Tijdens mijn dagelijkse rondreizen door de Blogosphere was ik al vaak de term “Markdown” tegengekomen, maar ik had me nooit verdiept in wat het was en waar je het voor kon gebruiken. Tot recentelijk… En ik ben inmiddels een Markdown-fan!!
Mogelijk duurde het zolang, doordat ik ten aanzien van bloggen een goede en optimale workflow dacht te hebben. Tot ik in Markdown dook…
Markdown bestaat al sinds 2004 en is ontwikkeld door John Gruber van Daring Fireball (i.s.m. Aaron Schwartz) als een uiterst simpele manier om platte tekst te kunnen opmaken, terwijl de opmaak ook leesbaar is als je de platte tekst bekijkt. Het voordeel van Markdown is dat het door middel van simpele programmatuur is om te zetten naar valide (X)HTML, PDF, RTF en andere formaten.
Markdown heeft een aantal voordelen:
Voorheen schreef ik blogposts ofwel in Google Docs, of in WordPress zelf, via de webbrowser. En daarvoor moest ik in beide gevallen online zijn. Ik heb dikwijls geëxperimenteerd met diverse blogging-applicaties, maar door de jaren heen was er nooit eentje die mij echt “pakte”, niet op m’n desktop, noch op mobiele apparaten.
Sinds ik me in de zomervakantie van 2013 heb verdiept in Markdown heb ik de simpele, maar uiterst doeltreffende app ByWord gekocht, op m’n iPad en op m’n desktop/laptop. En het is echt een verademing!
Ik kan nu veel sneller van me af schrijven, bijvoorbeeld doordat ik door middel van ## het equivalent van een H2-header in HTML kan typen, zonder de tekst eerst te hoeven markeren en dan de H2 kiezen uit een dropdown-menu of dit zelf in HTML moet aangeven.
Was het moeilijk te leren? Nee, ik heb welbeschouwd één enkele webpagina gelezen en ben toen begonnen. Tijdens het werken met Markdown liep ik nog wel even tegen een paar zaken aan, die ik niet meteen had begrepen, namelijk het gebruik van tabellen en images.
Images en video plaats ik nu niet in het document in ByWord. In plaats daarvan zet ik op het punt in de tekst waar een foto of video moet komen, een korte markering. Als ik dan gereed ben met het document, publiceer ik het vanuit ByWord als “Draft” naar WordPress.
In WordPress voeg ik dan de gewenste images/video’s toe en maak ik de laatste aanpassingen, voordat ik op “Publiceer” klik in WordPress.
De definitieve RTF-versie van het Markdown document bewaar ik op Google Drive.
De Markdown teksten zelf bewaar ik in een folder op Dropbox: zo kan ik er overal en vanaf alle apparaten bij. En daarmee heb ik ook meteen voordeel van de platte tekst: ik kan het met elke editor bewerken. ByWord stelt je overigens in staat om offline te werken en synchroniseert automatisch al je werk met Dropbox, zodra je online komt.
Mijn workflow is inmiddels als volgt:
Je kunt Markdown vanuit ByWord publiceren in WordPress. Dan wordt er uiterst minimale (clean en valid) HTML van gemaakt. Echter, als je geen ByWord hebt maar toch wilt experimenteren met Markdown, dan kun je ook de plugin Markdown for WordPress in je WordPress blog installeren. Je kunt dan je posts bewerken als Markdown, terwijl ze onderwater toch worden opgeslagen als HTML.
Hmmm… Nee. Ik ben in de korte tijd dat ik ermee werk, echt ontzettend gecharmeerd geraakt van Markdown. Mijn productiviteit, creativiteit en effectiviteit is enorm toegenomen. Dus voorlopig blijf ik echt gebruik maken van Markdown!
Ik raad je echt van harte aan om ook eens te kijken naar Markdown of het mogelijk iets voor jou is, vooral als jij iemand bent die (net als ik) veel schrijft.
Laat me hieronder weten, wat je ervan vindt en of jij ook bent overgestapt.
