Tag archief Picasa

doorEduard

Foto’s rechtstreeks vanuit Picasa uploaden naar je zakelijke Google+ pagina

Picasa voor het uploaden van foto's naar je zakelijke Google+ paginaHet uploaden van foto’s naar je Google+ Zakelijke pagina lijkt omslachtig. Je moet eerst inloggen op Google+ met een account, waarmee je de zakelijke Google+ pagina kunt beheren, dan moet je switchen naar je zakelijke Google+ pagina, doorklikken naar foto’s en dan de foto’s uploaden via je webbrowser.

Vind je dat ook erg omslachtig? En weet je dat er een veel gemakkelijker manier is, gewoon via het gratis programma Picasa, dat ook door Google wordt uitgegeven?

Wellicht heb je het wel eens geprobeerd door in te loggen met je gewone Google+ credentials. Helaas werkt dat niet en kom je erachter dat je dan niet de foto’s en albums kunt zien van je zakelijke Google+ pagina.

Foto’s met Picasa uploaden naar je zakelijke Google+ pagina?

Ja, het kan gewoon! Zeker als je veel doet met fotografie en dus veel foto’s produceert, kan het gemakkelijk zijn om grote hoeveelheden foto’s eerst goed te taggen in Picasa (dus ook geotaggen!), om ze daarna te uploaden.

Dit doe je door eerst (eenmalig) een wachtwoord aan te maken voor je zakelijke Google+ pagina. Het blijkt namelijk dat elke pagina een eigen unieke gebruikers-naam heeft. Het wachtwoord daarvoor kun je instellen door de volgende stappen te doorlopen:

  1. Log in op Google+
  2. Ga naar de gewenste Google+ pagina; als het goed is ben je dan de beheerder
  3. Klik linksboven op “Dashboard”
  4. Klik in de horizontale menubalk bovenaan op “Instellingen”
  5. Scroll omlaag naar ‘Hulpprogramma’s van derden’ en klik op ‘Een wachtwoord instellen’. Daar zie je ook de gebruikersnaam die je moet invoeren in Picasa als gebruiker.

Tip: Kies een complex wachtwoord!!
Ik gebruik het tooltje LastPass voor het administreren van mijn wachtwoorden. Deze tool kan ook wachtwoorden van gewenste lengte en complexiteit genereren. Voor Google diensten laat ik tegenwoordig extreem complexe wachtwoorden van 20 willekeurige karakters en symbolen aanmaken. Zo heb ik altijd voor elke dienst een ander wachtwoord. Als dan één van de wachtwoorden wordt gehacked, dan lopen andere accounts in elk geval geen gevaar.

Voor meer informatie, zie ook: “Een wachtwoord instellen voor uw pagina” (Google Support)

doorEduard

Podcast Aflevering 17 (23-03-2013)

ReputatieCoaching Podcast aflevering 17!

ReputatieCoaching Podcast Aflevering 17 (23-03-2013)De lente is begonnen en buiten giert nog steeds een ijzige wind om het kantoor. Ik ben weliswaar ook enigszins geveld door de griep, maar ik zit hier in ieder geval warm. Mocht dit de eerste keer zijn dat je naar de podcast luistert, dan laat ik je bij deze weten dat mijn stem normaal echt anders klinkt. Hoe mijn stem nu klinkt is het gevolg van het feit dat ik me niet optimaal voel.

De ReputatieCoaching Podcast brengt je het het nieuws uit de media van afgelopen week over een aantal uiteenlopende onderwerpen. Mijn doel is je te laten inzien dat in deze tijd een combinatie moet hebben van aan de ene kant contentmarketing, terwijl je aan de andere kant werkt aan je online reputatie. Hiermee onderscheid je je van je omgeving, waardoor je meer verkeer naar je website trekt, meer prospects converteert naar klanten en klanten naar ambassadeurs. En zo realiseer je meer omzet en dus meer winst.

Mijn naam is Eduard de Boer -ook wel bekend als de ReputatieCoach- en ik ben je host voor vandaag.

Ten eerste ben ik nog bezig met sprekers zoeken en benaderen, dus ook deze week heb ik nog geen interview voor je. Echter, het aantal mensen dat het leuk vindt om te worden geïnterviewd neemt toe. Nog een ogenblik geduld ten aanzien van de interviews, dus.

Tijdens mijn speurtochten, waarbij ik het Internet tot de grenzen afschuim op zoek naar leuk nieuws en leerzame blogposts ben ik weer op een groot aantal leuke topics gestuit.

Voordat ik doorga even een advies tussendoor. De kans is groot dat jij Google gebruikt voor zo goed als al je zoekpogingen op Internet. Maar controleer je wel eens of je website ook op de juiste zoektermen goed scoort in Bing, de zoekmachine van Microsoft? Reden dat ik je dit vraag is dat Facebook een partnership heeft met Microsoft. En ik heb al eens verteld over de nieuwe zoekmogelijkheden die binnenkort in Facebook zullen verschijnen, ook voor de Nederlandse markt. Het betreft hier de Facebook Graph Search. De URL hier naartoe kun je vinden in de show notes op: www.reputatiecoaching.nl/podcast-17.

Maar goed, het partnership met Microsoft houdt in, dat als Facebook je straks geen resultaten kan geven, zij de zoekresultaten van Bing zullen tonen. Begrijp je waar ik heen wil? Als jij met je website ook goed scoort in de zoekresultaten op Bing word je dan mogelijk ook getoond in Facebook. Hiermee is het dus opeens een stuk belangrijker geworden, dat jij met je website ook goed vindbaar bent in Bing.

Terug naar het nieuws en de berichten van vandaag. Vandaag begin ik met iets meer achtergrondinformatie over het geotaggen van foto’s: wat is het, hoe doe je het en waarom moet je het doen? Hiermee borduur ik voort op de paar berichten van afgelopen twee weken.

En afgelopen week heb ik een volwaardige website opgezet, die maar liefst € 9 per jaar kost, inclusief een eigen domeinnaam en maximaal 50 e-mailadressen! Daar wil ik je ook iets meer over vertellen.

BBC en Digg zijn tijdelijk uit de gratie gevallen bij Google, waarbij Digg tijdelijk helemaal niet meer was te vinden in de zoekresultaten!

Google Maps heeft haar voorwaarden weer iets aangescherpt. En als we het dan toch over lokale bedrijfsvermeldingen hebben, vertel ik je meteen iets over de meest voorkomende problemen met bedrijfsvermeldingen op Internet.

Heb je overigens al de laatste roddels gehoord over YahTube? Nee, geen YouTube, maar YahTube!

Als laatste onderwerp van deze podcast heb ik 5 manieren voor je om bestaande content nieuw leven in te blazen.

Geotaggen? Wat is geotaggen? Als je m’n weblog de laatste twee weken even niet hebt bezocht, is dit waarschijnlijk nog aan je voorbij gegaan. Dus daarom wil ik er hier in de podcast iets dieper op ingaan.

Op Wikipedia vind je de volgende betekenis voor het woord “geotagging”:

Geotagging (ook wel geschreven als GeoTagging) is het proces om media te voorzien van GPS-coördinaten. Onder media kan worden verstaan een foto, video, website, SMS of RSS feeds. Meestal wordt geotagging gebruikt voor foto’s. De GPS-coördinaten die worden toegevoegd bestaan meestal uit een lengte- en breedtegraad, maar ook hoogte, richting, nauwkeurigheid van de GPS-meting kan via deze techniek vastgelegd worden.

