Tag archief Yahoo!

doorEduard

105: #FAIL voor @Vitens. Hoe optimaliseer je een webshop? Scoort jouw site in Bing en DuckDuckGo? 10 tips om met je site te scoren in Bing!

ReputatieCoaching PodcastDe onderwerpen voor vandaag, de dag voor Sinterklaas. Dus daar begin ik vandaag mee… althans met online business. Afgelopen week ontving ik een voicemail van Jerry over het optimaliseren van een webshop. Daarover zometeen meer. Google heeft haar kwaliteitsrichtlijnen voor Google+ Mijn Bedrijf aangepast. De grote verschillen deel ik straks met je. En hoe scoort jouw site op Bing? Of op DuckDuckGo? Waarom dat belangrijk kan worden, hoor je ook in deze podcast. En als je wilt scoren in Bing, heb ik 10 tips voor je, om je daarbij te helpen.

Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Ik ben Eduard de Boer, ReputatieCoach. Dit is dé podcast die jou helpt om meer business te genereren, doordat jouw website beter gevonden wordt, zowel lokaal als landelijk en doordat ik je uitleg hoe je je online reputatie kunt verbeteren. Dit alles helpt je om je bedrijf en jezelf beter op de online kaart te plaatsen.

De podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/105. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes, op Stitcher en ook op TuneIn Radio. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.

#FAIL voor @Vitens webcare

Voordat ik begin met de onderwerpen voor vandaag, eerst even een #FAIL. Deze week is de #FAIL voor @Vitens. Ik zal je kort uitleggen waarom…

Gisteren hadden we hier opeens geen water meer, als we de kraan opendraaiden. Even zoekend op Google leerde ik het mooie woord “waterstoring”. Vervolgens zocht ik de website van Vitens op, om de waterstoring te melden.

#FAIL voor @vitens

Op hun contactpagina staat dat je storingen via Twitter kunt melden aan @vitens. Dat heb ik dan dus ook gedaan. Mijn eerste tweet was om 14:59 en circa een kwartier daarna heb ik er nog een gestuurd. Tot op heden moet ik nog steeds een reply krijgen. Dat vind ik echt een ondermaatse prestatie van Vitens en dus een #FAIL waard!

In de show notes heb ik een lijstje van recente tweets aan Vitens staan en het blijkt dat mijn ervaring niet uniek was. Bovendien lijkt het erop alsof Vitens niet alleen slecht communiceert via Twitter, maar ook lijken contactformulieren op de site niet te werken:

#FAIL voor @vitens webcare

Foei, Vitens! Je kunt dan weliswaar waterleverancier zijn voor 5,5 miljoen huishoudens, maar dit kan echt niet!

Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…

Stijging online aankopen

Morgen is het Sinterklaas en volgens mij hebben de goedheiligman evenals alle multicolor pieten en hulpklazen dit jaar massaal online ingekocht. De verkoopcijfres en statistieken over online versus offline business zullen we de komende dagen wel horen en lezen.

De afgelopen jaren zie je een sterke groei in de online aankopen rond de feestdagen. Als hulpsinterklaas heb ik alle cadeaus voor onze dochter online gekocht, om zo tijd te besparen, doordat ik niet in lange rijen voor kassa’s hoef te wachten. Vanuit mijn bureaustoel heb ik binnen één uur een selectie van de verlanglijstjes online besteld. En volgens de bevestigingsmails wordt alles vandaag bezorgd, inclusief pakpapier. Keurig op tijd, dus. Ik hoef het dan alleen nog maar in te pakken.

Voor mij is het heel simpel: de producten op de verlanglijst waren helder gespecificeerd; er kan eigenlijk geen misverstand over ontstaan. Dus dan hoef ik niet naar de lokale winkel om de objecten in de handen te nemen en daarmee vervolgens naar de kassa te lopen, af te rekenen om zo met afgeladen tassen de auto in een overvolle parkeergarage op te moeten zoeken.

Een deel van de inkopen heb ik gedaan bij Intertoys, omdat één van de verlanglijstjes daarop was afgestemd, inclusief verwijzing naar de bladzijden in het grote speelboek. Dat maakte het voor mij gemakkelijk, want sommige artikelen die niet bij Intertoys verkrijgbaar waren, kon ik zo snel en gemakkelijk bij bol.com bestellen.

Hoe wrang het ook moge zijn voor de detailhandel: ik denk dat er steeds meer online besteld zal worden en dat deze stijging ten koste zal gaan van de lokale speelgoedwinkeliers in dit geval. Maar hetzelfde geldt straks voor Kerstmis en de Kerstinkopen. Ook daar zal de lokale detailhandel een knauw voelen, vrees ik.

Hoe zit het met jou? Of als je een lokale winkelier bent: heb jij dit jaar iets gemerkt van een daling van verkopen in je winkel? En voor alle hulpklazen en hulppieten: heb jij inkopen gedaan bij lokale winkels, of ook al meer online? Wat was daarvoor je beweegreden? Daar ben ik heel benieuwd naar. Geef eens je reactie onderaan de transcriptie van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/105.

Online promotie van een webshop

Eerder deze week ontving ik een vraag van Jerry. Hij sprak het volgende in op de ReputatieCoaching voicemail:

Goedenavond Eduard. Met Jerry, eigenaar van webshop low-budgets.nl.

Ik luister met veel aandacht naar je podcasts en ik vraag me af of het interessant en leuk is om een keer een artikel te wijden aan webshops.

Ik heb de afleveringen gehoord over tandartsen en restaurants en daar kun je gericht op adverteren, laat ik maar zeggen, om je vindbaarheid groter te maken.

Maar wat als je meerdere artikelen hebt, bijvoorbeeld een webshop met 200 artikelen.

Ik zou het wel interessant vinden om eens te horen wat daar de mogelijkheden voor zijn.

Misschien vind je het leuk om daar eens wat aandacht aan te besteden.

Alvast bedankt!

Nou Jerry, leuk dat je contact opneemt. Inderdaad, een webshop is heel anders dan een restaurant, tandartspraktijk of kapper en wat dies meer zij. Want met een webshop krijg je alleen bestellingen online, die je dan moet versturen naar de koper; je klanten komen niet naar een lokale vestiging.

Om te beginnen heb ik natuurlijk eens gekeken naar je website, een mooie en overzichtelijke website, kan ik wel zeggen. Maar wat mij als eerste opviel, was de lange laadtijd van de pagina’s. Het was dat je mij had benaderd om eens wat tips te geven, anders was ik al naar een volgende site gegaan in de hoop daar te kunnen vinden, waar ik naar op zoek was.

Ik begon namelijk je site te bekijken, terwijl ik ’s avonds op de bank zat. En toen had ik alleen mijn iPhone in de buurt. Mijn indruk op mobiel was dat het heel lang leek te duren, voor er maar iets gebeurde als ik van pagina naar pagina ging.

Ik heb op de desktop met de Pingdom Website Speed Test eens getest hoelang het duurde om sommige pagina’s te laden en ik kwam meestal tussen de 2 en 5 seconden uit:

Website speed test voor low-budgets.nl

In de show notes heb ik een screenshot opgenomen, waarin ik meet hoelang het duurt om de pagina voor “electrisch gereedschap” te laden. Zoals je kunt zien duurt dat 2,1 seconde, dat is nog acceptabel. Maar wat daaronder opvalt is de lange wachttijd voordat de data wordt ontvangen! Je ziet dat het 1,45 seconde duurt, tot jouw webserver begint met het versturen van gegevens, nadat de URL is opgevraagd. Dat is extreem lang, vind ik. Die bijna anderhalve seconde zit iemand naar zijn of haar scherm te staren, terwijl er niets lijkt te gebeuren. Moet je je voorstellen: als je die kunt reduceren tot 200 milliseconden, dan worden je pagina’s opeens binnen een seconde geladen en vertoond!

Waar precies die vertraging in zit, is niet 1–2–3 te zeggen. Mijn gevoel zegt dat het de onderliggende database is, die de bottleneck is. Daar zou ik als eerste gaan zoeken. Verder kan het tijdelijk cachen van content ook een substantiële versnelling opleveren.

De laadtijd is in elk geval een belangrijke factor voor de gebruikerservaring, evenals natuurlijk de mobielvriendelijkheid. Die is bij jouw site bijna goed. Het enige minpuntje vind ik, dat de afbeeldingen verkeerd schalen: die worden op mijn iPhone horizontaal teveel verkleind en niet in proportie met de verticale verkleining.

Wat ik ook eens heb gedaan, is testen wat Google vindt van de snelheid van je site, zowel op desktops, als op mobiele apparaten. De resultaten daarvan vind je terug in de show notes:

Google Pagespeed Insights voor low-budgets.nl

Op de desktop geeft Google Pagespeed jouw site op snelheid 69 punten van de 100. Dat is laag. Je moet zien dat je de adviezen van Google opvolgt, om toch echt boven de 85 te komen, als je je wilt onderscheiden van collega’s, denk ik.

Google Pagespeed Insights voor mobiele versie van http://www.low-budgets.nl

Ook vindt Google de snelheid van mobiel te traag: die staat met 55 van de 100 punten zelfs in het rood. Daar moet je dus echt aan werken! Google zegt verder dat de reactietijd van je server 2,4 seconden is, wat ik hiervoor ook al constateerde. Als je doorklikt op de Pagespeed tool, dan kun je lezen dat deze trage reactietijd kan komen door tientallen verschillende factoren, waarbij je kunt denken aan:

  • langzame app-logica
  • langzame databasequery’s
  • langzame routering
  • frameworks
  • bibliotheken
  • CPU-gebrek voor resources
  • onvoldoende geheugen
  • etc.

Nu terug naar je vraag, want jij wilt weten hoe je nu jouw producten beter vindbaar kunt maken, dan die van andere webshops. Dat is en blijft een lastige klus. Want waarschijnlijk is elke webshop-eigenaar daar op uit en dus daarmee bezig.

Laat ik eens een paar zaken langslopen, waar je optimalisatie kunt behalen:

  • Foto URL’s – Deze bevatten alleen maar hexadecimale strings, dus je mist daarmee een kans om bijvoorbeeld je lintzaagafbeelding ook hoog te kunnen laten scoren op trefwoord “lintzaag” in Google afbeeldingen.
  • Product URL’s – Die heb je wel aardig goed, maar ik zie bijvoorbeeld spelfouten, zoals “lintzaagg” met dubbel “g” in de URL. Dan bevat de URL een andere type aanduiding, dan dat er op de productpagina staat. Op de pagina staat de “BSEM 750”, terwijl in de URL “BSEM–370” wordt vermeld. Als nu mensen zoeken op de BSEM 370, dan kan het zijn dat jouw pagina over de 750 wordt vertoond, hetgeen niet de gewenste lintzaag kan zijn voor de bezoeker.
  • Typefouten – Dezelfde typefout (“lintzaagg” met dubbel “g”) heb je ook op de pagina en in de META description.
  • “description”-tag – Je “description” META-tag nodigt niet echt uit tot doorklikken, is mijn mening. Je probeert die vol te stouwen met alle features van de lintzaag. Eigenlijk is dit gewoon gekopieerde tekst die elders ook op de pagina staat. Als je de lintzaag vermelding in Google controleert, zie je wat ik bedoel. Ik heb hiervan ook een screenshot opgenomen in de show notes:
    SERP voor lintzaag incl. META description
  • “keywords”-tag – Ondanks dat de “keywords” META-tag niet meer wordt gebruikt, heb jij ’m gevuld met spam. Ik zie trefwoorden als “laagste prijsgarantie”, “kortingen”, “lets make things cheaper” enzovoorts. Die hele regel zou ik gewoon weghalen.

Keywords

Feitelijk zijn al deze maatregelen goed webmasterschap. Laten we nu eens kijken hoe je je zou kunnen onderscheiden van andere sites, waar bijvoorbeeld dezelfde lintzaag wordt aangeboden. Ik heb er een aantal bekeken en ik zag dat ze allemaal vrijwel dezelfde tekst hebben, namelijk alle technische specificaties.

Nu ontkom je er niet aan om die te noemen, maar het is de kunst om een beter pakkende omschrijving bij elk product te plaatsen, waarin je over het product of artikel schrijft.

Verder zou je video’s bij elk product kunnen plaatsen, die je host op YouTube. Dan kun je denken aan:

  • Unboxing video’s, dat zijn dus video’s waarin het product wordt uitgepakt
  • HOW-TO video’s waarin wordt uitgelegd hoe je het product gebruikt
  • Review-video’s, waarin mensen vertellen hoe tevreden ze zijn over het product
  • Promotievideo, waarin je het product aanprijst met alle features en mogelijkheden

Wist je trouwens dat de links naar je social media niet werken? Ik zie als URL alleen het hekje (“#”).

Over social media gesproken: je zou ook foto’s van je producten met links naar de productpagina op je website kunnen pinnen op Pinterest. Want als ik daar bijvoorbeeld zoek op lintzaag, vind ik maar een stuk of 16 pins. Daar liggen dus kansen. Kansen die overigens andere webshops al wel mondjesmaat benutten… Want zoek op Pinterest maar eens naar “accuboormachine”, dan zie je wat ik bedoel.

Als je dan toch bezig bent met foto’s, ga dan ook op Instagram je producten promoten met mooie foto’s. En gebruik eventueel ook Facebook om je producten onder de aandacht te brengen.

Zoals ik altijd zeg: ga content produceren over je producten. Breng die content onder de aandacht van je potentiële publiek.

Tja en tenslotte voor de lokale vindbaarheid, zou ik toch ook een zakelijke Google+ Mijn Bedrijf pagina maken, waar je foto’s van je producten uploadt. Ook zou ik je producten promoten op Google+. Want vergeet niet, dat die content op Google+ vaak heel goed scoort in de zoekresultaten!

Tot zover mijn adviezen in een notendop. Jerry, ik hoop dat je er iets aan hebt. Mocht je meer advies of concrete hulp willen, neem dan gerust contact op.

Google past richtlijnen Google+ Mijn Bedrijf aan

20 februari van dit jaar meldde Google dat je in de bedrijfsnaam van een vermelding op Google+ Mijn Bedrijf toevoegingen mocht doen, binnen bepaalde voorwaarden. Vanaf deze week is dat weer helemaal teruggedraaid. Het enige wat er mag staan in de zakelijke bedrijfsvermelding op Google+ is de bedrijfsnaam. Punt! Niets meer dus!

Naast dat je geen toevoegingen meer mag hebben in de bedrijfsnaam zijn er nog meer wijzigingen:

  • Je moet altijd de specifieke categorie kiezen en niet de algemene vader-categorie. Dus bijvoorbeeld “kindertandarts” en niet “tandarts”.
  • Meer consistentie in categorie en bedrijfsnaam in geval van bedrijven met meerdere vestigingen
  • Twee of meer merken op dezelfde locatie moeten één naam kiezen
  • Als verschillnde bedrijfsonderdelen elk hun eigen Google+ pagina hebben, moeten ze verschillende categorieën gebruiken.
  • In geval van gezamenlijke praktijken met meerdere locaties en meerdere specialisten, dan moet iedereen zijn eigen naam gebruiken en niet de naam van de praktijk.
  • Virtuele kantoren zijn niet toegestaan, tenzij ze bemenst zijn tijdens kantooruren.

Tja, zoals je ziet worden ook de richtlijnen voor lokale bedrijfsvermeldingen steeds verder aangescherpt. Gelukkig wordt hiermee de kans op misbruik ook verder verkleind. Dat kan ook voor veel ondernemers weer een verademing betekenen, omdat ze dan mogelijk hoger in de lokale resultaten kunnen scoren.

Ik heb het overigens nagekeken en de Nederlandse kwaliteitsrichtlijnen zijn nog niet bijgewerkt, analoog aan de Engelstalige.

Google indexeert “verborgen” content niet meer

Er zijn nog steeds sites die bepaalde content pas vertonen, als een gebruiker bijvoorbeeld naar beneden of naar rechts scrollt, als die op een “Lees meer” link klikt of naar een ander tabblad gaat. Dat zijn sites die de komende tijd mogelijk lager kunnen gaan scoren in Google.

Dat komt doordat Google webcontent die initieel wordt verborgen tijdens het “onLoad” event in de browser, niet meer indexeert. Als een pagina als gevolg hiervan dus weinig content bevat, neemt voor Google de relevantie van die pagina af en kan die dus lager gaan scoren.

De reden die John Mueller van Google hiervoor geeft, is dat als je initieel tekst verbergt, Google dit niet als de meest relevante content beschouwt. Ik laat je eventjes het stukje horen, waarin John er op in gaat…

Dus: maak je content zo min mogelijk verborgen en laat in elk geval je meest relevante content direct zien bij het laden van je pagina’s.