Denk jij ook dat het beter is voor je posities in de zoekresultaten om een aantal domeinnamen te hebben, die allemaal naar dezelfde website verwijzen? Heb je nu al diverse domeinnamen, waarbij op allemaal dezelfde content wordt vertoond? Lees dan beslist de rest van dit artikel!
Iets meer dan een week geleden kreeg ik van een luisteraar van de podcast de vraag of het voor de positie in zoekresultaten helpt om een aantal domeinnamen allemaal naar dezelfde website te laten wijzen. Het idee erachter was dan namelijk dat pagina’s vanaf de diverse domeinnamen worden vertoond in de zoekresultaten en je dus mogelijk meer kans maakt dat mensen ergens op klikken.
Het korte antwoord hier op is: NEE!!
Een soortgelijk kort antwoord had ik ook al in podcast 41 op deze vraag gegeven. Maar in die podcast heb ik ook beloofd dat ik er in een apart artikel iets dieper op in zou gaan.
Tot omstreeks halverwege 2012 kon je de voorpagina’s van de zoekresultaten domineren met dezelfde content, die je vanaf verschillende domeinnamen aanbood. Dus als je de pagina’s:
maximaal had geoptimaliseerd voor het trefwoord “roze kaplaarzen”, dan werden beide pagina’s in de zoekresultaten vertoond. En als je dan op diezelfde manier tien websites had, kon het gebeuren dat je de 1e pagina met zoekresultaten domineerde met content van alle tien je sites.
Maar sinds de zogenaamde Google Panda updates werkt dit niet meer. Sterker nog, als je dit alsnog probeert voor elkaar te krijgen, zul je zien dat je met geen enkele site goed scoort. Of nog erger: je sites zijn nagenoeg of helemaal niet te vinden. Dit wordt ten onrechte dikwijls de “Duplicate Content Penalty” genoemd.
Bestaat de “duplicate content penalty”? Als je het artikel ‘Demystifying the “duplicate content penalty”’ van Google uit 2008 erop naslaat, dan kun je lezen dat er niet zoiets als de “duplicate content penalty” bestaat. Ook dat is weer de korte versie…
In dat artikel kun je een paar nuttige richtlijnen van Google lezen (uit de totale lijst van de Google Webmaster Guidelines):
Google schrijft verder over “duplicate content” (vrijelijk vertaald):
Duplicate content op een site is niet per definitie een reden voor Google om actie tegen die site te ondernemen, tenzij die content is bedoeld om de zoekmachineresultaten te manipuleren of anderszins te beïnvloeden.
Mocht jouw site toch problemen hebben met duplicate content, maar lijkt het duidelijk dat je dit niet moedwillig doet –bijvoorbeeld doordat je CMS (=Content Management Systeem) dit veroorzaakt– dan is er dus in principe geen vuiltje aan de lucht en doet Google haar best om de meest relevante content aan de gebruikers te tonen.
Tja, wat is dan wèl duplicate content in de ogen van Google? Duplicate content kan op verschillende manieren op je site(s) ontstaan.
Nu weet je inmiddels wat Google ziet als duplicate content. Maar wat wordt dan niet als dubbele content beschouwd? Google heeft gezegd dat de volgende zaken in elk geval niet voor problemen zorgen:
Bekijk onderstaande video van Matt Cutts, waarin hij nogmaals toelicht dat Google hergebruik van foto’s en afbeeldingen niet als duplicate content beschouwt.
Een groot aantal pagina’s met dezelfde content kan er wel in resulteren dat Googlebot (de software die webcontent opspoort en indexeert) niet of moeilijk bij je echt relevante content komt. Ook kost het ophalen van al die dubbele content elke keer zinloze bandbreedte, wat een negatief effect op de performance van je website kan hebben.
Duplicate content kan de PageRank van de originele pagina’s doen verwateren, waardoor deze mogelijk lager scoren in de zoekmachines. Diverse bronnen op Internet melden dat PageRank niet meer relevant is, maar het aanbieden van dezelfde content onder meerdere (verschillende/unieke) URL’s resulteert in ieder geval in een verminderde gebruikerservaring. En dit is iets wat Google nu juist probeert te voorkomen, ongeacht of PageRank nog relevant is…
Het is verstandig om frequent te controleren hoe jouw site door Google wordt gezien en of je mogelijk issues hebt met duplicate content.