Dus je kunt foto’s voorzien van GPS-coördinaten. Maar waarom is dit nu zo belangrijk en wat kan het je opleveren als je beter wilt scoren in de lokale zoekresultaten? Eigenlijk is het heel logisch: als de foto door een zoekmachine wordt gevonden, met op dezelfde pagina de bedrijfsgegevens van een bedrijf (dus: naam, adres, postcode, plaats en telefoonnummer), terwijl de foto ook nog eens voorzien is van GPS-coördinaten die corresponderen met het adres in de bedrijsvermelding, dan wordt dit gezien als een extra sterk signaal dat het vermelde bedrijf daadwerkelijk op de aangegeven locatie gevestigd is.

Er zijn diverse fotocamera’s op de markt die een ingebouwde GPS-ontvanger hebben en deze camera’s voorzien foto’s dus al van de GPS-coördinaten waar de foto is genomen. En ook de meeste moderne smartphones voorzien foto’s van de coördinaten waar op aarde de foto is genomen.

Maar stel dat je geen fotocamera met ingebouwde GPS-ontvanger hebt en je wilt iets betere kwaliteit foto’s dan dat je met je smartphone kunt maken: Wat moet je dan doen? Er zijn verschillende mogelijkheden.

Zo kun je bijvoorbeeld tijdens een fotoreportage een zogenaamd track bijhouden op een smartphone app of met een GPS-tagger. Met specifieke software kun je dan later de gelogde coördinaten koppelen aan de foto’s. Dat is mogelijk nogal omslachtig, zeker als je gewoon een set foto’s wil koppelen aan je eigen bedrijfslocatie.

Hiervoor heb ik anderhalve week geleden een instructievideo gemaakt, hoe je dit kunt doen met het gratis programma “Picasa” van Google. Dan is het opeens ontzettend eenvoudig. Ook heb ik inmiddels twee instructievideo’s online geplaatst. In de eerste leg ik uit hoe je de geotagged foto’s kunt uploaden naar Panoramio en in de tweede video laat ik zien hoe je de geotagged foto’s upload naar Flickr. Ik raad je ook aan deze foto’s zoveel mogelijk op alle andere sites te plaatsen, waar je foto’s kunt uploaden. Het kan alleen maar in je voordeel werken, om zo je lokale vindbaarheid te vergroten.

Een tip ten aanzien van Google+ Local: er wordt ook gezegd dat het extra helpt als je de geotagged foto’s upload in de Google+ Local, als bedrijfsafbeeldingen. Nou ja, zoals ik al zei: het kan nooit kwaad om al je bedrijfsfoto’s te geotaggen, voordat je ze upload.

Professionele fotografen en videografen kunnen hier ook hun voordeel mee doen: door de foto’s te voorzien van de coördinaten waar ze zijn genomen, kunnen ze mogelijk beter ranken in de zoekmachines op de desbetreffende locatie. Een goed voorbeeld is het geotaggen van trouwfoto’s op diverse trouwlocaties. Als aanstaande bruidsparen dan zoeken op een trouwlocatie, vergroot je als trouwfotograaf de kans dat jouw foto’s dan ook worden getoond.

Let wel: ik hou hier overal een slag om de arm. Zoekmachines zijn continu aan veranderingen onderhevig en alles wat ik met je deel is absoluut GEEN garantie, dat het je positie in de zoekresultaten verbetert. Het enige is, dat je als je mijn tips opvolgt, je in ieder geval meer kans hebt om hoger in de zoekresultaten te verschijnen.

Iemand die jou de garantie geeft dat hij of zij jouw website naar de toppositie in Bing, DuckDuckGo of Google kan helpen op alle gewenste zoektermen is een potentiële oplichter, bedrieger, of iemand die niet weet waar hij of zij het over heeft.

Er is namelijk geen vaste methode om nummer 1 te scoren. Als dat zo zou zijn, dan zou iedereen die methode gebruiken, waardoor iedereen op nummer 1 zou staan en dat kan natuurlijk niet. Mijn advies is dat je bij mensen die je deze gouden bergen beloven, ver uit de buurt moet blijven!

Een website met professionele hosting, een eigen domeinnaam en 50 mailadressen voor slechts € 9 per jaar? Kan dat? Ja, dat kan. Afgelopen week kreeg ik het verzoek een weblog in te richten op een externe hosting omgeving, voor zo laag mogelijke kosten. Dus ik ben verschillende manieren gaan onderzoeken.

Op zich ben ik een enthousiaste fan van WordPress, zoals je weet. WordPress is niet alleen een Open Source software omgeving die je op een eigen server kunt installeren, maar op de site wordpress.com kun je ook een gratis WordPress blog aanmaken dat dan een adres krijgt in de trant van: mijnwebhoekje.wordpress.com . (Dit is natuurlijk een fictieve website). Zo’n weblog kost je dus niets en je hebt dan een fantastische weblog-omgeving met een wordpress.com hostnaam.

Als je meer wilt, dan moet je gaan betalen. Zo kost het bijvoorbeeld US$ 13 per jaar als je een eigen domainnaam aan je WordPress.com weblog wilt koppelen. Ook kun je meer opslagcapaciteit kopen, evenals commerciële themes om je weblog er nog mooier uit te laten zien.

Ook biedt WordPress.com een Pro-bundel, met een waarde van US$ 166, voor een jaarlijks bedrag van US$ 99. Je krijgt dan je eigen domeinnaam (dus zonder de wordpress.com extensie) en je kunt HD video’s direct uploaden naar je eigen website. Ook is je weblog dan vrij van advertenties, kun je het design aanpassen en krijg je 10 GB extra opslagcapaciteit voor afbeeldingen, audio en video. Maar je hebt dan dus nog geen e-mail onder je eigen domeinnaam!

Ik wilde dus een weblog met zoveel mogelijk functionaliteit voor zo min mogelijk geld op een zo betrouwbaar mogelijke webhosting omgeving. Als je me dit zo hoort zeggen, lijkt het alsof ik iets van een gratis schaap met vijf poten zoek, of de spreekwoordelijke speld in de hooiberg.

Kort gezegd heb ik de volgende stappen ondernomen:

 

  1. Domeinnaam geregistreerd bij www.mijndomein.nl . Dit kostte € 9,-

  2. Onder mijn Google account een gratis weblog aangemaakt op www.blogspot.com van Google

  3. De domeinnaam gekoppeld aan het gratis weblog, waardoor de weblog dus niet meer door het leven gaat als mijnwebhoekje.blogspot.nl, maar onder de eigen domeinnaam.

Google geeft je goede aanwijzingen hoe je Blogspot met je eigen domeinnaam kunt gebruiken. De daadwerkelijke instellingen doorvoeren kostte me nog geen vijf minuten. Toen was het wachten, tot de zogenaamde DNS-instellingen ook in de rest van de wereld bekend waren en ik door kon.

En dan de mail, dat was eventjes tricky. Tot december 2012 bracht ik de e-mailhosting altijd graag onder bij Google Apps voor business. Daar had ik dan 10 gratis accounts met 10 e-mailadressen. Maar sinds eind vorig jaar is die dienst niet meer gratis. Dus moest ik daar iets anders op verzinnen.

Nou, een tijdje geleden had ik je ook eens verteld over de nieuwe dienst van Microsoft, die de opvolger wordt van Hotmail. Die nieuwe mailomgeving heet outlook.com. In podcast 8 vertelde ik je toen dat je daar onder je eigen domein maar liefst 500 mailaccounts kon krijgen. Dus ik dacht: “OK, ik trek de stoute schoenen aan en ik ga uitzoeken hoe dat werkt!”.