Europees parlement wil Google opsplitsen

Vorige week vertelde ik je dat Google in de VS juist een rechtzaak heeft gewonnen, waarbij is uitgesproken dat Google zo’n beetje alles kan en mag doen met haar zoekresultaten. Dat was een forse overwinning.

Aan de andere kant wordt Google in Europa impliciet gedwongen om het bedrijf dusdanig op te splitsen, dat de zoekmachine los wordt gemaakt van de overige Google diensten. Dit is vorige week besloten in het Europese parlement, niet alleen voor Google, maar ook voor andere zoekmachinegiganten.

In een artikel op Computable stond onder andere het volgende te lezen:

De stemming, waarin ruim tweederde van het parlement voor de motie stemde, is vooral van symbolische waarde. In de aangenomen tekst staat: ‘Het Europees Parlement vraagt de Commissie om wetsvoorstellen in overweging te nemen voor de ontvlechting van zoekmachines van andere commerciële diensten.’ Ook wordt de Commissie opgeroepen om ‘misbruik met de marketing van vervlochten diensten door uitbaters van zoekmachines te voorkomen’. Het gaat dus niet specifiek om het bedrijf Google. Maar zou er wetgeving komen, dan heeft dit gevolgen voor een bedrijf als Google.
(Bron: Computable, 28–11–2014)

Hoewel het Europees Parlement geen opsplitsing bij Google kan afdwingen, heeft het via de Europese Commissie wel de mogelijkheid om nieuwe wetgeving in te voeren die mogelijk invloed heeft op de werkzaamheden en rechten van de zoekgigant.

Deze actie heeft niet alleen in Europa, maar vooral in de Venigde Staten gezorgd voor veel rumoer. Hoe dit alles verder verloopt, moeten we nog zien. Ik houd een vinger aan de pols!

Hoe scoort jouw site in Bing? En in DuckDuckGo?

Dat was over Google en ik weet bijna zeker dat alle luisteraars het meest geïnteresseerd zijn om te weten, hoe zij hoger kunnen scoren in Google. Sites als Bing en DuckDuckGo interesseren ze niet. En hoe zit jij daarin? Kijk jij wel eens hoe jouw site scoort in Bing? Nee? Dan zou ik dat toch maar eens gaan doen!

Ik hoor je denken: “Hoezo moet ik mij verdiepen in hoe ik rank op Bing? Daar komt toch vrijwel geen enkele bezoeker vandaan?”. Dat klopt… Inderdaad… Nog wel!

Let op… Ik zeg bewust: “Nog wel!”. Want inderdaad komt meer dan 90% van al het zoekverkeer van Google. Echter, per 2015 loopt er een contract tussen Google en Apple af. Apple verdiende de afgelopen jaren namelijk zo’n slordige 1 miljard dollar aan Google, doordat het Google als standaard zoekmachine in Safari aanbood. Daardoor maakt 45% van de mobiele markt wereldwijd gebruik van Google als standaard zoekmachine vanaf alle iOS apparaten, zoals iPhones, iPads en iPods.

Maar als dat contract afloopt, kunnen zaken wel eens veranderen. Dan zou het zomaar kunnen zijn dat Apple verder gaat met Bing… Of met DuckDuckGo… Ook gaan er geruchten dan Apple zelf een zoekmachine aan het optuigen is. Wat het ook moge worden: het kan dus geen kwaad om eens te controleren, of jouw site ook goed te vinden is op Bing en DuckDuckGo.

Yahoo ziet grote stijging zoekverkeer als gevolg van “standaard” instelling in Firefox

Apple is niet de enige organisatie die banden heeft met bepaalde zoekmachines die aan veranderingen onderhevig kunnen zijn. Vorige maand nog werd bekendgemaakt dat Firefox in de Verenigde Staten niet meer standaard Google instelt als zoekmachine, maar Yahoo!

Deze instelling is operationeel sinds Firefox 34, de meest recente versie die onlangs uitkwam. Hoewel Firefox 34 nog niet wijd verbreid is, krijgt Yahoo! al driemaal meer zoekverkeer door Firefox 34, dan door versie 33.

Volgens StatCounter is het zoekaandeel van Yahoo! in slechts twee weken gestegen van 9,6% naar maar liefst 29,4%! Daarentegen is het gebruik van Google in Firefox 34 gedaald van net iets meer dan 82% naar zo’n 63,5%! Dat is een forse daling!

StatCounter Yahoo! growth thanks to Firefox 34!

Nog steeds blijft Google ook in de USA oppermachtig, maar er wordt overduidelijk wel aan haar virtuele stoelpoten gezaagd…

Dus, nog even terugkomend op de mogelijke verandering van de standaard zoekmachine in Safari op mobiele apparaten van Apple… Hmmm… Gezien de penetratie van iOS-devices kan dat muisje ook nog wel eens een staartje krijgen… Ik ben heel benieuwd!

Optimaliseer je site voor Bing

Stel nu eens dat Apple voor Safari op iOS niet meer kiest voor Google, als standaard zoekmachine… En omdat Firefox al Yahoo! gebruikt neem ik aan dat Apple daar ook niet voor zal kiezen. Dit is mede ingegeven door het feit dat Yahoo! in lang niet zoveel landen operationeel is.

Dan blijven er feitelijk nog twee zoekmachines over: Bing en DuckDuckGo. Dat is ook de reden dat ik zopas vroeg of je wel eens kijkt hoe je site op die twee zoekmachines scoort.

Hoewel DuckDuckGo sinds een tijdje wel als mogelijkheid is ingebouwd in Safari, staat die nog wel onderaan het rijtje. Ik heb geen idee of dat ook de visie van Apple op het belang weergeeft. Het kan ook een onderbewuste misleiding zijn, dat weet je nooit.

Maar stel nu eens dat Apple kiest voor Bing, in plaats van Google, als standaard zoekmachine in Safari op mobiele apparaten: waar moet je dan zoal rekening mee houden, om je site te laten scoren in Bing?

Tja, originele, unieke, relevante en interessante content spreekt natuurlijk voor zich! Ook Bing is heel goed geworden in het detecteren van webspam. Nee, wat zijn factoren die helpen bij het ranken van jouw site in Bing? Ik noem je er een aantal.

  1. Leeftijd van de domeinnaam – Waar Google vaak voorkeur heeft voor nieuwe en populaire sites, lijkt Bing meer waarde te hechten aan de leeftijd van de domeinnaam. Dus als je begint met een nieuwe site, zou het interessant kunnen zijn om een oudere domeinnaam te kopen. Daarnaast lijken .edu en .gov sites ook sneller hoger te kunnen scoren in Bing.
  2. Zorg dat je site wordt geïndexeerd – Dus zend je site in bij Bing en begin met wachten. Helaas actualiseert Bing haar index niet zo vaak als Google, dus je moet geduld betrachten.
  3. Juiste technische vereisten – Er zijn zes gebieden waar Bing zich voornamelijk op richt bij het scoren van je site in de zoekresultaten:
    • Laadtijd van de pagina – Hoe sneller, des te beter!
    • robots.txt – Zorg dat robots.txt leesbaar is voor Bing.
    • Sitemap – Onderhoud je sitemap met alle URL’s van je site en houd de sitemap actueel. Verwijder irrelevante URL’s.
    • Site technologie – Gebruik van sommige media op je site kan voorkomen dat Bing je pagina’s goed kan crawlen. Dus ondersteun ook altijd een soort van degradatiescenario.
    • Redirects – Als je content tussen websites verplaatst, ziet Bing graag dat je de ‘301 permanent redirect’ gebruikt.
    • Canonical tags – Als meerdere URL’s dezelfde content bevatten, helpt het “rel=canonical” element om Bing uit te laten zoeken wat de originele content is. Logischerwijs moet je dit niet gebruiken als je content tussen sites verhuist.
  4. Title tags zijn cruciaal – Bing lijkt veel meer nadruk te leggen op title tags, dan Google. Dus moet je relevante zoektermen voor je site in meerdere titels in je site gebruiken. Vermijd dus algemene titels, als “Home” en “Over ons”.
  5. Gebruik simpele keywords – Want Bing lijkt het niet zo goed te doen als Google, als het gaat om zogenaamde brede zoektermen. Dus gebruik ook meer synoniemen. Gebruik je keywords ook in correct geformuleerde H1 en H2 tags, de title tag en de META-description.
  6. Verzamel links – Het is nog steeds legitiem om links naar je site te verzamelen, alleen niet meer dankzij blackhat technieken. Bing lijkt de meeste waarde te hechten aan backlinks, maar minder aan andere factoren, zoals “NO FOLLOW” links etc. Maar nogmaals: houd het legaal!
  7. Content is King! – Daar begon ik ook al mee. Ook Bing wil, evenals Google, content van hoge kwaliteit. Bing adviseert bovendien dat je niet teveel advertenties op je site plaatst, noch een groot aantal affiliate links. Bovendien moet je site gemakkelijk door te klikken zijn, rijk aan content, interessant zijn voor de bezoeker en hem de informatie bieden, waar hij naar op zoek is.
  8. Wees sociaal – Waar Google niet altijd even helder en consistent is in haar beweringen over de waarde van social signals, is Bing dat wel. Bing zegt duidelijk: “Sociale media spelen vandaag de dag een belangrijke rol om een site goed te laten ranken in de zoekresultaten”.
  9. Gebruik van Flash – Google is nooit echt gecharmeerd geweest van Flash, maar het lijkt Bing niet echt uit te maken, als een site Flash gebruikt. Als je gebruik maakt van Flash, wordt geadviseerd om aparte sitemaps te maken voor je Flash media, omdat Bing haar uiterste best doet om die te indexeren.
  10. Acteer lokaal – Waar Google haar Google+ Mijn Bedrijf heeft voor lokale zoekresultaten, lijkt Bing voorrang te geven aan sites met een sterke lokale bedrijfsvermelding. Helaas kunnen Nederlandse bedrijven zich nog niet aanmelden bij Bing Local. Maar onthoud dit!

Want op dit moment is Bing Local alleen nog maar actief in de volgende landen:

  • Verenigde Staten
  • Australië
  • Oostenrijk
  • Brazilië
  • Canada
  • China
  • Duitsland
  • Hong Kong
  • India
  • Italië
  • Mexico
  • Spanje
  • Zwitserland
  • Taiwan
  • Verenigd Koninkrijk

Gezien de aanwezigheid van andere Europese landen, verwacht ik dat het ook niet zo lang zal duren, tot Nederland aan dit rijtje wordt toegevoegd.

Oh ja, nog een paar tips, wat je beslist niet moet doen op Bing. De meeste ken je natuurlijk al, maar ik wil het voor de volledigheid toch nog even duidelijk maken, waar Bing beslist een hekel aan heeft:

  • Cloacking – Dat is een andere website laten zien aan de gebruiker, dan dat je een Bing toont.
  • Link schema’s – Bing wil, net als Google, kwalitatief goede links.
  • Social media schema’s – Vermijd ook het illegaal beïnvloeden van sociale signalen naar jouw content. Bing wil dat je een echte autoriteit bent.
  • Meta refresh redirect – Gebruik daarvoor in de plaats een 301 redirect.
  • Dubbele content – Als je op je site veel content biedt, die elders ook wordt vertoond, dan verliest Bing mogelijk het vertrouwen in je site en kun je uit de zoekresultaten verdwijnen.
  • Keyword stuffing – Dit is al zo oud als de weg naar Rome… Dat doet toch niemand meer? Want dat is iets wat elke zoekmachine al jaren verbiedt in haar kwaliteitsrichtlijnen!

Nu ik zoveeel heb verteld over Bing en je mogelijke kansen… Heb je op basis hiervan al eens gekeken hoe jouw site scoort op Bing? Verschilt het erg met Google en DuckDuckGo? Vertel het me, onderaan de show notes van deze podcast, op www.reputatiecoaching.nl/105. Ik ben benieuwd naar je bevindingen!

Met deze “koffiedikkijkerij” over de toekomstige standaard zoekmachine in 45% van alle mobiele apparaten in de wereld, kom ik aan het einde van deze podcast.

Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hoogte blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.

Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf daarvoor naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.

Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.

En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.

Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, net als Jerry afgelopen week deed met zijn vraag over de optimalisatie van een webshop. Wil jij ook een voicemail inspreken, klik dan op de tab aan de rechterkant van elke pagina en spreek je bericht in.

Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 105 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

Links naar content die in deze podcast aan bod komt:

doorEduard

79: Facebook malware in actie, YouTube krijgt concurrent, tooltip over verkleinen van afbeeldingen en nieuws over Panda 4.0

ReputatieCoaching PodcastWe zijn bijna halverwege het jaar, dus over zo’n 3 weken begint alweer de zomer. Na een periode van veel regen, is het nu gelukkig beter weer. En dat nodigt uit tot meer wandelen met de honden, dus de afgelopen dagen heb ik weer de nodige kilometers te voet afgelegd over de Veluwe.

Oh sorry! Je hebt je niet op de podcast geabonneerd om te horen over mijn wandelingen met de honden. Dus, over op de onderwerpen voor vandaag. Allereerst spotte ik afgelopen week Facebook walware in actie op de tijdlijn van twee goede vriendinnen en kreeg een garage in mijn omgeving een erg negatieve review op Google+. Daarop stelde men mij de vraag, wat hieraan kon worden gedaan. Met die onderwerpen begin ik zo.

Verder heb ik nieuws over van Google, dat inmiddels een webformulier heeft gepubliceerd, waar je URLs kunt aanmelden, die je verwijderd wilt zien uit de zoekresultaten. Vorige week had ik het hier al over, over de uitspraak van het Europese Hof, waarbij inwoners van de EU het recht kregen om data uit de zoekmachines te laten verwijderen.

YouTube krijgt er een concurrent bij… Althans, als het aan Yahoo ligt. Want deze laatste wil komende zomer een concurrent van YouTube lanceren. Binnenkort heb je overigens geen tolk meer nodig als je met iemand wilt communiceren, terwijl je de taal van je gesprekspartner niet machtig bent, als het aan Microsoft ligt, althans.

Vandaag heb ik ook weer eens een tooltip voor je voor het verkleinen van de bestandsgrootte van afbeeldingen. Twee weken geleden heb ik een Chromebook gekocht en vandaag deel ik de eerste ervaringen met je. John Mueller van Google benadrukt nogmaals dat forum links je ellende kunnen bezorgen en ik sluit de podcast van vandaag af met een samenvatting over Panda 4.0.

Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.

Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als gerechtsdeurwaarder, stedenbouwkundige, huidtherapeut, bartender, etalage ontwerper of wat dan ook te verbeteren.

De podcast en alle gerelateerde content kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/79. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts. Bovendien is de podcast te beluisteren in iTunes en op Stitcher. Daar kun je je dus ook abonneren op de wekelijkse podcast. Veel mensen vinden het ideaal om de wekelijkse afleveringen van de podcast op hun gemak te beluisteren, terwijl ze autorijden.

Terugblik podcast 78

Eerst even een korte terugblik naar de podcast van vorige week, podcast 78. Een belangrijke ontwikkeling die ik daarin noemde, was volgens mij wel dat Yelp gaat beginnen met video reviews: allereerst voor de Elite Yelpies, maar later ook voor de overige Yelp-gebruikers.

Video heeft natuurlijk de toekomst, als je de toekomstvoorspellers mag geloven. Zelf ben ik ook die mening toegedaan. Want mensen willen steeds meer content consumeren, in zo kort mogelijke tijd. Dus als men met behulp van beeld en geluid (ofwel: video) meer content in kortere tijd tot zich kan nemen, zal men dat kiezen.

Binnenkort ga ik ook een beetje experimenteren met video reviews, om te zien of dat meer bijdraagt dan tekstuele reviews. Helaas kan ik niet alles tegelijk, dus je zult er nog even op moeten wachten, maar zodra ik ermee begin, zal ik het je laten weten.

Oh, het record van 6 mei, waarop ik 83 downloads klokte, is binnen twee weken daarna verpletterd. Toen waren er op 19 mei namelijk maar liefst 105 downloads! Het aantal luisteraars groeit dus, evenals het aantal bezoekers van de website. Op dit moment groeit het aantal unieke bezoekers per maand gemiddeld met zo’n 10%. Ik ben benieuwd hoelang die trend zich voortzet.

Laat ik dan nu overgaan op de onderwerpen voor vandaag…

Facebook malware

Facebook MalwareCécile en Karin, beide goede vriendinnen, hadden eerder deze week een potentieel reputatie-issue te pakken. Er verschenen namelijk expliciete berichten op hun tijdlijn, met een hoog roze-gehalte. Zij zouden de daarin vertoonde video’s hebben geliked, evenals duizenden andere Facebookgebruikers.