Door in Google eens in te typen:
site:www.jouwsite.nl
kun je zien wat Google allemaal van jouw website in haar index heeft. Als je ziet dat daar veel dezelfde content tussen zit, raad ik je aan om dit op te lossen. De manier waarop je dit kunt/moet doen, verschilt per situatie. Mocht je advies willen, neem dan contact met me op en ik zal mijn best doen je te helpen.
Vaak laat Google het bovendien zelf de webmaster in kwestie weten, als zij dit detecteert. Maar daarvoor moet je jouw site(s) wel aanmelden bij Google Webmaster Tools. Als je dat nog niet hebt gedaan, meld dan nu eerst al je sites daar aan. In onderstaande afbeelding zie je een voorbeeld van de WebMaster Tools rapportage over dubbele titels etc.
Samenvattend kun je dus stellen dat Google geen “duplicate content penalty” hanteert, maar dat het haar streven is om gebruikers zo relevant mogelijke content te bieden voor een maximale gebruikerservaring.
De meest gevreesde “penalty” bestaat dus niet en daarom vraagt Google webmasters en anderen te stoppen met het verspreiden van de mythe van de “duplicate content penalty”.
Denk jij ook over het starten van een weblog voor jouw personal branding? Wil jij ook weten wat je dan als beste domeinnaam moet kiezen? In dit artikel geef ik je een aantal overwegingen waarmee jij een betere keuze kunt maken voor een domeinnaam voor jouw personal branding.
Het blijkt elke keer lastig te zijn voor bloggers in spé: het kiezen van de juiste domeinnaam. En wat daar dan vaak op volgt, is de keuze van de gebruikersnamen voor alle uiteenlopende social media services. In deze blogpost ga ik in op het kiezen van de beste domeinnaam voor jouw personal branding.
Ik kreeg onlangs de vraag van een Nederlandse luisterares die in Duitsland woont. Zij is kunstenares en ze heet “Brechtje Hendriks”. Eerder heeft ze in podcast 37 ook een paar vragen gesteld en in podcast 41 heb ik kort over het kiezen van een domeinnaam verteld, waarna ik je dit artikel had beloofd.
Ze vroeg nu of het beter was bijvoorbeeld “brechtje.de” als domeinnaam te kiezen voor haar persoonlijke blog met artikelen over haar schilderijen, of “brechtjehendriks.com”. Bij deze laatste had zij het idee dat Google een dergelijke domeinnaam niet meer op prijs stelt, sinds de zogenaamde EMD-update.
EMD staat voor “Exact Match Domain”. Google heeft in het verleden geconstateerd dat websites met domeinnamen als “cheaphotelnewyork.com”, “buyviagraonline.nl” en “affordable-rolex-watches.com” werden misbruikt voor het onrechtmatig hoog scoren in de zoekresultaten, waarbij door middel van bijvoorbeeld affiliateprogramma’s of PPC-advertenties (PPC = Pay Per Click) veel geld werd verdiend door de site-eigenaren.
Op zich is daar niets mis mee, maar Google heeft als doel om zo goed mogelijke zoekresultaten te bieden voor een optimale gebruikerservaring. Dan helpen dit soort –veelal “crappy”– websites niet echt.
Dus heeft Google omstreeks eind september 2012 een aanpassing in haar algoritmes doorgevoerd, waarbij websites met dit soort domeinnamen, waarvan het meer dan overduidelijk is dat ze misbruikt worden, lager scoren in de zoekresultaten dan voor die tijd. Hierdoor komen de betere resultaten dus weer bovenaan.
In de vorige alinea schreef ik al “waarvan het meer dan overduidelijk is dat ze misbruikt worden”. Google is inmiddels in staat goed te beoordelen of een domeinnaam met de bijbehorende content wordt misbruikt of niet, in elk geval voor de Engelstalige domeinnamen en websites. Natuurlijk doet zij haar best om dit ook in alle andere talen te realiseren.