Zo gezegd, zo gedaan. Ik kwam er al snel achter dat je standaard 50 mailaccounts bij outlook.com krijgt en als je meer gratis accounts nodig hebt, je contact met Microsoft moet opnemen. Maar voor mijn doeleinden was 50 mailaccounts meer dan voldoende en bovendien komt elk account ook met een SkyDrive van 7 GB waarop je gratis gebruik kunt maken van Word, Excel, Powerpoint, het OneNote notitieblok en Excel enquête. Dus eigenlijk heb je daar ook de meestgebruikte applicaties, die je voorheen bij Google Apps voor business had.

Om de mail voor jouw eigen domeinnaam onder te brengen bij Microsoft, moet je tenminste 1 hotmail.com of outlook.com mailadres hebben. Maar goed, wie heeft dat nu niet?

Via de site domains.live.com kun je dan inloggen en je domeinnaam aanmelden, waardoor je je mail op de infrastructuur van Microsoft kunt laten binnenkomen. Ook Microsoft geeft je duidelijke instructies wat je wanneer moet doen. En in combinatie met de gebruiksvriendelijke interface van mijndomein.nl was het technisch gezien een fluitje van een cent.

Mogelijk is deze beschrijving van hoe ik dit heb gerealiseerd iets te technisch voor je. Daarom zal ik binnenkort hier één of enkele instructievideo’s van maken en die online zetten voor je. Mocht je zelf nog behoefte hebben aan een extra weblog onder je eigen domainnaam met e-mailhosting voor slechts € 9 per jaar, dan kun je gewoon die instructievideo’s volgen.

Tot zover de spotgoedkope en betrouwbare weblog en mailoplossing.

Google zit niet alleen achter de illegale blognetwerken aan, maar ze houden ook echt grote bedrijven in de gaten of die niet –al of niet opzettelijk– illegale dingen doen op hun websites. Zo was vlak na Valentijnsdag het Britse Interflora (ofwel: Fleurop) tijdelijk totaal niet meer vindbaar in Google en in de afgelopen paar weken was het een beetje raak voor de Engelse BBC.

Zoals je wellicht weet heeft de BBC werkelijk honderden verschillende websites onder vele domeinnamen. Eerst werd het verhaal heel erg opgeblazen op Internet, maar later bleek dat de BBC een mailtje had gekregen van Google, dat een pagina, of beter gezegd: één pagina, illegale backlinks had. Dat heeft de BBC in goed overleg met Google gefixed en dus was er eigenlijk geen vuiltje aan de lucht.

De social bookmarking site “Digg” was er iets erger aan toe. Op Search Engine Journal was te zien dat Digg omstreeks 20 maart tijdelijk ècht niet meer in Google was te vinden. Als je intypte: site:digg.com kreeg je te zien dat Google hier geen overeenkomstige inhoud voor had:

Uiteindelijk bleek dit het gevolg te zijn van een “foutje” bij Google. Google wilde slechts één pagina op Digg markeren als zoekmachine spam, maar markeerde per ongeluk het hele domein “digg.com” als spam, met als gevolg dat er geen enkele letter op de site van digg.com meer vindbaar was op Google.

Google heeft haar fout toegegeven, excuses aangeboden en beloofd te zullen onderzoeken hoe ze dit soort fouten in de toekomst kunnen voorkomen.

Inmiddels is de inhoud van digg.com weer vindbaar in Google.

Zoals ik al zei tijdens de opening: Google Maps heeft haar voorwaarden aangepast. Volgens de nieuwe voorwaarden mag je geen redirect gebruiken in de URL die je vermeldt in Google Maps. Dat houdt dus in dat de URL die je daar opgeeft, direct en zonder omwegen naar jouw website moet verwijzen. Nu doen de meeste bedrijven dit ook gewoon en voor hen is er dus niets aan hand, maar ik vond toch dat ik dit eventjes moest melden.

In ReputatieCoaching Podcast nummer 15 liet ik je weten dat Amerikaanse bedrijven zo’n slordige 10 miljard dollar aan omzet gratis maar onbedoeld weggeven aan concurrenten, als gevolg van verkeerde bedrijfsvermeldingen. De onderzoekers die dit toen meldden hebben nu op de site Search Engine Land ook een artikel gepost met de meest voorkomende fouten in de bedrijfsvermeldingen.

In de show notes heb ik een grafiek opgenomen, waarin de meest voorkomende fouten staan vermeld. Ik zal ze je opnoemen, waarbij ik met de meest voorkomende begin:

  1. Onjuist adres, of geen adresvermelding (43%)

  2. Bedrijfsnaam onjuist of niet vermeld (37%)

  3. Geen URL naar de website opgegeven (19%)

  4. Onjuist telefoonnummer of telefoonnummer niet vermeld (18%)

  5. Helemaal geen bedrijfsvermelding (15%)

Dit onderzoek is gedaan onder 40.000 bedrijfsvermeldingen. Als je verder in het artikel duikt, dan kun je nalezen dat verzekeringsagenten en makelaars met respectievelijk 30% en 22% en autobedrijven en financieel adviseurs en banken met 16% de bedrijven zijn, die geen bedrijfsvermelding hebben.

Heb jij al gecontroleerd of jouw bedrijfsgevens op zoveel mogelijk plaatsen kloppen? Zo niet, dan raad ik je aan dat toch echt eens te doen, want mogelijk laat je veel business liggen, wat dan dus logischerwijs naar je concurrenten gaat!

Een andere bedrijfstak die erg kan profiteren van lokale SEO, zijn hotels. Ik had eerder deze week een gesprek met een eigenaar van een hotel die zelf niet veel heil zag in lokale zoekmachine marketing. Om hem te citeren: “Ons hotel is al voor zo’n 70% bezet, dankzij de diverse bookingsites”. Mijn idee dat er dan nog ruimte was om de omzet met de resterende 30% te laten groeien werd van tafel geveegd: zo werkte dat niet.

En terwijl ik gisteren mij weer aan het voorbereiden was voor de podcast van vandaag, stuitte ik op een artikel dat precies hierover ging: de effecten van Internet branding van hotels in de hedendaagse economie. De link naar dit artikel vind je natuurlijk ook weer in de info box van de show notes.

Enkele markante statistieken uit dit artikel:

  • 80% van alle reisproducten in het Verenigd Koninkrijk worden online gezocht en gekocht

  • 45% van alle reizigers gebruiken reviews om hun eigen reisplannen op te stellen

  • 1 op de 4 reizigers gebruikt sociale media om zijn of haar reis te plannen

  • 1 op de 3 zakelijke reizigers post reviews van de plekken waar hij/zij heeft overnacht

Het artikel geeft twee belangrijke adviezen:

  1. Het consolideren van reviews in één of enkele plaatsen, zodat ze gemakkelijk zijn te vinden

  2. Het inzetten van lokale zoekmachine marketing

Vooral dat tweede advies ligt eigenlijk heel erg voor de hand. Want als iemand bijvoorbeeld een hotel in Praag zoekt, is de kans groot, dat deze persoon dan op Google zoekt op de zoekterm: hotel Praag. Google toont dan natuurlijk als eerste eventuele advertenties in het bekende gele blok, waarna al snel de lokale resultaten volgen, gelabeld van “A” tot en met “G”. In de show notes heb ik de eerste paar resultaten van deze zoekpoging getoond:

Als een hotel NIET in de resultaten “A” tot en met “G” wordt getoond, verliezen ze gegarandeerd business. En uit onderzoek is gebleken dat van alle kliks op de eerste pagina, maar liefst 54% van alle kliks naar het bedrijf op de “A”-positie gaat, ongeacht de branche van het bedrijf.