Ik spotte deze ongewenste berichten ’s ochtends vroeg en stuurde dus een tekstberichtje naar beide dames. Cécile kon zich niet voorstellen dat ze op de video had geklikt, ondanks dat die dus op haar tijdlijn stond, terwijl Karin zich herinnerde dat ze er op had geklikt, omdat het “zo bizar” leek.

Dat maakte op zich niet uit, maar beide dames hadden dus gelikete video’s op hun tijdlijn staan, die ze er niet wilden hebben staan, maar ook niet verwijderd kregen, omdat ze ze zelf niet konden zien.

Een uitermate ellendige situatie, als je dit overkomt, want je wordt op die manier natuurlijk potentieel behoorlijk in diskrediet gebracht.

Cécile loste het heel handig op: ze postte de screenshot die ik haar had toegestuurd op Facebook met daarbij de melding dat zij zelf dit niet had gepost en dan anderen ook moesten uitkijken, waar ze op klikten op Facebook.

Laat dit ook voor jou een les zijn en niet klakkeloos overal op te klikken wat je ziet. Want soms kan met malware ervoor worden gezorgd dat er ongevraagd en ongezien zaken met jou worden geassocieerd, die je liever niet met jouw persoontje geassocieerd ziet.

Slechte review op Google+? Wat doe je dan?

Een ander reputatieincident, een paar dagen geleden. Onze overbuurman heeft een garage, waar hij auto’s repareert en onderhoudt. Ook verkoopt hij auto’s. Ik heb vorige week een Google Maps Business View bedrijfspanorama bij hem gemaakt en toen ik die had gepubliceerd, keek ik terloops ook even op zijn zakelijke Google+ pagina, waar ik de volgende review aantrof:

Review autogarage Apeldoorn

De review was, zoals je zult begrijpen, slechts één ster, en het was ook nog eens de eerste. Tja, dat is ellendig, want alle volgende (potentiële) klanten van de garage die op Google reviews gaan lezen, komen deze dus als eerste tegen. Wat kun je hier nu aan doen?

Ik heb natuurlijk meteen de buurman erop attent gemaakt en hij mailde mij:

Hoe kan je reactie beantwoorden? Want wij hadden met deze man al een deal gesloten en afgehandeld.

Wat hij schrijft klopt niet. Zijn enkele weken al paar mensen bezig om ons zwart te maken ivm concurrentie.

Kunnen we de reviews niet weglaten?

Laat ik beginnen met de laatste vraag als eerste te beantwoorden… Nee, helaas (maar ook wel terecht) kun je reviews niet verwijderen. De enige die een review kan aanpassen of verwijderen, is de originele schrijver of schrijfster van de review.

Je zult deze ook niet onder het mom van haat-reviews of iets dergelijks kunnen laten verwijderen door Google.

Het is mogelijk om te reageren op reviews, maar daarvoor moet je de Google+ pagina wel hebben geclaimd en geverifieerd, iets wat ik al vaker heb verkondigd, dat je als ondernemer zo snel mogelijk moet doen. En hier zie je weer eens waarom…

Wat ik aanraad om te doen in een dergelijke situatie, is zo snel mogelijk de discussie offline nemen, dus via de telefoon in contact zien te komen met de klant. In dit geval is het iemand die recentelijk een auto bij de garage heeft gekocht, dus ik acht de kans groot dat de garagehouder nog wel de contactgegevens van de klant heeft.

Mocht hij geen telefoonnummer (meer) hebben, dan zou ik gewoon naar het huis van de schrijver gaan en de dialoog aan gaan om te zien of je de klant op één of andere manier tevreden kunt maken, met daaraan de conditie, dat de recensie wordt verwijderd, als het conform afspraak is opgelost.

De garagehouder zegt in de e-mail echter dat het al is opgelost en er een soort van “zwart maak”-campage tegen hem loopt. Als dat zo is, en er is ergens een vorm van bewijs te vinden, dan kan hij er misschien mee naar Google gaan in de hoop dat deze laatste er iets mee doet, maar ik verwacht het niet.

Wat dan volgens mij de enige mogelijkheid is die nog overblijft, het overstemmen van de negatieve review, met een groot aantal positieve reviews. Zo breng je het gemiddelde omhoog en drukken de positieve reviews de negatieve naar beneden.

“Het Europese recht om vergeten te worden”

Als individu heb je het sinds een week of twee een stuk gemakkelijker met je online reputatiemanagement. Vorige week vertelde ik je in podcast 78, dat alle inwoners van de EU sinds die tijd een nieuw recht hebben, namelijk het recht om “vergeten te worden door de zoekmachines”.

Dit houdt in dat je bij de zoekmachines een verzoek kunt indienen om bepaalde pagina’s uit de zoekresultaten te verwijderen.

Let op: dit houdt niet in dat de content van Internet verdwijnt! Het verdwijnt pas als het van alle websites is verwijderd. Deze bepaling in de EU zorgt er alleen voor, dat de data niet meer zo gemakkelijk kan worden gevonden, als voorheen. Het beperkt dus alleen de vindbaarheid en wist je sporen dus niet uit. Laat dat duidelijk zijn!

Google heeft inmiddels een formulier live staan, waar je pagina’s kunt aanmelden, die je graag verwijderd ziet. In de show notes heb ik een link opgenomen naar dit formulier.

Op het formulier moet je natuurlijk de URLs invullen, die je uit de zoekresultaten verwijderd wilt zien. Natuurlijk moet je een verklaring geveven waarom je wilt dat ze worden verwijderd. Verder moet je natuurlijk je naam en e-mailadres geven en een geldig en leesbaar legitimatiebewijs meesturen.

Google zegt het volgende over het soort URLs dat kan worden verwijderd:

Om hiervoor in aanmerking te komen, moeten die resultaten ontoereikend, irrelevant of niet langer relevant, of buitensporig ten aanzien van de doeleinden waarvoor ze zijn verwerkt zijn.

Verder zegt de zoekgigant erover:

Voor de evaluatie van uw verzoek bekijken we of de resultaten verouderde informatie over u bevatten, evenals of de informatie van openbaar belang is, bijvoorbeeld als de informatie betrekking heeft op financiële oplichting, wangedrag, strafrechtelijke veroordelingen of het openbare gedrag van overheidsfunctionarissen.

Als je de URLs hebt ingediend, gaat Google elk verzoek apart bekijken en beoordelen, zelfs met een comité van experts. Dit is om te voorkomen dat er misbruik van wordt gemaakt.

Hoewel Google het niet letterlijk schrijft in de begeleidende tekst bij het webformulier, las ik op Search Engine Journal de tekst:

If your submissions is approved and Google decides to removes the links you provided, the links will be erased from search results in Google sites across the EU.

Vooral dat laatste benadrukt nog eens waar ik het laatst al over had: als dit waar is, is het kinderlijk eenvoudig om het systeem te omzeilen door gebruik te maken van zogenaamde proxies, waarmee je de illusie wekt dat je zoekpoging afkomstig is van buiten de EU.

Maar goed, Google volgt de bepalingen en ik vind dat ze dit best snel hebben geregeld, na de uitspraak van het Europese Hof.

Het zal nog wel wat worden en ik vrees dat er vertragingen zullen optreden. Want ik las dat Google de eerste dag dat het formulier online stond, al meer dan 12.000 verzoeken heeft ontvangen. Dit schreef Reuters in het artikel “Google in quandary over how to uphold EU privacy ruling”.

Hoewel op dit moment nog geen statistieken bekend zijn gemaakt door Google, vond ik al wel wat statistieken van de maand, voordat het webformulier online kwam.

De meeste verzoeken kwamen toen uit Duitsland (40%), gevolgd door Spanje (14%), het Verenigd Koninkrijk (13%), Italië (3%) en Frankrijk (2%). Veel van deze verzoeken moeten echter opnieuw worden ingediend, omdat ze niet werden vergezeld van een legitimatiebewijs en de andere informatie die Google vereist.

Tooltip: compressor.io

Tussen de nieuwsberichten door wil ik je weer eens een tooltip geven. Zoals je je mogelijk nog kunt herinneren heb ik een aantal podcasts geleden verteld dat ik je zou vertellen over leuke, handige tools die ik af en toe tegenkom.

Nou, ik heb er weer eentje voor je, te weten: compressor.io. Deze tool werkt weer wat anders dan smush.it, waar ik je in podcast 74 over vertelde.

In principe doet compressor.io hetzelfde als smush.it, namelijk het verkleinen van de bestandsgrootte van afbeeldingen. De dienst is gratis, evenals smush.it. Het leuke is echter, dat compressor.io niet alleen .JPG, .PNG en .GIF bestanden verder kan comprimeren, maar ook SVG, het Scalable Vector Graphics formaat. Nu gebruiken niet bijster veel mensen SVG, maar het is handig om te weten.

In de show notes, die je overigens kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/79 heb ik een screenshot opgenomen van de website van compressor.io. Toen ik de initiële versie van deze screenshot maakte, was het bestand afgerond 419 KiloByte:

Compressor.io website

Vervolgens uploadde ik de screenshot naar compressor.io en opeens werd het bestand gereduceerd tot zo’n 117 KiloByte, een besparing van 72%:

Compressor.io resultaten

En de screenshot die ik van dit venster heb gemaakt, kon ik reduceren van 164 KiloByte naar 39 KiloByte, 76% kleiner!

Wanneer je een JPG-afbeelding uploadt, dan krijg je een schuifbalk te zien, waarmee je de kwaliteit van de definitieve afbeelding kunt instellen en bekijken.

En zodra je tevreden bent, kun je de afbeelding downloaden naar je computer, of naar je Google Drive of Dropbox. Het is handig om te weten dat compressor.io werkt met afbeeldingen tot een maximum bestandsgrootte van 10 MB.

Je kunt natuurlijk maling hebben aan bestandsgroottes en maar denken dat bandbreedte ongelimiteerd is. Echter, grotere bestanden kosten nu eenmaal simpelweg meer tijd om te downloaden, dus hoe je het ook wendt of keert: de totale hoeveelheid bytes die moet worden gedownload is meer en kost dus ook meer tijd, als je je afbeeldingen niet optimaliseert.

Vergeet ook niet, dat pagina’s die sneller laden ook de kans hebben om hoger te scoren dan pagina’s die als gevolg van veel overtollige ballast in de vorm van niet-geoptimaliseerde afbeeldingen en ongebruikte CSS-code, Javascript et cetera minder snel laden.

Met andere woorden: optimaliseer je afbeeldingen altijd. Veel gebruikers verwachten zelfs dat pagina’s snel laden, anders klikken ze gewoon de “terug”-knop. Dus ook hier geldt: “Voor als iedere seconde telt!”…

Experimenteer dus gewoon eens met de afbeeldingen, voordat je ze uploadt, om te zien of je ze kunt verkleinen.

Als laatste tip over grootte van afbeeldingen: upload ook geen afbeeldingen die een hogere resolutie hebben, dan je daadwerkelijk gebruikt op je webpagina’s. Want al die overtollige bytes moeten eerst allemaal worden opgehaald, voordat de afbeelding kan worden vertoond.

YouTube krijgt concurrentie van Yahoo

Je zou toch denken dat het onmogelijk is om de concurrentie aan te gaan met YouTube. Dat lijkt een regelrechte “Mission Impossible”. Toch heeft Yahoo aangekondigd de concurrentie met YouTube aan te willen gaan en komt het bedrijf deze zomer met de potentiële concurrent.

Ik ben heel benieuwd hoe dit zal lopen. Want is er wel ruimte in de markt voor een nieuwe YouTube? Vergeet niet dat honderden, zo niet duizenden apps die iets met video doen, vaak de mogelijkheid hebben om standaard te uploaden naar YouTube. Hoeveel kans heeft dan een nieuw platform, om daar nog tussen te komen?

Voor content creators die ontevreden zijn over de potentiële inkomsten van YouTube is er goed nieuws: de videoservice van Yahoo belooft betere inkomsten dan YouTube.

En net als met YouTube kunnen gebruikers hun eigen kanalen maken om video’s in te uploaden en te delen. Ook zal de Yahoo videoplayer net zo gemakkelijk te embedden zijn in webpagina’s, als die van YouTube.

Degenen die een contract met Yahoo aan gaan krijgen een soort van publicatiedashboard en hebben de mogelijkheid de content te distribueren naar alle platformen van Yahoo, zelfs de homepage en de bloggingservice Tumblr en een netwerk van andere, niet-Yahoo sites.

Yahoo zal geen exclusiviteit eisen, dus je mag je video ook nog gewoon uploaden naar YouTube, Dailymotion en andere video sites, als je je video initieel op Yahoo hebt geplaatst.

Over Dailymotion gesproken: vorig haar heeft Yahoo nog geprobeerd om Dailymotion te kopen, maar dit is toen tegengehouden door de Franse autoriteiten. Ook de acquisitie van Hulu is niet gelukt.

Hoewel Yahoo zelf niets loslaat, lijkt het erop, dat Marissa Mayer, de CEO van Yahoo en voormalig topvrouw in Google, een significant deel van de Amerikaanse TV-markt wil afsnoepen; die is namelijk goed voor een slordige US$70 miljard.

Realtime vertaling in Skype

Sinds de opkomst van computers leek het slechts een utopie, een hersenspinsel, dat je alleen terugzag in science fiction series als StarTrek, StarGate, Battlestar Galactica enzovoorts. Waar ik dan op doel is realtime vertaling van een gesprek tussen twee gesprekspartners, die beiden elkaars taal niet machtig zijn.

Toch heeft Microsoft dit eerder deze week gedemonstreerd. De demonstratievideo hiervan heb ik opgenomen in de transcriptie van deze podcast:

Gurdeep Pall, Corporate Vice President van Skype en Lync bij Microsoft gaat in het Engels een gesprek aan met een collega, die Duits spreekt. Je hoort de spreker zijn en haar verhaal vertellen, waarna een computerstem de vertaling over en weer uitspreekt.

Volgens de video spreekt Gurdeep Pall geen Duits, maar ik moet zeggen dat de over en weer vertaling toch al wel erg goed is. Waar Diana Heinrichs, de Duitse collega heel erg goed articuleert en rustig spreekt, spreekt Gurdeep snel Engels. Toch gaat het aardig goed, qua vertaling. Als ik het zo beluister dan lijkt het voor mij dat de essentie van de verhalen wel duidelijk wordt in de andere taal.

Misschien vraag je je af, waarom ik dat hier in deze podcast vertel. Nou, volgens mij hebben ook dit soort ontwikkelingen enorme gevolgen voor marketing, zodra ze nog verder zijn verbeterd. Welke gevolgen kan ik niet zo 1–2–3 overzien, anders dan dat je simpelweg een reclame niet meer door mensen hoeft te laten nasynchroniseren, omdat dat nu geautomatiseerd kan. Heb jij ideeën? Laat me ze weten onderaan de show notes, op www.reputatiecoaching.nl/79.

ACER C720P Chromebook

Ik ben gek op technogadgets… Altijd al geweest. Daarom volg ik veel nieuwe ontwikkelingen op de voet en probeer ik ook graag nieuwe technologieën uit. Naast dat ik een weegschaal op de slaapkamer heb die mijn gewicht bepaalt en in de cloud opslaat, meet die ook mijn BMI, de temperatuur in de slaapkamer en het CO2>-gehalte in de lucht in de slaapkamer. Dit kan ik dan weer op mijn iPhone terugzien.

OK, via die intelligente weegschaal kom ik op de ACER C720P Chromebook, die ik twee weken geleden heb gekocht. Toegegeven, Chromebooks zijn niet bleeding edge technologie en dus niet extreem nieuw of grensverleggend.

Toch zie je nog niet veel mensen om je heen met een Chromebook. Juist omdat het nog geen gemeengoed is, wilde ik eens uitproberen, hoe het is om alleen maar in een browseromgeving te werken.

Wat mij wel meteen opviel was de extreem lange levensduur van de accu: ik kan gewoon een hele dag mijn werk doen, zonder de Chromebook op te hoeven laden. Dat is een bijzondere gewaarwording. Want zelfs als ik mijn iPad door de dag heen gebruik, zoals ik ’m gebruik, dan haal ik meestal niet het einde van de werkdag, zonder de lader aan te sluiten.

Natuurlijk vreesde ik ook, dat ik een groot aantal beperkingen zou hebben, vergeleken met een iPad, of helemaal met een laptop. Tot op heden heb ik het echter nog niet als zodanig ervaren.