Op YouTube kwam ik een leuke Engelstalige video tegen met daarin uitleg over wat de EMD-update eigenlijk is. Deze keer eens geen video van Matt Cutts ;-).
Het nadeel van een domeinnaam met alleen je voornaam is dat je veel verkeer naar je site trekt, van mensen die op zoek zijn naar een naamgenoot met dezelfde voornaam, maar niet specifiek naar jou!
Zo krijg je dus “verdwaald” verkeer op je site, hetgeen dan weer resulteert in een hogere “bounce rate”. Dat zijn mensen die je site bezoeken en binnen een paar tellen weer weg zijn. Dit soort verkeer wil je eigenlijk niet op je website, omdat een hoge “bounce rate” een negatief effect kan hebben op je positie in de zoekresultaten.
Maar loop je dan het risico dat je wordt afgestraft als je je volledige eigen naam (dus voornaam en achternaam) gebruikt in combinatie met een top level domain, als .de, .nl, .com of .info?
Nee, daarvoor hoef je je geen zorgen te maken. Google is heus wel in staat om spammy sites als ik hierboven beschreef te onderscheiden van legitieme websites.
Hou je eigen domeinnaam wel herkenbaar en maak het niet te complex. Als je bijvoorbeeld “Iwan Gerstanovitsj”, kan het wat lastig zijn om een bijbehorende domeinnaam bijvoorbeeld over de telefoon door te geven aan iemand.
Als je een artiest bent met een eigen artiestennaam, of je werkt in het algemeen onder een pseudoniem, raad ik je aan die naam te gebruiken. Let wel op dat je zeker weet dat je je naam niet snel zult veranderen (zoals de zanger “Prince” uit de vorige eeuw), want dan kom je voor een aardig complexe operatie te staan, die ik je ooit wel eens in een apart artikel wil uitleggen.
Met andere woorden: gebruik de naam waarop mensen jou het meeste zullen zoeken en je het minste “verdwaalde” verkeer naar je site krijgt.
Op basis van wat ik hiervoor heb beschreven, adviseer ik Brechtje dus de volledige domeinnaam te registreren. En omdat zij Nederlandse is, die in Duitsland werkt en woont, maar haar schilderijen in principe wel over de hele wereld wil verkopen, is mijn advies om meteen de volgende domeinnamen vast te leggen:
Ook al zou ze niets met de .nl en .de willen: door zelf deze domeinnamen te claimen, voorkomt ze dat mensen in de toekomst online misbruik kunnen maken van haar (domein)naam. Maar je hoeft echt niet zo ver te gaan om ook .biz, .cc, .eu, .tv of andere semi-exotische top level domeinnamen te claimen. Kies (indien mogelijk) de .com, .nl en in dit geval ook de .de. Dat is in de meeste gevallen voldoende.
Hoewel buiten de scope van deze blogpost en de vraag die hieraan ten grondslag lag, is het dan het eenvoudigste om WordPress te (laten) installeren op de .com-site en zo snel mogelijk beginnen met de personal branding onder de best herkenbare domeinnaam. In diverse podcasts en andere weblogartikelen heb ik al eens beschreven wat mijn redenen hiervoor zijn, dus dat laat ik achterwege.
Ik ken mensen die letterlijk binnen een paar uur na het claimen van hun persoonlijke domeinnaam al relevante blogs hadden die hoog in de zoekresultaten scoorden.
Abonneer via: Google Podcasts | RSS
Hallo en hartelijk welkom bij deze 41e aflevering van de ReputatieCoaching Podcast.
Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.
Ook als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als accountant, banketbakker, ICT’er, artiest of wat dan ook te verbeteren.
Vandaag heb ik een paar onderwerpen voor je. Het eerste onderwerp gaat over de nieuwe site layout. Het tweede onderwerp van vandaag is de overname van Nokia door Microsoft. Daarna vertel ik je waarom je nooit 10.000 links voor 5 dollar moet kopen.
Een luisterares vroeg of ze meerdere domeinnamen naar hetzelfde weblog kon laten verwijzen om zo beter te scoren in de zoekmachines. Als afsluiting heb ik weer twee lijstjes voor je. Het eerste lijstje bevat 8 tips voor het bedenken en produceren van lokaal georiënteerde content en het tweede lijstje is een samenvatting van een artikel op Frankwatching met 10 tips voor betere social media updates.
Trouwe bezoekers hebben het natuurlijk al wel gezien: de website is vernieuwd! Dat wil zeggen: ik heb een ander theme geïnstalleerd. Ik was namelijk bezig met pogingen de snelheid van de site verder te vergroten, maar ik liep tegen een aantal beperkingen aan en kreeg de laadtijd van de pagina’s op de site eigenlijk niet onder de vier seconden. Sterker nog: soms was de laadtijd wel zeven seconden of langer, terwijl voor een goede gebruikerservaring de gemiddelde laadtijd toch echt onder de twee seconden moet blijven.
Het trage laden van de pagina’s leek te liggen in het theme wat ik gebruikte. Ongeacht wat ik probeerde te verbeteren of versnellen aan de server: de site zelf zou toch niet echt veel sneller worden. Dus ging ik op zoek naar informatie over themes, die bekend stonden om hun korte laadtijden, maximale optimalisatie en ook nog eens responsive waren. Zo stuitte ik op twee frameworks voor WordPress themes, die door veel professionele weblogs worden gebruikt, te weten:
Na flink wat te hebben gelezen, heb ik gekozen voor Genesis. Dit dus niet echt een theme op zich, maar een framework dat maximaal is geoptimaliseerd. Daar bovenop moet je dus dan nog een theme, of “child theme” zoals het binnen Genesis heet, kiezen en aanschaffen.
Mijn vorige theme had ik ook gewoon gekocht. Ik heb geen enkel probleem om geld te betalen voor iets waar ik baat bij heb. Maar bij elkaar was het Genesis Framework en het Streamline “child cheme” US$79,95, best wel prijzig voor een theme en dus aarzelde ik wel voor ik overging tot aanschaf. Die tachtig dollar bleek te zijn samengesteld uit zo’n zestig dollar voor het framework en twintig voor het theme.
Ik had zoveel positiefs gelezen over Genesis dat ik besloot het risico te lopen en het framework met theme kocht. En tjongejonge wat werd ik verrast!
Ik hoefde helemaal niet zoveel aan te passen en “Wauw!” wat laadden alle pagina’s opeens snel! Ik ging dan ook snel aan het testen met de Google Pagespeed Insights tool om te zien wat voor score de site nu kreeg bij Google. Die zat met het vorige theme zelfs nog onder de 80 punten van de 100 die je maximaal kunt scoren. Dat zat wel snor: alle pagina’s scoorden nu zo rond de 90 à 92 punten! Dat was mooi meegenomen!
De site voelde meteen ook een stuk sneller, dus naast dat ik geïnteresseerd was in de score volgens Google, was ik ook erg benieuwd naar de laadtijden van de pagina’s. Dus testte ik de snelheid met de PingWebsite Speed Test tool. Die gaf keer op keer aan, dat de pagina’s nu laadden in zo’n 400 milliseconden! Dat noem ik nu nog eens een verbetering!
Ik liep wel tegen een paar kleine dingetjes aan, die ik nog moet fixen. Zo is het hoofddeel van de blogposts iets smaller dan voorheen en nu steken video’s iets uit aan de rechterkant. Dus moet ik met terugwerkende kracht de artikelen waar video’s in staan, deze iets kleiner tonen op de pagina: in plaats van 640 bij 360 pixels, moet ik ze nu op 600 bij 340 pixels weergeven.
Zelf ben ik supertevreden over het resultaat! Ik ben echter wel benieuwd wat jij vindt van het huidige design. Vind je het prettiger leesbaar en ervaar jij ook dat de site een stuk sneller is? Laat het me weten als een reactie onderaan de transcriptie van deze podcast. Die kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/41.
Afgelopen week werd bekend dat Nokia is overgenomen door Microsoft voor een slordige US$7.2 miljard. Maar ik hoor je denken: “Wat heeft dat te maken met lokale vindbaarheid, reputatie et cetera?”. Nou, het heeft totaal geen relatie met online reputatie, maar wel met lokale vindbaarheid…
Want het geval wil dat Nokia in 2007 het kaartenbedrijf Navteq heeft gekocht voor toentertijd US$8.1 miljard. Maar inmiddels is bekend geworden dat Nokia per jaar zo’n 1 miljard dollar verlies lijdt op Navteq. Op zich is dat niet bijzonder, want ook concurrent Google besteedt per jaar zo’n 1 miljard dollar aan het actueel houden van Google Maps. Dat zijn natuurlijk gigantische bedragen! En Google heeft nu eenmaal veel inkomsten en kan die kosten wel maken, hoewel Google Maps nog niet echt een winstgevend model is, maar een kostenpost.
Terugkomend op waarom dit mogelijk interessant is: Nokia heeft het kaartenmateriaal van Navteq beschikbaar gesteld op here.com. Dat is een regelrechte concurrent van Google Maps. Maar in de deal heeft Microsoft alleen de telefonietechnologie van Nokia gekocht. Daarmee is Here dus nog steeds eigendom van Nokia. Microsoft gebruikt echter de data van Here wel in licentie en blijft dat ook voor de komende jaren doen ten behoeve van Bing Maps.
Hoewel Bing Maps en Bing Local in Nederland nog niet echt voorhanden zijn, is mijn advies voor jou om je bedrijf nu toch ook alvast wel aan te melden op Here.com. Dan sta je er alvast vermeld, dat kan nooit kwaad! Als je je hebt aangemeld, zal Nokia naar het bedrijfsadres een kaartje sturen met een PIN-code om je aanmelding te bevestigen. Maar mocht je de wachttijd bij Google Maps al lang vinden, bereid je dan maar voor op een nog veel langere tijd bij Nokia. Ik moest zo’n zes of zeven weken wachten op het kaartje…
Oh, mocht je op zoek zijn naar de links van deze sites die ik hiervoor allemaal heb genoemd, die kun je vinden onderaan de show notes op www.reputatiecoaching.nl/41/.
Hoewel je in het verleden hoger in de zoekresultaten kon komen, als je maar meer links naar je site had dan al je concurrenten, is dat tegenwoordig niet meer het geval. Toch zie je nog steeds aanbiedingen op Internet voor duizenden backlinks, contekstuele .EDU-backlinks, linkpiramides en honderden persberichten voor een schamele US$5. Zoek op de site Fiverr.com maar eens op het trefwoord “backlinks”. Ik vond tijdens het maken van deze podcast maar liefst 7.546 resultaten op deze zoekterm. Overigens, “Fiverr” schrijf je als: “F-I-V-E-R-R”.
Vooral mensen die een website hebben en af en toe eens iets lezen over het scoren in de zoekmachines stuiten vaak nog op allang achterhaalde informatie, waarin wordt beschreven dat je maar zoveel mogelijk links naar je site moet hebben, wil je hoger scoren dan je concurrenten. En dan lijkt zo’n “fantastische” aanbieding voor slechts US$5 te mooi om waar te zijn en een snelle, gemakkelijke en bovenal goedkope route naar de top in de zoekresultaten.
Meestal is datgene wat te mooi lijkt om waar te zijn, ook precies datgene te zijn… Namelijk: te mooi om waar te zijn! Oh, je krijgt heus wel je links! En meestal krijg je van de aanbieders ook nog wel een bonus of iets dergelijks, dus nog meer links. Geloof me: deze links helpen je echt niet naar de top! Nee, ze helpen je site eerder naar de kelder!
Stel je hebt met moeite de afgelopen twee jaar of zo een goede 50 backlinks naar je site gekregen. Moet je je eens voorstellen wat Google van jouw site gaat denken, als ze binnen een paar weken opeens 10.000 links naar jouw site detecteren. En wat als die links staan tussen allemaal porno-, viagra en casinogerelateerde links naar Engelstalige of anderstalige sites… Hoe waardevol zal Google die links dan vinden?
Juist: NUL! Of erger nog: ONDER NUL! Want het beleid van Google is dat je nooit links naar je site mag kopen en het ligt er dik bovenop dat die 10.000 links die je opeens het “verworven”, zijn gekocht. Dus wat er dan in het beste geval gebeurt, is dat je site niet meer vindbaar is in de zoekresultaten en als je een beetje pech hebt krijg je van Google een penalty, waardoor jouw site helemaal niet meer kan worden gevonden in Google. Hmmm… “From Hero to Zero for only US$5”… Daar word je dan echt niet vrolijk van!
Ik heb het al vaker gezegd: goede backlinks moet je verdienen. Daarom spreekt men tegenwoordig ook vaker van “linkearning” dan “linkbuilding”. En om je een indicatie te geven: mocht je een link op een kwalitatief goede site willen kopen, dan moet je al snel rekenen op zo’n EUR 100 per jaar of meer… Voor één link!
Mijn advies is dus: koop nooit of te nimmer links! Dat is gewoon het beste! Blijf goede content produceren met een zekere regelmaat, die ook nog eens interessant wordt gevonden door je lezers en bezoekers van je site. Houd dat vol! En blijf het volhouden! De route naar online succes kun je niet afsnijden!
Luisterares Brechtje vroeg laatst of het beter was voor de vindbaarheid om meerdere domeinnamen te koppelen aan hetzelfde weblog. Ze wilde zowel brechtjehendriks.com als brechtje.de laten verwijzen naar dezelfde content.
Kort gezegd moet je dit niet doen. Voor 2011 kon dit allemaal wel, maar Google is slimmer geworden door de jaren heen. In mei 2011 heeft Matt Cutts van Google al een video opgenomen, waarin hij zegt dat het op zich geen probleem hoeft te zijn:
Dus mijn advies aan Brechtje is om enkel en alleen een weblog in te richten op brechtjehendriks.com en de domeinnaam brechtje.de gewoon geclaimd te houden, om te voorkomen dat iemand anders zich die toeeigent.
Later van de week zal ik een artikel publiceren, waarin ik hier dieper op in ga.
Soms zeggen mensen wel eens tegen mij dat ze ofwel geen tijd hebben voor het schrijven van content, of beter: lokaal georiënteerde content en dat het te duur is, als ze het laten doen. Dus geven ze hun geld liever uit aan een infographic of zo. Of nog erger: ze spenderen US$5 aan 10.000 backlinks, waar ik het eerder al over had.
Vaak wordt er dus moeilijk gedaan over content. Maar als je goed om je heenkijkt, is content overal! Denk eens aan:
Al deze onderwerpen kun je op één of andere manier wel relateren aan je locatie. Wees creatief! Bedenk dat je heus niet vijf dagen in de week verse content hoeft te publiceren! En als je eenmaal inspiratie hebt: schrijf dan gewoon een paar stukken content die je in de toekomst online kunt laten verschijnen.
Als je dan verder wilt gaan met het produceren van lokaal-georiënteerde content kun je wellicht iets met de volgende 8 tips.
1. Onderzoek je lokale zoektermen en maak een plan
Voordat je je blog gaat optimaliseren voor betere lokale vindbaarheid, moet je weten waarop er zoal in je plaats of regio wordt gezocht door mensen. En je moet erachter komen welke lokale zoektermen verkeer naar je weblog brengen, het effect van dit verkeer en of je hiermee wel het juiste verkeer naar je website trekt. Want als mensen slechts doorklikken naar je site om daarna binnen een paar seconden op de “Back”-knop te klikken zonder iets te kopen of zich in te schrijven, dan heb je er niets aan.
2. Associeer je producten/diensten met je locatie(s) in je blogposts
Maar al te vaak zie je dat bedrijven in de artikelen of productbeschrijven op hun website zich helemaal niet richten op de locatie. Dat is een gemiste kans. Probeer je content zoveel mogelijk om je locatie te schrijven, zonder dat je “spammy” overkomt. Vergeet niet dat je voor mensen moet schrijven en niet voor de zoekmachines!
3. Maak gebruik van lokale evenementen
Lokale evenementen zijn bij uitstek geschikt om artikelen over te schrijven, die op één of andere manier zijn gerelateerd aan jouw bedrijf, je producten of je diensten. Als je op een beurs staat, zorg er dan voor dat je op de website van die beurs met al je bedrijfsgegevens correct wordt vermeld en wel natuurlijk een link naar je website staat.
Of denk er eens over of je wellicht een evenement voor een goed doel kunt sponsoren, om zo meer bekendheid te krijgen. Als er een podcast in of over je plaats is, probeer dan daarvoor uitgenodigd te worden, bijvoorbeeld voor een interview. Of vraag een lokale blogger of hij of zij je wil interviewen.
Radiostations, podcasters en bloggers zitten vrijwel altijd om content verlegen en zullen je dankbaar zijn, als je zelf met een origineel idee of initiatief komt.
4. Vermeld andere lokale specialisten, buiten je eigen vakgebied
Stel een fitness-centrum heeft een masseur en een fysiotherapeut onder haar dak. Laat die mensen dan ook eens artikelen publiceren op de website van het fitness-centrum.
Mocht dit niet het geval zijn, interview dan gewoon andere specialisten.
5. Maak gebruik van de seizoenen
Sommige content is echt seizoensgebonden en ook sommige bedrijven zijn seizoensgebonden. Zo kan ik me voorstellen dat mensen in de winter minder snel op zoek zijn naar een ijssalon. Op die momenten kan het handig zijn om artikelen te posten over andere positieve karakterstieken van het bedrijf, zoals bijvoorbeeld dat het gratis WiFi heeft, of over de achtergrond van de geserveerde koffie enzovoorts.
6. Participeer in de lokale gemeenschap en deel je activiteiten
Lokale bedrijven en organisaties zijn over het algemeen actiever in de lokale gemeenschap, dan landelijke merken en bedrijven. Bloggen over wat je doet, of over wat je medewerkers doen in lokale activiteiten kan ook kansen bieden voor lokaal getinte content. Maak anders ook eens een video van iets lokaals.
7. Promoot je blog op de social media
Als je je blogberichten in de social media promoot, denk er dan aan om de plaats of regio ook te gebruiken in de titel of aankondiging. Gebruik de plaatsnaam als hashtag in Twitter, Google+ of Facebook.
8. Focus je niet alleen op lokale SEO, maar produceer ook waardevolle content
Lokale SEO is belangrijk, natuurlijk! Maar het is slechts een deel van alles wat je moet doen, wil je je met je bedrijf of organisatie in je stad, plaats of regio onderscheiden van de rest. Dus naast dat je continu moet werken aan het verkrijgen van meer citations (je weet wel: bedrijfsvermeldingen met je bedrijfsnaam, je adres, postcode en telefoonnummer), moet je echt ook waardevolle lokale content produceren.
Er zijn nog steeds mensen die denken dat je met geen of weinig inspanning probleemloos in de top van de zoekresultaten terecht kunt komen. Nou, laat ik je dan uit je droom helpen: dat kan tegenwoordig echt niet meer. Je zult er aan moeten werken en hard! Het probleem is namelijk: als jij het niet doet, dan doet je concurrent het wel en vergroot hij of zij de voorsprong nóg meer!
Zojuist had ik het over het promoten van je blog op de social media. Daar kan vaak ook nog wel het één en ander aan worden verbeterd. Op Frankwatching kwam ik het artikel “10 tips voor betere social media updates” door Bianca van de Ketterij (van iBianca) tegen. Bianca heeft aan de hand van een infographic van “The Social Skinny” een tiental nuttige aanbevelingen toegelicht.
Ik kan je aanraden de toelichtingen op haar tips te lezen in het artikel, waarvan je de link in de show notes vindt. Hier beperk ik me even tot het kort opsommen van de 10 tips:
Met deze “10 tips voor betere social media updates” kom ik dan weer aan het einde van de podcast van vandaag. Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.
Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.
En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 41 en mijn naam is Eduard de Boer.
Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!
Tot volgende week!
Doei!
Hieronder het overzicht van de links die in deze podcast aan bod komen: