, stel je hebt drie locaties: eentje in Amsterdam, eentje in Rotterdam en één in Maastricht. Voor elke locatie maak je dan dus een zakelijke Google+ pagina aan, als die niet al bestaan. Je claimt en verifieert de pagina’s en laat elke Google+ pagina naar een eigen lokale landing pagina wijzen, dus bijvoorbeeld:
Het spreek voor zich dat de gegevens op de lokale landing pagina’s op je website www.mijnbedrijf.nl exact overeen moeten komen, met die op de zakelijke Google+ pagina. Maar wat kun je of beter gezegd: “moet je” er dan nog meer op zetten om de pagina’s uniek te maken, en ze voor Google duidelijk te markeren als lokale landing pagina’s??
In de show notes heb ik een afbeelding opgenomen, waarin je kunt zien wat bedrijven zoal op hun lokale landingpagina’s zetten en welk percentage van de bedrijven dat er op zet:
Maar laat ik ze nog een langslopen. Wat er sowieso op moet staan, is:
Verder kun je ook nog denken aan:
Waarschijnlijk ben jij allang op de hoogte van het taggen van mensen op foto’s. Vorige week had ik het nog over het taggen van mensen in foto’s op Facebook: ik vertelde je toen dat ik dat op Facebook uit heb staan.
Zo’n anderhalve week geleden verscheen er in het weblog van Twitter het bericht met de titel “Photos just got more social”.
Hierin is te lezen dat je nu tot 10 mensen kunt taggen in een foto en dat je nu ook tot 4 foto’s in één enkele tweet kunt versturen. Dit zou nu al beschikbaar moeten zijn in de officiële Twitter-app voor de iPhone, terwijl de Android-app binnenkort deze feature krijgt.
Maar deze nieuwe feature brengt dan dus ook gelijk weer een privacy-aspect met zich mee, waar ik je voor wil waarschuwen. Als je namelijk inlogt op Twitter en dan via “Instellingen” » “Beveiliging en privacy” gaat kijken wat de standaardinstelling is, dan zie je tot je verbazing dat deze automatisch staat ingesteld op “Iedereen mag mij taggen in foto’s”:
In de show notes heb ik hier een screenshot van opgenomen. En ik adviseer je om dit in zo snel mogelijk in te stellen op de keuze “Alleen mensen die ik volg mogen me taggen in foto’s”, of zelfs op “Niemand mag me taggen in foto’s”. Welke je van die twee kiest laat ik aan jezelf over.
Ik wilde je hier zo snel mogelijk van bewust maken, zodat je kunt voorkomen dat je ten onrechte in foto’s getagd kunt worden, waardoor jij in verlegenheid of diskrediet gebracht kunt worden.
Even tussendoor… Je weet natuurlijk dat je voor je mobiele bezoekers het beste een responsive website kunt hebben. Dat is een website die zichzelf aanpast aan het device, waarop je hem bekijkt. En dit is vaak ook gemakkelijker te onderhouden dan een aparte mobiele website.
Ik las op MarketingLand een artikel waarin wordt vermeld dat slechts 9% van de top 100 commerciële sites gebruik maken van responsive webdesign. 59% van de bedrijven gebruikt en onderhoudt nog steeds een dedicated mobiele site en 32% van de sites heeft nog steeds alleen maar een desktop versie van de website!
Afgelopen week was het 1 april en mogelijk ben jij ook in het ootje genomen. Matt Cutts van Google had ook een leuke actie. Bekijk de video die ik in de show notes heb opgenomen en let in eerste instantie op het shirt van Matt:
Ook als mensen meer gesproken zoekopdrachten gaan geven, moet Google zich daarop aanpassen en uitvogelen hoe ze daar het beste mee om kunnen gaan.
Ondanks dat het een grap over verandering is, is het wel een aardig verhaaltje.
Een dag later publiceerde Matt een interessantere video. In deze video beantwoordt hij de vraag hoe Google onderscheid maakt tussen eenvoudige populariteit en ware autoriteit:
Populariteit geeft dus aan waar mensen graag naartoe gaan, terwijl PageRank meer een indicator van “reputatie” is, waar mensen naartoe linken.
Google kijkt ook steeds meer naar het onderwerp en de inhoud van webpagina’s om te zien of ze een mate van autoriteit hebben in een bepaalde context, bijvoorbeeld de reisbranche. En dit is een gebied waarop Google haar best doet het algoritme steeds verder te verbeteren.
Het laatste topic voor vandaag dat ik met je wil delen gaat over mooie cover foto’s voor je zakelijke Google+ pagina. Je weet wel, die grote foto bovenaan je profiel. Ik las hierover een artikel op Local Visibility System, met de titel “10 Classy Google+ Local Cover Photos – and How to Make Yours Better”. Ik kan je echt aanraden de link in de show notes te klikken en de 10 foto’s eens goed te bekijken. Wellicht geeft dit jou ook weer inspiratie om je eigen coverfoto aan te passen.
Het artikel sluit af met een vijftal leerpunten:
Ik ga de komende tijd eens nadenken hoe ik de coverfoto van diverse Google+ pagina’s beter en mooier kan maken. Jij ook? Met deze tips over het verbeteren van de coverfoto van je Google+ pagina kom ik dan vandaag weer aan het einde van de podcast.
Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf dan naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en geef ook je reactie. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek. Je vindt de links naar iTunes en Stitcher onderaan de show notes.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 71 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
In de podcast van vorige week kwam ik niet meer toe aan het nieuws dat het Google Webspam team onder leiding van Matt Cutts weer een spam netwerk de virtuele nek heeft omgedraaid, dus dat komt vandaag eerst aan bod. En vorige week heb ik een presentatie mogen geven aan een groep van tandheelkundigen over social media, privacy en gerelateerde onderwerpen. Tijdens die presentatie kwam voornamelijk de zorg naar voren over de privacyinstellingen van Facebook, dus later in deze podcast daarover meer. Ik sluit de podcast van vandaag af met informatie over een online reputatieverzekering in België.
Hallo en hartelijk welkom bij deze 70e aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om je eigen online reputatie te verbeteren.
De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/70. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes en op Stitcher. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.
Als ik nog even kort terugblik naar podcast 69, dan is de belangrijkste tip die ik daaruit kan distilleren, de tip over het “Claimen en verifiëren van je zakelijke Google+ pagina”. Want als je dat niet doet, bestaat het risico dat Google op termijn de Google+ pagina van je bedrijf gewoon verwijdert, inclusief alle content die je mogelijk de afgelopen jaren erop hebt verzameld.
Dus: claim en verifieer je zakelijke Google+ pagina, voor het te laat is!
Oh, en voordat ik doorga met de onderwerpen van vandaag… Een paar weken geleden in podcast 64 beloofde ik je te melden als ik nieuws had over hoelang het duurt, voordat je bedrijf wordt vertoond in Apple Kaarten, nadat je het hebt aangemeld op Yelp en TomTom Places.
Ik vertelde je toen dat ik op 3 december 2013 een bedrijf had aangemeld op Yelp en TomTom Places en dat die toen nog niet zichtbaar was. Ik controleer niet dagelijks of de vermelding in Apple Kaarten is te vinden, maar ik zag 18 maart wel, dat het bedrijf te vinden was op Apple Kaarten. En het wordt nota bene ook nog als eerste keus vertoond. Grappig genoeg wordt de recensie die de tandarts in Culemborg heeft, nog niet vertoond. Ook dat zal ik in de gaten blijven houden:
Maar wat je dus hieruit kunt leren, is dat je geduld moet hebben en niet meteen wonderen moet verwachten, zodra je begint met het beter op de kaart zetten van je bedrijf. Deze vermelding op Apple Kaarten duurde dus zo’n drieeneenhalve maand voor die online stond.
Dan nu over op de onderwerpen voor vandaag…
Vorige week kwam ik er niet meer aan toe, maar toen werden de gemoederen op Internet behoorlijk beziggehouden door een penalty die Google had opgelegd aan de service “MyBlogGuest.com”. Dit is een site, waar bloggers aan de ene kant en weblogeigenaren die behoefte hebben aan originele content aan de andere kant, elkaar kunnen vinden. De site wordt gerund door de in de Blogosphere bekende “Ann Smarty”.
Ik vertelde al eerder dat Google bezig is met een soort queeste of strijd tegen windmolens, in de vorm van linknetwerken en blognetwerken met foute bedoelingen, die daarbij de kwaliteitsrichtlijnen van Google overtreden.
19 maart tweette Matt Cutts de volgende tekst:
De eigenares van het weblog, Ann Smarty, tweette een paar uur later:
Vanaf dat moment was de site dus ook nog maar amper te vinden, zelfs niet op de trefwoorden “my blog guest”. Ondanks dat de site zegt sterk tegen illegale linkbuildingpraktijken te zijn, heeft het dus toch een penalty gekregen. Het vermoeden is, dat dit komt door de tekst die op de website stond. In de show notes heb ik een screenshot opgenomen van hoe de site haar benefits eerst onder de aandacht bracht:
Hierin is de tekst te lezen: “Build links to your site”. Velen denken dat dit de almachtige Google heeft wakker geschud en ertoe heeft bewogen om de site een penalty op te leggen.
Inmiddels is deze tekst veranderd in: “Earn links to your site”. Ook hiervan heb ik een screenshot in de show notes opgenomen:
Verder waren alle externe links ook niet als “NOFOLLOW” gemarkeerd, waardoor die dus konden worden gezien als spam links. En als je dat combineert met het feit dat er per dag zo’n 250 artikelen werden gepost, dan kun je je voorstellen dat Google hier haar vraagtekens bij had.
Verder lijkt het er ook op, alsof Google op dit moment ontzettend fel is in het aan de virtuele schandpaal nagelen van bekende figuren uit de wereld van Internet, blogging en contentmarketing.
Een andere bekende die een penalty aan zijn broek kreeg, was Doc Sheldon. Hij ontving het volgende bericht van Google:
Doc Sheldon kreeg een site wide penalty en stuurde een open mail aan Matt Cutts, waarop Matt Cutts antwoordde:
Hieruit bleek dat de hele site een penalty kreeg van Google, op basis van één link ergens in een blogbericht, die als anchor tekst “Hispanic data” had en linkte naar een bepaalde externe webpagina over “Big Data”, zonder deze link “NOFOLLOW” te maken.
Dit is natuurlijk ridicuul, dat je hele site compleet door Google kan worden afgestraft, omdat je slechts één –in de ogen van Google– verkeerde outbound link hebt.
Ik ben benieuwd hoelang deze hetze nog aanhoudt. Het spreekt voor zich dat ik ook tegen spam ben en dat ik het goed vind dat Google optreedt tegen spammers.
Zelf rapporteer ik ook wel eens partijen die op niet toegestane wijze proberen links naar hun sites te krijgen. Afgelopen week kreeg ik er nog eentje van een niet nader te noemen bedrijf. Als ik links naar vier van hun webshops zou opnemen, dan kreeg ik een waardecoupon ter waarde van EUR 40,- om te besteden in één van die vier webwinkels.
Met andere woorden: het bedrijf erachter was dus bereid om EUR 10,- per link te betalen. Ik heb dat bedrijf een antwoord gestuurd, dat ze dit niet moeten doen, omdat dit indruist tegen de geldende kwaliteitsrichtlijnen van onder andere Google. Dus ging de mail met alle vier de sites richting Google om te rapporteren dat het moederbedrijf trachtte links te kopen.
Ook hiervoor geldt: ik hou je op de hoogte. Als ik zie dat er iets verandert in de zoekresultaten ten aanzien van de ranking van deze sites, dan krijg je het meteen van me te horen.
Afgelopen week had ik het genoegen om een presentatie te mogen geven over social media aan het personeel van twee tandartspraktijken. In die presentatie vertelde ik over de diverse sociale media en de mogelijkheden ervan. Ook belichtte ik de risico’s van het gebruik ervan. Ik had van tevoren ook de social media profielen van alle genodigden opgezocht en geanalyseerd. Dus als klap op de vuurpijl volgde er ook nog een Online Reputatie Scan, die de aanwezigen niet zagen aankomen.
Er kwamen leuke vragen uit het publiek. Wat me opviel was dat toch privacy de belangrijkste zorg was van de groep. Deze zorg werd nog eens extra onderstreept, doordat ik een aantal Facebook profielen had gevonden die geheel open stonden voor de hele wereld, terwijl de eigenaresses dachten dat ze hun profiel dicht hadden staan. Bij de uitleg over hoe je je Facebook profiel moet dichtzetten hing het publiek dan ook aan mijn lippen.
Het viel me op dat het gemiddeld relatief jonge publiek eigenlijk alleen Facebook gebruikte en verder nagenoeg geen andere sociale media. Zelfs LinkedIn was amper gebruikt.
Net als een paar maanden geleden voor een groep ICT’ers heb ik ook uit de doeken gedaan, waarom het zo belangrijk is om een goede profielfoto te hebben en deze te gebruiken over alle sociale media. Niemand kwam op het idee dat een profiel zonder profielfoto van iemand met dezelfde naam als jij, door potentiële recruiters (of andere mensen) wellicht ten onrechte kan worden aangezien voor jouw profiel.
De meeste Facebook gebruikers vinden het niet wenselijk dat de hele wereld hun tijdlijn, foto’s en overige informatie kan inzien, omwille van privacy-overwegingen. Daarom is het goed te controleren hoe de instellingen van je Facebook profiel staan en deze naar je eigen wensen aan te passen.
Je kunt je instellingen snel en gemakkelijk aanpassen door in een browser op een desktop te surfen naar:
https://www.facebook.com/settings.
Vervolgens klik je links op “Privacy”. Daarmee kom je dan in het scherm “Privacyinstellingen en -functies”.
Daar kun je alle instellingen aanpassen, zoals je dat zelf wilt.
Het overzicht van de privacyinstellingen vind je ook in de show notes:
Soms post ik bewust bepaalde berichten openbaar, maar dan vergeet ik dikwijls om meteen bij de volgende statusupdate de doelgroep terug te zetten naar vrienden. Daarom ga ik een paar keer per jaar naar de privacy settings van Facebook en zet ik alle berichten en foto’s die ik tot dan toe heb gepost, weer naar vrienden om te voorkomen dat de hele wereld ze kan zien.
Daarnaast kan het in sommige gevallen vervelend voor je uitpakken, als je anderen automatisch toestaat om jou te taggen in foto’s. Ik zag dat ik dit ook aan had staan. Dat heb ik dus meteen uitgeschakeld.
Zoals je mogelijk weet, is ontvangst van GPS signalen in gebouwen vrijwel onmogelijk. Dit komt door een aantal factoren, waarvan ik je er hier twee geef.
Om te beginnen is het signaal dat afkomstig is van GPS satellieten ontzettend zwak. Het ontvangen van een GPS signaal kun je vergelijken met het spotten van een 25 Watt peertje op een afstand van meer dan 15.000 kilometer. Verder houden beton en staalconstructies van gebouwen de signalen tegen.
Dus kun je geen smartphone apps maken die gemakkelijk kunnen detecteren, dat je bijvoorbeeld een bepaalde winkel inloopt. Als je daar in die winkel dan iets koopt, op basis van een online zoekactie, kan de winkelier nooit achterhalen of jij daar kwam, via bijvoorbeeld een advertentie op Internet, tenzij dit expliciet wordt gevraagd.
Dat is dan ook de reden dat je dikwijls wordt gevraagd, hoe je bij een bepaalde winkel terecht bent gekomen. Zo kan een ondernemer achterhalen of zijn of haar Internet marketingactiviteiten zin hebben. Want als veel mensen zeggen dat ze via Internet naar de winkel zijn gekomen, dan kan het interessant zijn om nog meer te investeren in Internet marketing.
Er is echter tot voor kort geen echte koppeling geweest tussen de (virtuele) online wereld van Internet en de offline wereld van de zogenaamde “brick and mortar” bedrijven.
Let wel, ik zeg bewust “tot voor kort”. Want sinds enige tijd zijn er bepaalde apparaatjes, genaamd “Beacons” of “iBeacons” die een signaaltje uitzenden, dat kan worden opgepikt door smartphones die in de buurt zijn. Zo kun je dus in een app detecteren of iemand in je winkel is. En als je alles goed instelt, kun je dus ook herleiden of dit het resultaat is van een online marketingcampagne.
Maar het gaat verder… Je krijgt ook steeds minder privacy, doordat bedrijven het zogenaamde MAC-adres van je telefoon via WiFi in de winkel ontvangen en opslaan. Zo kunnen ze bijvoorbeeld zien hoevaak je in de winkel komt, welke paden je allemaal doorloopt en zelfs hoelang je bij bepaalde aanbiedingen blijft staan kijken. Vaak wordt door bedrijven dan het mobiele 3G-signaal verstoord en bieden zij als alternatief een eigen WiFi-netwerk aan. Ze kunnen dan namelijk ook nog detecteren of jij op Internet op zoek gaat naar informatie over het apparaat waar je net stil voor staat.
Je ziet het: de technologie ontwikkelt zich heel snel en je hebt steeds minder privacy. Dus denk erom als je de volgende keer bijvoorbeeld een MediaMarkt of andere megastore binnenloopt. De kans is groot dat je virtueel in de gaten wordt gehouden vanaf dat je binnenloopt, of sterker nog, vanaf het moment dat je op Internet op zoek gaat naar iets en je het product vervolgens in de winkel waar je net bent binnengelopen, afrekent…
Maar wat in combinatie met het indoor tracken van de positie van mensen belangrijk is, is de indoor mapping, ofwel de beschikbaarheid van dititale, inpandige kaarten. Als die kunnen worden gekoppeld aan navigatiesoftware of andere apps, heb je ook op dat front een koppeling van de online wereld, naar de fysieke wereld.
Indoor mapping is een relatief nieuw speelveld met diverse grote spelers, die je waarschijnlijk zo kunt raden. Hieronder vallen TomTom, Bing Local, Yahoo en Google. Maar op Google na, werken alle partijen met partners. Zo heeft TomTom op 5 maart 2014 een partnership met het bedrijf Micello aangekondigd. De focus van Micello is gericht op indoor mapping.
Bing werkt samen met Nokia. Ondanks dat Nokia grotendeels is overgenomen door Microsoft, blijft Here.com, de cartografie-afdeling van Nokia, zelfstandig. Verder werkt ook Yahoo samen met Nokia op het gebied van kaarten en indoor plattegronden. Sindskort is Yahoo ook een partnership met Yelp aangegaan en zo zie je dat data over lokale bedrijven en hun locatie steeds belangrijker wordt.
Sinds 12 december 2013 is Google in Nederland ook begonnen met “Indoor Google Maps”. Je kunt hier meer over lezen op de site van Google Indoormaps. De titel van deze pagina is “Binnen een kijkje nemen met plattegronden”.
Deze nieuwe dienst van Google is eind vorig jaar langs mij heen gegaan, zonder dat ik het dus in de gaten had. Ik kwam het afgelopen week tegen, toen ik mij verder ging verdiepen in indoor mapping en indoor locatiebepaling van mensen en objecten.
Je kunt zelf ook een inpandige plattegrond uploaden naar Google Maps, volgens de informatie op de site. Dus heb ik de proef op de som genomen en heb ik inderdaad een officiële plattegrond van een pand, die echt getekend is door een architect, naar Google Maps geüpload in het speciale gedeelde dat daarvoor bestemd is. In de show notes heb ik een screenshot opgenomen van Google Maps floor plans, waarop je dit kunt zien:
Volgens Google kost het minder dan 24 uur om de geüploade plattegrond te beoordelen. Dat heb ik ook zo ervaren, want binnen 24 uur veranderde de status van “nieuwe upload” of iets dergelijks, in “beoordeeld”.
De kaart wordt echter niet zo snel online vertoond. Hij is nog niet online. Ik las ergens op Internet dat iemand anders vorig jaar de plattegrond van een winkelcentrum in de Verenigde Staten had geüpload en dat het bij hem vier maanden duurde, voor de plattegrond online stond. Dus ik heb geduld.
Maar waarom is dit nu belangrijk, dat ik het in deze podcast behandel? Nou, als jij een winkel hebt in een winkelcentrum, dus met meerdere winkels onder hetzelfde dak, dan kun je jouw bedrijf nóg beter op de online kaart plaatsen, door een plattegrond van het hele winkelcentrum te uploaden. En je weet dat de zoekmachines en in het bijzonder Google grote waarde hechten aan betrouwbare informatie over de exacte locatie van bedrijven.
Ik verwacht dus dat Google Maps steeds meer indoor kaarten zal krijgen, waardoor je straks dankzij de routebeschrijving op je smartphone vanaf jouw voordeur de kortste weg naar jouw favoriete televisie bij de BCC, Mediamarkt of Saturn wordt geleid… All sponsored by Google technology…
Zoals met alle nieuwe dingen die ik uitprobeer, houd ik je op de hoogte van de voortgang en maak ik meteen melding van eventuele nieuwtjes hierover.
Dagelijks spit ik tientallen RSS feeds door op zoek naar leuke, interessante en educatieve content om met jou te delen; ofwel op de site, of in de podcast. Dit houdt in dat ik honderden artikelkoppen snel scan om zo een eerste grove selectie te maken van mogelijk interessante artikelen en blogposts.
Natuurlijk is het onmogelijk om alle publicaties te vinden en bij te houden en dus gaat er ook wel eens iets langs mij heen. Daarom zoek ik ook af en toe nog eens gewoon ouderwets handmatig op een aantal relevante zoektermen, om te zien wat er dan aan zoekresultaten naar boven komt. Want ook Google Alerts en TalkWalker Alerts missen nog wel eens nieuws…
Zo kwam ik een leuk artikel tegen op de site van… jawel… RTL Nieuws! Dit artikel van 10 januari dit jaar gaat over de zogenaamde “online reputatieverzekering”. Hoewel ik dacht aardig goed op de hoogte te zijn van de diverse ontwikkelingen op het gebied van reputatie, reputatiemonitoring en reputatiemanagement, had ik nog nooit van een “online reputatieverzekering” gehoord.
Natuurlijk kende ik wel de real life reputatieverzekering voor bedrijven die te maken krijgen met alle problemen die komen kijken bij het noodgedwongen uit de markt moeten halen van een product of levensmiddelen die door welke oorzaak dan ook in een kwaad daglicht komen te staan of tenminste verdacht lijken.
Want in die gevallen heeft een bedrijf acuut professionele bijstand nodig voor de communicatie, het plaatsen van advertenties, inregelen 06-informatielijnen, organiseren van persconferenties en wat dies meer zij. Dat is een expertise die je als bedrijf niet standaard inhouse opbouwt, omdat je hoopt dat het nooit voorkomt. Dus huur je daarvoor professionals in en daarvoor is een algemene “Reputatieverzekering” dan ook bedoeld.
Volgens het artikel op RTL Nieuws met de titel “Met je zatte kop op Google? Verzeker je tegen een slechte reputatie” kun je je bij verzekeraars als Axa, MMa en SwissLife in België en Frankrijk al voor een tientje per maand verzekeren van een goede naam op Internet.
Op de site van AXA België kun je sinds maart 2013 onder andere het volgende lezen over “d@ylife protect”, de eerste bescherming tegen ongevallen in het werkelijke en het virtuele leven op de Belgische markt:
Met de opkomst van internet krijgen we te maken met een nieuw soort criminaliteit en misbruik: misbruik van identiteit, problemen bij een online aankoop, kortom je e-reputatie. 98 % van de burgers vindt dat internet deel uitmaakt van hun dagelijks leven maar 90 % voelt zich niet veilig wanneer ze surfen: voor deze steeds nadrukkelijker aanwezige behoefte biedt d@ylife protect een uniek antwoord op de Belgische markt.
E-Protection biedt immers bescherming tegen de gevaren van sociale netwerken en online aankopen. Wanneer meer dan driekwart van de Belgen zich zorgen maakt over hun virtuele leven, stelt AXA een aangepast product voor. Meer dan 90 % van onze landgenoten voelt zich bedreigd door het misbruik van identiteit, 42 % vreest onaangename verrassingen bij online-aankopen en 7 op de 10 maken zich ook zorgen over de aantasting van hun e-reputatie. Deze ongerustheid is meer dan terecht: in 2012 waren er meer dan 1.000 gevallen van fraude, tien keer meer dan in 2011.
De dekking e-protection biedt een concrete oplossing in geval van aantasting van de reputatie op het net, misbruik van identiteit, frauduleus gebruik van betaalmiddelen, of nog, een geschil als gevolg van een online-aankoop. AXA heeft een net van juristen die expert zijn in het domein van geschillen op internet. Eerst trachten ze via mediatie/bemiddeling een oplossing te bereiken, wat efficiënter is voor geschillen op internet. Indien nodig volgt begeleiding in gerechtelijke stappen en vergoeding. Indien de reputatie wordt aangetast, is AXA zich ervan bewust klanten niet alleen een financiële vergoeding willen maar vooral dat hun reputatie en die van hun gezin niet langer aangetast is. Daarvoor heeft AXA zich verbonden met firma’s gespecialiseerd in het opkuisen en verdringen van informatie die de reputatie schenden. De klanten van d@ylife protect worden begeleid tot het geschil is opgelost.
(Bron: AXA d@ylife protect)
Op YouTube dacht ik er ook filmpje over ontdekt te hebben, maar die was helaas weer offline gehaald.
Om je een idee te geven van wat er wordt gedekt door de E-protection optie van de “d@ylife protect” polis van AXA, heb ik de opsomming van AXA overgenomen van hun website:
- aantasting e-reputatie: verspreiding van schadelijke informatie op het internet, in de zin van inbreuk op uw privéleven en uw persoonlijke gegevens, zonder uw toestemming.
- identiteitsdiefstal: niet-toegestaan gebruik van uw identificatiegegevens
- frauduleus gebruik van betaalmiddelen: een derde gebruikt uw bankgegevens en verwerft ermee goederen en/of diensten in uw naam
- geschil met een e-handelaar over de aankoop van een roerend lichamelijk goed: onvolledige of gebrekkige levering, levering niet conform het effectief gekochte roerende lichamelijke goed
- geschil met een e-handelaar over de aankoop van een dienst: de uitgevoerde prestatie komt niet overeen met de aanbieding online.
(Bron: AXA d@ylife protect)
Wat opvalt is de tekst die gaat over de kosten die worden vergoed. Daar vind je onder andere de omschrijving:
de betaling van de onkosten van een specialist voor het opruimen of verdringen van informatie op het internet bij aantasting van uw e-reputatie
Op “vief.be” las ik hierover ook nog een citaat van een woordvoerder van AXA:
“De beledigingen of andere schadelijke boodschappen echt verwijderen van het internet kan niet”, zegt Korneel Warlop, woordvoerder van Axa in Het Nieuwsblad. “Maar wij werken wel samen met gespecialiseerde bedrijven die ervoor kunnen zorgen dat de bewuste gegevens bij zoekopdrachten automatisch naar achter worden geduwd zodat bijna niemand nog die berichten leest”.
Dit houdt dus in dat als het AXA niet lukt om de bron van de kwade online berichtgeving te overtuigen om de inhoud te verwijderen, zij een specialist zal inhuren om positieve content over de desbetreffende persoon te publiceren en deze content hoger te laten scoren om zo de negatieve content naar de achtergrond te dringen.
Ik ben geen doemdenker, maar in de show notes heb ik een YouTube video van afgelopen week opgenomen, waarin een Amerikaanse dame in het nieuws komt, nadat ze ontdekte dat haar foto online werd gebruikt in advertenties voor prostitutie. In zo’n geval ben je dan volgens mij heel blij als je wél een dergelijke verzekeringspolis hebt afgesloten:
Maar goed… Iedereen weet dat Google het (overigens terecht) steeds moeilijker maakt om de zoekresultaten te manipuleren en je eigenlijk alleen nog maar met unieke, relevante en interessante content kunt scoren, vermits deze ook nog eens daadwerkelijk wordt gelezen.
Vanuit mijn ervaring met contentmarketing en de tijd die het kost om relevante, unieke en goede content te produceren, vraag ik me af hoe AXA dit denkt te doen en hoeveel werk ze voor iemand kunnen doen, voor zo’n EUR 10 per maand, om de getroffen persoon weer in een positief daglicht te plaatsen…
Ik heb begrepen dat Nederlandse verzekeraars hier wel over hebben nagedacht, maar dat ze nog niet overwegen om überhaupt een dergelijke verzekering in het leven te roepen.
En jij? Wat vind jij? Hoe denk jij hierover? Zou jij een online reputatieverzekering afsluiten of ben je inmiddels zeker genoeg van jouw contentmarketing kwaliteiten en neem je in zo’n geval liever zelf het heft in eigen handen? Laat het me weten onderaan de transcriptie van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/70.
Met dit topic over de online reputatieverzekering kom ik dan vandaag weer aan het einde van deze podcast. Ik hoop dat je er weer iets van hebt opgestoken en dat je ook deze keer weer tot het eind hebt geluisterd.
Wil je nog beter op de hooge blijven van alle posts, of met me in contact komen? Tweet dan naar @reputatiecoach1. Natuurlijk stel ik een tweet met daarin kort wat je van de podcast vindt, ook enorm op prijs.
Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf dan naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en geef ook je reactie. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.
Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of erover te tweeten op Twitter, de site of de podcast te like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.
En vergeet niet: ik ben hier om jou te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 70 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
Gisteren ben ik weer een jaar ouder geworden, dus ik heb deze podcast afgelopen zaterdag grotendeels samengesteld. Natuurlijk doet dat niets af aan de kwaliteit en het nieuwsgehalte, want ik breng je sowieso bijna altijd actueel nieuws, waar ik de afgelopen week tegenaan ben gelopen.
Een belangrijk nieuwsbericht uit de media van afgelopen week is natuurlijk wel dat het populaire WhatsApp is overgenomen door Facebook. Daarover zometeen meer. Het tweede onderwerp voor vandaag is over een video van Google Glass die ik afgelopen week heb gemaakt en die vandaag ‘live’ komt. Verder is de nieuwe Google Maps nu eindelijk uit de “Bèta”-fase en kun je 10 GB opslagruimte in de cloud van Microsoft krijgen. Ik heb weer een leuke video van Matt Cutts, waarin hij vertelt dat er zou gebeuren als Google helemaal geen gebruik meer zou maken van backlinks in het rankingalgoritme en ik sluit af met tips om te voorkomen dat je een “Glasshole” wordt.
Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als glaskunstenaar, edelsmid, dichter, milieuconsulent, voedingstechnoloog of wat dan ook te verbeteren.
In deze podcast noem ik een aantal sites, video’s en verwijs ik naar verschillende artikelen. De links naar al deze content èn de volledige transcriptie van de podcast vind je op www.reputatiecoaching.nl/65. Je kunt de podcast niet alleen rechtstreeks beluisteren op www.reputatiecoaching.nl, maar ook op zowel iTunes, als op Stitcher. Surf hiertoe respectievelijk naar www.reputatiecoaching.nl/itunes of naar www.reputatiecoaching.nl/stitcher.
Mocht je de podcast in een andere podcatcher of podcastplayer willen beluisteren, dan kun je je op de feed feeds.reputatiecoaching.nl/reputatiecoachingpodcast abonneren. Al deze links vind je ook in de show notes van deze podcast, alsmede op de website.
Dan nu over op de onderwerpen van vandaag…
Afgelopen maandag was ik op een avond van #SMC055, de social media club in Apeldoorn. Hierover heb ik snel ’s avonds na afloop een “Storify bord” gemaakt en je een artikel beloofd. Helaas ben ik nog niet aan dat artikel toegekomen, omdat ik erg druk was met een aantal mensen en bedrijven helpen met contentmarketing, verbeteren van de vindbaarheid en het verhogen hun online reputatie c.q. autoriteit.
Afgelopen week heb ik weer wat mensen en bedrijven kunnen helpen met hun online reputatie en vindbaarheid te verbeteren en stukken contentmarketing. Zo gaat de website van Pedicure “Passion4Feet Voetverzorging” uit Roozendaal op korte termijn live. Als gevolg van omstandigheden die niet relevant zijn voor deze podcast is de livegang hiervan vertraagd.
Maar zoals je wellicht weet heb ik in het verleden die site in een aantal instructievideo’s gebruikt om te laten zien hoe je een bedrijf aanmeldt in diverse social media sites en directories et cetera. Hierdoor zijn er al heel veel citations of bedrijfsvermeldingen voor deze site die nu uit de “Under construction” steigers komt.
Eén van de laatste aspecten die net voor het weekend nog zijn ingevuld waren Google Publishership en Authorship. Marco, de webmaster van Pasison4Feet, nam hierover contact met mij op, omdat hij het niet werkend kon krijgen in het WordPress template dat hij zelf heeft ontworpen. Hij stuurde mij de mail:
Hey Eduard,
Ik zit waarschijnlijk veel te moeilijk te zoeken, maar ik heb geen idee hoe ik het Google Authorship / Publishership moet claimen.
Kun je me op weg helpen? 😉Gr.
Marco
Dus verwees ik hem naar de instructievideo die ik een tijdje geleden heb gemaakt over het “Instellen van Google Publishership en Authorship in WordPress”. Daarmee is het Marco binnen no-time gelukt. Hij stuurde mij vrijdagavond een paar uur later een mailtje met de tekst:
Eduard,
Je bent geweldig, volgens mij heb ik het voor elkaar.
Grtz.
Marco
Nu gaat het mij niet om “geweldig zijn”, maar om mensen te helpen. Mijn motto is dan ook:
In het Nederlands hebben we het gezegde: “Wie goed doet, goed ontmoet”. Die komt wellicht het meeste in de buurt.
In de hedendaagse opvattingen over contentmarketing is het echter inmiddels een gevleugelde uitspraak. Het blijkt namelijk dat als je waardevolle content en kennis gratis en belangeloos weggeeft, mensen jou of je bedrijf snel gaan zien als een autoriteit.
De reden dat je het prima gratis kunt weggeven, is dat je vrijwel alle kennis die goeroes en coaches (inclusief ikzelf) verkondigen na enig zoekwerk gewoon op Internet kunt vinden. Zelf hecht ik ook waarde aan transparantie, daarom neem ik ook bijna altijd links naar de bronnen van mijn nieuws op in de show notes.
Die kennis vergaren is vaak niet het probleem. De reden dat er werk is voor de mensen die kennis delen, is dat zij deze kennis in de praktijk kunnen toepassen en daarbij bogen op ervaringen, waarmee ze jou dan nog specifieker en gerichter kunnen helpen.
ICT-dienstverlener Ordina organiseert op 13 maart in Nieuwegein het “Ordina Glass Contest”. Zoals de titel al suggereert, speelt de Google Glass hier de hoofdrol in. Als je meer wilt weten over Google Glass of als je een goed idee hebt voor toepassingen van Google Glass in de praktijk, dan moet je je hier zeker voor inschrijven.
In de show notes heb ik een link opgenomen naar de site van Ordina, waar je er meer over kunt lezen. Je vindt de show notes op www.reputatiecoaching.nl/65.
Mijn rol bij de totstandkoming van deze video was vooral om te laten zien dat je met geringe middelen, namelijk een paar fotocamera’s met videomogelijkheid en een iPhone met daaraan de standaard headset en microfoon, toch een aardige video kunt maken.
Natuurlijk hebben we de video van Google Glass er ook in verwerkt. Deze video komt (als alles goed gaat) later vandaag live op het YouTube kanaal van Ordina.
Verder was ik afgelopen week bezig met het geven van diverse adviezen en presentaties over contentmarketing en social media aan een drietal tandartsenpraktijken in Gelderland. Mijn taak daarbij is duidelijk maken hoe je je als tandartspraktijk beter op de kaart kunt zetten en vooral hoe je je kunt onderscheiden van de collega’s op alle social media en kanalen die voorhanden zijn.
Binnenkort heb ik hier meer nieuws over.
Dan werd afgelopen week bekend gemaakt dat Facebook voor het astronomische bedrag van US$16 miljard (omgerekend iets meer dan 12 miljard Euro) de immens populaire instant messaging app “WhatsApp” heeft overgenomen.
Facebook heeft in elk geval verkondigd dat er geen reclame in de app zal komen en zij ook gewoon door zal gaan met de ontwikkelingen aan de Facebook Messenger app. Het lijkt er dus niet op, alsof op korte termijn WhatsApp gekoppeld wordt aan Facebook.
De vraag is dan ook wat de achterliggende beweegredenen zijn om zoveel geld uit te geven aan een app, terwijl ze niet voornemens zijn om de gigantische gebruikersgroep van meer dan 500 miljoen aan hun eigen platform te koppelen.
Ik las ergens dat Facebook hiermee mogelijk wil voorkomen dat om het even welk ander social media netwerk ermee aan de haal gaat om zo haar community in één klap gigantisch uit te breiden.
FTC, de Amerikaanse waakhond voor het bedrijfsleven, moet nog wel goedkeuring geven aan deze megadeal.
Als gevolg van de overname van WhatsApp door Facebook krijgen veel mensen opeens de kriebels, nu ze beseffen dat Facebook op deze manier wel héél veel informatie (en dan vooral privé-informatie in de vorm van berichten en dialogen) over hen in haar bezit krijgt.
Dit stuit veel mensen tegen de borst en dus besloten de afgelopen dagen al enkele miljoenen mensen om WhatsApp te verruilen voor een andere instant messaging app.
Zelf behoor ik ook tot die groep van “WhatsApp-verlaters”. Ik heb in alle actieve chats aan mijn contacten gemeld dat ik overstap op de app “Telegram” en dat ik binnen afzienbare tijd WhatsApp van mijn iPhone 5 zal verwijderen.
Ook in de Telegraaf was hier afgelopen week een artikel over te lezen met de titel “Telegram lijkt opeens hét alternatief voor WhatsApp. Is de app echt veiliger?”. In dit artikel wordt ondermeer het volgende geschreven:
Telegram heeft geen verdienmodel. Eén van de medeoprichters, Pavel Durov, – die eerder Vkontakte, het Russische Facebook, begon – zorgt voor de financiën. Geld heeft hij door de verkoop van Vkontakte aan een Russische zakenman. Als het geld op is, dan wil Telegram aan zijn gebruikers vrijwillige donaties vragen.
De app “Telegram” kun je op de iPhone ook gratis downloaden vanuit de AppStore. Het voordeel van Telegram vind ik dat berichten volgens de makers end-to-end versleuteld zijn, als je een versleutelde chat opent. Dan kan niemand ze onderscheppen en afluisteren. In het artikel in de Telegraaf kun je zien dat dit nog bezien moet worden. Want de makers van “Telegram” hebben een eigen algoritme gebruikt, hetgeen volgens specialisten juist weer een gevaar is, omdat het mogelijk sneller te kraken is door inlichtingendiensten. Op de site “unhandledexpression.com” kun je een hele analyse lezen over de MTProto versleuteling van “Telegram”.
De toekomst zal het leren, of deze encrpytie binnen afzienbare tijd wordt gekraakt. In elk geval komt de inhoud van al mijn chats voorlopig niet bij Facebook.
Maar wat ik een verademing vind is dat “Telegram” flitsend werkt, veel sneller dan WhatsApp en kun je er ook nog eens grotere bestanden mee versturen. De maximale omvang van een te versturen bestand is 1 GB.
Een laatste gimmick van “Telegram” is dat je berichten die je in een versteutelde chat verstuurt, een maximale levensduur kunt geven. Als je dat doet, dan vernietigen ze zichzelf automatisch na de ingestelde tijd, nadat ze door de ontvanger zijn gelezen.
En wat ik prettig vind, is dat er ook desktopversies van Telegram zijn voor MacOS X, Windows en Linux. Daardoor kan ik langzamerhand terug naar één inbox voor al mijn instant messaging. Zo zal ik dus binnenkort WhatsApp verwijderen en ga ik proberen het instant messaging gebruik via Skype te minimaliseren. Natuurlijk blijf ik ook wel actief op Twitter, maar dat zie ik minder als instant messaging, dan WhatsApp, of nu dan “Telegram”.
Over Skype gesproken… Sinds je je desktop niet meer kunt delen met anderen, als je de gratis versie van Skype gebruikt, wil ik langzamerhand ook het gebruik van Skype afbouwen en mijn videoconferencing verschuiven naar Google+ Hangouts. Dat werkt ook probleemloos, niet alleen op mijn desktops, maar ook met de “Hangouts” apps voor iPad en iPhone. Een ander groot voordeel van de Hangouts vind ik, dat je gemakkelijk en snel en bovenal gratis met tot maximaal 9 andere mensen online kunt videovergaderen.
Het kost negen maanden, maar nu is de nieuwe Google Maps dus eindelijk uit het “Bèta”-stadium en de officiële Google Maps geworden. Je kunt nog wel terug naar de “oude” Google Maps, maar de nieuwe versie is de defacto standaard.
Met de nieuwe versie van Google Maps is wel een aantal functies verloren gegaan. Zo kun je in de nieuwe Google Maps nog steeds geen HTML-code krijgen voor het embedden van een kaart of een punt van Streetview of een Bedrijfspanorama in je website. Daarvoor moet je dan toch nog overschakelen naar de oude Maps.
Google heeft wel toegezegd een aantal functies alsnog in de nieuwe Google Maps te zullen inbouwen.
In het verleden was ik altijd erg Google-minded, maar ik moet zeggen dat Microsoft inmiddels ook haar spullen goed op orde krijgt. Dat begon een tijd geleden al, toen “Hotmail.com” werd omgedoopt in “Outlook.com”, een naam die ik overigens een stuk professioneler vind klinken.
Op het moment dat Google Apps voor bedrijven alleen nog maar beschikbaar was als betaalde service, ging Microsoft opeens een stuk sneller uitbreiden. Zo kon je de mail van je eigen domain via Outlook.com laten lopen als alternatief voor Google Apps en later bood Microsoft niet alleen POP3 aan om je mail te benaderen, maar ook IMAP. Daardoor kon je veel gemakkelijker de mailbox op al je apparaten actueel houden.
Inmiddels biedt Microsoft ook al langere tijd commercieel Office365 aan, een online Office suite met online versies van Word, Excel, PowerPoint enzovoorts. Maar nog steeds biedt ze ook de service gratis aan, onder Outlook.com.
Voor online opslag was daar altijd al SkyDrive en bij SkyDrive kreeg je 7 GB aan opslagcapaciteit. Inmiddels is die dienst vernieuwd en nu in de markt gezet als OneDrive. Daarbij krijg je ook nog steeds 7 GB aan online diskruimte. Maar als je de OneDrive app voor je smartphone of tablet downloadt en installeert en je automatische backup voor je foto’s instelt, krijg je nog eens 3 GB aan online opslag erbij. Dat maakt dan samen al 10 GB!
Het is een keuze, zeker als je al Google gebruikt. Toch kan het handig zijn: een extra virtuele online drive, waar je 15 GB aan data kunt parkeren. Al gebruik je het maar als tweede backup, naast bijvoorbeeld Flickr. Bij deze laatste krijg je nog steeds 1 TB aan capaciteit, daar kan geen andere service aan tippen. En mocht je nu ook je foto’s opslaan op Google Drive, dan kun je die dus weer vrijmaken voor andere doeleinden. Enfin, de mogelijkheden zijn legio!
Gebruik jij eigenlijk ook online opslagmogelijkheden, zoals Dropbox of SkyDrive of OneDrive? Of gebruik jij wellicht andere diensten? En hoe of waarvoor? Laat het me weten onderaan de transcriptie van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/65.
Zelf vind ik het in elk geval wel prettig dat ik twee plaatsen heb, waar alle foto’s die ik met m’n iPhone maak, worden opgeslagen. Zo raak ik in elk geval niet snel iets kwijt en dankzij alle opslagcapaciteit kan ik nog lange tijd doorgaan met het gratis backuppen van foto’s in de cloud.
Nu ik het toch over backups heb…. Vorige week meldde ik je dat ik problemen had met de plugin BackWPup, die al geruime tijd geen backups meer maakte. Ik heb toen twee backupjobs handmatig opgestart en nu zag ik afgelopen weekend dat er inmiddels weer automatische databasebackups worden gemaakt.
Dat vond ik wel opmerkelijk, want toen ik op site van WordPress controleerde, wanneer de laatste versie was verschenen, toen bleek dat 23 december 2013 te zijn. Dus het is niet zo, dat er een programmeerfoutje in de plugin zat, die nu gefixed is… Maar goed, ik ben weer blij en bovenal gerustgesteld, dat de backups weer lopen. Nu nog even zien of de volledige backup ook vlekkeloos draait…
Voor het geval je benieuwd ben hoe ik online storage gebruik… Ik heb een aantal accounts, die ik allemaal voor verschillende doeleinden gebruik. Ik maak voor alle WordPress sites die ik beheer een apart Dropbox account aan. Daarop worden de backups van de desbetreffende site met behulp van BackWPup opgeslagen. Standaard biedt Dropbox 2GB, dus dat is voor veel sites wel voldoende. Ik stel de backups dan zo in, dat er 15 databasebackups bewaard blijven, dus van de laatste 15 dagen en 5 volledige site backups, dus van de laatste 5 weken. De databasebackup draait dus dagelijks en de volledige backup eenmaal per week.
Verder heb ik nog een privé Dropbox die inmiddels een goede 14 GB is, dankzij diverse acties van Dropbox, waarbij ik elke keer weer iets meer opslagcapaciteit kreeg. Deze Dropbox gebruik ik voor opslag van alle data, waar ik altijd overal bij wil en moet kunnen. Zo heb ik alle apps op de iPhone en iPad die in de cloud iets kunnen opslaan, zo ingesteld, dat zij dat op die Dropbox doen. Dit stelt mij in staat om overal waar ik ben, bijvoorbeeld met een actuele versie van blogposts of andere documenten te werken.
Ik maak ook voor diverse websites gebruik van Amazon S3 in combinatie met Cloudfront als Content Delivery Network en om backups van sommige websites op te slaan.
Daarnaast heb ik een Google Drive, van 125 GB. Ik gebruik Google Drive vaak voor de opslag van grote documenten, zoals manuals of e-books. Ook heb ik Google Drive nodig om alle foto’s van de Bedrijfspanorama’s te uploaden naar Google Maps.
En per Google+ pagina krijg je ook nog eens opslagruimte om foto’s te uploaden. Zal ik je eens iets verklappen? Ik gebruik de opslagruimte die ik krijg bij de Google+ pagina van ReputatieCoaching als gratis Content Delivery Network (CDN) voor vrijwel alle afbeeldingen die ik op de website vertoon. Zo ontlast ik de webserver en ik vind het ook een interessant experiment. Wil je daar meer over weten hoe ik dat doe et cetera, reageer dan onderaan de show notes van deze podcast op www.reputatiecoaching.nl/65.
Iedereen weet dat Google ooit is begonnen met het bepalen van de posities van webpagina’s in de zoekresultaten op basis van inkomende links naar de desbetreffende pagina, in relatie tot uitgaande links enzovoorts. Ik zal je niet vermoeien met het initiële algoritme.
Maar Google heeft door de jaren heen veelal op adequate wijze de kwaliteit van de zoekresultaten aanzienlijk verbeterd in de ogen van veel Internetters, maar minder in de ogen van de blackhat SEO-experts. Deze laatsten zagen hun pagina’s namelijk wegzakken naar de eeuwige magneetvelden, waardoor hun inkomsten tot om en nabij het nulpunt werden gereduceerd.
Matt Cutts bracht afgelopen week een video uit, waarin hij vertelt over een interessant experiment dat Google heeft uitgevoerd… De specialisten van de zoekgigant hebben onderzocht hoe de zoekresultaten eruit zouden zien, als Google het hele mechanisme van inkomende links naar content op het web overboord zou zetten. De video heb ik in de show notes opgenomen:
Ondanks de spam die er nog steeds is op Internet, zijn backlinks toch nog steeds een belangrijke maatstaf voor het bepalen van kwalitatief goede zoekresultaten. Dus de komende tijd zal Google niet zo 1–2–3 de ranking omgooien, waarbij backlinks totaal worden genegeerd.
Het verdienen van backlinks blijft dan ook nog steeds een belangrijke zaak. Dat houdt dus in dat je niet moet proberen zoveel mogelijk irrelevante links naar je content te creëren, maar dat je kwalitatief goede content moet blijven produceren, die door mensen wordt gewaardeerd en gedeeld. Partieel zal men de content dan delen op social media, en deels ook door middel van links naar je content. Zo verdien je je backlinks op een manier die Google graag ziet, het zogenaamde “link earning”…
Eerder deze podcast had ik het al over de Google Glass. Deze bril van Google is nog niet voor het grote publiek beschikbaar, maar alleen voor de zogenaamde Google Glass Explorers. De bril is sowieso nog niet in Nederland te koop in de winkels en ook niet online. Als je ’m online wilt kopen, dan moet je een Amerikaans adres hebben en aan nog een paar ander eisen voldoen.
Inmiddels is er al wel een nieuw woord ontstaan, dat van toepassing is op mensen die niet respectvol omgaan met Google Glass. Deze mensen worden toepasselijk “Glassholes” genoemd. Om niet te worden bestempeld als een “Glasshole” heeft Google een lijst van “Do’s & Don’t’s” gepubliceerd. Ik vond het wel leuk om die als laatste topic van deze podcast met je te delen, zodat je ze alvast kunt laten bezinken tot de Google Glass naar Nederland komt.
Wat je wel kunt doen (do’s)
Wat je niet moet doen (Don’t’s)
Met deze interessante video van Matt Cutts en de tips om te voorkomen dat mensen jou een “Glasshole” vinden, komen we dan weer aan het einde van deze podcast.
Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.
Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je reageren onderaan de show notes op www.reputatiecoaching.nl/65 of je kunt een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.
Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 65 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Links naar content die in deze podcast aan bod komt:
Locatiedata is geld waard! Dat blijkt nu wel weer: gisteren heeft Microsoft US$15 miljoen geïnvesteerd in Foursquare, in ruil voor het gebruik van gegevens uit de locatiedatabase van Foursquare.
Volgens het artikel “Foursquare Teams With Microsoft for Dollars and Data” in de Wall Street Journal beschikt Foursquare over de gegevens van meer dan 60 miljoen winkels, restaurants en andere locaties. Die gegevens zijn allemaal ingevoerd door de inmiddels meer dan 45 miljoen Foursquare gebruikers.
Al die gegevens kunnen Microsoft helpen om in Bing betere lokale resultaten te tonen en om gebruikers van Windows Mobile er bijvoorbeeld op te attenderen dat ze in de buurt zijn van een nieuw of populair restaurant et cetera.
Halverwege 2013 waren er volgens Bloomberg al geruchten dat zowel Microsoft als American Express in de race waren om te investeren in Foursquare, terwijl het er omstreeks december 2012 op leek, alsof Apple achter Foursquare aanzat voor het verbeteren van Apple Maps. Microsoft lijkt nu dus de eerste investering te hebben gedaan en wellicht volgen die andere partijen binnenkort ook nog.
Microsoft heeft de duimschroeven van Foursquare niet helemaal aangedraaid, want Foursquare mag de data ook nog steeds ter beschikking stellen aan andere partijen. Zo schreef ik in december 2013 over de nieuwe feature van Pinterest: “Pinterest Place Pins”. Voor de plaatsen waarop je binnen Pinterest foto’s kunt pinnen, wordt namelijk ook gebruik gemaakt van Foursquare.
Dit soort investeringen zijn niet nieuw voor Microsoft. Zo investeerde het bedrijf in 2007 ook al eens US$240 miljoen in Facebook, waarna Facebook gebruik ging maken van Bing als onderliggende zoekmachine.