Ik ben mijn weg er nog op aan het vinden en de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik de transcriptie van deze podcast toch nog wel in Markdown op mijn desktop heb geschreven. Maar dan moet ik wel zeggen dat ik al wel dezelfde webapp gebruik, die ik eventueel ook in de toekomst op de Chromebook zou gaan gebruiken. Dus in plaats van Byword, gebruik ik op dit moment een andere Markdown editor, te weten “stackedit.io”, een online editor.

Mocht je niet weten wat een Chromebook is: het is een lichtgewicht laptop, met een door Google ontwikkeld besturingssysteem, gebaseerd op Linux. Maar het enige programma dat erop draait, is Google Chrome, de webbrowser van Google. Verder niet.

Dus alle mogelijke apps die je kunt installeren, zijn extensies voor Chrome, die meestal op enige wijze gebruik maken van een web-gebaseerde dienst. Als gevolg hiervan moet je wel voor veel apps online zijn, om ze te kunnen gebruiken.

De standaard Google apps, zoals Drive, Docs, Spreadsheets, Presentaties en Gmail kun je ook offline gebruiken. Die worden meteen gesynchroniseerd, als je later wel weer online bent.

Ik moet er nog een Google Hangout mee uitproberen, om een gevoel te krijgen bij de kwaliteit van de webcam, die is ingebouwd en ik heb ook nog niet voldoende tijd gehad om alles uit te proberen, wat ik eventueel nodig zou kunnen hebben voor het uitvoeren van al mijn werkzaamheden.

Ik doe wel mijn uiterste best om te zien of het mogelijk is om 95% of meer van al mijn werk te verplaatsen naar de Chromebook, dus als ik meer ervaringen heb, zal ik die zeker met je delen. To be continued…

Forum links kunnen je ellende bezorgen

In de vroege dagen van SEO, de afkorting voor “Search Engine Optimisation” of in goed Nederlands “Zoekmachine Optimalisatie”, kon je websites hoger in de zoekresultaten op onder andere Google laten scoren, door er veel links naartoe te laten verwijzen. Er was toen ook software om op diverse pakketten voor het opzetten van discussiefora, geautomatiseerd accounts aan te maken, waarbij dan een link naar de gewenste webpagina of website werd geplaatst in het profiel van de aangemaakte gebruiker.

Dit soort backlinks was gemakkelijk in grote hoeveelheden te maken, waardoor blackhat SEO-specialisten (dat zijn de jongens en meisjes die illegale trucs gebruiken om hoger te scoren) vrij baan hadden om zo sites hogerop te pushen.

Maar sinds een paar jaar werkt dit niet meer en is het dus tijdverspilling om nog met dit soort trucjes bezig te zijn.

Toch kreeg John Mueller van Google laatst de vraag of backlinks van forumprofielen een negatief effect kunnen hebben op je rankings. En raad eens wat het antwoord was… De korte versie… Een volmondig: “JA!”.

Vrij vertaald luidde het antwoord van John Mueller als volgt:

Om maar even heel duidelijk te zijn: als je in de profielen op forumsites links naar je eigen website achterlaat om daarmee de zoekmachines voor de gek te houden, dan wordt dat gezien als web-spam en kan dus ook zo worden behandeld door de algoritmes en door handmatige web-spam teams.

Het maakt niet uit hoeveel PageRank de site heeft, of dat het een .gov forum is. Wat je doet wordt door Google gezien als web-spam.

Als je serieus geeft om hoe zoekmachines als Google jouw website zien, dan raad ik je aan al deze links zo snel mogelijk te verwijderen en dit in de toekomst niet meer te doen.

Tot zover het antwoord. Je hoeft je natuurlijk heus geen zorgen te maken, als jij accounts hebt op een aantal forumsites, waar je dus ook je eigen website in je profiel hebt opgenomen. De boodschap van Google is eigenlijk altijd, dat er alarmbellen afgaan, als je ver over bepaalde grenzen gaat.

Ook hier geldt dus: “Overdaad schaadt!”.

Panda 4.0

Nou, als ik zo naar de tijd kijk dat ik al aan het kletsen ben, heb ik nog tijd en ruimte voor één onderwerp. Dan zit ik over de twintig minuten en daarmee zo rond de 4.000 woorden. Want ik weet dat ik gemiddeld in 20 minuten zo’n 4.000 woorden uitspreek.

Zojuist had ik het over de algoritmes van Google. Deze zijn voornamelijk te verdelen in twee dieren: Penguin en Panda. Doel van Panda is het reduceren van de waarde van dunne of slechte content.

Inmiddels is het duidelijk dat sinds een paar weken een nieuwe versie Panda live is. Google noemt dit zelf “Panda 4.0” en deze update lijkt erop gericht te zijn om (vooralsnog Engelstalige) sites met zogenaamde “syndicated content” anders te beoordelen, waardoor ze mogelijk lager scoren in de zoekresultaten.

Maar sinds ongeveer dezelfde periode scoort eBay.com opeens ook ontzettend slecht. Als je kijkt naar de verliezers in de VS, zijn onder andere gedaald:

  • ask.com (met zo’n 50%)
  • ebay.com (33%)
  • biography.com (33%)
  • history.com (33%)
  • yellowpages.com (20%)

Er gaan echter ook geruchten dat eBay zelfs een handmatige penalty heeft gekregen van Google. Daarover verschillen de meningen op dit moment nog. Andere verliezers die ook veel content herpubliceren, waren PRWeb.com, PR Newswire, BusinessWire en PRLog, allemaal persbericht sites of aggregator sites.

En waar er verliezers zijn, zijn er ook winnaars. De winnaars zijn volgens “Search Engine Journal” een aantal sites, die wij hier in Nederland nagenoeg niet kennen. Dus heeft het ook geen zin om die hier met je te delen.

Maar wat wel opviel, was dat de winst van de winnaars veel groter was, dan het verlies van de verliezers.

Matt Cutts van Google tweette het volgende over Panda 4.0:

Think of it like P4 is a new architecture. Brings in some of the softer side, but also lays groundwork for future iteration.

En op 20 mei kondigde hij Panda 4.0 al aan, door te tweeten:

Google is rolling out our Panda 4.0 update starting today

Volgens wat ik heb gelezen is de Panda 4.0 update van vorige maand voor Engelstalige sites. Heb jij een Engelstalige site, of een deel dat Engels is? Heb jij op die site originele content staan, of ook content van andere sites? Als dat laatste het geval is, merk jij ook dat je lager lijkt te scoren in de zoekresultaten of minder verkeer naar je Engelse content krijgt?

Met deze update over Panda 4.0 kom ik aan het einde van deze podcast. Het waren wel aardig wat onderwerpen, dat geef ik toe. Ik hoop wel, dat je het tot hier hebt volgehouden met luisteren. Want we zijn er dus weer doorheen voor vandaag!

Als je de podcast leuk vindt en je wilt nog meer op de hooge blijven, volg me dan ook op Twitter, via @reputatiecoach1.

Heb je inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Surf daarvoor naar iTunes of Stitcher, geef de podcast een sterrenbeoordeling en laat ook je reactie achter. Door de podcast te beoordelen op iTunes en/of Stitcher breng je de podcast onder de aandacht van een breder publiek.

Je kunt me verder helpen, door de podcast aan te bevelen bij vrienden of collega’s, waarvan je denkt dat ze er hun voordeel mee kunnen doen, of door ’m te delen op Twitter, like’n en delen op Facebook of een “+1” te geven op Google+.

En vergeet niet: ik ben hier om je te helpen! Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.

Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 79 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

Links naar content die in deze podcast aan bod komt:

 

doorEduard

69: Backup van je email, mobiel Internetgebruik groeit enorm en claim NU je zakelijke Google+ pagina!

ReputatieCoaching PodcastVandaag begin ik met een praktische tip over het backuppen van je mail, gevolgd door een korte terugblik naar een leerpunt in de vorige podcast. Dan een belangrijke update over mobiel Internetgebruik en signalen van Google dat bedrijven en organisaties nu ècht hun zakelijke Google+ pagina moeten claimen en verifiëren. Hoe je dat moet doen, vertel ik je ook meteen. Tenslotte beantwoordt Matt Cutts de vraag of je als eerlijk bedrijf nog wel kunt scoren in de zoekresultaten, zonder te spammen…

Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.

Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als uitvaartondernemer, anesthesiemedewerker, combinatiefunctionaris, verzekeringsagent, zadelmaker, pluimveehouder of wat dan ook te verbeteren.

De volledige transcriptie (dat is gewoon een ander woord voor “tekst”) van deze podcast kun je vinden op www.reputatiecoaching.nl/69. Daar vind je niet alleen de tekst, maar ook video’s waar ik het in deze uitzending over heb, alsmede afbeeldingen, links enzovoorts.

TIP: Mijn mailmanagement en automatische backup van je mail

MailDe volgende tip is voortgekomen uit een vraag die Lotte mij van de week in de wandelgangen stelde. Zij vroeg: “Jij hebt toch aardig wat mail accounts… Hoe ga je om met alle mail die je ontvangt? En maak je eigenlijk een backup van je mailarchief?”

Per dag ontvang ik enkele tientallen e-mails in mijn inbox. Dan praat ik niet over de spam. Spam wordt ontzettend goed afgevangen, dankzij Google. Ik gebruik namelijk Gmail voor het ophalen van mijn meeste mailboxen. Zo houd ik alles bij elkaar, kan ik het via één interface benaderen en geniet ik van de vrijwel perfecte spamdetectie van Google.

En ja, ik ben me ervan bewust dat Google op de achtergrond mijn mail analyseert om te zien of ze me betere advertenties kan bieden enzovoorts, enzovoorts. De illusie dat ik een grote mate van privacy in het algemeen of online privacy in het bijzonder geniet, heb ik al lang geleden opgegeven. Dus daar maak ik me niet zo’n zorgen om.

Voor een groot deel wordt alle mail in Gmail automatisch met behulp van filters naar bepaalde folders gerouteerd. Hieronder vallen bijvoorbeeld de mailnotificaties die ik van diverse social netwerken ontvang, wanneer iemand bijvoorbeeld een foto leuk vindt etc. Die wil ik absoluut niet in mijn inbox zien, dus al dat soort mails stuur ik linea recta naar een folder met de welluidende naam “Social Media”. Daarin komen ook de mails van Pinterest, YouTube, Tumblr, LinkedIn, Twitter, Foursquare en andere sociale netwerken.

Elke keer als ik zie dat er bepaalde social media mails toch in mijn inbox landen, maak ik zo snel mogelijk een nieuw filter aan om ook die mail door te sturen naar de “Social Media”-folder en uit mijn inbox te verwijderen. De mail laat ik natuurlijk wel ongelezen, zodat ik kan zien hoeveel mailtjes ik in de “Socal Media”-folder heb staan.

Gemiddeld scan ik die folder eenmaal per dag, maar soms gaat er ook wel eens een dagje voorbij dat ik die folder scan helemaal niet scan. Op deze manier kan ik echter heel snel een scan doen over de diverse sociale netwerken. Dat scheelt mij gewoon tijd.

Een paar keer per jaar ga ik er eens een uur of twee voor zitten… Voor een massale ‘Unsubscribe’-sessie. Dan kijk ik de afgelopen paar maanden terug en ga ik op zoek naar mails die ik niet meer wil ontvangen. Onderaan de meeste mails staat wel de mogelijkheid om je uit te schrijven en daar maak ik dan dankbaar gebruik van. Binnen no-time is mijn inbox dan dagelijks weer een stuk compacter.

Dan over een backup van mijn mail. Tja, ik bewaar eigenlijk heel veel mail. Google biedt nu eenmaal standaard 25 GB en ik heb ook nog eens een Google Drive van 100 GB erbij, dus ik heb bij Google een totale opslagcapaciteit van 125 GB.

Prijsverlaging van Google Drive
Google Drive logoEn nu ik toch over de opslagmogelijkheden van Google Drive heb: Google heeft onlangs de prijs van de online opslag verlaagd. Voorheen betaalde ik voor die extra 100 GB US$4,99 per maand, maar vanaf volgende maand ga ik hiervoor slechts US$ 1,99 per maand betalen. Dat is natuurlijk super en deze prijsverlaging zal ook wel invloed hebben op de kosten van online storage providers, zoals Dropbox, Box, MEGA, LiveDrive, OneDrive van Microsoft en anderen. Om je een idee te geven: een hele TeraByte kost nu nog maar US$ 9,99 per maand!

Voor dat geld hoef je het dus ook niet meer te laten en is het argument van crashende harde schijven, waardoor je je data kwijt bent, ook niet meer echt valide. Zeker als je een ondernemer bent. Een bijkomend voordeel –wat wellicht niet op iedereen van toepassing is– is dat je overal bij je data kunt, als je bestanden eenmaal in de cloud staan.

Anyway, terug naar de backup van mijn mail. Een hele tijd geleden heb ik ooit al eens een outlook.com mailadres aangemaakt. Zoals je hoogstwaarschijnlijk wel weet, is outlook.com de opvolger van hotmail.com van Microsoft. Toen heb ik ook alle mail die ik op dat moment bij Gmail had staan, gekopieerd naar outlook.com en vanaf dat moment heb ik ook een filter ingesteld om alle binnenkomende mail door te sturen naar mijn outlook.com-mailadres.

Afgelopen weekend was ik blij dat ik dit ooit had ingesteld. Ik moest een bepaalde mail van 10 februari dit jaar terug hebben, vanwege een bepaald attachment dat erin stond, die ik nodig had. Maar die mail had ik verwijderd (helaas ten onrechte, moet ik toegeven). En ik had inmiddels ook meer dan eens de Prullenmand van Gmail geleegd. Die mail was dus echt weg!

Eerlijk gezegd dacht er even niet zo snel aan, dat ik een permanente actuele backup van mijn mail heb op outlook.com. Dus ik zag als enige oplossing te gaan grasduinen in de TimeMachine backup die elk uur van mijn iMac wordt gemaakt. Dat zou redelijk wat tijd kosten.

Natuurlijk had ik de afzender kunnen vragen de mail en het attachment nogmaals te versturen, maar de kans dat die persoon zijn mail in het weekend leest is nul, dat weet ik uit ervaring. Dus zou ik tenminste twee dagen vertraging oplopen.

Toen ik me realiseerde dat ik de mail ook gewoon via outlook.com kon terugzoeken was het probleem binnen een minuut opgelost en had ik alsnog mijn attachment en kon ik verder met datgene waar ik mee bezig was.

Zo zie je maar weer eens hoe prettig het is om een keertje wat tijd te reserveren om je backups goed in te stellen. Wat doe jij overigens ten aanzien van backups in het algemeen en het veiligstellen van je mail in het bijzonder? Heb je überhaupt wel een mechanisme ingericht om te voorkomen dat je je documenten, afbeeldingen, spreadsheets, presentaties, mail en andere data kwijtraakt?

Ik heb het er al vaker over gehad, over het maken van backups… In de show notes, die je overigens terugvindt op www.reputatiecoaching.nl/69 heb ik links opgenomen naar meer informatie over het maken van backups van:

Je mag me ook gerust een berichtje sturen, als je vindt dat ik het te vaak over backups heb. Wellicht behoor jij tot de kleine groep mensen die meerdere automatische backupmechanismes heeft ingesteld voor het veiligstellen van de data. Maar uit ervaring weet ik dat de meeste ondernemers en particulieren helaas toch nog een ontoereikende backupstrategie hebben. En dan druk ik het zachtjes uit…

Terugblik podcast #68

Als ik de transcriptie van de podcast van vorige week nog eens nalees, dan denk ik dat de belangrijkste les uit die aflevering was, dat je ontzettend moet oppassen voor phishing aanvallen, waarbij kwaadwillende figuren hun best doen met legitiem uitziende websites jouw data te ontfutselen. Deze kunnen ze dan verkopen of gebruiken om in andere accounts van jou in te breken met alle gevolgen van dien.

Let dus altijd op, als je ergens opeens moet inloggen, of de URL van de pagina wel van de site komt, waar je verwacht dat die hoort te staan. En pas helemaal op op mobiele apparaten, omdat je daar vaak de URL standaard helemaal niet ziet.

Dan over op de onderwerpen voor vandaag.

Mobiel Internetgebruik dit jaar groter dan vanaf desktops

Mobiel InternetHet is dan eindelijk zover: Matt Cutts van Google vertelde vorige week op de SMX West conferentie in San Jose (Californië), dat waarschijnlijk eind dit jaar het mobiel Internetverkeer dat van desktops zal overtreffen. Deze uitspraak is gebaseerd op verkeersvolumes die Google intern op haar systemen ziet.

En het is belangrijk om te beseffen dat het hier niet gaat over het verkeer in Noord-Amerika of de USA, maar over de hele wereld! Interessant genoeg ligt in de Verenigde Staten de verhouding vast / mobiel nog rond de 70% / 30%. Dus de Amerikanen surfen toch nog meer vanaf hun desktops.

Wat heeft dit voor consequenties voor lokale SEO, ofwel het nut van het verbeteren van je lokale vindbaarheid? Veel, kan ik je vertellen. Tot een paar jaar geleden schatte Google dat zo’n 20% van alle zoekopdrachten van vaste apparaten lokaal georiënteerd was. Google en Bing hebben later ook nog eens gesteld dat zo’n 40% tot 50% van alle mobiele zoekopdrachten een lokale intentie heeft.

De vraag is nu alleen wat de oorzaak is van wat. Zoeken mensen nu meer lokaal, nu ze smartphones hebben, waarmee ze altijd en overal op Internet kunnen, of is het gewoon een groei die al die tijd al gaande was? De waarheid zal wel ergens tussenin liggen. Het voorhanden hebben van een mobiel apparaat waarmee je altijd online bent, nodigt natuurlijk uit om snel even iets in de buurt op te zoeken, maar voorheen zochten mensen natuurlijk ook al wel naar producten of diensten in de buurt vanaf hun vaste desktop. Alleen zagen marketeers het toen niet zo duidelijk, omdat al het verkeer vanaf desktops kwam.

Het begrip “locatie” wordt natuurlijk steeds belangrijker. Dit blijkt niet alleen uit de groei van Google+ en de lokale Google+ pagina’s, maar ook in de diverse overnames die er worden gedaan, zoals de overname van Waze door Google en allerhande samenwerkingen die tot standkomen, zoals Foursquare die data verkoopt aan Microsofts Bing en Yelp die data aanbiedt aan Yahoo.

Een trend die op dit moment plaatsvindt in Amerika, is dat zelfs multinationals zich ook gaan richten op lokale marketing. Zij beseffen dat hun business niet ligt in hun landelijke vindbaarheid of wereldwijde vindbaarheid, maar dat hun business juist wordt gedaan vanuit de buurt, oftewel: lokaal!

Dus bekende bedrijven als bijvoorbeeld FedEx, Intercontinentel Hotels Group en RE/MAX spenderen miljoenen dollars in het verbeteren van hun lokale vindbaarheid. Die bedrijven zien die bedragen echter niet als kostenpost, maar als investering.

Zo rapporteerde FedEx bijvoorbeeld een toename van 50% in organisch zoekverkeer, 26% toename in conversies voor hun online printing services en een sterk verbeterde zichtbaarheid en vertoningen van hun lokale bedrijfsvermeldingen.

De InterContinental Hotels Group ontdekte en corrigeerde meer dan 1.000 foute lokale bedrijfsvermeldingen op Google+ en zag een enorme groei van organische zoekresultaten voor lokale zoekopdrachten naar hotels.

En dan Re/Max… Dit bedrijf zag een 1.100% toename in geïndexeerde pagina’s in Google: in totaal meer dan 4 miljoen! Daarnaast nam het verkeer op basis van organische zoekresultaten met zo’n 1.000% toe, en staat Re/Max op de eerste plaats in meer dan 500 steden van de westkust van Amerika tot de oostkust, voor onroerend goed.

Daarom raad ik je ook altijd aan om eerst te werken aan het verbeteren van je lokale vindbaarheid… Althans, als je redelijk lokaal opereert. Als je alleen een webshop hebt, dan heb je niet veel aan dit soort nieuws en mijn tips over het verbeteren van je lokale vindbaarheid.

Maar al te vaak zie ik echter ook een sterke verbetering van de posities in de organische resultaten, als ik een bedrijf help met het verbeteren van de lokale vindbaarheid. Vrijwel al die opdrachten begin ik met datgene wat ik je begin dit jaar uitvoerig uit de doeken deed, te weten het “Opschonen van je citations”.

Op dit moment ben ik hiermee bezig voor een tandartspraktijk met twee vestigingen in Gelderland en de resultaten die we daar zien nadat ik een paar weken bezig ben met het opschonen en consistent maken van alle bedrijfsvermeldingen zijn ook verbluffend. Zo staat de ene praktijk al op de eerste plaats in de lokale resultaten, op de zoekterm “tandarts” en de andere is inmiddels al van de zesde plaats naar de tweede gestegen! Daarnaast zijn ook de bijbehorende organische vermeldingen al sterk verbeterd en is mijn verwachting dat die binnenkort nog verder zullen verbeteren.

Google dringt aan op claimen en verifiëren van Zakelijke Google+ pagina’s

GoogleEnfin, ik zei het al: lokale of zakelijke Google+ pagina’s zijn belangrijk. En ze zijn zelfs noodzakelijk om te kunnen scoren in de lokale zoekresultaten, want zonder pagina heb je daar geen vermelding!

Maar Google gaat nu een stap verder: in steeds meer landen krijgen mensen een mail van Google dat ze hun lokale zakelijke Google+ pagina moeten claimen en verifiëren, omdat ze anders het risico lopen dat Google de pagina verwijdert, ongeacht eventuele berichten, foto’s, video’s, bedrijfspanorama’s en andere data die er op staat.

In het verleden zijn namelijk veel pagina’s aangemaakt door spammers: zij wilden de lokale zoekresultaten beïnvloeden voor hun eigen gewin. Google heeft dit ook ontdekt en gaat nu actie ondernemen.

Hoewel er voor zover ik weet nog geen dergelijke mails in Nederland zijn gesignaleerd, raad ik eenieder aan dit voor te zijn en nu toch echt de zakelijke Google+ pagina te claimen en te verifiëren. Het kost je echt nog geen drie minuten! En wat zou het sneu zijn als jouw bedrijf helemaal niet meer wordt vertoond in de lokale zoekresultaten. Of nog erger: stel dat je een bedrijfspanorama hebt laten maken, dan is dat geld dan ook in één keer weggegooid, als je pagina wordt verwijderd!

Geloof me: je bent heus niet de enige die zijn zakelijke Google+ pagina niet heeft geclaimd… Sterker nog: ik denk dat er meer bedrijven en organisaties zijn die hun zakelijke Google+ pagina niet hebben geclaimd en geverifieerd, dan die dat wel hebben gedaan. Zelfs grote bedrijven, paleizen en organisaties blijken deze kansen gewoon links te laten liggen. Ik geef je een paar voorbeelden:

De links naar de bijbehorende Google+ pagina’s vind je in de show notes, op www.reputatiecoaching.nl/69. Maar goed, dit is dus zomaar een negental bedrijven en organisaties die geen van allen hun zakelijke Google+ pagina hebben geclaimd, noch geverifieerd, geen vanity URL hebben en niets of nauwelijks iets hebben gedaan om hun Google+ pagina van content te voorzien. Het is ongelofelijk, maar waar!

Ik vind dit een interessant topic, dus ik ga binnenkort hier nog eens dieper in duiken.

Dus: CLAIM EN VERIFIEER JE LOKALE ZAKELIJKE GOOGLE+ PAGINA!

Hoe je dat doet? Heel simpel:

  1. Als je nog geen Gmail of Google+ account hebt, dan moet je eerst een Google account aanmaken. Dit doe je op accounts.google.com/SignUp.
  2. Dan surf je naar places.google.com en klik je rechtsboven op “Inloggen”.
  3. Als je daar inlogt, dan krijg je een overzicht van alle vermeldingen die je kunt beheren. Waarschijnlijk heb jij nog geen zakelijke Google+ pagina’s daar vermeld staan. Klik dan op “Een vermelding toevoegen”.
  4. Zoek je bedrijf op en selecteer het

Zet je bedrijf op de mobiele kaarten!In sommige gevallen heb je daarna alleen de mogelijkheid om te verifiëren per briefkaart en soms kan het ook per telefoon. Je kunt zelf kiezen wat jou het beste uitkomt. Als je kunt verifiëren per telefoon zou ik dat zeker doen, omdat dat het snelste gaat: binnen een minuut of twee is je vermelding dan geverifieerd.

Mocht je die mogelijkheid niet geboden krijgen, dan ben je genoodzaakt om de verificatie per briefkaart uit te voeren. Een paar weken geleden heeft men dit bij Ordina in Utrecht uitgevoerd en toen duurde het zo’n anderhalve week voor de briefkaart met de PIN binnen was. Een tip: zorg dat je de naam van de persoon vermeldt, voor wie de kaart bestemd is. Anders kan het gebeuren dat de kaart gaat zwerven binnen het bedrijf. Je moet de PIN namelijk binnen zes weken invoeren, om je bedrijf te claimen en te verifiëren.

Als je dat eenmaal hebt gedaan, dan verschijnt er een vinkje achter je bedrijfsnaam in Google+. Zo kun je ook gemakkelijk controleren of jouw bedrijf al geclaimd en geverifieerd is: staat er geen sterretje dan moet je het nog doen; staat er wel een sterretje, dan betekent dit dat je bedrijf wel geclaimd en geverifieerd is. In de show notes heb ik een afbeelding van de vermelding van het Okura Hotel in Amsterdam opgenomen:

Google+ vermelding van het Okura Hotel in Amsterdam

Dat is nu een schoolvoorbeeld van een nette zakelijke Google+ pagina, want alle belangrijke zaken zijn in orde:

  • Het hotel is geclaimd en geverifieerd
  • De website is geverifieerd
  • De banner
  • 83 recensies
  • Veel foto’s
  • De kosten voor een hotelkamer worden vermeld

Er zijn zo te zien voor het Okura Hotel nog een paar verbeteringen:

  1. De vanity URL moet nog worden geclaimd
  2. Het hotel moet een mooie bedrijfspanorama laten maken
  3. Een paar professionele video’s zouden dan de impressie compleet maken

Let op: als je een kleine ondernemer bent en er staat wel een vinkje achter je bedrijfsnaam op Google+, terwijl jij nooit je bedrijf hebt geverifieerd, dan bestaat de kans dat iemand anders dat al heeft gedaan. Dan zou ik helemaal snel je bedrijf terugclaimen!

Nu ik vandaag toch diep inga op het hele fenomeen Google+, wil ik ook een leuke infographic die ik onlangs tegenkwam, met je delen:

Je moet de infographic maar eens op je gemak bekijken. Wat ik wel leuk vind, is een paar aspecten van de infographic er uit te lichten. Zo heb je als luisteraar van de podcast ook een idee, wat er zoal in de infographic staat:

  • 35% van de Google+ accounts is gemiddeld per maand actief
  • De meest actieve groep gebruikers (31%) is in de leeftijd van 25 tot 34 jaar
  • Per week worden er meer dan anderhalf miljard afbeeldingen geüpload
  • 70% van de top–100 grote merken gebruiken Google+
  • De verhouding mannen/vrouwen op Google+ is 62% mannen en 38% vrouwen

Ook vond ik een interessante, wat oudere infographic over Google+, toen ik even ging zoeken. Het is wel leuk om deze te vergelijken met de vorige, want deze infographic stamt volgens mij uit 2012. Toen had Google+ nog naar 90 miljoen actieve gebruikers, terwijl dat nu toch al meer dan 360 miljoen is:

Dit is een grote infographic, daarom raad ik je aan die eens op je gemak op de site te bekijken. In deze infographic is te lezen dat de inhoud van Google+ ook door Google wordt geïndexeerd. Dat vond ik wel grappig om te lezen… Want hoewel ik dit wel wist, was ik tot afgelopen week nog nooit Google+ posts van mijzelf in de organische zoekresultaten tegengekomen. Maar inderdaad zag ik afgelopen week een paar verschillende Google+ posts vertoond worden, tussen alle andere zoekresultaten.

We zullen nooit precies weten wat de oorzaak daarvan was. Het kan zijn dat die berichten door aardig wat mensen zijn gelezen, of dat Google haar algoritmes iets aan het aanpassen is ten aanzien van het ranken van Google+ content… Ik weet het ook niet. Feit blijft, dat ik nu inderdaad diverse Google+ berichten zie verschijnen. Daar kun je dus ook je voordeel mee doen, als je actief wordt of bent op Google+.

Matt Cutts: kun je nog wel scoren zonder te spammen?

De video van Matt Cutts die ik vandaag met je deel gaat in op de vraag: “Kan je site nog wel goed in de zoekresultaten scoren, zonder gebruik te maken van allerhande spammy technieken?”.

De vraagsteller is iemand uit Miami, Florida. Hij zegt dat zijn kleine bedrijfje in het verleden een SEO-firma heeft ingehuurd, die op het eerste gezicht een net en legitiem bedrijf leek. Echter, het heeft de rankings om zeep geholpen als gevolg van spammy backlinks. Ze hebben alles al geprobeerd, maar niets lijkt te helpen. En de vraag is nu dus eigenlijk “Wat kun je als bedrijf met goede bedoelingen nu nog hier aan doen?”:

Matt geeft al lachend antwoord. Stel je voor: “Je hebt de zoekresultaten ge-spammed”… “En je bent betrapt”… “En dus scoren we niet meer”… Maar hoewel je jezelf misschien als een net bedrijf beschouwt, heb je toch ge-spammed en getracht de zoekresultaten te beïnvloeden, dus het kan zijn dat anderen je niet als een bijster net bedrijf beschouwen. En de reden dat je betrapt bent, geeft andere eerlijke bedrijven (die geen black hat technieken hebben gebruikt) de kans om hogerop te komen. Dus vanuit het perspectief van deze laatste is dit een verbetering!

Google doet juist haar best om de eerlijke bedrijven de kans te geven goed te scoren en daarom geeft het bedrijf onder andere met de Google Webmasters video’s en in diverse fora, discussiegroepen en Hangouts zoveel mogelijk bruikbare informatie. Dus de eerlijke bedrijven hebben juist een kans, als ze niet spammen.

Als je afgestraft wordt, zul je dus eerst al je foute links moeten opruimen enzovoorts. Maar feit is dat Google steeds beter wordt in het ontdekken van spam. Het aloude adagium van “goede content” en “goede gebruikerservaring” blijft ècht geldig!

Google blijft continu haar best doen om de beste pagina’s met de beste content te presenteren. Dus als jij met je site in staat bent om dit te produceren, dan vertoont Google jouw pagina’s graag aan de Internetter die er naar op zoek is.

Google blijft spam bestrijden, dus laat je niet verleiden om in allerhande black hat fora duistere technieken of tools op te snorren om die te gebruiken om je rankings te beïnvloeden.

Eigenlijk had ik nog een leuk bericht over een opgerold blognetwerk, maar dat moet wachten tot volgende week, want ik zit inmiddels alweer over de 20 minuten. Ik doe namelijk altijd mijn best hier niet te ver overheen te gaan, omdat ik bang ben dat het anders te langdradig voor je wordt.

Dus voor vandaag laat ik het hierbij. En dus kom ik met deze grappige vraag aan het einde van deze podcast. In elk geval heb ik vandaag wederom mijn best gedaan een hopelijk leuke en interessante podcast voor jou samen te stellen. Daarom hoop ik ook dat je er weer wat van hebt opgestoken.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 69 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

Links naar content die in deze podcast aan bod komt:

doorEduard

64: Valentijnsdag is commercieel, Yahoo partner van Yelp, Yelp vernieuwt website en Matt Cutts vertelt over de werkdag van een webspam fighter

ReputatieCoaching PodcastAfgelopen vrijdag was het Valentijnsdag… Heb jij nog kaarten of e-mails ontvangen van stille aanbidders of aanbidsters? Heb je je partner een kadootje gegeven of hebben jullie samen iets leuks gedaan? Hoewel het verhaal van priester Valentijn teruggaat tot 269 na Christus, is het tegenwoordig een uiterst commerciële aangelegenheid. Is het nog wel intessant om veel tijd, geld en energie te steken in marketing voor Valentijnsdag? Straks een aantal statistieken om je te helpen met je keuze voor volgend jaar.

En zoals een tijdje geleden heb ik ook nu weer problemen met de plugin BackWPup, de plugin die automatisch elke nacht een backup van deze site zou moeten maken.

Vorige week vertelde ik je van de investering die Microsoft heeft gedaan in Foursquare. Deze week was in het nieuws te lezen dat Yahoo! nu een partnership met Yelp is aangegaan om de zoekresultaten te verrijken met gegevens van lokale bedrijven en dat de Yelp website is vernieuwd.

De podcast van deze week sluit ik af met twee video’s van Matt Cutts. In de eerste video geeft hij antwoord op de vraag of je spelfouten in reacties op je weblogartikelen moet verbeteren en in de tweede video vertelt hij hoe de werkdag van een spam fighter er uitziet.