Het is dus logisch, dat een bedrijf dat op deze felbegeerde positie staat, automatisch meer business doet vanuit Google, dan de bedrijven die hier niet worden getoond. En het mooie is ook nog eens dat je als bedrijf op die “A”-positie niet eens hoeft te betalen voor alle kliks, ongeacht hoeveel bezoekers je ermee naar je site trekt.

Het andere advies snijdt mijns inziens ook hout: al je reviews moeten zo gemakkelijk mogelijk te vinden zijn voor potentiële hotelgasten.

Een voor de hand liggende locatie is natuurlijk in Google+ Local, zeker als je bedrijf in de “A” tot en met “G” staat. Dan vallen recensies goed op, helemaal als je er meer tien of meer hebt. Dan wordt namelijk de zogenaamde Zagat-rating getoond, zoals je in de screendump in de show notes kunt zien bij “Hotel Evropa” op de “G”-positie.

Mochten er onder de luisteraars eigenaars zitten van hotels, laat het dan weten in de reacties onder de transcriptie op de website. Post een reactie en dan zal ik eens op zoek gaan naar wat de beste sites zijn om recensies op te verzamelen. De eerste die sowieso meteen bij me opkomen zijn: Yelp, Tripadvisor, Booking.com en Zoover.

Over recensies gesproken: vind je de informatie in deze podcast nuttig of leerzaam? Help mij met het verder vergroten van het luisterpubliek en beveel deze podcast aan bij collega’s en/of vrienden.

Nog beter: zoek de ReputatieCoaching Podcast op in iTunes en laat daar een recensie achter! Zo help je er aan mee dat de podcast beter kan worden gevonden. Heb je een recensie gepost, stuur dan een berichtje naar podcast@reputatiecoaching.nl, dat je een recensie hebt gegeven.

YahTube?! Eduard, bedoel je niet per ongeluk YouTube? Nee nee, YahTube! Het gerucht gaat dat Marisa Mayer, de relatief versie CEO van Yahoo!, in overleg is met DailyMotion met als doel dit bedrijf over te nemen. DailyMotion is nu nog eigenaar van telecombedrijf Orange en heeft een beurswaarde van zo’n 300 miljoen dollar. Na YouTube is DailyMotion de grootste videosite op Internet.

Grappig genoeg heeft Yahoo! in 2011 de video-activiteiten gestaakt en alle gebruikersvideo’s toen verwijderd. Maar nu lijkt het er dus op, dat Yahoo! mogelijk een groot aandeel gaat nemen in DailyMotion, of het zelfs helemaal overneemt.

Het is een gerucht, maar dikwijls zitten in geruchten toch ook wel waarheden. Het geeft in ieder geval wel aan, dat ook Yahoo! ziet dat video de toekomst is.

DailyMotion heeft per maand gemiddeld 109 miljoen bezoekers. Hoewel het de op één na grootste videosite is, is het nog de vraag in hoeverre DailyMotion serieuze concurrentie voor YouTube is.

Want YouTube heeft vorige maand een nieuw record behaald: zij hebben in één maand 1 miljard unieke bezoekers gehad! Dat is dus grofweg zo’n 15% van de wereldbevolking! Of anders gezegd: de helft van de mensen in de wereld die toegang hebben tot Internet. Ook hieruit blijkt: video heeft toekomst!

Ik kan je alleen maar aanraden om eens na te denken of jij ook video kunt gebruiken in je online bedrijfsstrategie, want vergeet niet: na Google is YouTube de grootste zoekmachine qua aantal zoekpogingen. Dus als je niet alleen te vinden bent op Google, maar ook nog eens op YouTube en mogelijk op andere videosites, dan kun je ook een graantje meepikken van deze trend.

Stel je hebt al langere tijd een weblog, waar je regelmatig en geregeld nieuwe en verse content post. Dan verdwijnen oudere artikelen langzaam in de zoekresultaten. Maar er zijn mogelijkheden om deze artikelen nieuw leven in te blazen. Ik heb hiervoor ooit eens een vijftal tips gevonden. Deze tips wil ik hier graag met je delen:

  1. Link vaak naar reeds gepubliceerde (oudere) artikelen – dit is de gemakkelijkste manier om meer aandacht te creëren voor die artikelen, zodat ze weer vaker worden gelezen. Bovendien helpt het met je SEO. Zelf heb ik op het weblog van ReputatieCoaching een WordPress plugin geïnstalleerd, met de naam “YARPP”. “YARPP” staat voor “Yet Another Related Posts Plugin”. Deze plugin kun je zo instellen dat hij automatisch onder aan elk artikel een door jou gespecificeerd aantal gerelateerde artikelen toont. Naarmate je meer content post, verandert die lijst ook. Het mooie hieraan is, dat je er niets speciaals voor hoeft te doen, omdat de plugin geheel op de achtergrond zijn werk doet.

  2. Promote hele artikelen in je RSS-feed – zo kan jouw werk nog beter worden gevonden, waardoor het ook weer meer wordt gelezen.

  3. Indien toegestaan, gebruik elders gepubliceerde artikelen – als je als gastblogger artikelen post op andere sites, kun je toestemming vragen om die artikelen na een zekere tijd op je eigen site te mogen posten met een link naar het originele artikel. Hiermee sla je twee vliegen in één klap: het kan zijn dat lezers van jouw blog je artikel niet op ander site hebben gevonden en de andere site kan mogelijk ook interessant zijn voor de lezers van jouw weblog.

  4. Hergebruik je content in een ander medium – Zo kun je van een artikel een slideshow maken met een voiceover, of muziek eronder, of van foto’s een diashow met muziek. En als je artistiek bent aangelegd kun je infographics maken en die publiceren.

  5. Gebruik je bestaande content om een boek te schrijven of een app te maken – Dit borduurt een beetje voort op de vierde tip, maar wordt vaak door bloggers over het hoofd gezien als mogelijkheid om de content op andere manieren te verspreiden. Bovendien draagt het schrijven, publiceren en verkopen van een boek substantieel bij aan je autoriteit.

Heb jij nog andere ideeën om oude content nieuw leven in te blazen, post deze dan in de reacties, onder de transcriptie van deze podcast.

Hiermee kom ik dan weer aan het einde van de podcast van deze week, die nu voor het eerst op zaterdag. Nogmaals mijn excuses voor mijn stem, maar ondanks mijn griep vond ik dat ik het niet kon maken om de podcast op een later tijdstip uit te brengen.

Je kunt al het nieuws van ReputatieCoaching ook gemakkelijk vinden in Google+ door daar naar “ReputatieCoaching” te zoeken. Als alternatief kun je naar de pagina www.reputatiecoaching.nl/gplus gaan (dat is “g-p-l-u-s”).

Nu ik het toch hierover heb: als jij wat hebt aan de informatie en je vind het leuk om naar de podcast te luisteren, dan kun je ook een bericht achterlaten op onze Facebookpagina, op: www.reputatiecoaching.nl/facebook. Geef een “Like” of “+1” op Google+, waardoor je laat weten dat je de content op prijs stelt. Of laat een leuke recensie achter op mijn LinkedIn-profiel, op: www.reputatiecoaching.nl/linkedin.

Geef gerust een recensie. En als je opmerkingen hebt over deze podcast, laat die dan op de website onderaan de transcriptie achter. Je kunt de transcriptie van deze podcast snel online vinden door te surfen naar: www.reputatiecoaching.nl/podcast-17. Als je ergens een recensie hebt geplaatst, stuur me dan een mailtje zodat ik je recensie kan vermelden in de podcast.

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie, stuur dan een mailtje naar podcast@reputatiecoaching.nl of spreek een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Ik wens iedereen de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

Tot volgende week!

 

Doei!

[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:

doorEduard

Podcast Aflevering 15 (11-03-2013)

ReputatieCoaching Podcast aflevering 15! Ja, je hoort het goed: sinds de eerste podcast van 3 december heb ik alweer 15 afleveringen gemaakt van de ReputatieCoaching Podcast. Wat gaat de tijd toch snel!

Mijn naam is Eduard de Boer -ook wel bekend als de ReputatieCoach- en ik ben je host voor vandaag!

ReputatieCoaching Podcast Aflevering 14 (11-03-2013)Inmiddels is het rond kwart voor twaalf ‘s avonds. Ik heb zopas de hond uitgelaten en omdat het buiten een gevoelstemperatuur is van om en nabij de min tien graden Celsius ben ik weer helemaal fris en monter.

Mensen vragen mij wel eens hoe ik dat allemaal volhoud: zo laat nog aan de podcast werken, artikelen schrijven en dan ook nog eens bedrijven helpen met hun online reputatie. De eerste reden is dat ik het ongelofelijk leuk vind en ik krijg gewoon energie als ik dit soort content en de kennis die ik ook telkens op doe, alsmede mijn ervaringen met anderen kan delen.

Bovendien heb ik weinig slaap nodig. Gemiddeld slaap ik zo’n vijf uur per nacht. En soms knap ik dan tussendoor een uiltje van een uurtje. Dan kan ik er weer uren tegenaan. Eerder op de avond heb ik ook even een uurtje een tukje gedaan, zodat ik nu lekker aan de podcast kan werken.

De reden dat ik de podcast ‘s avonds inspreek is dat we hier om het huis een haantje hebben, die er lustig de hele dag op los kraait. Met een kraaiende haan op de achtergrond is het niet echt gemakkelijk om de podcast in te spreken. En we hebben een Berner Sennen hond hier op het erf rondlopen, die ook nog wel eens wil blaffen. Om deze tijd ligt die lekker in huis en kan ik hier op kantoor ongestoord de voorbereidingen doen aan de podcast, om daarna de podcast in te spreken en alles online te zetten.

Als eerste topic heb ik vandaag: bedrijven in Amerika verliezen jaarlijks zo’n slordige 10 miljard dollar of meer aan omzet. En vorige week kreeg ik de vraag of je Google Authorship moet verwijderen bij artikelen die zijn geschreven door mensen die inmiddels het bedrijf hebben verlaten.
Ook heb ik een paar updates over de nieuwe versie van Google Maps voor de iPhone. En vorige week donderdag heb ik een presentatie gegeven voor ICT-architecten binnen Ordina. De titel van de presentatie was: “Verbeter je online reputatie en daarmee het imago van Ordina”. Daar heb ik wat leuke dingen over te melden.

En ik vertel je iets wat niet zoveel mensen weten, namelijk over het effect dat geotaggen van foto’s kan hebben, op je lokale vindbaarheid.
Als afsluiting heb ik weer een lijst van 20 punten, maar dan onderverdeeld in twee lijsten van 10 punten. De eerste lijst is 10 mythen over WordPress en beveiliging en het kopje van de tweede lijst is 10 manieren om consistent bloggen of podcasten vol te houden. En als allerlaatste heb ik nog een nieuwsupdate voor je ten aanzien van de podcast !

Wist je dat bedrijven in de Verenigde Staten jaarlijks meer dan 10 miljard Amerikaanse dollar mislopen doordat ze geen of onjuiste bedrijfsvermeldingen hebben? Het Amerikaanse bedrijf Yext heeft laten onderzoeken wat sommige bedrijven mislopen aan omzet als gevolg van onjuiste of onvolledige contactgegevens. Op Screenwerk.com las ik dit allemaal in een artikel. En dit bedrag kwam niet zomaar uit de lucht vallen.

De schrijvers van het artikel hebben hun bevindingen op verschillende andere manieren getoetst en steeds bleek dat ze er met die 10 miljard dollar toch redelijk in de buurt zaten.

Natuurlijk is het niet zo dat die 10 miljard niet wordt uitgegeven. Nee, die 10 miljard dollar gaat naar de bedrijven waarvan de gegevens wél overal op Internet goed en consistent staan vermeld. Echter, de bedrijven van wie de gegevens dus niet kloppen lopen deze omzet mis. Ofwel kortgezegd: “Een gemiste kans!”. En wat voor eentje!

Laat dit korte nieuwsbericht voor jou een trigger zijn om wat vaker je online citations, ofwel bedrijfsvermeldingen te controleren en te actualiseren. Hou een lijst bij met sites en de bijbehorende inloggegevens, waar je zelf je bedrijfsgegevens ooit hebt aangemeld, zodat je ze later weer kunt aanpassen. Zo bespaar je tijd.

Steeds meer mensen die content produceren op Internet activeren Google Authorship. Ik heb ooit al eens een aparte instructievideo gemaakt over hoe je zelf Google Authorship voor jouw blog kunt activeren. Dus dat ga ik vandaag niet nog eens overdoen.

Inmiddels gaat het fenomeen van Authorship weer een stapje verder en komen de eerste “problemen” naar boven. Zoals je weet is Google Authoship iets wat gekoppeld is aan een persoon, een individu. Medewerkers van bedrijven produceren content onder hun naam en dus met hun Authorship vermelding. In de zoekresultaten verschijnt dan ook hun foto bij de zoekresultaten.

Maar wat moet een bedrijf nu doen, als zo’n medewerker een andere baan bij een ander bedrijf krijgt? Moeten ze dan alle Authorship vermeldingen bij alle artikelen weghalen? In veel gevallen kan dit flink veel extra werk opleveren.

Maar het bedrijf dat met de content achterblijft kan ook het gevoel hebben dat de medewerker vertrekt, terwijl hij of zij de AuthorRank als het ware meeneemt.

Op Search Engine Journal vond ik vier redenen om de verwijzingen naar de Authorship van de vertrokken medewerker NIET te verwijderen. Met andere woorden: vier redenen om de vermelding naar de originele auteur dus te laten staan, inclusief de bijbehorende Authorship.

Ten eerste loop je het risico dat je autoriteit verliest. In het ideale scenario gaat het als volgt: de medewerker die talloze artikelen heeft gepubliceerd vertrekt en het bedrijf laat alle verwijzingen (inclusief de Authorship vermelding) naar hem of haar staan. Alleen wordt in de biografie van de auteur op de site vermeld dat deze inmiddels is vertrokken.

De voordelen hiervan zijn:

  1. De vertrokken medewerker kan nog steeds verwijzen naar zijn of haar content
  2. Het bedrijf waar de medewerker is vertrokken kan nog steeds verkeer genereren met de content
  3. Doordat de foto bij de artikelen vertoond blijft worden, blijft de click through rate hoog
  4. Er gaat geen AuthorRank verloren, waardoor posities in de zoekmachines niet in gevaar komen

Maar het kan ook anders. Stel je voor dat na het vertrek van de medewerker, de biografie wordt vervangen door die van een nieuwe medewerker en de Google Authorship wordt aan hem of haar toegekend, of zelfs helemaal verwijderd. Of in nog extremere gevallen wordt alle content van de inmiddels vertrokken medewerker helemaal verwijderd!

Dit scenario is helemaal ongewenst, vanwege meerdere redenen:

  1. De vorige medewerker is verontwaardigd omdat zijn of haar content nu wordt toegekend aan iemand anders. Dit kan reputatieschade met zich meebrengen, alsmede een hetze op de sociale media. Als bedrijf zit je hier niet op te wachten.
  2. Het bedrijf waar de medewerker eerst werkte kan niet meer profiteren van de kwaliteit van de content van de vertrokken collega. Stel dat deze persoon een soort van beroemdheid wordt, of een thoughtleader… Dan heb je mooi pech dat de content op jouw site niet meer verwijst naar deze autoriteit!
  3. Als de Authorship relatie wordt verwijderd, verdwijnen ook de foto’s uit de zoekresultaten en dus neemt de click through rate af, doordat mensen minder snel erop zullen klikken.
  4. Als de artikelen helemaal van de site worden verwijderd, verliest het bedrijf waardevolle content die eerst nog verkeer naar de site trok.
  5. Het is niet mogelijk om AuthorRank te bouwen met een “Ghost writer”

Dit alles gaat volledig in tegen het principe wat Google probeert te promoten: fantastische, unieke en originele content, geschreven door echte mensen. En we weten wat er kan misgaan, als je probeert Google voor de gek te houden… De voorbeelden daarvan zijn legio!

De tweede reden om de Authorship te laten, zoals die is, is dat het onethisch is. Het copyright van de content die iemand produceert ligt bij de schrijver, niet bij zijn of haar werkgever. Als je de Authorship overzet op iemand anders is dat op z’n minst onethisch.

Ook zullen lezers van waardevolle content willen weten wie de echte auteur ervan is, ongeacht waar die persoon op dit moment werkt.

En ten derde: hoe denk je nog nieuwe thought leaders en experts aan te kunnen trekken als eenmaal bekend wordt dat jij als bedrijf waardevolle content zomaar aan anderen kunt toebedelen? Deze zullen zich wel een paar keer bedenken om voor jou als werkgever te kiezen, als dit eenmaal in de markt bekend is geworden!

Ook zullen je huidige medewerkers steeds minder trek hebben in het produceren van content waarvan het auteurschap later toch aan anderen kan worden toegekend.

Samenvattend is de laatste reden eigenlijk: je schiet er niets mee op, om de Authorship te verwijderen, als een medewerker naar een andere werkgever gaat.

Als je het heel extreem bekijkt zou je één reden kunnen verzinnen om je bedrijf te ontkoppelen van het auteurschap van een individu. Dat is als die persoon betrokken blijkt te zijn bij illegale praktijken, waarbij jij als bedrijf totaal niet geassocieerd wilt worden. Voor de rest is het advies: laat die auteurschap staan, goed beschouwd kun je er alleen maar voordeel bij hebben!

Dan Google Maps voor de iPhone. De app is een tijdje terug al helemaal vernieuwd, maar Google zit beslist niet stil en gaat door met de ontwikkelingen aan deze app die bij de laatste update meer dan 10 miljoen keer is gedownload in twee dagen.

Vorige week is de nieuwe versie gekomen. In deze nieuwe Google Maps worden de adressen van je contacten getoond, als je zoekt op hun naam. Ook kun je gemakkelijker lokale bedrijven zoeken door te kiezen uit de bekende categorieën die je ook in Google Maps op de desktop versie van Google Maps kunt vinden, zoals: restaurants, benzinepompen, banken enzovoorts.

Een andere vernieuwing is dat je ook “in de buurt” kunt zoeken, analoog aan Facebook “Nearby”. Dit helpt je als je iets zoekt in een omgeving waar je niet bekend bent.

Je kunt de nieuwste versie sinds vorige week downloaden op je iPhone of in iTunes. Helaas is er nog geen versie die is geoptimaliseerd voor de iPad.

Ook grotere bedrijven kunnen ervan profiteren als de reputatie van de medewerkers toeneemt. Zo heb ik afgelopen donderdag een presentatie mogen geven voor een aantal consultants en architecten van Ordina in Nieuwegein. De titel van de presentatie was “Verbeter je online reputatie en daarmee het imago van Ordina”. Mijn tijdslot was maximaal 45 minuten, maar ik redde het niet om alle slides in die tijd te behandelen. Doordat ik zoveel te vertellen had, moest ik de laatste paar dia’s er zogezegd “doorheen jagen”.

Ik had een goede 35 tot 40 toehoorders die allemaal aandachtig luisterden. Ook kreeg ik interessante vragen uit het publiek. Zo was er een Ordinees die een blog bijhield over een verbouwing van een tweede huis in Frankrijk. Hij vertelde dat hij steeds meer vragen kreeg op zijn website, over verbouwingen en gerelateerde vergunningen etc. in Frankrijk. Hij werd door dit blog dus gevonden en ook gezien als autoriteit voor verbouwen in Frankrijk.

De aanwezigen heb ik natuurlijk om recensies gevraagd. Tot op heden zijn er twee gepost op mijn LinkedIn profiel. Van de organisatoren kreeg ik vandaag feedback van de luisteraars. Op een schaal van 1 tot 5 scoorde mijn presentatie exact 4 punten. Daarmee ben ik dik tevreden.

De recensies liegen er ook niet om. Die waren eigenlijk allemaal positief! Ik zal ze van de week in een apart artikel op de site publiceren. En wat ik het leukste vond is dat Ordina dankzij mijn presentatie weer een nieuwe enthousiaste blogger heeft. Op www.martinjesterhoudt.nl (met ‘dt’) vind je het weblog dat deze kersverse blogger afgelopen weekend met mijn adviezen heeft opgezet. Chapeau, Martin!

Als jij ook wat hebt aan de informatie en je vind het leuk om naar de podcast te luisteren, dan kun je een bericht achterlaten op onze Facebookpagina, op: www.reputatiecoaching.nl/facebook of op onze Google+ pagina, op: www.reputatiecoaching.nl/gplus (dat is dus g-p-l-u-s). Geef een “Like” of “+1”, waardoor je laat weten dat je de content op prijs stelt.

Een alternatief: ga vandaag nog naar iTunes en maak een account aan, als je die nog niet hebt. Beoordeel dan deze podcast op iTunes en stuur een berichtje naar podcast@reputatiecoaching.nl, dat je een recensie hebt gegeven. Zit je achter je computer en heb je Twitter of één of andere Twitter-app geopend, stuur dan een tweet met je mening met hashtag “repcoach”, dus #repcoach erbij.

Geef gerust een recensie. En als je opmerkingen hebt over deze podcast, laat die dan op de website onderaan de transcriptie achter. Je kunt de transcriptie van deze podcast snel online vinden door te surfen naar: www.reputatiecoaching.nl/15. Als je ergens een recensie hebt geplaatst, stuur me dan een mailtje zodat ik je recensie kan vermelden in de podcast. Ook kun je natuurlijk een recensie posten op LinkedIn. Je vindt mijn profiel op LinkedIn, via: www.reputatiecoaching.nl/linkedin.

Vergeet niet om een mailtje te sturen naar podcast@reputatiecoaching.nl als je ergens een recensie hebt gepost.

Ook kun je naar podcast@reputatiecoaching.nl een mail sturen met je vragen of als alternatief kun je een boodschap inspreken op de ReputatieCoaching Hotline. Het nummer daarvan is: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.

Van de week heb ik een artikel gepubliceerd met een instructievideo, hoe je foto’s kunt voorzien van een zogenaamd “geotag” met behulp van het gratis programma “Picasa” van Google. Dit betekent dat je de GPS-coördinaten waar de foto is gemaakt, onzichtbaar in de foto’s opslaat. Hierdoor kunnen je foto’s op sommige sites beter scoren in de lokale zoekresultaten. De komende paar dagen publiceer ik nog een paar artikelen en instructievideo’s over hoe je deze foto’s vervolgens goed kunt gebruiken op sites als Panoramio en Flickr. Dus hou de site of de RSS-feed in de gaten!

WordPress is één van de meestgebruikte platformen voor het opzetten van blogs en websites. Dat staat buiten kijf! Het wordt letterlijk tientallen miljoenen keren overal ter wereld gebruikt. Ook ik raad het aan, aan eenieder die zijn eigen weblog of website wil beginnen. OK, het is open source en dus zou iedereen manieren kunnen vinden om het te hacken. Daarmee kom ik dan meteen op de eerste mythe uit het lijstje van 10 mythen van WordPress en haar beveiliging, namelijk:

  1. WordPress is niet veilig – Ja en nee. WordPress is één van de meestgebruikte platformen voor weblogs en daarmee ook door de meeste mensen getest. Sommige van de slimste koppen van deze planeet helpen bij de ontwikkeling ervan. Tuurlijk zijn er wel eens potentiële veiligheidsproblemen, maar deze worden altijd binnen no-time gefixed, waarna er een nieuwe versie beschikbaar komt.
    De laatste paar versies bevatten opvallend weinig beveiligingsproblemen. Loop jij nog achter met je WordPress, dan is nu het moment om jouw WordPress bij te werken naar de meest recente versie! Tip: maak wel eerst een backup!
  2. Plugins zijn altijd veilig – Nou nee. Je mag er niet vanuit gaan dat plugins per definitie veilig zijn. De meeste WordPress hacks zijn ook vaak dankzij problemen in plugins. Als je een plugin zoekt en wilt installeren, kies dan eentje die goede beoordelingen heeft, actief wordt onderhouden en recentelijk nog ooit eens is aangepast. Let wel: hoe meer plugins je gebruikt, des te meer risico loop je ten aanzien van je beveiliging!
  3. Mijn site is te klein om te worden gehacked – Absoluut niet! Ik heb een klant die begon met een WordPress site met slechts één pagina, waarop het bedrijfslogo stond  en de contactgegevens. Ook die site is gehackt, doordat een slecht onderhouden plugin werd gebruikt als achterdeurtje. Hierdoor werd de webpagina om zeep geholpen! De meeste hacks gebeuren toch geautomatiseerd, dus dan maakt de omvang van jouw site echt niet uit!
  4. Je hoeft geen backups te maken – Ook dit is een vitale misvatting! Ga er nooit van uit dat je hosting provider backups maakt en dat die je wel redt, als er problemen komen met je site. Ik heb in Podcast 4 en Podcast 9 al de gratis plugin BackWPup genoemd. Deze gebruik ik ook op alle WordPress sites die ik onderhoud en naar volle tevredenheid. Iedere nacht laat ik die sites een backup maken naar Dropbox, waarbij ik de laatste twintig backups bewaar.
  5. Passwords en gebruikersnamen maken niet uit – FOUT! De meeste gebruikers kiezen standaard “admin” als administrator gebruikersnaam en vaak een simpel wachtwoord. Je kunt beter een gebruikersnaam kiezen als “xyz-admin” voor het administrator account en bloggen onder een ander account, dat minder rechten heeft. Het andere account kun je dan goed op je eigen naam zetten en koppelen aan je Google+ profiel voor Google Authorship. Het “xyz-admin” account (waarbij je “xyz” door een voor jou gemakkelijk te onthouden afkorting vervangt), gebruik je alleen voor het installeren van nieuwe plugins of het regelmatig bijwerken van de software.
    Wellicht ten overvloede: kies ook voor je blog een ander wachtwoord, dan voor je andere accounts op Internet.
  6. Je kunt gewoon een beveiligingsplugin gebruiken – Vertrouw niet blind op mooie omschrijvingen van plugins. Nieuwe plugins kunnen nieuwe beveiligingslekken hebben. Ze helpen je bijvoorbeeld ook niet, als een hacker kan inbreken op de server waar je website staat.
  7. De site staat niet “live”, dus ik loop geen risico – Zolang je site op Internet op enigerlei wijze te benaderen is, loop je het risico dat je site kan worden gehacked. Neem voorzorgsmaatregelen, zeker als je de site gebruikt om te ontwikkelen of te testen.
  8. Je moet systeembeheerder zijn om je site veilig te houden – Nee hoor, dat hoeft echt niet. Als je de tien tips uit dit lijstje opvolgt, dan loop je al minder risico dan -ik denk 70%- van de WordPress gebruikers. Beperk je plugins tot het absolute minimum, gebruik geen publieke WiFi in Internet café’s en blog niet onder een “admin”-account en je komt al in de topregionen van veilige WordPress sites.
  9. Je ziet of merkt het meteen als een site gehackt is – Weer FOUT! Een site hoeft lang niet altijd om zeep te zijn geholpen of een andere voorpagina te hebben, als die is gehackt. Soms installeren hackers software om foute dingen te doen vanaf de server waar jouw site op draait. Ze zijn er dan bij gebaat dat hun ontdekking zo lang mogelijk wordt uitgesteld.
    Ik raad altijd mensen aan om hun site aan te melden bij Google Webmaster Tools. Google waarschuwt je daar, als je WordPress software te ver achter gaat lopen qua versie, of als je site zogenaamde “malware” bevat enz.
  10. M’n site wordt zo WEER gehackt! – Als je al deze tips opvolgt en je ook nog eens iets meer inleest in de beveiliging van WordPress sites, hoef je hier echt niet bang voor te zijn. Je site is nooit 100% veilig, maar door alle tips hoor je echt bij de top van de veilige WordPress sites.

Voor het op peil houden van de beveiliging van jouw WordPress site, is het dus essentieel dat je geregeld backups maakt en de WordPress software of de plugins bijwerkt, vlak nadat een nieuwe versie beschikbaar is. Reden om het niet meteen te doen, is dat je beter even de kat uit de boom kunt kijken of er met een nieuwe versie geen nieuwe problemen worden geïntroduceerd.

Ik ga snel door met het volgende lijstje dat ik voor je heb gevonden: 10 manieren om het bloggen of podcasten vol te kunnen houden. Deze vond ik op de site van Search Engine People. De link naar dit artikel en naar andere artikelen die ik graag met je deel, vind je in de transcriptie van deze podcast. Detranscriptie is te vinden op: www.reputatiecoaching.nl/15.

1. Gebruik één centrale ideeënbus
Sla je ideeën en links etc. op, op één centraal punt. Het is essentieel dat je snel en eenvoudig links, ideeën en andere content hierin kunt opslaan, als je surft op Internet. Ik ga binnenkort uit de doeken doen, hoe ik honderden RSS-feeds volg en aan mijn onderwerpen kom.

2. Lees gepubliceerde content nog eens over, lees reacties van lezers enz.
Soms kan het zijn dat je inzicht verandert, of dat de wereld om je heen verandert. Als je dan nog eens naar reeds gepubliceerde content kijkt, kan dit je op nieuwe ideeën brengen voor nieuwe artikelen. Of lees nog eens de reacties van mensen die je site bezochten of kijk in je mail naar vragen die mensen aan je hebben gesteld in het verleden. Sla elk idee op, in je ideeënbus!

3. Gebruik een publicatiekalender
Vakanties, beurzen, seizoenen, feestdagen kunnen allemaal ideeën opleveren voor content. Tegelijkertijd zit er dan vaak een deadline aan vast. Je kunt bijvoorbeeld een aparte kalender maken in Google, waarin je de onderwerpen voor je weblog plant. Ook kun je eventueel de kalender delen met anderen, zodat die je kunnen helpen.

4. Nodig gastbloggers uit
Als je zelf even geen inspiratie hebt, kun je natuurlijk ook anderen vragen of ze een artikel op jouw site willen publiceren. Zorg er dan wel voor, dat het unieke content is, anders werkt het in je nadeel, omdat je geen duplicate content wilt publiceren. Vraag al je contacten of iemand iets wil schrijven. Het komt maar zelden voor dat iemand NIET meer bekendheid wil verwerven!

5. Schrijf als co-writer
Cowriting van artikelen is ideaal voor mensen die goede ideeën hebben, maar hulp nodig hebben met opleveren van een publiceerbare versie ervan. Door met iemand samen te werken krijg je in minder tijd betere content.

6. Huur een schrijver of content producent
Vooral als jouw tijd te kostbaar is om content te produceren kun je het overwegen om dit uit te besteden aan iemand of een partij die daar goed in is. In eerste instantie is het vaak een uitdaging om een goede schrijver of content producent te vinden, maar als je die eenmaal hebt gevonden, kan het je veel tijd besparen, terwijl je toch waardevolle content op je site krijgt!

Trap niet in de val om content van een laag niveau in het buitenland te laten vervaardigen. Ga voor kwaliteit, niet kwantiteit!
Zelf produceer en publiceer ik ook voor diverse bedrijven content op hun sites. Ik heb met hen procedures opgezet, zodat zij snel en efficiënt mij van de relevante details kunnen voorzien, waarna ik het content item maak. De ene keer is dit een weblog artikel, de andere keer een screencast en weer een andere keer een PowerPoint presentatie. Vanzelfsprekend zet ik niets online, zonder de toestemming van de opdrachtgever.

7. Focus op starten!
Als je eenmaal in een schrijf-stemming zit, start dan een aantal artikelen. Zo heb je altijd een aantal gedeeltelijke artikelen en kun je kiezen wat je op dat moment wilt afmaken. Als je dan geen inspiratie hebt voor een nieuw artikel, kun je toch iets publiceren.

8. Plan je blog focus tijd vroeg en vaak
Veel mensen kunnen vroeg in de ochtend het beste presteren en schrijven dan in no-time een stuk tekst. Het maakt niet uit, als je liever ‘s avonds werkt. Maar wat je ook doet: plan je tijden en hou je eraan. Stem deze tijden ook af met je partner en/of huisgenoten etc. Zet op die momenten alle afleidingen, zoals Skype, mail, Messenger enz. uit, zodat je je volledig kunt concentreren.

9. Creëer 3- of 4-luiken
Door je artikel te splitsen in drie of vier delen zorg je ervoor dat je lezers je blog blijven volgen, omdat ze graag terug willen komen voor het volgende stuk. Ook kun je een wekelijks item met een opvallende naam laten terugkomen.

10. Gebruik een anti-afleidings applicatie
Sommige mensen hebben moeite zich te concentreren op de content, als ze een volwaardige tekstverwerker onder hun vingers hebben. Ze kunnen dan niet in een rap tempo doortypen, omdat ze steeds bezig zijn met de opmaak.

Doe net als de professionals: zorg voor je ideeënbus, zodat je altijd inspiratie hebt voor onderwerpen. Typ dan eerst je content en ga pas daarna opmaken.
Er zijn applicaties die je alleen een zwart scherm met groene letters geven, waarop je kunt typen, zonder verdere opmaak. Ik ken mensen die daar baat bij hebben.

Zelf schrijf ik altijd alle content eerst ruw in Google Docs (dat tegenwoordig “Google Drive” heet). Tijdens het typen van de content doe ik mijn best zo min mogelijk formatting te gebruiken. Pas als ik de content kopieer naar WordPress, ga ik mij om de opmaak bekommeren. Dit werkt voor mij perfect! Bovendien heb ik zo altijd overal toegang tot mijn content en kan ik overal waar ik ben, verder werken aan de artikelen. Ook zorgt Google voor automatische backups en is die zorg ook weer uit mijn hoofd.

Al deze tips volg ik zelf voor de diverse websites, waar ik content voor produceer. Ook leer ik de mensen die ik coach, ze toe te passen. Vaak help ik ze in het begin op weg met hun kalender en zit ik hen achter de broek om tijdig een volwaardig artikel of ruwe content te produceren.

Dit is dan alweer de vijftiende ReputatieCoaching Podcast. Met het voorbereiden, samenstellen en online brengen van de afgelopen vijftien afleveringen heb ik zelf ook ontzettend veel geleerd. En natuurlijk hoop ik dat jullie als luisteraars iedere keer weer met plezier naar de podcast luisteren en er iets van opsteken.

Zoals je hebt kunnen merken heb ik gaandeweg een specifiek format voor de show ontwikkeld. Eerst begin ik nu met nieuws updates en vervolgens een onderwerp wat ik iets meer uitdiep om jou van meer context en achtergrondinformatie te voorzien.

Op verzoek van een paar vaste luisteraars ga ik vanaf nu dit format iets aanpassen… Of beter gezegd: uitbreiden. Via diverse mailtjes heb ik namelijk vernomen dat dit format mensen op zich aanspreekt, maar ze willen ook graag af en toe een andere visie uit de markt, die dan wordt vertegenwoordigd door een andere “stem”.

Ik pak dit zowel letterlijk als figuurlijk op. Ik ga mijn best doen mensen van bedrijven te interviewen, die werkzaam zijn in gebieden waar ik in deze podcast ook aandacht aan schenk, dus web design, SEO, reputatiemanagement, coaching, internet marketing enzovoorts.
Natuurlijk kan ik niet garanderen dat ik elke week een interview zal hebben, maar ik ga er achteraan!

Als je een vraag of een probleem hebt met betrekking tot je online reputatie, stuur dan een mailtje naar podcast@reputatiecoaching.nl of spreek een boodschap in op de ReputatieCoaching Hotline, op: 084 – 883 15 56. Mogelijk behandel ik je vraag of probleem dan in een artikel of in de podcast.
Ik wens iedereen de komende week weer succes met het werken aan je reputatie, zodat je meteen je reputatie voor jou kunt laten werken!

 

Tot volgende week!

Doei!

[info_box]Hieronder het overzicht van de links die in de podcast aan bod komen:

doorEduard

Geotag je bedrijfsfoto’s met Picasa voor betere lokale vindbaarheid (VIDEO)

Voor een betere  vindbaarheid in de lokale zoekresultaten van sommige zoekmachines helpt het, als je foto’s gebruikt die onzichtbaar zijn voorzien van de GPS-coördinaten van de locatie waar de foto is gemaakt. Dit proces heet in het Engels “geotagging”. Hoe kun je nu je bedrijfsfoto’s geotaggen?

Download het gratis programma “Picasa” van Google en installeer het op je computer. Importeer hierin de foto’s. Selecteer de foto’s en klik in Picasa op de rode punaise, rechts onderin het scherm. Voer vervolgens het adres in en controleer op de kaart, of de locatie klopt. Zelf zoom ik altijd maximaal in op de kaart, om de locatie te verifiëren.

In onderstaande instructievideo (screencast) laat ik zien hoe je je bedrijfsfoto’s zelf snel en gemakkelijk kunt geotaggen:

 

Deze foto’s kun je vervolgens uploaden naar Panoramio en Flickr. Hoe dat moet, leg ik binnenkort uit in aparte video’s.