Hallo en hartelijk welkom bij deze aflevering van de ReputatieCoaching Podcast. Mijn naam is Eduard de Boer, ook bekend als de ReputatieCoach. Dit is dé podcast die je moet beluisteren als je meer wilt leren over online reputatie en reputatiemanagement en ook als je wilt werken aan je online reputatie en je online vindbaarheid wilt verbeteren. Dit alles kan je helpen om jezelf beter op de online kaart te plaatsen, waardoor je als bedrijf meer business kunt doen.

Als persoon kun je met de diverse tips aan de slag om bijvoorbeeld je online reputatie als verkoopspecialist, voeger, cameraman, autospuiter, betonstaalvlechter of wat dan ook te verbeteren.

In deze podcast noem ik een aantal sites, video’s en verwijs ik naar verschillende artikelen. De links naar al deze content èn de volledige transcriptie van de podcast vind je op www.reputatiecoaching.nl/64. Je kunt de podcast niet alleen rechtstreeks beluisteren op www.reputatiecoaching.nl, maar ook op zowel iTunes, als op Stitcher. Surf hiertoe respectievelijk naar www.reputatiecoaching.nl/itunes of naar www.reputatiecoaching.nl/stitcher.

Mocht je de podcast in een andere podcatcher of podcastplayer willen beluisteren, dan kun je je op de feed feeds.reputatiecoaching.nl/reputatiecoachingpodcast abonneren. Al deze links vind je ook in de show notes van deze podcast, alsmede op de website.

Terugblik podcast 63

In de podcast van vorige week vertelde ik je over de extra mogelijkheden die je nu hebt om de juiste categorie te kiezen voor je zakelijke Google+ pagina, doordat Google recentelijk meer dan 1.000 categorieën heeft toegevoegd. Nog altijd zul je tegen beperkingen aanlopen, maar je kunt nu specifieker aangeven wat je als bedrijf doet. Daarom adviseer ik je eens te kijken naar je de huidige categorie die staat vermeld op Google+ en naar de lijst met de nieuwe categorieën, om te zien of jij nog concreter kunt worden.

Want zoals je weet, hoe specifieker je al je bedrijfsgegevens maakt, des te specifieker het verkeer naar je site. Je hoeft niet per se 5.000 algemene bezoekers per dag op je website te hebben, als 0,1 procent daarvan iets koopt of bestelt.

Het is namelijk veel beter om “slechts” oprecht geïnteresseerde 500 bezoekers te hebben, als daarvan 2% converteert. Want door deze veel hogere conversie verkoop je in dit voorbeeld namelijk maar liefst tweemaal zoveel. Wat ik hiermee wil zeggen is dat het vaak beter is om heel gericht verkeer te hebben naar je site, dan alleen zoveel mogelijk.

Vanavond ga ik naar het evenement #SMC055 in het centrum van Apeldoorn. Vorige week vertelde ik je wat er op het programma staat. Ik zal m’n best doen e.e.a te Tweeten. Volg me daartoe op Twitter, op @reputatiecoach1. Ik ga er sowieso één of meer artikelen over schrijven, dus mocht ik er niet aan toekomen, of zie jij geen kans me te volgen op Twitter, dan is er nog geen man overboord.

Als laatste over vorige week: vergeet niet dat je een taart en één uur coaching kunt winnen, als jij degene bent die de meeste verbeteradviezen opstuurt voor de video’s die ik vorige week met je deelde in de transcriptie van podcast 63. De actie duurt nog tot 28 februari en je kunt je adviezen sturen naar: podcast@reputatiecoaching.nl.

Bekijk de video’s en ga op zoek naar alle verbeterpunten. Wie weet krijg jij op 3 maart aanstaande te horen dat jij de taart en het uur coaching hebt gewonnen!

Dan nu over op de onderwerpen van vandaag…

Valentijnsdag 2014

De geschiedenis van Valentijnsdag gaat terug tot het jaar 269 na Christus, dat vertelde ik je al in de introductie van deze uitzending. Het verhaal gaat over een priester genaamd “Valentijn”, die werd gemarteld, omdat hij weigerde het Christendom op te geven. Hij stierf op 14 februari 269.

Een legende vertelt dat Valentijn de dag voor zijn executie een afscheidsbriefje achterliet voor een jonge vrouw op wie hij verliefd was geworden, de dochter van een medegevangene. Hij zou het briefje hebben ondertekend met ‘Van jouw Valentijn’. Hier zou ook de traditie vandaan komen om kaarten te ondertekenen met ‘jouw Valentijn’.

Een andere legende vertelt dat de Romeinse keizer Claudius II soldaten verbood om te trouwen, omdat hij vond dat ongehuwde mannen betere soldaten waren. Priester Valentijn negeerde deze regel en trouwde in het geheim jonge paren. De Keizer ontdekte dit en nam Valentijn gevangen en veroordeelde hem ter dood.

Op het blog van Arend Landman kun je nog meer lezen over de historie achter Valentijnsdag. In de show notes heb ik voor geïnteresseerden ook een Engelstalige video opgenomen over de geschiedenis van Valentijnsdag:

Wikipedia schrijft over “Valentijnsdag”:

Valentijnsdag is een dag waarop geliefden elkaar extra aandacht geven met cadeautjes, bloemen, of kaarten. Valentijnsdag wordt gevierd op 14 februari. Paus Gelasius I riep in 496 14 februari uit tot de dag van de Heilige Valentijn.

Verder kun je op Wikipedia ook lezen over de aangewakkerde commercie rond de 14e februari. Wikipedia schrijft hierover het volgende:

In de Verenigde Staten is men, uit commercieel oogpunt, begonnen met het verleggen van de nadruk van anonieme liefde naar liefde. Valentijnsdag is in België en Nederland in korte tijd, sinds midden jaren 90, een groot commercieel succes geworden: cadeauwinkels, boekwinkels en bloemenwinkels profiteren hiervan. Ook de Nederlandse posterijen deden hieraan mee door een valentijnspostzegel uit te geven. In 2007 deed 35 procent van de Nederlanders iets aan Sint-Valentijnsdag, in 2011 was dat gedaald tot 29 procent en in 2012 tot 24 procent.

Steeds meer bedrijven en ondernemers proberen dus een graantje mee te pikken. Als je op Google gaat zoeken naar “Valentijnsdag 2014” dan vind je de meest uiteenlopende aanbiedingen en cadeausuggesties. Het wordt dan ook steeds moeilijker om jezelf te onderscheiden van je concurrenten. En toch zijn de belangen hoog. Zo las ik op Internet dat de Amerikanen in dit jaar naar verwachting maar liefst zo’n US$17,3 miljard uitgeven om hun liefde te onderschrijven! Enkele andere verwachte statistieken uit Amerika:

  • 54% van de Amerikanen zegt Valentijnsdag te gaan vieren, tegenover 60% in 2013
  • 26,1% hiervan shopt online; vorig jaar was dat 26,3%
  • 24% zoekt producten en vergelijkt prijzen op een smartphone, 32,2% op een tablet
  • Gemiddeld geeft men bijna US$134 per persoon uit
  • 48,7% koopt iets eetbaars, zoals chocolaatjes, 37,3% geeft bloemen, 51,2% stuurt een kaartje, 19% koopt sieraden, 37% viert het met een avondje uit en 14% geeft een cadeaukaart
  • Mannen zullen naar verwachting gemiddeld US$108,38 uitgeven voor hun geliefde, vrouwen slechts US$ 49,41
  • 59,4% geeft zijn geld uit aan familieleden, 21,7% aan goede vrienden, 20,5% aan leraren en leraressen, 12,1% aan collega’s en maar liefst 19,4% aan huisdieren.

Dit jaar kampten grote delen van de VS en Canada echter met extreem winterweer. Hierdoor konden heel veel bestellingen niet worden bezorgd en is de kans dus groot dat mensen veel minder online bestellingen hebben geplaatst. Als gevolg zal de omzet dit jaar waarschijnlijk een stuk lager uitvallen.

Maar dat zijn de Amerikanen. Laten we eens kijken naar Nederland. Inmiddels komen de eerste gegevens binnen. FloraHolland in Aalsmeer zag een week geleden nog enorm op tegen Valentijnsdag, vanwege een staking van het personeel van FloraHolland. Gelukkig voor de bloemenhandel is deze dreiging twee dagen vóór Valentijnsdag met een “Valentijns akkoord” tussen FloraHolland en de vakbonden afgewend en kon de detailhandel dus gewoon op Valentijnsdag bloemen in het algemeen en rode rozen in het bijzonder verkopen.

Volgens FloraHolland is afgelopen vrijdag 250 miljoen euro Valentijnsomzet gerealiseerd, een groei van iets meer dan 3% vergeleken met vorig jaar. Maar doordat de kosten volgens FloraHolland ook zijn gestegen, is het maar de vraag of er ook meer verdiend is. En je moet weten dat de bloemenhandel zo’n 8 tot 10 procent van de totale jaaromzet in de paar weken voorafgaand aan Valentijnsdag behaalt.

Toch neemt de populariteit van Valentijnsdag af, zo schreef de Telegraaf afgelopen vrijdag. Waar vorig jaar iets meer dan 25 procent van alle Nederlandsers nog iets deed met Valentijnsdag, is de verwachting dat dat percentage dit jaar iets onder de 25% zal uitkomen. Dit bleek uit een jaarlijks onderzoek van Q&A Research & Consultancy onder 2.000 Nederlanders.

Wij nuchtere Nederlanders vinden het steeds meer zonde van het geld om iets te ondernemen of iets te kopen met Valentijnsdag. Dus bevestigen wij via de digitale media onze geliefden dat wij van ze houden.

In heel 2013 werd in 116 talen maar liefst 481 miljoen keerIk hou van je” getweet:

481 miljoen keer -ik hou van je- getweet in 116 talen!'
Twitter heeft de onderverdeling per land gegeven. Deze heb ik in de show notes op www.reputatiecoaching.nl/64 opgenomen:

I love you Tweets - onderverdeeld per land
Daaruit blijkt dat Nederland wereldwijd op de 6e plaats staat! Ter vergelijking: de Amerikanen staan op de 26e plaats!

Maar wat schetst mijn verbazing?? Als Twitter gaat kijken wanneer in het jaar een variant van “Ik hou van je” wordt verstuurd, dan is dat voornamelijk in januari, augustus, oktober, november en december! En het meeste wordt het in het weekend getweet.

I love you Tweets - onderverdeeld per maand van het jaar en dag van de week in 2013
Toch stuurt meer dan de helft van de Amerikanen dit jaar een digitale liefdesverklaring:

  • 29% zegt een romantische SMS te sturen
  • 29% post lieve berichtjes op Facebook
  • 23% stuurt een zoete of hete mail
  • 20% stuurt een lieve eCard
  • 7% van de consumenten stuurt de Valentijnsgroet per Twitter

Ik ben benieuwd of we dit jaar weer zulke statistieken zullen zien van verschillende social media, en dan hopelijk specifiek voor Valentijnsdag. Natuurlijk is het gebruik van WhatsApp extreem gegroeid, daarom verwacht ik dat een deel van het “I love you” Twitter-verkeer dit jaar zal verschuiven naar Whatsapp.

Maar de vraag is: moet je je als ondernemer op basis van deze statistieken volgend jaar nog wel extra inspannen om originele acties te verzinnen, die je wellicht meer geld kosten, dan dat ze je opleveren? Ik zou het nog maar eens goed overwegen. Want niet alleen in Nederland lijkt de kooplust voor Valentijndag terug te lopen, maar zelfs ook in de USA, waar het ooit allemaal zo’n beetje is begonnen…

Voor de liefhebbers: de afgelopen tijd heb ik op Pinterest meer dan 70 infographics over Valentijnsdag verzameld.

Infographics Valentijnsdag
De link naar het pinbord vind je in de show notes op www.reputatiecoaching.nl/64

Opnieuw probleem met BackWPup

Net als omstreeks oktober 2013 heb ik ook nu wederom problemen met BackWPup, de plugin die ik heb draaien voor het automatisch maken van backups van www.reputatiecoaching.nl. Ik zie dit keer echter geen fouten in de logfiles, maar ik zag anderhalve week geleden wel dat de laatste backup op 30 januari had gedraaid, dus ik hield een vinger aan de pols.

Vannacht constateerde ik dat er nog steeds geen backups werden gemaakt, dus heb ik eerst maar eens handmatig een volledige backup-job opgestart. Dat ging goed, evenals de database-only backup die ik daarna opstartte. Technisch werkt de plugin dus nog wel, alleen startte die niet meer automatisch op de geplande tijdstippen.

Dit lijkt te zijn begonnen toen ik een aantal oudere versies van de backups heb weggegooid en ook in WordPress alle logfiles heb verwijderd. Nu staan er weer logfiles en volgens de plugin zal deze morgen weer draaien. Dan ben ik benieuwd of ik morgen wel weer een nieuwe backup op Dropbox zie verschijnen. Als dat niet het geval is, zal ik een nieuwe backup-job aanmaken om te zien of die wellicht wel draait. En mocht dat ook niet het geval zijn, dan ga ik de volledige plugin eens verwijderen en opnieuw installeren, want ik kan op Internet namelijk geen vergelijkbare problemen vinden.

Vraagje: gebruik jij ook BackWPup voor het automatisch maken van je backups van je WordPress site? Heb jij al gecontroleerd of de backups gewoon elke keer lopen en daadwerkelijk een backupbestand aanmaken? Controleer het eens en laat me weten of de plugin het bij jou nog wel doet! Je kunt je reactie achterlaten in de show notes van deze podcast, op: www.reputatiecoaching.nl/64.

Yahoo nu partnership met Yelp

Logo YelpZo’n anderhalve week geleden publiceerde ik het artikel met het nieuws dat Microsoft US$15 miljoen investeert in Foursquare voor het gebruik van de locatiedatabase van Foursquare. Afgelopen week maakte Marissa Mayer, de CEO van Yahoo, bekend dat Yahoo gaat samenwerken met Yelp voor het verbeteren en uitbreiden van de zoekresultaten van Yahoo.

Hoewel veel mensen Yahoo kennen van naam, is Yahoo in Nederland natuurlijk geen serieuze speler in de arena van zoekmachines, ondanks dat je na enig zoeken de Belgische versie van Yahoo kunt vinden die in het Nederlands is. Maar in andere landen is Yahoo nog best populair. Het is ook niet voor niets dat Marissa Mayer, die eerst bij Google werkte, is aangetrokken om het bedrijf af te stoffen en weer florissant te maken.

Vorig jaar vergeleek Marissa Mayer de strategie van Yahoo met een wijnmaker die druiven van een wijngaard koopt: “Je kunt je eigen druiven verbouwen, of je kunt ze van iemand anders kopen om toch zo je eigen karakteristieke wijn te maken”.

Het is duidelijk dat gegevens van lokale bedrijven steeds belangrijker worden voor de zoekmachines. Dit wordt vooral ingegeven door de explosief groeiende markt van mobiele apparaten waarop vaak in de nabije omgeving wordt gezocht naar winkels of leveranciers van bepaalde producten of diensten.

De organische zoekresultaten die Yahoo toont, zijn afkomstig van Bing, de zoekmachine van Microsoft. Nu gaat Yahoo de zoekresultaten dus ook uitbreiden met gegevens van lokale bedrijven. Zo wil Yahoo zichzelf weer beter op de kaart plaatsen en de lokale concurrentie met Microsoft en Google aangaan.

In de show notes van deze podcast heb ik een Engelstalige video van Wall Street Journal Live opgenomen, waarin e.e.a. nader wordt toegelicht:

Yelp heeft al soortgelijke deals met Microsoft en Apple. Zo worden de bedrijfsgegevens, foto’s en reviews van Yelp vertoond in de app “Kaarten”. Daar staat ook duidelijk bij vermeld dat de gegevens afkomstig zijn van Yelp. De verwachting is dat binnen enkele weken de lokale bedrijfsgegevens van Yelp zichtbaar zullen worden in de zoekresultaten op Yahoo.

De exacte gegevens, zoals bijvoorbeeld hoe e.e.a. financieel is overeengekomen, zijn niet bekend.

Met behulp van de instructievideo “Bedrijf toevoegen op Yelp” kun je je eigen bedrijf aanmelden op Yelp, om zo je lokale presence te verbeteren. Om je vermelding het beste te laten uitkomen heb ik nog een zestal tips voor je:

  1. Geef zoveel mogelijk informatie – Als je je bedrijf eenmaal hebt geclaimd op Yelp, kun je nog veel meer gegevens invoeren, dan dat je standaard via bijvoorbeeld de Yelp app kunt aanleveren. Vul alles in… werkelijk elk veld! Hoe meer informatie je geeft, des te groter de kans dat je goed wordt gevonden en dat een prospect contact met je opneemt of naar je bedrijf komt.
  2. Upload je eigen professionele foto’s – Niet omdat ik ook fotograaf ben, maar goede, professionele foto’s dragen echt bij tot een beter imago van je bedrijf. Hoewel Yelpies natuurlijk ook foto’s kunnen uploaden, zou ik daar niet op vertrouwen. Laat je bedrijf en producten online sprankelen met behulp van professionele foto’s. Dat is dan ook de reden dat ik ook altijd de foto’s die ik tijdens een bedrijfspanorama maak, niet alleen upload naar de Google+ pagina van een bedrijf, maar ook naar de Yelp vermelding.
  3. Link naar je website – Nog steeds zijn er bedrijven zonder een eigen website… De meeste van die bedrijven leven qua Internetbesef zo ongeveer in de tijd van de dinosaurussen. Veel van die bedrijven proberen sites als Yelp te gebruiken als hun website, hetgeen niet handig is. Ik zeg het vaker: zorg ervoor dat je baas bent over je eigen online presence, zoals je eigen website. Maar plaats natuurlijk wel een link naar je website, vanaf je Yelp pagina.
  4. Reageer op alle feedback van klanten, zowel goed als slecht – Het doel van je vermelding op Yelp is een band op te bouwen met je klanten om zo naar prospects te laten zien dat je bedrijf niet alleen maar bestaat, maar dat je echt om je klanten geeft. Daarom moet je op zowel goede, als slechte reviews reageren.
  5. Blijf respectvol – Je zult ook heus wel eens negatieve reviews krijgen, als je een vermelding op Yelp hebt. Dit is natuurlijk niet alleen op Yelp, maar op alle reviewsites. Negatieve reviews zijn niet meteen het einde van de wereld. Het biedt je namelijk ook een uitgelezen kans om te laten zien hoe je respectvol omgaat met klanten die een probleem hebben met je product of dienst.
  6. Moedig het schrijven van reviews aan – Durf om een review te vragen, maar ga niet mensen belonen voor het achterlaten van een review. Dit is niet alleen tegen de regels van Yelp, maar ook tegen de gebruiksvoorwaarden van bijvoorbeeld Google. Zo zegt Yelp dat je bijvoorbeeld wel op je site, in je bedrijf of in een brochure of een menu mag zeggen dat je vermeld staat op Yelp, maar je mag dus op bijvoorbeeld een menukaart niet de tekst opnemen: “Laat een review achter op Yelp”.

Tot zover deze zes tips. Op zich zijn ze vrijwel allemaal ook van toepassing op andere sites en directories, waar je je bedrijf kunt aanmelden.

Yelp vernieuwt de interface: o.a. meer foto’s!

Nog een nieuwtje van Yelp. Eerder deze week heeft Yelp voor een keer niet de app voor iOS of Android aangepast, maar heeft zij de site een totale facelift gegeven. Er ligt nu nog meer nadruk op de lokale content die Yelpies hebben gecreëerd.

Als je dacht dat Google met haar carrousel de enige is die meer nadruk legt op foto’s, dan heb je het bij het verkeerde einde, want nu krijgen foto’s ook in Yelp veel meer aandacht. Ze staan groot en prominent bovenaan het scherm. Daaronder staan meteen de reviews, dus die krijgen ook een betere zichtbaarheid. De omschrijving van het bedrijf en de beschrijving van de eigenaar staan nu onderaan.

Kijk zelf ook maar eens naar je bedrijfsvermelding op Yelp!

Zoals ik al zei helpt een Yelp vermelding jou, om je bedrijf in Apple Kaarten te krijgen. Verwacht echter niet dat jouw bedrijfsvermelding snel te vinden is op Apple Kaarten, nadat je je op Yelp hebt aangemeld. Zo heb ik 3 december nog een bedrijf aangemeld op Yelp, maar die is op dit moment (17 februari) nog steeds niet te vinden in de Apple Kaarten app. Ik controleer dit elke paar dagen, om zo een indruk te krijgen van de vertraging die er tussen zit. Vorig jaar was het ergens tussen de twee en drie maanden, dus ik ben benieuwd hoelang het nu is.

Nu we het toch weer even over bedrijfsvermeldingen of citations hebben. Hoe gaat het met jouw project voor het opschonen van je citations? Ben je er al aan begonnen? Wat heb je inmiddels gevonden en hoever ben je?

Matt Cutts over corrigeren van reacties op je blog

Vorige podcast was hij even niet van de partij, maar vandaag is hij er weer, het boegbeeld van de webspam divisie van Google: Matt Cutts. In de eerste video gaat Matt in op het onderwerp van belabberde spelling van reacties op je website. De eerste vraag is of je spel-, typ- of grammaticale fouten in reacties moet verbeteren en de daaruit voortvloeiende vraag is of slechte spelling in reacties een negatieve invloed heeft op de ranking van je site.

Matt zegt dat je je geen zorgen hoeft te maken over fouten of belabberde spelling in de reacties op je weblog, zolang je er maar naar streeft om je eigen blogberichten zo correct mogelijk te maken. Je ziet zo vaak slechte of nietszeggende reacties op Internet, zowel in blogs als ook bijvoorbeeld op YouTube. Maar dat heeft geen negatieve invloed op de ranking van een YouTube video.

Waar je wel voor moet waken is dat er geen spamberichten op je site worden gepost door bots. Die kunnen wel een negatief effect op de ranking van je site hebben.

Een dag uit het leven van een spam fighter, aldus Matt Cutts

Een tweede video van Matt Cutts die afgelopen week uitkwam ging in op een paar vragen:

  • “Hoe ziet een dag uit het leven van een lid van het webspam team van Google eruit?”
  • “Hoe beslist men wat er in de algoritmes moet worden aangepast?”
  • “Zijn er zaken in het algoritme die nooit zullen worden verwijderd?”

Ook deze video heb ik in de show notes opgenomen:

Het webspam team bestaat uit technici, zoals programmeurs en specialisten, alsmede uit spam fighters. Hij begint met de werkdag van een spam fighter. Zelf heeft hij ook veel en vaak handmatig spam opgezocht en bestreden. Spambestrijding is deels reactief en deels proactief.

Reactief kan worden geïnitieerd door een spam report dat iemand indient, of doordat Google zelf ontdekt dat iemand probeert de zoekresultaten te beïnvloeden door bepaalde acties. Daar moet Google dan natuurlijk op reageren en bedenken hoe ze de resultaten kunnen verbeteren.

Een belangrijk deel van het werk bestaat dus uit het voorkomen dat de spammers de zoekresultaten kunnen “infecteren” met hun acties. Veel van de spam fighters zijn heel goed in het ontdekken en herkennen van patronen, waardoor ze proactief kunnen worden en gaan uitzoeken waardoor bepaalde pagina’s zo hoog in de zoekresultaten kunnen eindigen en waar tekortkomingen in het algoritme zitten. De kunst is dan om tot de daadwerkelijke oorzaak te komen en daar het probleem te fixen.

Soms leidt dit tot suggesties aan de specialisten of programmeurs voor kleine aanpassingen aan het algoritme, waardoor de resultaten verbeteren. Andere keren gaat het er gewoon om te herkennen welke technieken spammers gebruiken of om een specifieke spammer te identificeren.

De technici of specialisten van Google kijken naar de data en voorbeelden van spam. Maar het grootste deel van het werk bestaat uit programmeren en het testen van ideeën, zoals een algoritme waarvan je denkt dat het een bepaald soort spam kan stoppen. Er bestaat niet zoiets als één algoritme, dat elke vorm van spam kan tegenhouden. Penguin is goed in het herkennen en tegenhouden van spam, maar kan bijvoorbeeld weer geen gehackte sites herkennen.

Als je een algoritme ontwerpt en test, probeer je natuurlijk het zo goed mogelijk te maken, maar je moet ervoor waken dat je niet ten onrechte goede sites benadeelt, de zogenaamde “false positives”. Het testen van de algoritme updates kan met de geïndexeerde pagina’s worden gedaan, of live in de zoekresultaten. In dat laatste geval kun je ook zien welke sites ten onrechte als spam worden beoordeeld, of sites die niet als spam worden herkend, terwijl dat wel zou hebben moeten gebeuren.

Om het totale resultaat te verbeteren wordt ook continu gekeken naar de in gebruik zijnde algoritmes: doen die nog wat ze moeten doen, en blijven ze ook nog werken of zijn ze nog noodzakelijk met de invoering van veranderingen?

Matt vertelt ook dat het grappig is om te zien dat de doelen die in het begin van het jaar zijn gesteld vaak niet worden gerealiseerd, omdat het web spam team reageert op actuele veranderingen die actie vereisen. Dus is er ook geen “doorsnee dag”, als je in het webspam team werkt.

De taak van het team is om continu het scala aan algoritmes te verbeteren om de gebruikers een betere ervaring te geven in de vorm van nog relevantere zoekresultaten. Daarom is het ook erg dynamisch en kan het gebeuren dat bepaalde algoritmes of delen van algoritmes worden vervangen door nieuwe die beter of sneller werken.

Als laatste spreekt Matt de verwachting uit dat het team wel altijd werk zal houden, omdat er altijd spammers zullen blijven.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ‘m op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je reageren onderaan de show notes op www.reputatiecoaching.nl/64 of je kunt een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl.

Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

En je kunt ook rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podcast aflevering 64 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

Doei!

Links naar content die in deze podcast aan bod komt:

doorEduard

32: AltaVista exit, mobiele websites in de Fortune 500, Google+, het ReputatieCoaching Podcast Boek en 8 tips voor een succesvolle lokale website

ReputatieCoaching PodcastReputatieCoaching Podcast aflevering 32!

Hallo en hartelijk welkom bij dé bekendste Nederlandstalige podcast over reputatiemanagement en reputatiecoaching, het verbeteren van je online vindbaarheid en optimalisatie van je website voor zoekmachines.

Vandaag is volgens mij de zomer echt begonnen. Ik zit hier op kantoor en het is hier aangenaam warm. Het raam staat open en ik hoor de vogeltjes buiten fluiten.

De podcast van vandaag begin ik met een stukje geschiedenis: AltaVista. Het tweede onderwerp gaat over statistieken van mobiele websites en het derde onderwerp over Google+, gevolgd door reviews op Google+ Lokaal.

En er is weer een kwartaal voorbij, dus heb ik nieuws over het tweede ReputatieCoaching Podcast Boek van 2013. Deze eerste podcast van juli 2013 sluit ik af met een achttal tips voor het maken van een succesvolle lokaal georiënteerde website.

Mijn naam is Eduard de Boer –bekend als de ReputatieCoach– en ik ben je host voor vandaag!

Yahoo! trekt de stekker uit AltaVista

AltaVista was één van de eerste grote zoekmachines. In december 1995 werd deze dienst door moederbedrijf Digital gelanceerd en had toen zo’n 20 miljoen webpagina’s geïndexeerd. Andere zoekmachines uit die tijd, zoals Lycos, Excite en InfoSeek hadden geen idee wat er gebeurde. Eigenlijk was AltaVista de Google van de jaren ‘90.

Digital werd in 1998 gekocht door Compaq, een bekende computerfabrikant uit die tijd. Compaq deed niet echt veel met AltaVista en verkocht het bedrijf een jaar later door aan CMGI, die AltaVista in 2003 verkocht aan Overture.

En Overture werd later in 2003 overgenomen door Yahoo!. Zo werd AltaVista dus uiteindelijk eigendom van Yahoo!.

Google is zo’n drie jaar na de lancering van AltaVista begonnen, in 1998. AltaVista heeft haar voorsprong echter maar drie jaar langer weten vol te houden. Want omstreeks februari 2001 haalde Google concurrent AltaVista in. De ontwikkeling van het zoekverkeer kun je in een grafiek bekijken in de show notes.

Deze show notes zijn na te lezen op www.reputatiecoaching.nl/32. Yahoo! heeft Altavista dus nog een goede 10 jaar laten voortbestaan en inmiddels heeft ze aangekondigd dat op 8 juli aanstaande het licht bij AltaVista uitgaat.

Hoewel AltaVista één van de trendsetters was voor de hedendaagse zoektechnologieën en geruime tijd een geduchte tegenstander was voor alle andere zoekmachines, denk ik dat op 8 juli niet veel mensen erg teleurgesteld zijn, omdat ze hun favoriete zoekmachine missen…


Mobiele website statistieken

Het is al lang bekend dat het mobiele gebruik van zoekmachines enorm groeit en dat binnen niet al te lange tijd het mobiele gebruik zelfs groter zal zijn dan het aantal zoekpogingen vanaf vaste PC’s. Matt Cutts van Google heeft al aangekondigd dat het bedrijf meer aandacht gaat geven aan mobiele technologie en mobiel zoeken.

Wat dus belangrijk is, is dat je als bedrijf een website hebt die ook goed te bekijken is op mobiele apparaten. Hiervoor zijn technologieën als responsive webdesign ontwikkeld. “Wat is responsive webdesign?” vraag je je af? Daarvoor verwijs ik je graag naar de website en dan met name naar podcast 14, waar ik er dieper op inga.

Maar op Search Engine Land las ik dat het bedrijf Pure Oxygen Labs een onderzoek heeft gedaan onder de Fortune 500 bedrijven om te zien in welke mate ze de aanwijzingen van Google goed opvolgen. Het bleek dat 44% van de bedrijven niet eens een specifieke mobiele website heeft en dat 45% wel een aparte mobiele site heeft. Slechts 11% van alle bedrijven gebruikt responsive technologie voor haar website.

Maar, het onderzoek wees nog meer uit. Namelijk van de bedrijven die wél een mobiele site hadden, voldeed 0% aan de eisen en richtlijnen, zoals Google die voor mobiele sites heeft opgesteld.

Het is duidelijk dat 89% van de Fortune 500 bedrijven binnen afzienbare tijd dus het risico lopen dat hierdoor hun posities in de zoekresultaten negatief beïnvloed worden. We zullen het zien…

Start nu met Google+

Google+ is jarenlang door velen verguisd als het “volgende sociale netwerk”, de tegenhanger van Google voor Facebook. Ook hoorde je vaak de opmerking dat “niemand op Google+ zit”. Maar Google+ groeit gestaag door.

Het bedrijf Search Metrics heeft recentelijk Google+ en Facebook met elkaar vergeken. In een artikel op hun site hebben ze een grafiek gepubliceerd, waarin dit werd geïllustreerd. Deze grafiek vind je ook terug in de show notes.

Op dit moment ligt het aantal gebruikers nog ver achter dat van Facebook, maar als je de statistieken extrapoleert, lijkt het erop, dat Google+ omstreeks februari 2016 Facebook voorbij zal streven.

Wat heel markant is, is dat groei van het aantal sociale signalen op Google+ veel groter is, dan die op Facebook. In de periode van januari 2012 tot en met april 2013 is het aantal likes op Facebook gegroeid met 202%, terwijl in dezelfde periode het aantal +1’s met maar liefst 788% is gegroeid.

Facebook heeft naast haar sociale netwerk “Facebook Home”, de aangepaste Android smartphone. Google zal binnenkort Google Glasses echt op de markt introduceren. En Google Glasses zal na de officiële introductie zeer zeker bijdragen tot verdere groei van Google+.

Met Facebook kun je elkaar ook bellen, maar Google+ heeft de Hangouts. Hangouts zijn de opvolger van Google Talk. Hangouts zijn videoconferencing, net als Skype, maar dan beter, mooier en bovenalles: GRATIS! In een Hangout kun je met maximaal 10 mensen tegelijkertijd videovergaderen. Daarnaast heb je Hangouts on Air. Dat zijn live uitzendingen van een Hangout. Ook kun je een Hangout on Air laten opnemen op YouTube en later deze nog eens bekijken. En het mooie is dat het aantal mensen dat een Hangout on Air tegelijkertijd kan bekijken onbeperkt is.

De populariteit van Google Hangouts neemt daarom snel toe. Je ziet nu ook dat zelfs Nederlandse bedrijven “Vraag en Antwoord”-sessies online gaan organiseren voor klanten of andere geïnteresseerden. Zo heeft de bekende Nederlandse Internetmarketeer Karel Geenen binnenkort een drietal “Answers on Air”-sessies met daarin de volgende onderwerpen:

  • Vrijdag 19 juli 2013 – 11.00 uur | Thema: Zoekmachine Optimalisatie
  • Vrijdag 30 augustus 2013 – 11.00 uur | Thema: Zoekmachine Adverteren
  • Vrijdag 20 september 2013 – 11.00 uur | Thema: Content Marketing

Helaas kan ik 19 juli niet, anders had ik de sessie graag bijgewoond. Ben jij nog niet vertrouwd met het fenomeen “Hangouts on Air”, dan kan ik je zeker aanraden om eens op de Answers on Air pagina op de site van Karel Geenen te kijken. De URL naar die pagina kun je vinden in de show notes.

Binnenkort ga ik mijn eerste webinar via Google Hangouts on Air organiseren. Zodra alles daarvoor rond is, laat ik je het in de podcast en op de site weten.

Een andere mooie dienst binnen Google+ waarmee jij als ondernemer je voordeel mee kunt doen, zijn de Google+ Communities. Ik ben daar nog niet echt mee bezig, omdat ik me niet overal tegelijk op kan richten. Ik ben al wel lid van een aantal communities op Google+. Binnen communities communiceren mensen over bepaalde onderwerpen. Je heb niet alleen publieke communities, maar ook besloten communities. Een Google+ community is eigenlijk de moderne variant van de traditionele fora.

Wat ik verder een hele nuttige en bruikbare functionaliteit vind op Google+, zijn de circles of “kringen”. Dit maakt voor mij Google+ een beter zakelijk platform, dan Facebook. Met kringen plaats je je contacten in één of meer groepen. En bij het delen van content kun je aangeven of die content openbaar is, of slechts bestemd voor een bepaalde kring. Zo kun je jouw persoonlijke updates gemakkelijk gescheiden houden van je zakelijke. En als je diverse zakelijke activiteiten hebt, kun je ook meerdere kringen maken om je content alleen aan de relevante mensen te tonen.

Als laatste over Google+: een paar dagen geleden is Google+ 2 jaar geworden. Ter gelegenheid daarvan hebben ze nieuwe follow buttons voor personen en badges voor communities beschikbaar gesteld. Een andere vernieuwing die Google+ heeft doorgevoerd heeft betrekking op het gebruik van foto’s in Google+. Zo is er een nieuwe manier om foto’s tussen albums te verplaatsen, kun je geselecteerde foto’s gemakkelijk downloaden en is het uploaden van foto’s van je computer naar Google+ versneld.

Volgens mij moet dit bij elkaar voor jou nu voldoende reden zijn om nu toch te beginnen met Google+. Als je je dan hebt aangemeld, volg dan ook de Google pagina voor ReputatieCoaching, die je kunt vinden op www.reputatiecoaching.nl/gplus (dat is: “g-p-l-u-s”).

Zijn reviews op Google+ relevant voor je ranking?

In podcast 31 vertelde ik je over de nieuwe functionaliteit die al in de Verenigde Staten in Google Search zit en binnenkort ook in Nederland wordt verwacht: de carrousel. De carrousel verschijnt ook in Amerika nog lang niet bij alle lokale zoekpogingen.

Op de site van Mike Blumenthal, een expert op het gebied van Google+ Local, kun je een overzicht zien van meer dan 300 zoektermen die inmiddels al wèl de carrousel laten zien. De link naar deze lijst staat ook de show notes.

In die carrousel worden dus foto’s vertoond, evenals de Zagat-score en het aantal reviews van een bedrijf. En er wordt altijd geroepen dat je hoger scoort, naarmate je meer reviews voor je bedrijf hebt. Nou, dat staat nog ter discussie…

Op SeoIglooBlog kwam ik een artikel tegen over de relatie tussen het aantal reviews van een bedrijf en de positie op de carrousel. Je zou verwachten dat bedrijven met de meeste reviews (en natuurlijk een hoge Zagat-score) links zouden staan en bedrijven met een mindere score meer naar rechts.

Helaas, dat blijkt toch niet het geval. In de transcriptie kun je een plaatje zien, waarin een bedrijf met meer dan 3000 reviews helemaal rechts staat, terwijl een bedrijf met 511 reviews helemaal links staat.

Dit is overigens niet alleen maar het geval in de carrousel. Ik weet niet of het jou wel eens is opgevallen, maar ook in de lokale zoekresultaten op Google staan bedrijven met meer reviews dan de rest lang niet altijd op de “A”-positie, ofwel bovenaan. Vaak zie je bedrijven met meer dan tien reviews en ook nog eens een hoge Zagat-score, gewoon ergens lager tussen de lokale resultaten. Dat is bevreemdend, want je zou toch verwachten dat een hoge Zagat-score en veel reviews een bedrijf is, waar je juist naartoe zou moeten gaan.

Maar wat veel zwaarder lijkt te worden meegewogen in de positie in de lokale resultaten, is het aantal citations, ofwel bedrijfsvermeldingen, en de sites waarop die bedrijfsvermeldingen staan.

Hetzelfde artikel sluit af met het advies dat je zeker niet moet stoppen met het verzamelen van reviews. Absoluut niet! Reviews zijn juist voor de meerderheid van de Internetgebruikers een graadmeter die de doorslag geeft om wèl of geen zaken te doen met een bedrijf.

Ik wil daar nog drie tips aan toevoegen:

  1. Als je begint het het aanmaken van je lokale Google+ pagina, denk dan goed na over je bedrijfsgegevens en dan met name het “over je bedrijf” stukje. In Google+ mag dat lang zijn, maar op veel andere sites mag dat bij voorbeeld maximaal maar 200 karakters of soms nog minder zijn. Zorg dat je alle beschrijvingen vooraf opstelt en dat je vermeldingen over alle websites heen consistent zijn, qua bedrijfsnaam, adres, postcode, plaats en telefoonnummer.
  2. Spreid je risico en verzamel reviews niet alleen op Google+, maar ook op Yelp, allebedrijvenin.nl en andere sites.
  3. Kopieer/plak alle reviews die over jou en je bedrijf online worden gepubliceerd samen met de namen van de reviews in een document wat je goed bewaart. Mochten er reviews verloren gaan, dan heb jij in elk geval nog de tekst, die je dan gewoon op je website kunt publiceren als een review die je voor je bedrijf hebt ontvangen.

ReputatieCoaching Podcast Boek 2013 #2

De ReputatieCoaching Podcast boeken die al op Slideshare staan, worden ook best goed bekeken. Het Reputatie Boek van 2012 is inmiddels al 98 keer bekeken en het eerste Reputatie Boek van 2013 is 42 keer ingezien. Maar goed, dezelfde boeken staan ook op nog een paar andere sites. Een andere site is bijvoorbeeld docstoc.com. Daar zijn de boeken respectievelijk 86 en 92 keer bekeken. Bovendien zijn de boeken gezamenlijk op issuu.com maar liefst 160x ingezien!

Hiermee wil ik illustreren dat je gemakkelijk met dezelfde content –een tweetal ebooks in dit geval– extra jouw producten en/of diensten onder de aandacht van anderen kunt brengen, zonder dat het je iets hoeft te kosten.

Binnenkort komt trouwens ook weer het ReputatieCoaching Podcast Boek uit. Dat is alweer het tweede boek van 2013 met daarin dus ook de 13 volledige transcripties van alle podcasts van het tweede kwartaal van 2013.

Dit exemplaar kun je meteen na publicatie in je bezit krijgen door je te abonneren op de nieuwsbrief. Het abonneren is heel simpel: surf naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en vul je naam en e-mailadres in. Of nog sneller: klik rechtsboven op elke pagina op de website op de grote Facebook button. Daarmee ben je dan gelijk aangemeld op de nieuwsbrief.

Waarschijnlijk is dit ook het laatste exemplaar in deze vorm c.q. opmaak. Ik denk erover om het ReputatieCoaching Podcast Boek in een wat andere vorm te gaan uitbrengen, een nog beter leesbare vorm… Zodra die ideeën verder zijn uitgewerkt, hoor je er meer over.

En nu ik het toch heb over mijn contentmarketing experiment: langzamerhand krijg ik ook mondjesmaat views op de ReputatieCoaching podcast video’s, die onder andere op YouTube, Dailymotion en Metacafe staan. Let wel: ik zeg “mondjesmaat”! Zo zijn sommige video’s op YouTube inmiddels 14 keer bekeken en andere zo’n 7 keer. Ook zijn er podcast video’s die verder nog door niemand zijn bekeken.

Natuurlijk zou ik het mooi vinden, als die heel vaak zouden worden bekeken. Maar dat is voor mij niet per se de belangrijkste motivatie om die podcast video’s te blijven uitbrengen. De reden daarvoor is, dat ik me in de ogen van Google goed presenteer door middel van verschillende media zoals blogposts en video’s, waardoor Google (hopelijk) mij meer en meer als een autoriteit gaat zien en mijn AuthorRank groter wordt.

En met zoveel video’s op al die videosites, is de content ook gemakkelijker vindbaar voor mensen die op zoek zijn over informatie over reputatiemanagement, reputatiecoaching of Internet marketing.

8 tips voor een succesvolle lokale website

Veel bedrijven zijn lokaal georiënteerd. Daarom is het om te beginnen essentieel dat je website goed scoort in de lokale zoekresultaten. Nu heb ik al heel vaak en veel verteld over wat je er allemaal omheen moet regelen om je site in de lokale zoekresultaten er uit te laten springen. Zo helpt het bijvoorbeeld om met je bedrijfsgegevens vermeld te staan op de volgende websites:

Daarnaast helpt het om je foto’s te geotaggen in Picasa en vervolgens te uploaden naar:

Bovendien moet je ook video’s met je bedrijfsvermeldingen maken en die beschikbaar stellen op:

En tenslotte helpt het ook als je documenten maakt, waarin je je bedrijfsgegevens opneemt, waarna je die documenten uploadt naar sites als:

Er zijn nog veel meer sites, waar je jouw bedrijf moet aanmelden. Gedurende de zomervakantie kom ik met nog meer instructievideo’s voor andere sites, waar jouw bedrijfsvermelding niet mag ontbreken.

Alle voornoemde zaken waren externe factoren die meetellen voor een hogere ranking van jouw site in de lokale zoekresultaten. Maar er zijn ook aspecten die je zelf op je bedrijfswebsite kunt of moet regelen om hoger te eindigen. Ik geef je er acht.

Ten eerste: maak je contactinformatie goed zichtbaar en consistent. Consistentie heb ik het al vaker over gehad: het is van cruciaal belang dat jouw bedrijfsvermeldingen overal hetzelfde zijn. Afgelopen week werd mijn hulp gevraagd bij de vermelding van een fietsenzaak in Oud-Beijerland. Na enig zoeken zag ik dat er twee verschillende adressen voorkwamen in de zoekresultaten. Dat is natuurlijk funest. De desbetreffende fietsenzaak heeft dus wat werk te doen om dat allemaal consistent te maken.

Maak ook je Google+ bedrijfspagina zo compleet mogelijk, dus inclusief de openingstijden die ook weer (natuurlijk) hetzelfde moeten zijn als op je website en elders. Voor het geval je het niet wist: als je geen klanten ontvangt op je bedrijfslocatie dien je dit aan te geven binnen Google+. Dan wordt jouw adres niet vertoond. In Amerika is dit van groot belang, maar vooralsnog ben ik nog geen probleemgevallen tegengekomen van bedrijven die zich niet aan deze regel houden. Maar ik wilde je het toch even vertellen.

Punt twee: heb een goed contactformulier, goede bereikbaarheid en eventueel live chat. Potentiële klanten moeten tenslotte met jou in contact kunnen treden, als zij dat willen. Test af en toe ook je eigen contactformulier om te zien of het nog goed werkt. Ik heb wel eens meegemaakt dat een contactformulier stopte met werken, als gevolg van een WordPress-update. Als je dat dan niet af en toe test, dan ben je dus de pisang en loop je mogelijk veel business mis.

Live chat is lang niet voor elk bedrijf haalbaar, laat staan 24×7. Maar een goede telefonische bereikbaarheid is altijd te realiseren. Zo heb ik voor Allround Fotografie een bedrijf in Utrecht ingehuurd dat 6 dagen in de week de telefoon opneemt, de boodschap aanneemt en deze mij per mail toestuurt. Voorheen had ik de voicemail op ons telefoonnummer. Maar sinds een levend persoon de telefoon opneemt, is het aantal berichten dat we via de telefoon binnenkrijgen vertienvoudigd. Conclusie: mensen spreken vaak geen boodschap in op een voicemail.

Ten derde: Maak je site helder, duidelijk en inzichtelijk, waardoor bezoekers gemakkelijk hun weg kunnen vinden. Als ze te lang moeten zoeken naar relevante content, dan zijn ze voorgoed weg en ben je ze dus kwijt als potentiële klant.

Als mensen gemakkelijk hun weg kunnen vinden, is de kans groot dat zoekmachines dat ook kunnen. Voorheen had je Flash nodig voor mooie effecten, maar tegenwoordig is dat vrijwel niet meer nodig. Vermijd Flash dan ook bij voorkeur.

Punt vier: zorg dat je site op de juiste zoektermen wordt gevonden. Binnenkort kom ik met een special over hoe je de juiste en relevante zoektermen voor je site kunt vinden. Belangrijk is dat je denkt als mens en niet als zoekmachine.

En gebruik ook de juiste multimedia, waar het je boodschap, product of dienst extra kan ondersteunen. De ene keer is het een foto, de andere keer een video. Vergeet niet dat mensen liever plaatjes zien (al of niet bewegend), dan dat ze hele lappen tekst lezen!

Punt vijf: publiceer regelmatig en geregeld nieuwe content op je site. Alleen regelmatig is niet voldoende. Als je namelijk elk jaar op 6 juli een nieuw artikel publiceert, is dat wel regelmatig, maar voor de zoekmachines niet voldoende. Zij willen vaker verse, nieuwe en originele content op je site ontdekken. Zo zien ze dat jij actief bent en daarmee wordt jouw site relevanter dan die van je concurrent die slechts twee of driemaal per jaar iets post.

Houd er rekening mee, dat je gemiddeld zo’n één keer per week of uiterlijk per twee weken iets nieuws moet posten. Als je minder vaak post, dan maken mensen er ook geen routine van om af en toe eens langs te komen om te zien of er iets leuks te lezen is.

Als zesde punt: activeer social media op je site, zodat bezoekers je content snel en gemakkelijk kunnen like’n, delen, +1’s geven en tweeten. Google mag dan weliswaar niet in staat zijn om like’s op Facebook te zien, maar +1’s zien ze zeker en soms zie je ook tweets terug in de Google zoekresultaten, dus die zien ze ook.

Punt zeven: vergewis je ervan dat je site ook mobiel goed te bekijken is. Dit is vandaag al eerder aan bod gekomen en ook in vorige podcasts, dus dat laat ik nu verder even.

Als laatste punt 8: meten, meten, meten. Want meten is weten. Google Analytics is een gratis tool van Google, waarmee je alle voor jou relevante zaken op je website kunt meten en over kunt rapporteren. De resultaten moeten niet je leven gaan beheersen, maar door er een gewoonte van te maken om bijvoorbeeld één keer per week even door je statistieken te lopen, kun je vaak snel zien of er mogelijk iets raars aan de hand is op je site. Zelf kijk ik bijna elke dag even snel naar de individuele statistieken van alle sites om zo een vinger aan de pols te houden.

Daardoor kwam ik er laatst achter, dat ik iets fout had geconfigureerd op de webserver, toen ik aan het sleutelen was om de website sneller te maken. Het bleek dat die verandering wel werkte voor gewone webbrowsers, maar niet voor zoekmachines. Dus doordat ik wat afwijkende statistieken zag, werd ik erop geattendeerd dat er mogelijk iets fout was, hetgeen klopte.

Met deze acht punten kom ik aan het einde van deze podcast.

Als je de podcast leuk vindt en je hebt inderdaad wat aan alle informatie die ik met je deel, help mij dan met het verder verbeteren en promoten van deze podcast. Deel ‘m op Twitter, like ons op Facebook of geef een “+1” op Google+. Het zou helemaal super zijn, als je een bericht achterlaat op iTunes of LinkedIn.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie of de vindbaarheid van je website, kun je een mailtje sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl. Als je dat te lastig vindt, of als je de podcast beluistert terwijl je in de auto zit en je hebt acuut een vraag, spreek dan een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op nummer: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Als laatste kun je je ook inschrijven voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je altijd als eerste het laatste nieuws wat ik publiceer en automatisch elk kwartaal het ReputatieCoaching Podcast Boek van het afgelopen kwartaal. Surf daartoe naar www.reputatiecoaching.nl/nieuwsbrief en schrijf je meteen in.

En je kunt rechtstreeks op de website een voicemail achterlaten, door op de tab aan de rechterkant van elke pagina te klikken, en je bericht in te spreken. Dit was ReputatieCoaching Podast aflevering 32 en mijn naam is Eduard de Boer.

Ik wens je de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!


Doei!

[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen: